Schaakrubrieken weekend 17 september 2016

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Matthias Blübaum redt Amerika

Het duurde dinsdag lang voordat het duidelijk was wie de olympiade in Baku had gewonnen, de Verenigde Staten of Oekraïne. Ze hadden evenveel matchpunten en evenveel bordpunten en in zo’n geval gaat het er om hoe de tegenstanders gescoord hebben. Ik heb het een keer meegemaakt, in La Valletta op Malta in 1980. Het ging toen tussen de Sovjet-Unie en Hongarije en op een gegeven moment, aan het eind van de laatste ronde, hadden de rekenaars uitgevonden dat de beslissing zou vallen in de wedstrijd tussen Griekenland en Schotland. Als Griekenland won, won de Sovjet-Unie de olympiade, anders Hongarije.

Het was een grappig gezicht toen op een gegeven moment een horde van spelers en journalisten samendromde rond het bord van een Griek en een Schot die in eerste instantie niet wisten waar ze die belangstelling aan dankten. De Griek – het was Georgios Makropoulos, die we nu kennen als de feitelijke leider van de FIDE – won zijn partij en daardoor won de Sovjet-Unie de olympiade. Geller en Tal omhelsden elkaar en tranen van blijdschap liepen over hun wangen. Twee jaar daarvoor had Hongarije in Buenos Aires de olympiade gewonnen. Het was sinds 1952, toen de Sovjet-Unie voor het eerst meedeed, de eerste keer dat dat land niet won. Een tweede keer zou in het vaderland op groot onbegrip stuiten. Nu viel in Baku de beslissing in de wedstrijd tussen Duitsland en Estland. Toen de Duitser Matthias Blübaum zijn partij won, waren de Verenigde Staten kampioen. Ik ging hier zo uitvoerig op in, omdat er een onderwerp is dat ik liever vermijdt.

Nederland, dat na vijf ronden bovenaan stond, werd 36ste, het slechtste resultaat uit de geschiedenis. In de wereld bloeit en groeit het schaakspel, maar in Nederland wordt het steeds meer gemarginaliseerd. Behalve de gouden medaille voor het beste land is er altijd nog een andere onderscheiding: de gouden medaille voor het beste resultaat aan het eerste bord. Die was deze keer voor Baadur Jobava, de artiest die er om bekend stond dat hij graag in de bar als laatste bezoeker het licht uitdeed, maar nu voor Georgië 8 uit 10 scoorde.

Baadur Jobava (Georgië) – Ruslan Ponomariov (Oekraïne), Olympiade Baku 2016
1. d4 Pf6 2. Pc3 d5 3. Lf4 Dit is de laatste tijd een lievelingsvariant van Jobava. 3…c5 4. e3 cxd4 5. exd4 a6 Na 5…e6 zou 6. Pb5 onprettig voor zwart zijn. 6. Ld3 Pc6 7. Pge2 e6 8. Dd2 b5 9. 0-0 Le7 10. a3 Ld7 11. h3 0-0 12. Tfe1 Pa5 13. Tad1 Db6 14. Pg3 Zwart heeft keurig gespeeld en na 14…Tfe8 zou hij niets te vrezen hebben. 14…Tfc8 Te ambitieus. 15. Pf5 Dit zal zwart zeker hebben zien aankomen, maar hij heeft het niet goed berekend. 15…exf5 16. Txe7 Le6 Nu is wits toren opgesloten en die dreigt door 17…Kf8 veroverd te worden. 17. Lh6 Maar dit is de weerlegging van zwarts spel.

17…gxh6 Het offer weigeren helpt niet. Na 17…Ph5 18. Dg5 heeft wit een beslissende aanval en na 17…Kf8 volgt 18. Lxg7+ Kxe7 19. Lxf6+ Kxf6 (relatief beter is 19…Kd7) 20. Dh6+ Ke7 21. Pxd5+ met damewinst. 18. Dxh6 Txc3 In allerlei varianten is de positie van zijn Db6 zwart fataal, bijvoorbeeld 18…Pe8 19. Pxd5 of 18…Pd7 19. Txd7 En na een zet als 18…Ld7 speelt wit rustig 19. Te1 met de bedoeling Te1-e3-g3+. 19. Dg5+ Kf8 20. Dxf6 Wit dreigt 21. Txf7+ en na 20…Tc7 wint wit met 21. Lxf5. 20…Txd3 21. cxd3 Zwart gaf op. Wit dreigt weer 22. Txf7+ en na 21…Dd8 komt kalm en sterk 22. Te1.

