Timman-Karpov na twee partijen in evenwicht

In het Groninger museum wordt momenteel een bijzondere match gespeeld tussen Jan Timman en Anatoli Karpov. Dit is een van de festiviteiten waarmee de stichting NNR2013 (Noord Nederland Rusland 2013) op de valreep het Ruslandjaar probeert te redden. De strijd tussen Rusland en Nederland op het schaakbord is (net als in het echt) best fel, maar uiteindelijk werd twee keer de vrede getekend.

De beide eerdere matches tussen Timman en Karpov (in 1990 en 1993) eindigden in ruime overwinningen voor de Russische ex-wereldkampioen, maar de situatie nu is anders. Toen was Karpov ook de favoriet vanwege ELO-surplus, nu is het moeilijk om een (eventuele) winnaar te voorspellen. Het ratingverschil is klein, mede omdat Timman in 2013 een punt of 40 heeft gewonnen. Karpov heeft laatst in een naar hem vernoemde rapidtoernooi in Frankrijk sterk gespeeld (hij verloor uiteindelijk in de finale van Bacrot) en in deze match is de bedenktijd ook vrij beperkt (40 minuten plus 30 seconden per zet). Timman is de laatste tijd ook goed op dreef, 6.5 uit 7 in de Duitse en Nederlandse competitie samen. Als ik geld zou moeten inzetten, zou ik het op de einduitslag van 2-2 doen.

In de eerste partij speelde Karpov het ongebruikelijke 3…Dd8 in het Scandinavisch. De dames werden snel geruild en er ontstond een eindspel waarin wit op voordeel mocht hopen, maar ook nadeel moest vrezen. Maar op het moment dat zwart druk begon te dreigen op pion g2 zorgde Timman ervoor dat er een stelling met ongelijke lopers ontstond waarin geen van beide partijen op winst kon spelen.

In de tweede partij ontstond uit een Bogo-Indiër een Carlsbad-structuur (à la de Ruilvariant van het Damegambiet). Karpov ging aanvallen op de damevleugel, Timman had echter het centrum goed onder controle en met 32…f4 opende hij de witte koningsstelling. De Arnhemmer kon daarna al eeuwig schaak geven, besloot op winst te spelen en had op twee momenten met Tc4 voordeel kunnen bereiken. Op 1 moment miste Karpov echter een direkte winst. In plaats daarvan werden de torens geruild en uiteindelijk was het Karpov die eeuwig schaak gaf.

Partij 1: Timman – Karpov

1. e4 d5

Dit zal geen verrassing voor Timman geweest zijn, Karpov heeft dit jaar al 11 keer Scandinavisch (met Dd6) gespeeld.

2. exd5 Dxd5 3. Pc3 Dd8!?

Maar dit wel. Over deze ongebruikelijke voortzetting heeft Arthur Kogan een keer voor SOS een artikel geschreven. Het idee is dat als zwart naar een ander veld gaat (a5 of d6), de dame meestal nog een keer moet zetten, dus waarom niet meteen terug? Het is wel duidelijk dat wit nu een plusje heeft door een voorsprong in ontwikkeling, maar het is niet zo makkelijk om er iets concreets van te maken.

4. d4 c6 5. Lc4 Lf5 6. d5

Nieuw. Hiermee wil Timman snel duidelijkheid over de stelling. Hij had bijna tien jaar geleden een keer 6.g4 gespeeld, het meest gebruikelijk is 6.Pf3.

6… Pf6 7. Lf4 cxd5 8. Pxd5 Pxd5 9. Dxd5 Dxd5 10. Lxd5 Pc6 11. Lxc6+ bxc6

Wit heeft nu een betere pionnenstelling en nog steeds een kleine ontwikkelingsvoorsprong, edoch er is veel nodig om tegen twee lopers voordeel te krijgen.

12. O-O-O f6 13. Pe2 e5 14. Le3 Kf7 15. Pc3 h5

Zwart pakt wat ruimte op de vleugel waar hij meer pionnen heeft. Hij legt ook g2 vast als potentiële zwakte.

16. f3 h4 17. h3 Le7 18. Pe4 Thd8 19. a3 a6

Met deze zet zorgt zwart enerzijds ervoor dat a7 niet meer hangt (na b. v. ruil op d8), anderzijds zijn nu de zwarte velden op de damevleugel nog zwakker. Het is echter lastig om hiervan te profiteren. Een loper op b6 zetten levert niet veel op, een stuk op c5 zetten ook niet.

20. Lb6 Td5 21. Lf2

De zwarte toren is niet makkelijk te verjagen: (21. c4 Txd1+ 22. Txd1 Le6 levert wit een probleem op, want je wil niet de loper afsluiten met 23.c5.)

21… Th8 22. Pc3 Txd1+ 23. Txd1 Le6 24. Pa4 f5

Inmiddels moet wit een beetje oppassen: g2 zou echt zwak kunnen worden, bijvoorbeeld door een loper op d5 in combinatie met g4 of e4.

25. Te1 Th6 26. Pc5 Lxc5

26… Tg6!? was een optie om ongelijke lopers te vermijden. Karpov is (of was?) overigens erg goed in eindspelen met ongelijke lopers.

27. Lxc5 Tg6 28. Te2 Ld5 29. b3 e4

30. c4 Le6

Een ultieme winstpoging was 30… exf3!? 31. Te7+ Kg8 32. cxd5 fxg2 33. Lg1 cxd5 maar het is tweesnijdend, je kunt het zomaar verliezen. Karpov had hier overigens nog weinig tijd.

