Eerste twee beslissingen in Kandidatentoernooi

Het Kandidatentoernooi is begonnen. Plaats van handeling is Londen waar acht spelers gaan bepalen wie van hen wereldkampioen Anand mag uitdagen in een tweekamp om de wereldtitel. En eindelijk krijgt de nummer één van de wereld, Magnus Carlsen (zie foto Ab Scheel), nu een kans om zich inderdaad in die titelstrijd te mengen.

Eerder had hij zichzelf buitenspel gezet omdat hij het niet eens was over de voorwaarden waaronder de Fide had gemeend de strijd om de wereldtitel te moeten organiseren. Als hoogste ratinghouder heeft Carlsen een naam hoog te houden. Zijn 2872 is het hoogste Elogetal ooit door een menselijke schaker bereikt. Kramnik en Aronian blijven met respectievelijk 2810 en 2809 op gepaste afstand van de Noor. Zij zijn ook deelnemer aan deze dubbelrondige achtkamp waarin zich verder Radjabov, Grischuk, Ivanchuk, Svidler en Gelfand hebben geplaatst. Hiermee zijn niet alle sterke spelers ter wereld – als we de huidige lijst erbij nemen – vertegenwoordigd. Uit de top tien ontbreken de nummers vijf (Karjakin – 2786), zeven en acht (Caruana, Topalov – beide 2771), nummer negen (Nakamura, 2767) en nummer tien (Mamedyarov – 2766). Maar om nu te zeggen dat het toernooi met de huidige deelnemers flink is gedevalueerd gaat veel te ver. Al deze spelers hebben hun sporen verdiend en zij behoren stuk voor stuk tot de elite waaruit ongetwijfeld een waardige uitdager van wereldkampioen Anand tevoorschijn zal komen (zie ook het overzicht aan het eind van dit artikel). Het publiek rekent op Carlsen maar of de Noor de favorietenrol aan kan zal moeten blijken. Zijn resultaten zijn ronduit fantastisch, maar kan hij het beste uit zich halen als het er echt om gaat?

Voorlopig is Carlsen uiterst behoedzaam begonnen. Met twee kleurloze remises tegen respectievelijk Aronian en Kramnik heeft hij zijn tanden nog niet laten zien. Na de tweede ronde moet hij zelfs in de achtervolging omdat twee spelers wel een partij wisten te winnen. Aronian won van Gelfand omdat de Israëliër zich enorm verkeek op een tactische wending waardoor zijn acceptabele stelling direct in een puinhoop veranderde. Aronian profiteerde overigens bijzonder knap van de geboden kans want hij speelde het resterende eindspel feilloos naar winst. De tweede die zich aan kop van de ranglijst nestelde was Radjabov die wel raad wist met de Hollandse Leningrader van Ivanchuk. Zwart raakte in de opening achter in ontwikkeling en Radjabov slaagde er met een paar handige manoeuvres in beslissend materiaal buit te maken. Deze twee beslissingen kwamen uit de tweede ronde. In de eerste ronde leek het erop dat alle spelers elkaar voorzichtig aan het aftasten waren. Niemand was bereid tot het nemen van risico’s en dat leidde in alle vier de partijen tot grote vervlakking. Als we de eindstanden van alle partijen uit deze ronde naast elkaar zetten, weten we genoeg. De dames gingen snel van het bord, er werden een paar stukken geruild en ook de pionnenstellingen vertoonden weinig aanknopingspunten. Alleen in Ivanchuk-Grischuk werd (tegen beter weten in) doorgespeeld tot een pionneneindspel.

Kortom: een wat kleurloze eerste ronde. Dan was de tweede heel wat leuker.

De volgende selectie uit de eerste twee ronden heb ik voor u van commentaar voorzien en kunt u via de viewer bekijken:

Aronian, Levon – Gelfand, Boris

1. Pf3 c5 2. c4 Pc6 3. Pc3 g6 4. e3 Pf6 5. d4 cxd4 6. exd4 d5 7. cxd5 Pxd5 8. Db3 Pxc3 9. Lc4 Pd5 10. Lxd5 e6 11. Lxc6+ bxc6 12. O-O

12… Le7

12… Dd5 is de meest gespeelde voortzetting, maar Gelfand heeft zijn eigen ideeën over deze stelling.

13. Le3

De nieuwe zet. In Jakovenko-Gelfand, 2012 volgde 13. Lf4 en zwart behaalde (met enige moeite) een half puntje. 13. Lh6 komt ook in aanmerking.