Gert Ligterink

Amerika wint Olympiade met dank aan reglement

Omdat het team goed speelde, geen wedstrijd verloor en in 11 ronden liefst 20 matchpunten verzamelde, kan de olympiadezege van de Verenigde Staten moeilijk onverdiend worden genoemd. Toch overheerste na afloop medeleven met de Oekraïense ploeg die naast de Amerikanen bovenaan eindigde, maar door een bizar tiebreakreglement naar de tweede plaats werd verwezen. Dat reglement heeft vaker beslist over het lot van de eindzege. In 1980 werd op Malta een spannende tweestrijd tussen Hongarije en de Sovjet-Unie niet aan hun eigen borden beslist. Doorslaggevend was een duel aande staart van de ranglijst, waar de overwinning van Griekenland op Schotland de Sovjet-ploeg het goud bezorgde. Als de uitslag andersom was geweest, zou Hongarije winnaar zijn geweest. In Bakoe ging het ongeveer net zo. Nadat de Verenigde Staten en Oekraïne allebei op 20 matchpunten waren geëindigd, moest het reglement een winnaar aanwijzen. Ik zal de lezer de details besparen, maar doorslaggevend zijn de resultaten van de tegenstanders die de gelijk geëindigde teams hebben ontmoet. Zo kon het gebeuren dat de 2,5-1,5 overwinning van Duitsland op Estland in de slotronde besliste over goud en zilver. Bij 2-2 of een zege van Estland, zouden de tiebreakcijfers in het voordeel van Oekraïne zijn uitgevallen. Natuurlijk is het hoog tijd dat dit onrechtvaardige reglement verdwijnt. De spelers moesten nu nog uren wachten voor de slotceremonie. Er was voldoende tijd voor een playoff-duel met rapidpartijen. Bij de prijsuitreiking werden ook de beste individuele prestaties beloond. De succesvolste speler was de Oekraïense vierde bordspeler Andrei Volokitin met een score van 8,5 uit 9. De beste eerste bordspeler was Baadur Jobava, die met een bijdrage van 8 uit 10 ervoor zorgde dat Georgië lang meestreed om de medailles.

Jobava – Ponomariov Georgië – Oekraïne
1. d4 Pf6 2. Pc3 d5 3. Lf4 c5 4. e3 cxd4 5. exd4 a6 6. Ld3 Pc6 7. Pge2 e6 8. Dd2 b5 9. 0-0 Le7 10. a3 Ld7 11. h3 0-0 12. Tfe1 Pa5 13. Tad1 Db6 Over de merites van deze zet valt te twisten. Meer voor de hand ligt 13 … Tc8. 14. Pg3 Tfc8 Onderschatting van de tegenstander of uitlokking van de volgende zet? Zwart had beter 14…Tfe8 kunnen spelen.

15. Pf5! exf5 Gedwongen. Na 15 … Lf8 komt 16. Ph6+! gxh6 17. Lxh6, waarna zwart geen goede verdediging heeft tegen de dreiging 18. Dg5+. 16. Txe7 Le6 Misschien hoopte hij de ingesloten toren te vangen.
17. Lh6! Maar nu zal Ponomariov hebben begrepen dat hij verloren is. Omdat 17 … Pc6 wordt beantwoord met 18. Lxg7, moet hij het offer aannemen.
17 … gxh6 18. Dxh6 Txc3 Of 18 … Ld7 19. Dg5+ Kf8 20. Tde1.
19. Dg5+ Kf8 20. Dxf6 Txd3 21. cxd3 Zwart geeft op. Hij is machteloos tegen de dreiging 22. Tde1.