31. fxe4 fxe4 32. Kc2 Tg3 33. Le3

Nu is er weinig aan de hand.

33… g5 34. a4 Lf5 34… g4? 35. Lf4

35. b4 g4

Nu kan het wel, vanwege 36.Lf4 Ta3.

36. hxg4 Lxg4 37. Tf2+ Kg6 38. Kd2 Ld7 39. Te2 Lg4 40. Tf2 Ld7 41. Te2 1/2-1/2

Partij 2: Karpov – Timman

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pf3 Lb4+ 4. Ld2 De7

Ook Timman komt met een kleine verrassing om mogelijke voorbereiding te ontwijken. Hij speelt de Bogo niet zo vaak, maar als ie het speelt wisselt hij 4…a5 en 4…c5 af (en 1 keer 4…. Lxd2+, tegen Kasparov). Overigens is 4….De7 wel veruit de meestgespeelde zet hier.

5. g3 Lxd2+ 6. Dxd2 Pc6 7. Pc3

Dit speelt iedereen hier, waarschijnlijk omdat na 7. Lg2 Pe4 8. Dc2 Db4+ 9. Pbd2 Pxd2 wit een pion verliest.

7… d5

Vroeger speelde men meestal met d6 en e5, het plan met Pc6 en d5 is dit jaar in een aantal toppartijen geprobeerd met goede resultaten voor zwart.

8. cxd5 exd5 9. Lg2 O-O 10. O-O Lg4

Het paard op c6 staat een beetje gek, maar toch wel nuttig: het voorkomt Pe5 en blokkeerde de loper niet. Zwart moet een beetje letten op de dekking van d5, maar wit kan niet profiteren.

11. Df4 Tfe8 12. Tac1 Tad8 13. Tfd1 h6 14. h3 Lxf3

Het veiligst, 14… Lh5 15. g4 Lg6 16. Pe5!? geeft wit een initiatief.

15. Dxf3 a6

En nu moet het paard een beter veld zoeken. d6 is een goeie.

16. e3 Pa7 17. De2 c6

Wit moet het in deze stellingen of van f3 en e4 hebben (maar met de pionnen op g3 en h3 is dat lastig) of van een minoriteitsaanval, met eventueel een paard op c5. Daar start Karpov mee.

18. Pa4 Pd7 19. Dc2 Pb5 20. Pc5 Pxc5 21. dxc5

Na (21. Dxc5 Pd6 is de minoriteitsaanval moeilijk door te zetten (het paard op d6 controleert b5 en kan eventueel naar c4) en bovendien kan zwart met h5-h4 op de andere kant gaan aanvallen.)

21… Pc7 22. b4 Pe6 23. Db2 Pg5 24. h4 Pe4

25. Lxe4

Als wit wil slaan (wat moet je anders met de loper) moet hij dat nu doen, anders komt f5, fxe4, drie zware stukken op de f-lijn en mat.

25… Dxe4 26. Td4 De5

Als zwart nu niets doet kan wit a4 en b5 doen, na ab5 ab5 een toren naar a7, en dan druk zetten op b7 en c6, maar dat moet zwart wel kunnen verdedigen. Echter, aanval is de beste verdediging, dus zwart wordt actief op de koningsvleugel. Karpov had overigens weer eens veel minder tijd dan Timman hier.

27. Dc2 f5 28. a4 Df6 29. b5 axb5 30. axb5 Te4 31. Tcd1 Tde8

32. Kg2 f4!

Dit geeft zwart een aanval, en hoewel het onwaarschijnlijk is dat het tot mat leidt, is de kans op (minstens) eeuwig schaak groot.

33. gxf4 Dxh4 34. bxc6 bxc6 35. Txe4 Txe4 36. Tb1 Dg4+ 37. Kf1 Dh3+ 38. Ke2 Dh5+

39. Kf1 Dh3+

Er zat toevallig iets goeds voor zwart in: 39… Tc4 40. Dd3 Kf7 met de bedoeling Dg6, dameruil en c5 ophalen.

40. Ke2 Dg4+ 41. Kf1 h5

Zwart loopt ogenschijnlijk weinig risico, dus Timman probeert het nog even.

42. Tb8+ Kh7 43. Te8 Dg6 44. Td8 h4?? 45. Td6??

45.f3 wint een toren hier.

45…Df5 46. Dd1?! Te6?! 46… Tc4! 47. Txe6 Dxe6

In een dame-eindspel staat degene met een vrijpion vaak beter, maar hier is de vrije h-pion niet zo gevaarlijk omdat de witte koning dichtbij staat. Sterker nog, hij kan kwetsbaar worden. Anderzijds kan zwart waarschijnlijk wel pion c5 ruilen voor pion h4.

48. Dh5+ Dh6 49. Dg4 Df6 50. Kg2 De7 51. f5 Dxc5

Nu is wit degene die eeuwig schaak geeft.

52. Dg6+ Kg8 53. De6+ Kh7 54. Dg6+ Kg8 55. De6+ Kh7 1/2-1/2

2 Reacties

  1. Avatar
    Ludo Tolhuizen 27 december 2013

    Op Chessvibes wordt aangegeven dat in de tweede partij wit na 44..h4 met 45. f3 kan winnen: 45.. Te6 46. f5; 45.. Txe3 46. Th8s; 45.. Te8 46. Dxg6s en 47. Txe8.

  2. Avatar
    Dimitri 27 december 2013

    Oeps, dat klopt inderdaad. Ik pas even mijn commentaar aan..

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.