13… Dd5 14. Tfc1 Dxb3 15. axb3 Lb7

Op het oog lijkt het allemaal niet zo geweldig voor wit. Hij zit met een dubbelpion, een geïsoleerde pion, een niet zo’n goede loper terwijl zwart ook nog over het loperpaar beschikt. De zwakke pionnen op a7 en c6 en de factor dat het zwarte loperpaar niet veel te betekenen heeft in deze stelling, naast het feit dat wit zijn beide torens al in het spel heeft gekregen bepalen dat wit beter staat. Belangrijk is ook dat het witte paard beschikt over de nodige steunpunten en daarom snel ingezet kan worden door Aronian.

16. Pe5 O-O 17. Ta4 Tfd8 18. Pc4

De pion op c6 heeft weinig te betekenen na 18. Pxc6 Lxc6 19. Txc6 Td7 en het is slechts een marginaal voordeeltje geworden.

18… Lf6 19. Pa5 Td7 20. Tb4 La6 21. Pxc6

Nu wil wit de pion wel.

21… Tb7 22. h3 Kg7 23. Txb7 Lxb7 24. Pe5 Ld8

Gelfand besluit het loperpaar op het bord te houden en tegelijk het invalsveld van de toren op de zevende rij te dekken. 24… Lxe5 25. dxe5 Ld5 [25… Tc8 26. Txc8 Lxc8 27. Lxa7 Het is natuurlijk de vraag of wit het eindspel met ongelijke lopers en dubbele b-pion meer voor wit kan winnen, maar aangenaam is het allerminst.] 26. b4.

25. b4 Tc8?

Maar dit is een ernstige tactische misrekening. Na een zet als 25… Ld5 is het maar zeer de vraag of wit progressie kan boeken.

26. Lh6+!

Die heeft hij duidelijk niet gezien, anders had hij wel een andere zet gespeeld.

26… Kg8

Geen weelde om met de koning naar dit passieve veld te moeten. De koning is voorlopig ook opgesloten en kan daarom niet deelnemen aan de strijd. 26… Kxh6 27. Txc8 Lxc8 28. Pxf7+ Kg7 29. Pxd8 is een afwikkeling naar een voor wit gewonnen eindspel. Het paard is superieur aan de loper en wit heeft daarnaast ook nog ‘anderhalve’ pion meer. Dat anderhalf slaat op het feit dat een van wits pluspionnen een dubbelpion is.

27. Txc8 Lxc8 28. Pc6 Lf6

In arren moede moet zwart naar dit veld. 28… Lb6 faalt natuurlijk op 29. Pe7+.

29. b5!

Dat speelt Aronian ijzersterk.

29… Ld7

30. g4

Het witte paard en de loper houden alle zwarte stukken in bedwang. Hij kan vrijwel nooit op c6 slaan omdat dan de c-pion van wit te sterk wordt, terwijl ook meteen de dubbelpion is opgelost. Maar hoe kan hij anders uit de omklemming komen?

30… g5

Dit is bepaald geen oplossing, maar die was al niet meer voor handen. Het alternatief 30… a6 31. g5 axb5 [31… Lh8 32. Pe7#] 32. Pb8 Lxd4 33. Pxd7 kost zwart een stuk

31. h4!

Aronian laat zich het buitenkansje dat hij in de schoot geworpen kreeg, niet ontnemen. Met de tekstzet wordt Lf6 aan de tand gevoeld.

31… gxh4 32. g5 Lxc6

Trieste noodzaak.

33. bxc6 Ld8 34. Kg2 Lc7

Hiermee bereidt hij … f6 voor. Om de koning te bevrijden zou zwart 34… f6 moeten spelen. Maar het resterende eindspel na 35. gxf6 Kf7 36. Lf4 is meteen verloren omdat zwart zijn loper moet geven voor de c-pion.

35. Kh3

Gelfand zag het hopeloze van de situatie in en gaf zich gewonnen. Inderdaad kan hij niet loskomen want na 35. Kh3 f6 36. gxf6 Kf7 37. Lg5 Kg6 38. Lxh4 staat wit twee pionnen voor, terwijl hij ook een stuk zal verliezen vanwege de dreiging Lh4-g3.

1-0

Radjabov, Teimour – Ivanchuk, Vassily

1. d4 d6 2. Pf3 g6 3. c4 f5

Met een zetverwisseling is er de Hollandse Leningrader op het bord verschenen. Tegen Ivanchuk is het moeilijk voorbereiden want hij speelt vrijwel alles. Bij mijn weten heeft hij deze opening toch niet vaak op het bord gehad.