Hans Böhm

Peter Heine Nielsen

De carrière van grootmeester Peter Heine Nielsen is bijzonder en daarom nodigde de Amsterdam Chess Academy hem uit voor een lezing. Het was op de avond dat Epke Zonderland van de rekstok viel in Rio en Ajax in de Arena niet verder kwam dan gelijkspel tegen FK Rostov. Wellicht was dat de reden dat het zaaltje in café Batavia slechts gevuld was met een vijftiental geïnteresseerden. Op enthousiaste wijze begon PHN in het kort met zijn eigen resultaten. Geboren in 1973 werd hij al snel de beste schaker in Denemarken. Zijn grote voorbeeld was Bent Larsen (wereldtopper van 1960-1980) die hem leerde ook tegen betere spelers op winst te spelen want ‘als het niet lukt heb je een les geleerd’. Hij werd vijf keer nationaal kampioen en bereikte zijn piek toen hij even de 2700 Elo aantikte, dan zit je bij de top vijftig op de wereldranglijst. In 2002 veranderde zijn leven omdat wereldkampioen Viswanathan Anand hem als secondant uitnodigde. Die samenwerking duurde tien jaar en Anand verdedigde zijn titel met tussenpozen van 2000 – 2013. Uit de verhalen van PHN blijkt dat secondanten veel verstandigs kunnen adviseren maar dat de beslissing in de toernooizaal soms anders uitpakt. Bijvoorbeeld als er een sterke verbetering op de bekende theorie is gevonden, tegen wie gebruik je die vondst? In de WK-match Anand – Kramnik 2008 was een gevaarlijk openingssysteem voorbereid dat in de derde partij ook op het bord kwam.

1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pf3 Pf6 4.Pc3 e6 5.e3 Pbd7 6.Ld3 dxc4 7.Lxc4 b5 8.Ld3 a6 9.e4 c5 10.e5 cxd4 11.Pxb5 axb5 12.exf6 gxf6 13.0-0 Db6 14.De2 Lb7 15.Lxb5

“Het is een dubieus systeem maar als verrassingswapen geschikt en zeker tegen een zwaar positionele speler als Vladimir Kramnik”, zegt PHN met een lach, “we hadden als team dagen en nachten op deze stelling doorgewerkt en durfden Anand te adviseren het risico te nemen”. Zwart heeft diverse voorzettingen: 15…Ta5, 15…Tg8 en 15…Ld6 16.Td1 Ze hadden ook gekeken naar 16.Pxd4 Dxd4! 17.Td1 Lxh2+ 18.Kxh2 Dh4+ 19.Kg1 Lxg2! 20.Lxd7+ Ke7 21.Kxg2 Thg8+ 22.Kf3 Dh5+ 23.Ke3 Dc5+ 24.Kd2 Tad8! 25.Tf1 Txd7+ 26.Ke1 Tc8 27.De3 Da5+ 28.Ld2 Txd2 29.Dxd2 De5+ 30.De2 Da5+ met remise door zetherhaling.
16…Tg8 17.g3 Tg4!
Dit is feitelijk het echte nieuwtje want deze zet werd veroordeeld in het vakblad Informator bij een analyse van de partij D’Israely – Gerbelli, Americana 2000.
18.Lf4 Lxf4 19.Pxd4 h5 20.Pxe6 fxe6 21.Txd7 Kf8 22.Dd3 Tg7! PHN: “Anand beschikte in die tijd over een perfect geheugen, ondanks de wirwar van varianten pikte hij in deze moeilijke fase iedere keer de beste zet. Zwart kon makkelijk in de fout gaan met 22…Lc8? 23.Th7 of 22…f5 23.Dc3 en na 22…Lxg3 23.hxg3 h4 24.Td6 Dc5 25.b4 De5 26.Td8+ Txd8 27.Dxd8 Kg7 28.De7+ Kh6 29.Df8+ Tg7 30.Dh8+ Th7 31.Df8+ met remise.
23.Txg7 Kxg7 24.gxf4 Td8 25.De2 Kh6 26.Kf1 Tg8 27.a4 Lg2+ 28.Ke1 Lh3 29.Ta3?
Pas hier kiest Kramnik de verkeerde voortzetting, speelbaar was zowel 29.Td1 als 29.Kd2, met spectaculaire voortzettingen.
29…Tg1+ 30.Kd2 Dd4+ 31.Kc2 Lg4! 32.f3 Lf5+ 33.Ld3 Lh3! 34.a5 Tg2 35.a6 Txe2+ 36.Lxe2 Lf5+ 37.Kb3 De3+ 38.Ka2 Dxe2 39.a7 Dc4+ 40.Ka1 Df1+ 41.Ka2 Lb1+ en wit gaf op want de a-pion is onder controle na 42.Kb3 Dxf3+ 43.Kb4 Dxf4+ en 44…Le4.

