Schaakrubrieken weekend 14 juni 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Giri blijft vriendelijk

Laat iemand zorgen dat hij zich niet voor een bus gooit, schreef een commentator nadat Anish Giri dinsdag in het toernooi in Stavanger zijn partij tegen de Rus Sergei Karjakin pijnlijk had verloren. Giri had op de 76ste zet een kwaliteit gewonnen, maar de stelling was zo dichtgeschoven dat het erg moeilijk voor hem was om dat voordeel te verzilveren.

Giri deed urenlang wat hij kon, maar hij schoot niet op. Integendeel, na 130 zetten was zijn voordeel verdwenen en stond het ongeveer gelijk. Toen, na acht uur spelen, maakte Giri opeens een vreselijke blunder waarna hij meteen moest opgeven.

De volgende dag sprak een geschokte schaakliefhebber me op straat aan. Met een bijna militaire stramheid zei hij streng: „Wat vindt u daar nu van, mijnheer Ree, dat kan toch niet, zo’n jonge knaap van negentien jaar als Giri, die na acht uur spelen al aan vermoeidheid bezwijkt?”

Giri gooide zich na zijn nederlaag niet voor een bus, hij raasde en tierde niet, maar hij deed iets wat ik bewonderenswaardig en moeilijk voorstelbaar vind. Hij ging met Karjakin en diens vrouw naar een restaurant en op een foto zien we ze gezellig met zijn drieën aan een tafeltje zitten. „Ik was te moe om geschokt te zijn”, zei Giri later.

De laatste ronde van wat in Stavanger terecht het ‘supertoernooi’ werd genoemd, was afgelopen vrijdag, maar de uitslagen daarvan kan ik hier niet meer meenemen. Een ronde voor het eind stond Karjakin bovenaan en Magnus Carlsen en Fabiano Caruana stonden een half punt achter.

„Ik verdien het niet om dit toernooi te winnen”, zei Carlsen donderdagavond. Dat was omdat hij die dag een glad gewonnen partij tegen Peter Svidler remise had laten worden. Maar verdienen of niet, hij zei ook: „Het is duidelijk dat ik in de laatste ronde zal moeten winnen.”

Anish Giri – Vladimir Kramnik, Stavanger 2014 derde ronde.

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pf3 d5 4. g3 Le7 5. Lg2 0-0 6. 0-0 dxc4 7. Dc2 a6 8. a4 Ld7 9. Dxc4 Lc6 10. Lf4 Ld6 11. Dc1 a5 12. Ld2 Pbd7 13. Td1 De8 14. Lc3 Pe4 15. Pfd2 f5 Wits al te subtiele manoeuvres hebben zwart tijd gegeven voor een initiatief op de koningsvleugel. 16. Pxe4 fxe4 17. Le1 Dh5 18. Pc3 Pf6 19. h3 Tf7 20. e3 Taf8 21. Dc2 Df5 22. Pb5 h5 Ambitieus. Hij wil zijn witveldige loper houden voor de koningsaanval en geeft een pion. 23. Lxa5 Ph7 24. Pxd6 cxd6 25. Lb4 Dd5 26. Tf1 Pg5 27. b3 Td8 28. Tac1 Pf3+ Het wordt benauwd voor wits koning. 29. Kh1 Df5 30. De2 Kh7 31. Tc2 Ld5 32. Tc3 Kg6 33. Dc2 Kh7 Probeer niet de manoeuvre Kg8-h7-g6-h7 te begrijpen. Kramnik wilde de tijdcontrole halen. 34. La3 e5 Een belangrijke zet. De d-lijn komt open en zwarts loper kan naar e6. 35. dxe5 dxe5 36. b4 Le6 37. Lc1 Dg6 38. Td1 Zwart had een ernstige dreiging: 38…h4 39. g4 Lxg4 30. hxg4 Dxg4 31. Tc4 Td4 en zwart wint. 38…Txd1+ 39. Dxd1 Td7 40. Df1 Lf5 41. Tc2 De beste verdediging was 41. De2, hoewel zwart beter blijft staan. 41…De6 42. De2

