Drie Nederlanders bij winnend kwartet

Het Open toernooi van het Groninger schaakfestival is gewonnen door een viertal. Daarvan waren er maar liefst drie Nederlanders, te weten Erwin l’Ami, Benjamin Bok en Sipke Ernst. De enige buitenlander die ook op 7 punten uitkwam, was de Armeniër Zaven Andrisian die en passant ook nog de meeste weerstandstandspunten bezat. Bok behaalde met dit resultaat zijn derde grootmeesternorm. Op de titel moet hij nog even wachten omdat hij nog niet over het vereiste aantal partijen beschikt.

Een speler die na zeven ronden de meeste aanspraak leek te maken op de eindzege was l’Ami. De Nederlandse grootmeester had in een zeeslang een eindspel in winst weten om te zetten tegen Evgeny Romanov. Maar liefst 77 zetten werden er gespeeld, eer hij de vis op het droge kreeg. Daartoe kreeg hij wel de helpende hand toegestoken van zijn Russische tegenstander. Het was een bijzonder interessant eindspel waarin wit weliswaar een pion was kwijtgeraakt, maar als compensatie twee lopers tegen twee paarden bezat. Vreemd genoeg wist de zwartspeler de lopers aardig in bedwang te houden en hoewel de remise voor wit steeds binnen handbereik was, ging l’Ami onverstoorbaar verder. Het materiaal dunde steeds verder uit totdat zwart alleen nog maar een paard en een pion had en wit een loper. Maar daarin moest Romanov een paar zwaarwegende beslissingen nemen. Het was nog altijd remise, maar op de 72ste zet ging hij dan eindelijk de fout in. Het werd een kunststukje om te zien hoe l’Ami met zijn paard moest rondspringen om het punt daadwerkelijk binnen te halen.

Daarmee kwam hij alleen aan kop met een klein peloton van vier man achter zich met een halfje minder. Daarin zat ook Benjamin Bok die aan een heel goed toernooi bezig was. Met een klinkende overwinning op grootmeester Peter Michalik kwam hij langszij in de achtste ronde. L’Ami had namelijk met wit een half punt moeten afgeven aan grootmeester Zaven Andriasian uit Armenië. De partij was lange tijd hetzelfde als die tussen Kramnik en Giri, onlangs gespeeld. De Armeniër baande zich met een stukoffer een weg door de witte koningsstelling heen en dat bleek genoeg voor een zetherhaling. Daarmee was de stand aan kop met nog een ronde te gaan:

Twee Nederlanders aan de leiding met vier achtervolgers. Daarvan speelde Andriasian met wit tegen de Rus Stanislav Novikov en de Rus Andrev Stukopin tegen onze landgenoot Sipke Ernst.

L’Ami en Bok hielden het na acht zetten voor gezien, dus was het wachten op de andere twee partijen of er iemand gelijk bovenaan zou komen. Daarvan ging Ernst met zwart als een mes door de boter. Bij Stukopin raakten wat stukken verstrikt op de damevleugel, terwijl hij op de andere kant ook al geen activiteit kon ontplooien. Toen hij zijn koningsvleugel opengooide, bleek hij daarmee vooral ook de eigen koningsstelling erg kwetsbaar gemaakt te hebben. Dat was Ernst wel toevertrouwd, want hij maakte het karwei met een paar rake klappen elegant af.

Ondertussen was ook al duidelijk dat Andriasan zich eveneens aan de kop van de ranglijst zou melden. Hij had een stuk buitgemaakt en hoewel hij nog even zijn best moest doen, kon tegenstander Novikov niet voorkomen dat de Armeniër er met de zege vandoor zou gaan.