“Voor de vijfde partij raadde ik Anand een herhaling van dit experiment sterk af, het Kramnik-team had alle tijd gehad om de gaten boven water te krijgen. Maar de variant kwam nog een keer op het bord en toen koos Anand voor:
15…Tg8 16.Lf4 Ld6 17.Lg3 f5?! Die zet hadden we op diezelfde ochtend gevonden om zwart overeind te houden.
18.Tfc1 f4 19.Lh4 Le7 20.a4 Lxh4 21.Pxh4 Ke7 22.Ta3 Tac8 23.Txc8 Txc8 24.Ta1 Dc5 25.Dg4 De5 26.Pf3 Df6 27.Te1 Tc5! 28.b4 Tc3 29.Pd4 Dxd4 30.Td1 Pf6 31.Txd4 Pxg4 32.Td7+ Kf6 33.Txb7 Op het oog ziet het er goed uit voor wit maar 33…Tc1+ 34.Lf1 Pe3! 35.fxe3 fxe3 wit geeft op. Vanaf 2013 werd PHN de secondant van Magnus Carlsen en hij is natuurlijk bij de WK-match in november in New York.

Bab Wilders

De fanatieke liefhebber die weinig slaap nodig heeft, zoals auteur dezes, kon gelijk met de Olympische spelen genieten van de Sinquefield Cup in St Louis waar vrijwel de hele wereldtop deelnam. Maar toen in één nacht zowel Giri als Dafne door het ijs zakten, was de lol er wel af, ik zag het ’s ochtends wel. Dus daarom maar iets heel anders. Zoals oplettende lezers gemerkt zullen hebben, ben ik met enige zelotenijver op zoek naar schaakboeken met een inhoud die ook club- en toernooispelers kunnen behappen. Dit omdat er bijvoorbeeld zelden bij het ND-toernooi grootmeesters opduiken. Er is natuurlijk niets mis met specialistische openingsboeken maar meestal zijn die vooral aantrekkelijk voor sterke schakers die deze opening belijden. Een uitgever die zich betrekkelijk recent voor dit doel sterk maakt, geesteskind van Ivan Sokolov en Daniël
Vanheirzeele: Thinkers Publishing (www.thinkerspublishing.com). Een nieuw voorbeeld in hun fonds is Eduardas Rozentalis The Correct Exchange in the Endgame (978-90-82256-69-7, € 19,-). Een zeer belangwekkend onderwerp voor de gemiddelde schaker die in een eindspel verzeild is geraakt en voor de vraag komt te staan: ruil ik af of niet en wat zijn de gevolgen van de beslissing? Met veel voorbeelden uit de eigen partijen demonstreert de auteur allerlei principes maar ook het verband tussen de openingskeuze en wat er na dertig of meer zetten als eindspel op het bord komt. Uiteraard is daarbij de ruil loper-paard veel voorkomend. Het is een leerboek met oefenstof en dus ook geschikt voor schaakonderwijs aan de jeugd. Verkrijgbaar via www.debestezet.nl. Al jaren zijn partijen tussen wereldkampioen Carlsen en exwereldkampioen Anand de moeite waard, zeker als ze oude openingen als het Italiaans uit de kast halen.
Carlsen-Anand
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4 Lc5 4.0-0 Pf6 5.d3 d6 In de 19e eeuw zouden ze dit maar niks hebben gevonden. 6.c3 a6 7.a4 a7 8.Pa3 Pe7 9.Pc2 0-0 10. Le3 Lxe3 11.
Pxe3
Inmiddels zijn beide heren in een stelling aangeland die je zelden of nooit in boeken over de Italiaanse opening zult aantreffen. 11..Pg6 12.a5 Pg4 13. h3 Pxe3 14.fxe3 De7 15.Db3 c6 16.d4 Le6 Wit heeft wat meer ruimte maar er lijkt nog weinig aan de hand voor zwart maar (zie de vorige rubriek): Carlsen maakt altijd van niets iets. 17.Lxe6 fxe 18.Tad1 Tae8 19.Db4 exd 20.cxd e5 21.dxe dxe 22. Dxe7 Txe7 23.Td6 Ph8 24.Pd2 (beter eerst Td3) Pf7 25.Td3 dan nu Pg5 26.Tf5 h6 27.h4 Ph7 28.Pb3 Pf6 29.Pc5 een mooi veld voor het paard Tff7 30.h5 Kh7 dit is riskant, Anand wil g6 spelen maar nu gaat hij goede zetten missen en graaft het eigen graf 31.Td8! g6 de toren kan niet weg van d6 i.v.m. Pe6Pf8† 32.hxg† Kxc6 33.Td6 Kg7 34.Pe6† Kg6 35.Pd8 Tf8 36.g4 Het lijkt haast op een door Nimzowitsch gepropageerde stelling (zoals uiteengezet in één van de voorgaande rubrieken): iedere zwarte zet leidt tot de ondergang 36…c5 kan nog net, uitstel van executie 37.b3 Tee8
38.Pxb7 en zoals gewoonlijk geeft Anand op tijd op. Probleem 2598: tweezet Sutara:

En de oplossing van probleem 2596 was 1.Pf6!

Johan Hut

Benjamin Bok mag als enige tevreden zijn

Een plaats bij de eerste tien is voor Nederland de doelstelling bij iedere Olympiade. Een medaille (eerste drie) is een droom. Die droom leek in zicht na de eerste vijf ronden, waarin Nederland steeds won en niet van de minsten. Van de daaropvolgende zes wedstrijden gingen er echter vier verloren, tegen ongeveer gelijkwaardige tegenstanders. Nederland kreeg de sterkste tegenstanders niet tegenover zich en daarom is de 36e plaats in de eindrangschikking zwaar teleurstellend. Op basis van rating had ons land elfde mogen worden. Anish Giri, Erwin l’Ami en Robin van Kampen scoorden exact wat volgens hun rating mocht worden verwacht, Benjamin Bok een half punt meer en Loek van Wely een punt minder. Daarmee zou je een plek dichter bij die normale elfde plaats verwachten, maar de matchpunten vielen vaak net verkeerd uit.
Positieve punten? Eigenlijk alleen de vier overwinningen op rij waarmee debutant Benjamin Bok begon. En zijn spectaculaire overwinning in een ‘koffiehuispartij’ tegen Kirill Stupak uit Wit-Rusland. Het is te hopen dat Bok deze partij als herinnering koestert in plaats van te treuren over de 36e plaats. Ook voor als hij oud is, voor het boek met de meest gedenkwaardige partijen van Benjamin Bok.

Stupak-Bok
1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 d5 4.Pc3 c6 5.Lg5 h6 6.Lxf6 Dxf6 7.e3 g6 8.e4 dxe4 9.Pxe4 Lb4+ 10.Ke2 Opmerkelijk, maar wel eerder gespeeld. 10…Dg7 11.c5 0-0 12.Da4 Pa6 13.Ke3 Dreigt Lxa6 met stukwinst, maar het is nogal wat wat wit hier doet. 13…b5 14.cxb6 axb6 15.Dxc6 Na 15.Lxa6 c5 zou zwart zijn stuk terugwinnen en met de loper op a6 staat de witte koning pas echt heel slecht. 15…f5 Bok gooit er een kwaliteit tegenaan, hopend te kunnen profiteren van de gekke witte koningsstelling. 16.Dxa8 Pc7 17.Pf6+ Dxf6 18.Dc6 Pd5+ 19.Ke2 Td8 20.g3 Lc5 Die zet is mogelijk door de optie Dxb2 voor zwart. 21.Da4 Pb4 22.Td1 Lb7 23.Td2 Nog steeds is 23.dxc5 Dxb2+ 24.Ke3 Dc3+ geen optie voor wit. 23…Ta8 24.Dd1 Lf8 25.a3

