Tata in de media (1)
Het Tata Steel Chess Tournament is het enige schaaktoernooi in Nederland dat echt goed de krant haalt. De aanwezigheid van een groot deel van de wereldtop maakt kennelijk toch indruk op de sportredacties. Het dagblad dat er ver bovenuit springt is, niet verwonderlijk, het Noord-Hollands Dagblad (NHD). De andere bladen van de Hollandse Dagblad Combinatie (HDC) profiteren daarvan mee: het Haarlems Dagblad, het Leidsch Dagblad en de Gooi- en Eemlander. Zaterdag pakte het NHD uit met een complete pagina. Geen actueel verhaal of voorbeschouwing, maar een leuke pagina met allerlei weetjes over de aard en de geschiedenis van het 75-jarige toernooi, onder de kop ‘De Parel van Wijk aan Zee’. Opgesierd met meerdere foto’s, waaronder een grote foto van Jan Timman. Hij blijft nog altijd onze grootste ambassadeur.
Enkele van de vele weetjes volgens het NHD:
– Vroeger werden deelnemers (ook de grootmeesters) ondergebracht bij gastgezinnen. De bevolking en middenstand werden zo bij het toernooi betrokken. Om hen te bedanken werd altijd een bonte avond georganiseerd die zo populair was, dat dorpsbewoners ook illegaal probeerden binnen te komen.
– De schaakclub in Wijk aan Zee heet Het Paard van Ree. Daar was de grootmeester oorspronkelijk niet blij mee, want het was een vernoeming naar een paard dat hij eens ongelukkig op a1 begraven had. Even heeft de club daarom Het Verdronken Paard geheten. Volgens de krant is Ree nu wel trots op de vernoeming.
– Schaken is een mannenwereld. Een kioskhouder vertelde eens dat hij in januari aanmerkelijk meer blootblaadjes verkocht dan in de rest van het jaar.
– Toen Harmen Jonkman een paar jaar geleden een telefoonnul kreeg, was dat omdat hij werd gebeld door een journalist van deze krant (NHD) die hem wilde vragen hoe zijn partij was verlopen.
– Alexei Shirov kwam een keer na een dramatisch verlopen openingsweek onder de modder zijn hotel binnenlopen. Uit pure wanhoop was hij de zee ingelopen.
– Johan van Hulst nam vorig jaar op honderdjarige leeftijd afscheid van het toernooi voor ex-parlementariërs. Zijn commentaar: “Ik ben uniek in de Nederlandse schaakwereld. Niet omdat ik als honderdjarige nog steeds schaak, maar omdat ik de sport al 88 jaar beoefen en nog steeds niet goed kan spelen.”
Afscheid van Dolf Vos
Het nieuws dat Tata Steel doorgaat met de sponsoring, ondanks de crisis en de ontslagen, was volgens de krant in de wandelgangen al een tijdje bekend. Dolf Vos, voorzitter van het toernooicomité: “Vlak voor Kerst kreeg ik het voor het eerst te horen. Het is zeer belangrijk voor ons toernooi. Ik weet dat er lang over gesproken is in het bedrijf. De economische situatie is niet goed, maar toch heeft Tata gekozen om nog minimaal een jaar door te gaan. Ik hoop dat in februari bekend wordt welk budget ze beschikbaar stellen, want in maart zullen de eerste schakers voor de 76e editie van ons toernooi al worden vastgelegd.”
Vos, 75 jaar oud, is nu vijftien jaar voorzitter en stopt ermee. Zijn opvolger is nog niet bekend. Voorzitter van het toernooicomité is een andere functie dan toernooidirecteur, wat Jeroen van den Berg is. Over het onverhoopte stoppen van Tata Steel als sponsor heeft het comité nog niet nagedacht. Vos in het NHD: “Ik denk wel dat als er een andere partij in zou stappen het toernooi niet meer in Wijk aan Zee gehouden wordt. De unieke combinatie zoals we die nu kennen met toppers aan de ene kant van de zaal en amateurs even verderop zal dan niet langer bestaan.”
Vol vertrouwen
De Gooi- en Eemlander volgt uiteraard het toernooi van Bussumer Robin van Kampen. In een klein vragenrubriekje, ‘Meneer Van de Velden’ geheten, blaakt Van Kampen van zelfvertrouwen. “Ik heb veel gespeeld de laatste tijd en veel gewonnen. Dus ik ben in vorm en heb genoeg zelfvertrouwen. Door mijn resultaten ben ik nu ook niet meer de speler met de laagste rating.” Londen, Groningen, Bazel en Wijk aan Zee in twee maanden vindt hij niet te vermoeiend. “Ik ben een van de fitste spelers in het toernooi, want ik zit regelmatig in de sportschool. Bovendien heb ik recent goede resultaten behaald, en als je wint ben je niet moe.”
Een inzinking is altijd mogelijk, maar Van Kampen is er niet bang voor. Zijn voorbereiding doet hij veel met Merijn van Delft, met wie hij de hotelkamer deelt. Van Delft is ook altijd helemaal up-to-date qua openingskennis, voegt Van Kampen er vol vertrouwen aan toe. Nou, dat komt wel goed zo te lezen.