De eindstand aan kop van het toernooi was uiteindelijk:

Analyses

Romanov, Evgeny – L’Ami, Erwin

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pc3 Lb4 4. e3 O-O 5. Ld3 d5 6. Pf3 c5 7. O-O dxc4 8. Lxc4 b6 9. De2 Lb7 10. Td1 cxd4 11. Pxd4 De7 12. Ld2 a6 13. a3 Ld6 14. La2 Pbd7 15. Le1 Tac8 16. Tac1 Tfd8 17. f3 Pe5 18. f4 Pg6 19. f5 exf5 20. Pxf5 De5 21. Pxd6 Txd6 22. Lg3 Txd1+ 23. Txd1 De7 24. Tf1 Te8 25. e4 b5 26. Tf5 Lxe4 27. Pxe4 Dxe4 28. Dxe4 Txe4 29. Tc5 h5 30. Tc7 Te7 31. Ld6 Txc7 32. Lxc7

Er is een stelling ontstaan waarin wit twee lopers heeft tegen twee paarden. Zwart kan daar tegenover zetten dat hij een pluspion bezit. In de regel is het loperpaar een pion waard. Er zijn eindspelen bekend waarin de speler met het loperpaar (tegenover loper en paard) zelfs met een pion minder duidelijk beter staat. Een voorbeeld is bijvoorbeeld de partij waarvoor Benjamin Bok in de KNSB-competitie de schoonheidsprijs ontving. Maar bij het naspelen van dit eindspel bekruipt mij het gevoel dat de twee paarden wel eens een betere combinatie zouden kunnen vormen dan een loper en een paard. Als ik mij goed herinner, schrijft Timman in zijn Groot Analyseboek ergens dat het ‘paardenpaar’ ook soms een macht kan zijn – net zoals het loperpaar dat vaak is. Het lijkt overigens wel heel vreemd dat de paarden in deze open stelling met pionnen op twee vleugels het loperpaar het hoofd kunnen bieden. Sterker nog: zwart zou wel eens beter kunnen staan, hoewel ik dat aanvankelijk sterk betwijfelde.

32…Kf8 33. Kf2 Ke7 34. Ke3

Beide spelers hebben de koning naar het centrum gespeeld en op dit moment probeert l’Ami zijn paarden zo goed mogelijk in het centrum te posteren.

34…Pf8! 35. h3 Pe6

De twee paarden bestrijken samen nogal wat (centrum)velden, waardoor de lopers niet veel kwaad kunnen uitrichten.

36. La5 Kd6 37. Lb4+ Kc6 38. Ld2 g6 39. Kf3

Een eerste teken aan de wand: wit kan zijn stelling nauwelijks versterken; hij wacht dus maar af.

39…Pd5 40. Ke4 Kd6!

L’Ami maakt uitstekend gebruik van de tactische middelen in de stelling.

41. g4 41. Lxd5 faalt op 41…f5+ 42. Kf3 Kxd5 en zwarts winstkansen zijn aanzienlijk gestegen.

41…hxg4 42. hxg4 f5+?!

Dit ziet er aantrekkelijk uit, maar het is in feite niet de beste voortzetting.

Heel sterk was 42…Pf6+ 43. Kf3 Pd4+! omdat de witte koning ver teruggedreven wordt: 44. Kg2 [44. Kf4 g5+! 45. Kxg5 Pe4+] 44…Pd5 en de paarden beheersen het strijdtoneel.

43. gxf5 Pf6+ 44. Kf3 gxf5 45. Lf4+

Wit vindt het nu wel oké om afstand te doen van zijn loperpaar.

45…Kd7

En opmerkelijk genoeg wil zwart nog altijd zijn paardenpaar behouden!

46. Le5 Pe4 47. Ke3 Pd6 48. Kd3 Pc8 49. Kc3 Pe7 50. Lh2 Pc5 51. Lf7

Een wat merkwaardige zet, maar veel is er niet aan de hand. Waarom wit hier geen 51. b4 speelde, weet ik niet. Het lijkt me al met al nog altijd ruim binnen de remisemarge.

51…Pa4+ 52. Kc2 Pc6 53. b3 Pc5 54. Ld5 Pe4 55. Kd3 Pf6

L’Ami speelt onverstoorbaar verder.

56. Lg2 Pa5

57. Kc3

Als wit remise wil afdwingen, kan hij dat misschien met 57. a4 Als zwart iets wil moet hij verder gaan met 57…b4 maar ook dan zijn er diverse manieren om de stelling remise te houden. Een voorbeeld: [want na 57…Pxb3 58. axb5 axb5 59. Kc3 Pc5 60. Kb4 worden de belangrijkste pionnen geliquideerd.] 58. Lg3 Pe4 59. Le1 en ook hier valt er geen eer meer te behalen voor zwart.

57…Pe4+ 58. Lxe4?!