25…e5 Zwart verhoogt de inzet naar een volle toren, maar als hij zijn paard wegzet en wit mag ongestoord Lg2, Te1 en Kf1 spelen, kan zwart opgeven.
26.axb4 exd4 27.Db3+ Kh8 28.Td1 Wit wil met zijn koning vluchten zonder te worden lastig gevallen met Ta1+. Toch was Lg2 hier de beste zet, zeiden computers na afloop, maar bereken dat maar eens in tijdnood. 28…Te8+ 29.Kd2 Lxf3 30.Dxf3
30…d3 Dreigt Dxb2. Zonder de toren op h1 staat zwart natuurlijk torenhoog gewonnen. Hij moet de partij dus beslissen voordat die toren in het spel kan komen.
31.Tb1 Lxb4+ 32.Kxd3 De6 Dreigt Db3 en snel mat. Na 33.b3 Dd6+ 34.Kc2 Dd2 is het ook mat. 33.Kc2 Tc8+ 34.Dc3+ Want 34.Kd3 Db4+ 35.Ke3 Te8+ is ook mat. Wit kan nog zijn dame geven omdat hij een toren voor staat, maar het blijkt niet genoeg. 34…Lxc3 35.bxc3 Dc6 Wit geeft het op.

Rini Kuijf

Voor beginners A7121

Wit aan zet wint alleen met?

Voor gevorderden B7121

Zwart aan zet wint alleen met?


Henk Prins

In Bakoe, de hoofdstad van Azerbeidzjan, werd de afgelopen weken de olympiade voor landenteams gehouden. Bij de heren werden de Verenigde Staten kampioen, gevolgd door Oekraïne en Rusland. Nederland behaalde een teleurstellende 36e plaats. Het Nederlandse team met de grootmeesters Giri, l’Ami, Van Wely, Bok en Van Kampen startte overigens zeer goed, want na vijf ronden stond het bovenaan. Vooral het resultaat (3.5 – 0,5) tegen Engeland was een sterke overwinning.
Giri speelde in alle wedstrijden op het eerste bord. Begon goed met drie overwinningen, maar speelde daarna alleen maar remises. Van Giri een overwinning uit de beginronden.

Giri-Gruenfeld

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 De Najdorf van het Siciliaans, een van de meest gespeelde verdedigingen. 6. h3 e5 7. Pde2 h5 8. g3 Pbd7 9. a4 Le7 10. Lg2 b6 11. Pd5 Pxd5 12. Dxd5 Tb8 13. Pc3 Lb7 14. Dd2 Tc8 15. h4 Pf6 16. Dd3 0-0 17 0-0 Dd7 18. Lg5 Tfd8 19. Tfd1 Giri’s plan is om op f6 te ruilen en zo de baas te zijn over het centrale veld d5. Ook de d-lijn die straks met drie stukken, twee torens en een dame, wordt bezet is ook een strategisch voordeel. 19… g6 20. Td2 Kf8 21. Tad1 Tc6 22. Lxf6 Lxf6 23. Pd5 Le7 24. De3 b5 25. axb5 axb5 26. Lf1 Tc5