Nu kon zwart toeslaan met 42…Lxh3 43. Lxf3 exf3 44. Dxf3 Lg4 45. De4+ Lf5 46. Dc4 Td1+ 47. Kh2 en zwart kan kiezen of hij wint met 47…Dg6 of met 47…Dxc4 48. Txc4 Ld3. 42… g6 Wit krijgt nog een kans. 43. Tc4 Met 43. Lxf3 exf3 44. Dc4 was nog verzet mogelijk. 43…Lxh3 Wit gaf op, want na 44. Txe4 Lxg2+ 45. Kxg2 Pg5 46. Th4 Dc6+ verliest hij een stuk.

Gert Ligterink

Simen Agdestein, waar kennen we die naam van?

Tijdens het toernooi in Stavanger was het niet moeilijk de oudste,zwakste en sympathiekste deelnemer van harte te ondersteunen. Vooraf gaf niemand een cent voor de kansen van de 47-jarige Simen Agdestein, die verreweg de laagste rating had van de tien geïnviteerde spelers.

Volgens commentator Nigel Short voorspelde een van de deelnemers tijdens de opening van het toernooi dat de Noor hooguit één punt uit negen partijen zou halen. Die helaas niet bij naam genoemde deelnemer zal zijn ogen uitgekeken

hebben. Moeiteloos bleef Agdestein overeind in het geweld van de wereldtop. Winnen lukte hem helaas niet, al was hij er een paar keer dichtbij, maar verliezen deed hij ook niet. Na zeven van de negen ronden stonden even zo vele stevige remises achter zijn naam. Het leek alsof de tijd 25 jaar had stil gestaan.

De wat oudere schakers zullen zich Agdestein herinneren uit de periode 1988-1990, toen hij wereldberoemd was vanwege zijn dubbelcarrière als voetbalinternational én schaakgrootmeester. Op 4 november 1988 scoorde hij in de voetbalinterland Tsjechoslowakije Noorwegen (3-2) het tweede doelpunt van de bezoekers. Tien dagen later scoorde hij opnieuw, maar nu als eerste bordspeler van het Noorse schaakteam in de wedstrijd tegen de Dominicaanse Republiek op de Olympiade in Thessaloniki.

De combinatie van twee totaal verschillende sporten bleek een keerzijde te hebben. In 1991 maakte een knieblessure een eind aan Agdesteins voetballeven en aan zijn leven als topschaker. Door het bijna onverdraaglijke gemis van het voetbal verloor hij tijdelijk ook de liefde voor het schaakspel. Pas in 1999 won hij weer een eerste prijs die gezien mocht worden in het massale open toernooi in Cappelle la Grande.

Het plezier in het schaken is inmiddels weer terug. Agdestein was de eerste trainer van Magnus Carlsen, over wie hij het boek Schaakwonder schreef. De samenwerking heeft zijn eigen speelkracht geen kwaad gedaan. Vorig jaar won Agdestein eerste prijzen in goed bezette open toernooien in Barcelona en Oslo.

Short had naar mijn mening ten onrechte kritiek op Agdesteins openingskeuze in de twee zwartpartijen die hij in Stavanger speelde tegen Karjakin en Grisjoek. Beide keren begon het zo: 1. e4 e6 2. d4 d5 3. Pc3 Pf6 4. e5 Pfd7 5. f4

c5 6. Pf3 Pc6 7. Le3 cxd4 8. Pxd4 Db6 9. Dd2 Dxb2 10. Tb1 Da3 11. Lb5 Pxd4 12. Lxd4 a6 13. Lxd7+ Lxd7 14. Tb3 De7 15. Txb7

Toegegeven, dit is een linke variant. Zwarts koning zal voorlopig niet in veiligheid komen en de toren op h8 staat buitenspel. Agdestein had zich vooraf grondig verdiept in de geheimen van zwarts verdediging en kreeg gelijk.