Wit verliest zijn geduld en hij levert volledig onnodig zijn loperpaar in. Veel spelers zouden tureluurs geworden zijn van die springende paarden…

Na 58. Kc2 is er nog altijd niet veel aan de hand.

58. Kb4?? zou trouwens een komische misser zijn: 58…Pc6#

58…fxe4 59. Kd4

Waarschijnlijk heeft hij gedacht dat zwart met dit uitgedunde materiaal te weinig zou hebben en waarschijnlijk is dat ook zo.

59…Pxb3+ 60. Kxe4

60…Pd2+!

De beste kans, maar het is nog steeds binnen de marge.

61. Kd5!

Wit herstelt zich.

61…Pc4 62. Kc5 Pxa3 63. Kb6 Pc4+ 64. Kxa6 Kc6 65. Lf4 b4 66. Lh6 b3

67. Lc1

De loper heeft hier relatief weinig velden, dus dit is een riskante manier om te proberen de partij te redden. Ik zie niet of zwart tot winst kan komen als wit de loper op de lange diagonaal houdt, maar deze stelling is een nader onderzoekje waard. 67. Lg7

67…Kc5 68. Ka7 Kb5 69. Kb7 Kb4 70. Ka6 Kc3 71. Kb5 Pd6+

72. Ka4??

Pas nu begaat wit een fout die hem de kop kost. Het was echter heel moeilijk te zien dat hij nu in zetdwang geraakt.

Noodzakelijk was 72. Kc5! om na 72…Pe4+ 73. Kb5 Kc2 74. La3 Pd2 verder te gaan met 75. Kb4! [75. Ka4 is dan hetzelfde type fout: 75…Pc4! met winst.] 75…Pb1 76. Lc1 is nog altijd remise.

72…Kc2 73. Kb4 Pe4

Het paard gaat een blokje om.

74. La3 Pd2

Wit had deze stelling moeten krijgen met zwart aan zet. Nu blijkt het verschil.

75. Ka4 Pc4 76. Lc1

76…Pb2+!

En nu moet hij de loper inleveren na

77. Ka3 Pd3

Een fraai geheel!

0-1

Bok, Benjamin – Michalik, Peter

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. d3 Lc5 5. c3 O-O 6. O-O d6 7. h3 Pe7 8. La4

8. d4 Lb6 9. Te1 Pg6 is nog bekend uit diverse partijen.

8…Pg6 9. d4

9. Te1 kwam op het bord in de partij Sachdev-Ancheyta, 2002.

9…Lb6 10. Te1 c6 11. Pbd2 Te8

Met een zetverwisseling is er weer een stelling op het bord gekomen die nog bekend was uit een partij Aronian-Kramnik, 2012.

12. Lc2 Lc7 13. Pf1

13…d5!

Sterk gespeeld van de zwartspeler. De zaak in het centrum wordt nu snel opgeklaard.

14. Lg5 exd4 15. cxd4 dxe4 16. Lxe4 h6

Wit moet nu afstand doen van zijn loperpaar. Dat doet hij op een heel geschikte wijze.

17. Db3! hxg5 18. Lxg6 Pd5 19. Txe8+ Dxe8 20. Te1 Dd8 21. Lc2 g4 22. hxg4 Lxg4 23. Pe5

23…Lxe5

Zwart besluit het loperpaar terug te geven. 23…Lc8?! zou inderdaad veel te passief zijn.

24. Txe5 Db6 25. Dd3 Pf6 26. Lb3

Hoewel wit vrijwillig een geïsoleerde pion heeft geaccepteerd, heeft hij kansen tegen de zwarte koning omdat zijn stukken (op het paard op f1 na) heel actief staan opgesteld. Vooral punt f7 is kwetsbaar.

26…Td8 27. Tg5

Wit pareert de dreiging op d4 via een tegenaanval. De hoofddreiging is nu Dg6. Zwart dient nu het hoofd koel te houden.

27…Lh5??

Maar hij gaat opzichtig de fout in. De enige zet was 27…Td7 om na 28. Dg6 Pe8 te kunnen spelen. Hij moet dan gezien hebben dat hij na 29. Txg4 Dxb3! bij de hand heeft. Overigens staat wit nog een fractie beter na 30. Dh5 Db5 31. Dh3 omdat Th3-h4 een onaangename dreiging is. Met 31…f5 32. Th4 Pf6 (zie analysediagram)

heeft zwart dan alle gevaren bezworen en moet wit zich gaan bekommeren om zijn zwakke pionnen aan de andere kant.

