Gespot 58: Blunder of toch niet…?

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


In de vorige rubriek heb ik de lezer uitgedaagd om iets in te sturen van iets bijzonders dat de moeite waard is om aan de vergetelheid ontrukt te worden. De heer Hans Reusink, toevallig uit mijn eigen woonplaats Eindhoven, stuurde me al een hele tijd geleden iets op dat inderdaad voor het nageslacht bewaard dient te blijven. Ik heb dit helaas iets te lang laten liggen, maar ik hoop met deze rubriek een en ander recht te kunnen zetten. Het gaat om de volgende partij die in de interne competitie bij de Eindhovense Schaakvereniging werd gespeeld. Ik laat de zwartspeler aan het woord:

Tolhuizen, Ludo – Reusink, Hans

1. d4 Pf6 2. Pf3 e6 3. c4 Lb4+ 4. Pc3 De tekstzet is goed na 4. Ld2

4…De7?!

Reusink: "Hier haal ik Bogo- en Nimzo-Indisch door elkaar. Nu pent wit gratis het paard op f6".

5. Lg5 h6 6. Lh4 d6??

Reusink: "Ja, toe maar!"

7. Da4+

Reusink: "Die zit! De loper op b4 hangt."

7…Pc6

Reusink: "De enige zet".

8. d5

Reusink: "Uiteraard. Wie zou deze zet niet spelen met een siddering van genot? Ludo is van ons beiden veruit de sterkste speler, maar ik vond dat ik het hem wel erg gemakkelijk had gemaakt met mijn mishandeling van de opening. Menig rondkuierende schaker keek eerst naar onze stelling en vervolgens naar mij, met een blik die niets te raden overliet. Ik ging immers al binnen tien zetten een vol stuk verliezen".

8…Lxc3+??

Reusink: "Een blunder? Jazeker, en dat ondanks het feit dat ik mijn verlies weet te beperken tot twee pionnen. Mijn computer komt namelijk met de variant 8…exd5 9. cxd5 De4! Er dreigt … Lxc3+ met dameverlies. Een ‘simpele’ tweezetter, ook tijdens de post-mortem door beide spelers gemist. Een dag later heb ik Ludo op de hoogte gesteld van deze variant waarna hij zich realiseerde dat hij goed was weggekomen".

9. bxc3 1-0

Reusink: “De dag daarna ontvang ik rond middernacht een mailtje van Ludo met de volgende inhoud: ‘het is niet te geloven, ik zit hier wat in The Sorcerer’s Apprentice te lezen en daar staat die variant in als een ‘voorbereiding’ van Bronstein tegen Korchnoi in 1960. Hij geeft 7. Da4+ een vraagteken!’

Een vraagteken? Inderdaad. Tijdens het kampioenschap van de Sovjet Unie in 1960 dacht Bronstein na over zijn opening in de volgende partij tegen Viktor Korchnoi. Aangezien Korchnoi vaak 1.c4 Pf6 2.Pf3 e6 3.Pc3 speelde, besloot Bronstein 3… Lb4 te proberen, en indien 4. d4 dan 4…d6. Hij droomde van een mooie combinatie na 5.Lg5 h6 6.Lh4 De7! 7.Da4+? Pc6 8.d5 en na verwisseling van zetten zijn we bij het tweede diagram aangekomen. Bronstein gaat verder met 8…exd5 9.cxd5 De4 en het is Zwart die beter staat.

(Foto Jos Sutmuller)

Bronstein fantaseert nog even door en zet zijn fictieve tegenstander mat op de 19e zet.

Mijn 6… d6 is dus geen blunder, maar een tactische vondst van Bronstein! Niets was dus wat het leek in deze partij, maar daar heb ik nu niets meer aan, want ik verloor natuurlijk wel.

Bezitters van Bronstein’s prachtige boek kunnen e.e.a. nakijken bij 50 Games with Comments, partij # 14 tussen Bronstein en Boleslavsky.”

Tot zover de heer Reusink. Dat nakijken heb ik natuurlijk onmiddellijk gedaan. Met het boek erbij geef ik het commentaar van Bronstein zelf waarna ik (met initialen HG) af en toe ‘inbreek’ met enige uitleg bij zijn varianten.

In The Sorcerer’s Apprentice valt het volgende te lezen:

Bronstein: "Many years ago, I think in 1960, during the Soviet Championship in Leningrad, I was thinking about my opening in the next game with Korchnoi. As he often played

1. c4 Pf6 2. Pf3 e6 3. Pc3

I decided to try

3…Lb4

and if

4. d4

then

4…d6

Then, using my fantasy, I was dreaming of a nice combination after

5. Lg5 h6! 6. Lh4

6…De7! 7. Da4+? Pc6 8. d5

HG: "Deze zet moet eigenlijk pas bekritiseerd worden, want vanwege de volgende truc komt wit in de problemen."

8…exd5 9. cxd5

9…De4

HG: "Dit is de geweldige zet waar het allemaal om draait. Zwart dreigt zowel … Lxc3+ (met damewinst) als gewoon de belangrijke pion op d5 van het bord te nemen".

10. Pd2

HG: "Dit voorkomt het dameverlies, maar op deze manier komt natuurlijk wel de loper op h4 te hangen".