4. Pc3 Pf6

Ik heb slechts de partij Bareev-Ivanchuk uit 2009 gevonden, die de zwartspeler trouwens verloor. Als ik adviseur van Ivanchuk zou zijn zou ik zeggen: niet meer spelen die variant!

5. g3 Lg7 6. Lg2 O-O 7. O-O c6

7… De8 is de hoofdvariant.

8. Tb1 Pe4 9. Dc2 Pxc3 10. bxc3 e5

Misschien moet zwart verder gaan met 10… Da5 zoals voorkwam in Giri-Reinderman, 2009 en zwart behaalde remise.

11. dxe5

11. Td1 kwam onder andere voor in de partij Kramnik-Nakamura, 2010.

11… dxe5 12. La3 Tf7 13. Tfd1 De8

Eindelijk zijn we uit de theorie. De opzet van wit is nogal provocerend. Met 11. dxe5 doet hij afstand van zijn trotse pionnencentrum, maar in ruil daarvoor krijgt hij veel activiteit. 13… Pd7 is een partij Sales-West, 2005.

14. e4

Omdat zwart klaar staat voor … e5-e4 (waarmee Lg2 op non-actief wordt gezet), steekt wit daar een stokje voor.

14… f4

Ivanchuk antwoordt met de standaardreactie in dit type stellingen. Het is echter de vraag of zwart met zo weinig ontwikkelde stukken een dergelijke actie mag beginnen. 14… Pd7 15. Ld6.

15. Td3

Radjabov versterkt zijn stelling door een eventuele verdubbeling voor te bereiden. Het is de vraag of hij niet al direct kon profiteren van de gebrekkige ontwikkeling bij zwart. Sterk in aanmerking komt 15. Pg5!? waarna de toren naar het onooglijke veld f6 moet: 15… Tf6 Na [Op 15… Td7 16. Txd7 Pxd7 volgt sterk 17. c5! en zwart wordt met grote problemen opgezadeld.] 16. Dd3 Pa6 17. f3 [17. Dd8 Lg4] 17… h6 18. Dd8 Tf8 [18… Le6 19. Dxe8+ Txe8 20. Pxe6 Tfxe6 21. Txb7] 19. Lxf8 Dxf8 20. Dxf8+ Lxf8 21. Ph3 en wit heeft materiaal gewonnen.

15… fxg3 16. hxg3 Pa6 17. Pg5 Tc7

Een rare zet die ook geen uitkomst biedt op de problemen. Na een normale zet als 17… Td7 18. Txd7 Dxd7 worden de meeste actieve zwarte stukken afgeruild waardoor hij met louter passieve opgezadeld wordt. Wit kan als volgt profiteren: 19. Db3! Lf6 20. Lh3 De8 21. Lxc8 Dxc8 22. c5+ Kh8 23. Lc1 en de witte stukken dringen naar binnen. De dreigingen Df7 of Pf7+ en Dxb7 vallen niet meer te pareren.

18. Ld6 Lf6

19. Dd2!

Zeer koelbloedig gespeeld van Radjabov. De winst van de kwaliteit met 19. Lxc7 was natuurlijk ook aantrekkelijk maar na 19… Pxc7 20. Pf3 wordt de stukken teruggedrongen, terwijl die van zwart ontplooit kunnen worden. Het neemt niet weg dat wit ook hier groot voordeel in handen heeft.

19… Td7

Het alternatief 19… Tg7? faalt op 20. Lxe5! Dxe5 21. Td8+.

20. Lh3

Op Tb1 na nemen alle witte stukken aan de strijd deel. Zwart heeft er een paar die niets doen.

20… Tg7

21. Lxe5!

Ook nu heeft Radjabov deze fraaie wending.

21… Lxe5

Opgeven was al bijna nodig, maar Ivanchuk kiest ervoor zijn dame te geven. 21… Lxh3 22. Lxf6 is meteen uit en het is duidelijk dat zwart matgezet wordt met 21… Dxe5 22. Td8+.

22. Td8 Lxh3 23. Txe8+ Txe8 24. Pxh3

Met een stuk en een toren voor de dame heeft zwart niet genoeg compensatie.

24… Pc5 25. De3 Ld6 26. f3 Pe6 27. Kg2 g5 28. Pf2 h5 29. Dxa7

29. Th1 lijkt mij nog adequater.

29… Lc5 30. Da4 Tf8 31. Pd3 h4 32. Da5 b6 33. Txb6

Radjabov wil best wat teruggeven om de zaak overzichtelijk te maken.