28. Df5!

IJzersterk en ook meteen beslissend. Behalve Dxf6 dreigt er ook nog Txh5.

28…c5

Dit helpt niet, maar er was geen uitweg meer. 28…Dxd4 29. Txh5 Pxh5 30. Dxf7+ Kh7 31. Dxh5# zou zelfs meteen uit zijn.

29. dxc5 Dc6

30. Txh5 Helemaal koelbloedig zou 30. Pg3! zijn.

30…Pxh5 31. Dxf7+ Kh8 32. Dxh5+ Dh6 33. Df3 Dg5

Met twee stukken voor een toren en ook nog twee pluspionnen is de rest een peulenschilletje.

34. Pe3 Te8 35. Dh3+ Dh6 36. Dxh6+ gxh6 37. Ld5 1-0

Ernst, Sipke – Azaladze, Shota

1. d4 d6 2. g3 g6 3. Lg2 Lg7 4. Pf3 Pf6 5. O-O O-O 6. c4 Pc6 7. Pc3 a6 8. Lf4 Tb8 9. c5 Pd7 10. Tc1 h6 11. cxd6 cxd6 12. e4 e5 13. Le3 exd4 14. Pxd4 Pde5 15. Pd5 Pe7 16. Pxe7+ Dxe7 17. h3 Ld7 18. Dd2 Tbc8 19. b3 Kh7 20. f4 Pc6 21. Pe2 f5 22. Tfd1 fxe4 23. Dxd6 Tf7 24. Dxe7 Txe7 25. g4

Zwart is totaal overspeeld. Wits stukken staan mooi opgesteld, pion e4 is dodelijk zwak en zwart heeft nauwelijks tegenspel.

25…a5 26. Pg3 Pb4

Hij probeert er iets van te maken, maar deze actie werkt alleen maar averechts.

27. Txc8 Lxc8

28. Td8 Ook direct 28. Lxe4 kwam in aanmerking: 28…Pxa2 29. Td6 met beslissend voordeel. Bijvoorbeeld: 29…Le6 30. f5 gxf5 31. Txe6 Txe6 32. Lxf5+ Tg6 33. h4 met winst.

28…Ld7 29. Lc5 Tf7 30. Lxe4 Lc6

31. Lxb4!?

Sipke heeft een duidelijk winstweg op het netvlies. Ook sterk was 31. Lb1 Txf4 32. Ph5 Tf3 33. Td6

31…axb4 32. f5 Lxe4 33. Pxe4 gxf5 34. Pd6 Tc7 35. Pxf5

Door dit mooie paard op f5 kan zwart niet actief worden.

35…Le5 36. Td5 Tc1+ 37. Kf2 Tc2+ 38. Kf3 Lc3

De zwarte stukken zijn naar verre oorden gespeeld waarna wit vrij spel heeft tegen de zwarte koning.

39. Td7+ Kg6 40. Td6+ Kf7 41. Pxh6+ Kf8 42. g5 Txa2 43. Pf5 Tb2 44. g6

En hier gaf de zwartspeler zich gewonnen.

1-0

Stukopin, Andrey – Ernst, Sipke

1. Pf3 f5 2. g3 Pf6 3. Lg2 d6 4. d4 g6 5. O-O Lg7 6. c4 O-O 7. Pc3 c6 8. b4 e5 9. dxe5 dxe5 10. Lb2 De7 11. Db3 Pa6 12. b5 Pc5 13. Db4 a5 14. Da3 Pfd7 15. Pa4 Te8 16. bxc6 bxc6 17. Pd2 e4 18. Lxg7 Kxg7 19. Pb3 Pxa4 20. Dxa4 Pe5

Wit heeft wat merkwaardige acties op de damevleugel op touw gezet met als gevolg dat zijn stukken gedeplaceerd staan. Met de volgende zet probeert hij in elk geval Lg2 tot leven te wekken, maar het middel blijkt erger dan de kwaal.

21. f4?! exf3 22. exf3 Pd3!

Dit paard staat hier ijzersterk. Het verhindert niet alleen dat er een toren naar e1 kan, maar vanwege de dreiging … De3+ moet wit zich in allerlei bochten gaan wringen.