Karjakin en Grisjoek overspeelden hun hand en kwamen verloren te staan. In de partij tegen Grisjoek verscheen de volgende stelling:

Grisjoek – Agdestein na 39. Td6-c6.

In tijdnood koos zwart een veilige zet: 39 … Kg6 40. Tc7 e5 41. Le3 Le6 42. Db4 Tg7 43. Txg7+ Kxg7 44. Db7+ Lf7 45. Dxa6 En vier zetten later werd tot remise besloten. Agdestein moest even op zijn tanden bijten, toen hem werd verteld dat zwart in de diagramstelling kan winnen met 39 … Txg2+! 40. Dxg2 (40. Kxg2 De4+) 40 … Dxf4+ 41. Kg1 Lb7, waarna wit een toren te veel heeft.

Zonder toren op c6 maakt hij remise met 42. Dg7+ Kxg7 pat. Met een toren op c6 kan hij opgeven.

Uit 1990 komt een geestig fragment uit een teamwedstrijd in Reykjavik

Gulko – Agdestein na 16. Tad1. Tot dit moment was Gulko zeer tevreden over zijn drukstelling. Na de volgende zet zal hij zich zelf en het schaakspel hebben vervloekt.

16 … d5! 17. Lg5

In arren moede brengt hij een kansloos stukoffer. Natuurlijk had hij over het hoofd gezien dat 17. exd6 ep niet gaat wegens 17 …Dxh5.

17 … dxe4 18. Lxe7 Pxe7 19. Td7 Db4 20. a3 Dxb2 21. Txe7 Ld5 22. f4 c3 23. f5 c2 24. fxe6 c1D 25. Texf7 Dd4+ 26. Kh1 Dxf1+ Wit geeft op.

Hans Böhm

Noorwegen

Bijna iedereen kan nog winnen in het sterk bezette toernooi in Noorwegen met de opmerkelijke naam No Logo Norway Chess Tournament. Hoofdsponsor is het wedkantoor UNIBET maar die naamsverbinding wordt kennelijk niet op prijs gesteld. Na zeven van de negen ronden is het verschil tussen nummer 1 en 10 slechts 1 punt. We zijn benieuwd of wereldkampioen Magnus Carlsen uiteindelijk toch nog met de eer gaat strijken zoals hij al zo vaak pas op het allerlaatste moment toesloeg. Saillant detail is dat hij in de slotronde tegen zijn voormalige coach Simen Agdestein speelt. Sinds Agdestein het profvoetbal moest stoppen in 1993 vanwege een zware knieblessure, heeft hij zich volledig op zijn andere talent gegooid. Na zeven ronden heeft nog niemand hem kunnen verslaan en dat is een prestatie op zich. Anish Giri is negende geplaatst met Elo 2750 (plaats 14 op de rankinglijst) en Agdestein startte als laatste, met Elo 2630, dat is plaats 160 op de wereldranglijst! Carlsen is helaas voor eigen publiek niet in vorm, hij speelde zes keer remise en won vanuit slechte stelling van Levon Aronian, de nummer twee van de wereld die ook uit vorm is.

M. Carlsen – L. Aronian, na 33.De1-a1

Zwart zou in deze gecompliceerde stelling voordeel hebben verkregen met 33… Lb5 34.Te1 a6 35.Ta3 Dc2 36.Ta2 Dc4 en b7 gaat verloren zonder dat wit actief kan worden.

33…Dd1+ 34.Dxd1 Lxd1 35.Te1 Lh5 36.g4 Le8 37.Te-a1 Tf2 38.Txa7 Tb2 39.Pf1 Kc7 40.Ta8 Kxb7

Ook na 40…Txb7 41.Pg3 Kd7 42.Pf5 Tf6 43.T1-a7 Txa7 44.Txa7+ Kd8 45.Th7 en zwart verliest h6. Zo’n eindspel wil niemand tegen Carlsen spelen.

