Drie eindspelen 2

Twee van de drie eindspelen die ik in het vorige rubriekje had behandeld naar aanleiding van de wedstrijd tussen Stukkenjagers en HMC Calder geven aanleiding tot een nadere beschouwing. Niet alleen vanwege de reacties op het vorige artikel, maar ook door een uitgebreide e-mailwisseling die ik had met een van de ‘slachtoffers’ uit een van de eindspelen, mijn clubgenoot Maurice Peek.

In de eerste plaats gaven sommigen mij (via andere kanalen aan) aan of er nog een nadere toelichting kon komen op de vondst die René Olthof en consorten hadden gedaan in de volgende stelling. Ik voldoe graag aan het verzoek.

Dit was dus de slotstelling waarin Marc Clijsen opgaf. Maar zoals gezegd kon hij remise maken. Dat kon met de sleutelzet

1. Kh3!

Een mogelijk vervolg is dan:

A) 1… Dxh4+ 2. Kxh4 en wit peuzelt pion e6 op. Bijvoorbeeld: 2… Kf2 3. Kg5 Ke3 4. Kf6;

B) 1… Ke2 2. Dc4+ en pion e6 gaat verloren bijvoorbeeld na 2… Kd2 [Na 2… Kf3 3. Df4+ Kxf4 is het zelfs pat!] 3. Dxe6 en hier valt niets meer te zien.

Dan nu het bijzonder interessante pionneneindspel tussen Maurice Peek en Benjamin Bok. We maken er maar meteen een instructief geheel van door met een paar ‘hulpstellingen’ te werken die nodig zijn voor een goed begrip.

Hulpstelling 1

Dit is een bekende stelling uit de eindspeltheorie. Zwart heeft een entree op g3 voor de koning, maar dan moet hij wel de witte koning zien weg te houden van f2. Omdat er nog een tweede potentiële dreiging is om op e3 binnen te komen, wint zwart deze stelling door een zogenaamd ‘driehoekje’ te draaien met zijn koning. Een driehoekje draaien is niets anders dan ergens een tempo kwijt te raken zodat in de onderstaande stelling de andere kleur (wit dus) aan zet komt. En dan is het gewonnen voor zwart. De winstvoering gaat als volgt:

1… Ke4 2. Kf1 Ke5! 3. Ke1

3. Kf2? Kf4!

3… Kf5 4. Kf1 Ke4

Zwart brengt vanaf veld e4 de dubbele dreiging … Ke3 en … Kf4 in de stelling.

5. Kf2

Op 5. Ke1 volgt 5… Ke3 6. Kf1 f2 7. Kg2 Ke2.

5… Kf4 6. Kf1 Kg3 0-1

Er is een tweede hulpstelling nodig voor een goed begrip van het eindspel.

Hulpstelling 2

Met zwart aan zet komt precies op hetzelfde neer. Zwart wint.

1… Ke4 2. Ke1

2. Kf1 maakt geen verschil. 2… Ke3 3. Ke1 f2+ 4. Kf1 Kf3 5. h3 Ke3 6. h4 h5.

2… Ke3 3. Kf1 f2 4. h3 h6 5. h4 h5 6. Kg2 Ke2 0-1

Dan nu de stellingen waarbij het subtiele verschil tussen de pion op h7 en h6 tot uiting kan worden gebracht. In de eerste is zwart aan zet.

Hulpstelling 3

1… Ke4 2. Ke1!

2. Kf1?? Ke3 3. Ke1 f2+ 4. Kf1 Kf3 5. h3 h5 6. h4 Ke3 en zwart wint.

2… Ke3 3. Kf1 f2

Nu blijkt het verschil! Met de pion op h6 mist zwart zijn cruciale ‘reservetempo’.

4. h3 Kf3 5. h4 Ke3 6. h5

en het is remise.

½ – ½

Met wit aan zet moet hij goed opletten hoe hij met de koning moet manoeuvreren.

Hulpstelling 4

1. Ke1!

Wit moet telkens ‘schuin’ achteruit (in tegenstelling tot wat je zou verwachten). 1. Kf1?? verliest nu opnieuw omdat wit niet goed uitkomt met de ’tempi’. 1… Ke3 2. Ke1 h5! [Vooral niet 2… f2+?? 3. Kf1 Kf3 4. h4 h5 met remise.] 3. h3 h4 4. Kf1 f2 5. Kg2 Ke2.

1… Ke3 2. Kf1 f2 3. h3 Kf3 4. h4 Ke3 5. h5

en de remise is weer een feit.