23. Dxc6

Bepaald geen oplossing, maar wat kon hij anders?

23. h3 om een veld voor de koning op h2 te creëren zou natuurlijk ook heel slecht zijn na bijvoorbeeld: 23…De3+ 24. Kh2 f4 25. g4 Le6

Ook na 23. Kh1 De3 valt er geen zinnige zet voor wit te bedenken.

23…Ta6

De meest logische en ook beste voortzetting. Ook goed voor zwart zou 23…De3+ 24. Kh1 Le6 zijn.

24. Db5 a4 25. Pd4?!

Het gaat van kwaad tot erger met de witspeler. Ook na 25. Pc1 De3+ 26. Kh1 Pf2+ 27. Txf2 Dxf2 28. Pd3 Dd4 is het duidelijk dat zwart de winst bijna niet kan ontgaan

25…Td6!

De weerlegging van wits idee. 25…De3+ 26. Kh1 en nu kan 26…Dxd4?? niet vanwege 27. Dxe8

26. Pc2 Da7+

Dit gemene schaakje brengt de beslissing.

27. c5

Nog de enige zet om niet direct materiaal te hoeven inleveren. 27. Kh1 Ld7 28. Db1 Tb8 levert grof materieel voordeel op na 29. Dd1 Pf2+

27…Te5! 28. Kh1 Txc5 29. Db1 Tc3

Allemaal vreselijk sterk gespeeld. De dreiging … Pf2_ valt niet meer te pareren.

30. h3 Dc5

En hier vond de witspeler dat hij genoeg gezien had. Ook leuk zou 30…Tb6 31. Dd1 Tb2! zijn geweest.

0-1

Andriasian, Zaven – Novikov, Stanislav

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 d6 4. O-O Ld7 5. c3 Pf6 6. Te1 a6 7. La4 b5 8. Lc2 Lg4 9. h3 Lxf3 10. Dxf3 g6 11. a4 b4 12. a5 Pd7 13. La4 Pce5 14. Dg3 c4 15. d4 Pd3 16. Td1 Lg7 17. Pd2 Tc8 18. b3 Pxc1 19. Taxc1 cxb3 20. cxb4 Txc1 21. Txc1 b2 22. Tb1 Lxd4 23. Dd3 Lg7 24. Dxa6 O-O 25. Db5 Dc7 26. Dc6 Db8 27. Db5 Tc8 28. Pc4 Da8 29. Pxb2 Dxe4 30. Dd3

Na een hyperscherpe opening is de partij in een turbulent middenspel uitgemond.

30…Dxb4?

Zwart grijpt er flink naast. Aangewezen is nu 30…Pf6 waarna de kansen vermoedelijk in evenwicht zijn na 31. Dxe4 Pxe4

31. Lxd7 Tb8

Waarschijnlijk heeft hij gedacht dat hij het stuk altijd zou terugwinnen maar na

32. a6!

kwam hij bedrogen uit.

32…Db6

Dit helpt hem van de wal in de sloot. 32…Lxb2 wordt nu beantwoord met 33. a7 Ta8 34. De2 Txa7 35. Txb2 en met een stuk tegen twee pionnen heeft wit riante winstkansen, hoewel hier nog de nodige techniek moet worden getoond.

33. Lb5! Ld4 33…Dxb5 faalt nu op 34. a7!

34. Pd1

Zo heeft wit niet alleen zijn paard gered maar ook de pion op a6 behouden.

34…d5 35. De2 Dc5 36. Ld3 Txb1 37. Lxb1 e6 38. Ld3 Kg7 39. Dc2 Da5 40. Lf1 h5 41. Dd3 Da1 42. h4 Kg8 43. g3 Kg7 44. Kg2 Kg8 45. Le2 Kg7 46. Pe3

Langzaam maar zeker komen de witte stukken tot leven.

46…Db2 47. Pc2 Lc5

48. Pa3!

Weer een mooie finesse van de Armenier.

48…Kg8 49. Pb5 Lb6 50. Df3 Db4 51. a7 Da4 52. Df4!

En Novikov staakte de strijd.

1-0

Alle fragmenten nogmaals via de viewer:

(De foto’s zijn van Harry Gielen)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.