Top-40 Nederlandse schakers. 40: Rob Hartoch

Een eeuwig talent, dat is meteen een vriendelijke maar ook spottende typering van Rob Hartoch. De Amsterdammer werd op 24 maart 1947 geboren in een eenvoudig gezin en debuteerde al op zijn dertiende met VAS in de hoofdklasse. Dat zou nu bijzonder zijn, maar in 1960 was dat een sensatie. Hij maakte deel uit van een generatie Amsterdamse hemelbestormers met de een paar jaar oudere Hans Ree, Tim Krabbé en Bert Enklaar. In 1962 mocht hij al meespelen in het IBM-toernooi, dat een jaar eerder door VAS was gesticht om jonge Amsterdammers de kans te geven meester te worden.

Hoogoventoernooi 1973. Foto: Nationaal Archief

Nederlandse top

Toen Hartoch in 1965 jeugdkampioen van Nederland was geworden, volgde in Barcelona zijn meest memorabele prestatie. Hij werd tweede bij het wereldjeugdkampioenschap. De Spaanse kranten prezen zijn ‘ijzeren verdediging en uitstekende spelopvatting’. Als begeleider kreeg Hartoch KNSB-bestuurslid De Graaf mee. Schaaktechnische begeleiding was er niet, wat ook latere Nederlandse jongeren misschien van het allerhoogste podium heeft afgehouden.

Van 1969 tot en met 1972 speelde Hartoch in de hoofdgroep van het IBM-toernooi, waar inmiddels wereldtoppers meespeelden. In 1972 en 1973 speelde hij ook in de hoofdgroep van het Hoogoventoernooi. Bij IBM 1971 versloeg hij Paul Keres, wat hij naast die zilveren medaille in Barcelona altijd zijn grootste resultaat heeft gevonden. In 1970 en 1972 maakte Hartoch deel uit van het Olympiadeteam, waarvoor hij met 61% prima scoorde.

Van 1970 tot en met 1981 nam Hartoch elf van de twaalf keer deel aan het Nederlands kampioenschap. Zijn hoogste positie was de derde, in 1975, achter de in die editie ongenaakbare Jan Timman en Hans Böhm.

Sla hem niet af!

Rob Hartoch kon leuk met kinderen omgaan. Hier met de zesjarige Thomas Beerdsen. Foto: Max Euwe Centrum

In 1981 was een schaker met 34 jaar nog niet oud, maar Hartochs glorietijd was wel voorbij. Beroepsschaker bleef hij, hij zei dat hij dat al vanaf de schoolbanken was. Hij ging de schaakrubriek voor Het Parool schrijven en volgde ook een opleiding tot arbiter. Spelen bleef hij ook, maar hij werd vermaard om zijn korte remises, soms binnen tien zetten. Een leuke bijzonderheid: zijn remiseaanbod moest je niet afslaan, want dan verloor je. Erwin l’Ami ervoer dat op twintigjarige leeftijd in 2005 bij het Amsterdam Chess Tournament. Hartoch bood remise aan, L’Ami weigerde en bood het een paar zetten later alsnog aan, waarover Hartoch na afloop zei: “Die jongelui moeten niet denken dat ze zich tegen mij alles kunnen veroorloven.” Hartoch offerde L’Ami van het bord.

Bij Schaakstad Apeldoorn werd Hartoch op latere leeftijd met open armen ontvangen. Hij speelde competitiewedstrijden en trainde de jeugd. Zeker niet alleen de topjeugd, hij kon heel leuk omgaan met kleine kinderen.

In 2001 zei Hartoch in de Schaakkrant Apeldoorn dat hij inmiddels meer van het spel begreep dan vroeger. Met zijn enorme inzicht zou hij op z’n zestigste misschien nog wel grootmeester kunnen worden, dacht hij.

Rob Hartoch overleed op 28 mei 2009 aan een leverziekte. Ik zet hem op plaats 40. Zelf zal hij dat te laag hebben gevonden.

 

De top-40 is niet gebaseerd op ratings en titels, maar op de positie en prestaties van Nederlandse schakers ten opzichte van hun tijdgenoten, nationaal en internationaal.

 

3 Reacties

  1. Avatar
    Jaap Amesz 03 maart 2017

    Memorabel is dat ik, als tiener bij vlagen ook al niet de dunste en de kleinste, bij een cafe in Dieren aankwam tijdens het Open NK om te ‘schaken tegen de beer’ zoals de simultaan tegen Hartoch heette. Hij sprak de legendarische woorden: “en ik dacht dat ik de beer was”. Het werd inderdaad een saaie remise waar hij bekend om stond. Ik had toen 200 punten minder rating dan Hartoch.

    • Avatar
      Joris van Vuure 05 maart 2017

      De schaakwereld moet bijzondere mensen koesteren, en bijzonder was Rob zeker. Wie tweede kan worden bij een jeugdwereldkampioenschap heeft enorm veel talent maar eigenlijk deed Rob er nauwelijks iets mee. De liefde voor het spel en de angst om te verliezen hielden gelijke tred, winnen was ook niet erg belangrijk voor hem. Heel vaak bood hij snel remise aan om daarna nog uren te kunnen analyseren. Hij kon heel gelukkig zijn wanneer de winnende varianten die hij had voorzien correct bleken te zijn. Ze waren natuurlijk niet uitgevoerd omdat hij eerst remise had aangeboden. De morele overwinning was dan binnen, de punten werden gedeeld.

      Toen zijn rating richting 2200 zakte en hij niet of nauwelijks meer betaald kreeg voor zijn wedstrijden keerde hij terug naar VAS. Daar heeft hij de laatste gespeeld.  Vaak zat hij gelukkig voor zich uit te kijken met een kopje koffie om daarna weer snel een bord op te zoeken. Ondanks alles bleef hij schaker, tot het einde.

  2. Avatar
    Hendrikom 06 maart 2017

    Vermeldenswaard is het nog dat Rob arbiter was, bijvoorbeeld jaarlijks bij het toernooi in Hoogeveen. Ook tijdens de fenomenale uitvluggerfase Nijboer-Visser!

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.