½ – ½

Dan komen we nu eindelijk toe aan de herziene versie van mijn eerdere analyse. Met dank voor de inbreng van Maurice Peek.

Peek, Maurice – Bok, Benjamin (herziene analyse)

43… g4 44. Ke2

44. fxg4 Kxe4 45. Ke2 h6 46. h3 Kf4 47. Kf2 e5 48. g3+ Ke4 49. Ke2 f6 wint ook voor zwart.

44… gxf3+

Hier is 44… h5! Dit is de winnende zet. 45. Kd2 h4 46. Ke2 e6 47. h3 [Op 47. Kd2 volgt 47… h3 48. gxh3 gxf3 Dit is de clou, nu wint zwart omdat hij e4 ophaalt en de witte h-pionnen tegenhoudt. (Of 48… gxh3? 49. Ke2 f5 50. exf5 exf5 51. f4 Ke4 Deze stelling is wel weer remise.)] 47… gxh3 48. gxh3 f5 49. exf5 exf5 En dit eindspel is gewonnen omdat de witte pion op h3 staat. Zoals we later zullen zien zou de stelling met de pion op h2 remise zijn omdat wit dan 50. f4 kan spelen met theoretische remisestelling.

45. gxf3 f6

Hier gaf ik aan dat dit de ‘menselijke’ zet is. Het is zaak om zoveel mogelijk reservetempi over te houden met zwart. Mijn engine gaf het merkwaardige 45… h5!? met als mogelijk verloop: 46. Kf2 h4 47. Ke2 e6 48. Kd2 f5 49. exf5 exf5 en nu gaf de machine een variant die niet deugt.

A) Oorspronkelijk gaf de engine hier 50. Ke2 en dat wint inderdaad voor zwart na 50… f4 51. Kd2 h3 52. Ke2 Kc3 53. Ke1 Kd3 54. Kf2 Kd2 55. Kf1 Ke3 56. Kg1 Ke2 57. Kh1 Kxf3 58. Kg1 Ke2 59. Kh1 f3 60. Kg1 f2+ 61. Kh1 f1D#.

B) 50. f4! Deze stelling is remise zoals Maurice zelf met de tablebases heeft nagezocht. 50… Ke4 51. Ke2 Kxf4 52. Kf2 Kg4 53. Kg2 f4 54. Kf2 Kg5 55. Kf3 Kf5 56. Kf2 Ke4 57. Ke2 f3+ 58. Kf2 Kf4 en nu moet wit nog goed oppassen: 59. Ke1! [59. Kf1?? kost de partij na 59… Ke3 60. Ke1 f2+ 61. Kf1 Kf3 62. h3 Ke3 met winst.] 59… Ke3 60. Kf1 f2 61. h3 en nu is het daadwerkelijk remise.

46. Kd2

Misschien is deze logische zet pas de beslissende fout. Wit had kunnen vluchten in een ander type eindspel: 46. Kf2 Kd3 47. Kg3 Ke2 48. Kg4 Ke3 49. h3 e6 50. h4 Kf2 51. Kf4 h5 52. e5 f5 53. Kg5 Kxf3 54. Kf6 f4 55. Kxe6 Kg3 56. Kd6 f3 57. e6 f2 58. e7 f1D 59. e8D Dd3+ 60. Kc7 Kxh4

met een dame-eindspel dat volgens de theorie remise moet zijn.

46… e6 47. Ke2 f5!

De geplande opmars.

48. exf5 exf5 49. Kd2

Essentieel voor dit eindspel is hoe het staat na 49. f4!? Ke4 50. Kf2 Kxf4 En het opmerkelijke is dat zwart nu wint omdat zijn pion op h7 staat. Zou hij op h6 hebben gestaan, is de stelling remise! Wit moet vooral pion h2 op zijn plek houden! Dit is allemaal na te gaan via de tablebases. Benjamin was overigens op de hoogte hiervan. Toen ik hem na afloop hierover een vraag stelde, bleek hij het inderdaad te weten!

49… f4 50. h3 h6 51. h4 h5 0-1

Het laatste woord is aan Maurice: “Dit eindspel is inderdaad wel interessant en ook leerzaam, jammer dat ik tijdens de partij niet dieper had gekeken. Ik had gewoon op algemene gronden gedacht dat ik de zwarte koning moest afhouden en niet naar g3 moest gaan. Het is dus beter om concreet te rekenen in plaats van een beetje op het gevoel te vertrouwen. In ieder geval toch wel weer wat nieuwe dingen geleerd en dat is ook wat waard :)”.

Alle partijen of fragmenten via de viewer:

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.