33… Lxb6 34. Dxb6 hxg3

En tegelijk opgegeven omdat hij zag dat hij tegen een dergelijke overmacht niet opgewassen zou zijn. 34… hxg3 35. Dxc6 Pf4+ 36. Kxg3 Pxd3 37. Dd5+ Tgf7 38. Dxd3 zou een mogelijk vervolg zijn.

1-0

Carlsen, Magnus – Kramnik, Vladimir

1. c4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 e6 6. Lf4

Kramnik zelf speelde in deze stelling met wit ooit 6. g3.

6… d5 7. e3

Carlsen pakt de zaken weer heel timide aan in de opening. 7. cxd5 Pxd5 8. Pxc6 bxc6 9. Ld2 is nog in diverse partijen gespeeld. Wit lijkt hier een tastbaar voordeeltje te hebben.

7… Lb4 8. Le2

En na deze slappe voortzetting lijkt wit zijn laatste kans op voordeel te hebben gespeeld. Maar dat is Carlsen eigen. Hij bekommert zich niet zoveel om de opening, maar zet een stelling op het bord waarin geschaakt moet worden. 8. Pxc6 bxc6 9. Da4 Db6 kwam voor in Eljanov-Grischuk, 2011.

8… dxc4

Formeel een nieuwtje. In een partij tussen de onbekende grootheden Capellini-Reides werd 8… O-O gespeeld. 8… Ld7 lijkt ook te kunnen.

9. Pxc6 Dxd1+ 10. Txd1 bxc6

Beide spelers zijn meesters in stellingen middenspelen zonder dames.

11. Lxc4 Pd5 12. O-O

Carlsen moet voorzien hebben dat hij hier afstand moet doen van het loperpaar.

12… Pxf4 13. exf4 Lxc3

Kramnik besluit om verder te vervlakken. Na 13… Ke7 14. Pe4 Tb8 lijkt mij dat zwart zeker niet minder staat, maar daar zal Carlsen ongetwijfeld anders over denken.

14. bxc3 Ke7 15. Tb1 Ld7 16. Tb7 Thb8 17. Tfb1 Txb7 18. Txb7 a5

Wit lijkt iets bereikt te hebben: een toren op de zevende rij en tijdelijk een betere loper. Maar het feit dat zijn koning zover van het strijdtoneel staat, geeft hem nauwelijks reële winstkansen. Daarbij wordt zijn toren weldra verdreven.

19. Ld3 h6 20. h4 Kd8 21. Kf1 Kc8

De toren moet alweer terug.

22. Tb1 Tb8 23. Txb8+ Kxb8

Kramnik heeft systematisch alle muziek uit de stelling weten te halen.

24. Ke2 Kc7 25. Ke3 Kd6 26. Kd4

Min of meer gedwongen, want anders zou zwart met de koning het mooie veld c5 kunnen bezetten.

26… c5+ 27. Ke3 Lc6 28. g3 f6 29. a3 e5 30. fxe5+ Kxe5

Voor beide spelers valt er geen eer meer te behalen. Remise dus.

½ – ½

Tot slot een overzicht van alle deelnemers aan dit kandidatentoernooi met de nodige achtergrondinformatie:

Foto

Deelnemers Kandidatentoernooi

Elo

2872

2810

2809

2793

2764

2757

2747

2740

(Verantwoording foto’s uit dit overzicht:

Carlsen, Kramnik, Aronian en Grischuk zijn van Frans Peeters

Radjabov, Ivanchuk, Svidler en Gelfand zijn van Ab Scheel)

Terug naar het begin van dit artikel

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

3 Reacties

  1. Avatar
    Paul-Peter Theulings 16 maart 2013

    33 Txb6 Radjabov wil best wat teruggeven om de zaak overzichtelijk te maken.

    Hij geeft hier zowaar een half punt weg. Houdini komt met 33..g4!

    34 f4 h3+ 35 Kh2 Td8 en de witte koning krijgt onaangenaam bezoek met een onvermijdelijke remise.

  2. Avatar
    HermanGrooten 17 maart 2013

    Beste Paul-Peter. Je hebt inderdaad gelijk. Ik had hem niet lang genoeg laten rekenen. Na een zet als 33. Da4 staat wit wel op winst. Overigens wel een apart geval.

  3. Avatar
    tbeuman 17 maart 2013

    Beide spelers waren in flinke tijdnood. Sterker nog, volgens mij gaf Ivanchuk in de slotstelling niet op, maar ging hij door zijn vlag.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.