HG: "Relatief beter is 10. O-O-O hoewel zwart na 10…Lxc3 11. Dxe4+ Pxe4 12. dxc6 g5 13. bxc3 [13. Lg3 Lf6 14. cxb7 Lxb7 en zwart staat fantastisch.] 13…gxh4 heel comfortabel staat (vooral omdat f2 niet te dekken valt)",

10…Dxh4 11. dxc6 O-O

HG: "Nu lijkt het erop dat zwart ook een stuk moet verliezen vanwege de penning over de vierde rij, maar dat blijkt tegen te vallen".

12. a3

HG: "De variant zoals Bronstein die als zijn hoofdvariant ziet". HG: "Na 12. g3 Dd4 13. e3 Dc5 redt zwart zijn stuk en komt hij waarschijnlijk een mooie pion voor".

12…Pg4!

HG: "Het gaat om deze tussenzet, waarmee zwart een soort koningsaanval weet te creëren. Het vervolg is fraai bedacht".

13. g3 Df6

14. axb4

HG: "In feite verliezend, maar de pointe ligt erg onder de oppervlakte".

Direct verliezend is 14. Pce4 Lxd2+ 15. Kxd2 Dxb2+

HG: "Objectief gezien is 14. Pde4 de enige zet, maar dan zwart na 14…Lxc3+ 15. bxc3 De5 heel riant".

14…Dxf2+ 15. Kd1

15…b5!!

HG: "Een bijzonder fraaie zet. Zowel de witte dame als het paard op c3 moeten veld d1 extra blijven bewaken". HG: "Nu levert 15…Pe3+ nog niets op na 16. Kc1 omdat dezelfde wending als in de variant met 16…b5 nu beantwoord kan worden met 17. Pd1! en wit wint zelfs!

16. Db3 Le6

HG: "En dat is na deze zet niet meer mogelijk. Bronstein besluit zijn kunststukje met"

17. Da3 Pe3+ 18. Kc1 De1+ 19. Pd1 Dxd1#

After the tournament I gave a lecture in the Chigorin Chess Club and told the audience about this and used the expression ‘chess dream’. Later I read in a book that I saw this variation during my sleep!"

0-1

Dit gemene zetje … De7-e4 deed mij onmiddellijk denken aan een variant in het Dame-Indisch die in de jaren ’80 heel populair was. Die variant ging zo:

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pf3 b6 4. a3 c5 5. d5 La6 6. Dc2 De7?!

Waar de zet precies vandaan komt, weet ik niet. Wel weet ik dat de Nederlandse grootmeester John van der Wiel hem op zijn repertoire had staan. De bedoeling is om dan na

7. Lg5 verder te gaan met 7…exd5 en dan na 8. cxd5 met het ijzersterke 8… De4! voor de dag te komen. Pion d5 hangt nu twee keer en na 9. Dxe4+ Pxe4 staat zwart voortreffelijk. Mooi idee, er zit hier echter een grote ‘maar’ achter. De nog jeugdige Gary Kasparov had namelijk een geweldig nieuwtje klaarliggen op het concept van Van der Wiel. Zijn nieuwtje smeet hij op het bord in een landenwedstrijd Sovjet-Unie – Nederland bij het WK voor spelers onder 26 jaar in Graz 1981. Daar was ik zelf bij aanwezig. Kasparov speelde geen 8. cxd5 maar het briljante 8. Pc3!! De details kunt u nalezen in mijn Column 38: J’Adoube.

We keren even terug naar de valstrik van Bronstein. Bij mijn weten heeft hij deze valstrik, die hij speciaal voor Korchnoi gespannen had, nooit kunnen toepassen. Ik heb nog wel twee partijen van Bronstein gevonden, toen hij al op zijn ‘retour’ was, waarin hij het toch op bord probeerde te krijgen. Maar zijn tegenstanders, Ubilav in 1980 en Rashkovsky in 1982, lieten zich niet foppen. De partijen eindigden beide in remise, hoewel de grote man daar enige moeite voor moest doen. Ze zijn toegevoegd in de viewer.

Zo zullen vele spelers er heel wat voor over hebben om de talloze fraaie openingsideeën van Kasparov, die hij ongetwijfeld in zijn computer heeft zitten, maar er nooit de kans voor heeft gekregen om er een tegenstander mee onderuit te halen, in handen te krijgen. Laten we hopen dat hij het op een of andere manier voor het nageslacht goed heeft opgeslagen, mocht hij er niet meer zijn.

Heeft u zelf geblunderd, of uw tegenstander? En was die misschien dermate komisch, dat u die aan een groter publiek wil voorleggen? Of had u een geniale combinatie die u met ons wil delen? Stuur dan een e-mail naar auteur dezes (hgrooten@xs4all.nl) of aan ons redactieadres (redactieschaaksite@gmail.com), dan zullen we kijken of een en ander voor het voetlicht kunnen brengen. Het woord is aan u!

De analyses van deze fragmenten via de viewer:

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

2 Reacties

  1. Avatar
    meijgia 26 december 2013

    Herman,

    De zetten van deze partij staan ook in ‘The Joys of Chess’ (2011; pp. 123-124) van Christian Hesse. Hesse vermeldt dat David Bronstein eens in een interview vertelde dat hij deze partij in zijn geheel gedroomd had. Hesse geeft deze partij als Bronstein – Bronstein met als winnaar Bronstein!

    Hans Meijer.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.