Zie diagram. Geen mooie zet om zo de door Giri aangevallen b-pion te dekken. Ook 26. …La6 27. Pb4 is niet speelbaar. 27. Pxe7 Kxe7 (Na 27… Dxe7 28. Dxc5 dxc5 29. Txd8+ Kg7 30. T8d7 krijgt wit wel heel erg veel compensatie voor de dame. 28. Txd6 Dxd6 29. Txd6 Kxd6 Gruenfeld mag qua materiële verhouding tevreden zijn, twee torens voor de dame van Giri is niet slecht. Giri heeft verder gekeken en combineert een matplan wegens de slechte stand van zwarts koning. 30. b4 Tc7 31. Db6+ Lc6
32. Lh3! Zwart geeft de partij op. Giri dreigt met het directe mat door Dc5, Zwart kan dit lastig tegenhouden. Wanneer zwart dit probeert met bijvoorbeeld 32. …Tcd7 dan volgt 33. Dc5+ Kc7 34. Lxd7 Txd7 35. Dxe5+ en Giri gaat verder met het rustig naar voren brengen van zijn pionnen en haalt de buit eenvoudig binnen. 1-0

De Nederlandse vrouwen eindigden op de 21e plaats bij de vrouwen. In die afdeling werd China kampioen, gevolgd door Polen en Oekraïne.

5 Reacties

  1. Avatar
    wimw 22 september 2016

    In 1976 won de Verenigde Staten al eens de Olympiade en dat was toen ook heel spannend op het einde. Onze eigen IM Frans Kuijpers probeerde 14 uur lang zijn Finse tegenstander te verslaan, maar moest na 111 zetten in remise berusten. Bij winst had Nederland de gouden medaille gewonnen! De Sovjet Unie en de Oostbloklanden deden niet mee, omdat die Olympiade in Haifa Israël was, maar toch een heel mooie, zwaar bevochten zilveren medaille voor ons.

  2. Avatar
    Johan Hut 22 september 2016

    Uit mijn hoofd had ik gezegd dat het tegen Schotland was, maar ik maak twee fouten. Nederland speelde de laatste ronde inderdaad tegen Finland, maar het was Wales (en  niet Schotland) dat ons de das om deed. Wales speelde in de laatste ronde tegen de VS. Aan het eind van de wedstrijd gaf een speler van Wales in gewonnen stelling zijn partij remise. Als hij had gewonnen, had Nederland goud gewonnen. Het werd de Welshman meer kwalijk genomen dan Kuijpers.

    Beide laatste partijen waren afgebroken. Het verschil tussen de twee was, dat de Welshman geen winstplan zag, maar dat het er wel was. Kuijpers zag geen winstplan, maar dat was er ook niet, had het hele Nederlandse team (inclusief Timman) plus Ulf Andersson geconcludeerd.

  3. Avatar
    wimw 23 september 2016

    Dat is een mooie aanvulling op het Nederlandse succes op die Olympiade van 1976.

    Er is één schaker die zeker de kunst kent een goede Olympiade te spelen. Dat is GM Eugenio Torre uit de Filippijnen, die in november 65 jaar wordt en ruim een maand ouder is dan Jan Timman. Hij speelde vanaf 1970 in alle Olympiades mee, won drie keer de gouden medaille aan het eerste bord en dit keer die van het derde bord met een score van 10 uit 11 [met twee remises]. De Filippijnen scoorde 1 matchpunt minder dan Nederland, maar had wel een vergelijkbare reeks tegenstanders. GM Eugenio Torre stond natuurlijk speciaal in de aandacht vanwege deze bijzondere prestatie.

  4. Avatar
    Johan Hut 25 september 2016

    Dat is mooi. Er is een recente serie boekjes ‘Legendary Chess Careers’ van uitgeverij Chess Evolution, geschreven door Tibor Karolyi. De serie bestaat uit zes delen: Timman, Portisch, Hort, Gaprindashvili, Seirawan en Torre. Gaprindashvili is natuurlijk opmerkelijk, maar ik vond Torre ook een opmerkelijke keus. Maar hij is inderdaad een legende. Ik heb er vier gekocht, ik wacht alleen nog even met Portisch en Torre.

  5. Avatar
    wimw 26 september 2016

    Leuk die aandacht voor die legendarische grootmeesters, waar Jan Timman ook toe behoort. Wat betreft Torre nog een aanvulling en correctie. Hij was de eerste Aziatische grootmeester en speelde 23 Olympiades, wat een record is, maar won aan het eerste bord drie keer de bronzen medaille.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.