41.T1-a7+ Kb6 42.Te7 T2-f2 43.Tb8+ Ka6 44.Pg3 Lg6 45.Txf8 Txf8 46.Te6 Le8 47.Txh6

en we hebben eenzelfde eindspel, dat Carlsen op de 93e zet won.

Giri houdt goed stand tegen de toppers. Hij verloor van Vladimir Kramnik en won van Veselin Topalov en speelde de andere partijen na interessante strijd remise. In de zevende ronde was de Rus Sergei Karjakin, de nummer tien op de wereldranglijst, de tegenstander. Het ging onnodig mis. Na veel heen en weer geschuif, een saai soort voetbalschaak, komen we er in op zet 116!

A. Giri – S. Karjakin, na 115…Lf8-b4

Het is duidelijk, wit staat een kwaliteit voor en mag hopen op winst. Makkelijk is het niet want de zwarte vesting is moeilijk aan te vallen. De kwaliteit terug geven is geen optie: in het dame-eindspel kunnen beide partijen eeuwig schaak geven. Giri legt zich niet neer bij remise en start een correcte maar ook gevaarlijke actie.

116.g4!! hxg4 117.h5 gxh5 118.Dxh5 c5

zodat e6 gedekt is en zwart met Dc6-g2 kan binnenvallen.

119.Df7+ Ka6 120.Tc2?

Jammer, even 120.Dd7 tussendoor en de zwarte dame kan niet actief worden. Daarna pas Tc1 en de toren dreigt via de h-lijn beslissend mee te werken aan de aanval. Zwart zou het dan zwaar krijgen maar nu is plotseling alle gevaar geweken:

120…Dc6! 121.Dg6 c4!

Ook zwart kan lijnen ruimen. Nu komt op 122.dxc4 d3! en op 122.bxc4 Dxa4+ 123.Kb1 Db3+ 124.Kc1 Da3+ 125.Kb1 met remise.

122.Txc4 Dg2+ 123.Kb1 Df1+ 124.Tc1

Kan, maar eenvoudig heen en weer pendelen tussen a2 en b1 is wel zo simpel.

124…Dxd3+ 125.Ka2 De2+ 126.Kb1 De4+ 127.Ka2 Dg2+ 128.Kb1 Dd5 129.Ka2 Dg2+ 130.Kb1 Dd5 131.Tc4??

Gaat zetherhaling en remise uit de weg en is de enige manier om te verliezen! Wat zonde van al dat denkwerk.

131…Lc3!

En wit geeft op, het mat is niet meer te voorkomen door de volkomen buiten spel staande dame. In plaats van gedeeld eerste kwam Giri nu op de gedeelde laatste plaats terecht.

Tussenstand na 7 ronden

1-4 Carlsen, Kramnik, Caruana, Karjakin 4

5-6 Agdestein, Grichuk 3,5

7-10 Giri, Aronian, Topalov, Svidler 3

In de laatste twee ronden krijgt Giri als tegenstander de grillige Alexander Grichuk en de onopvallend presterende Peter Svidler.

Bab Wilders

In de rubriek van 29 maart jl hebben de zeer gewaardeerde lezers kennis kunnen maken met Fred Reinfeld, de man die meer schaakleerboeken voor de gemiddelde schaker heeft voortgebracht dan een normaal mens kan bevatten. Zijn kinderen Don en Judith hebben nu samen met Hanon Russell (www.russell-enterprises.com) een 21e eeuw versie van deze nalatenschap geïnitieerd met 1001 briljant ways to checkmate (978-1-936490-82-0) en 1001 winning Chess sacrifices (978-1-936490-87-5) In ieder boek dus inderdaad 1001 diagrammen en achterin de oplossingen. Voor op het strand, in de wachtkamer en op het toilet.

Oplopend in moeilijkheid, de laatste zelfs redelijk pittig voor een schaakmeester. Het lijkt een zeer interessant project, zeker ook voor een ieder die de jeugd wel eens iets anders wil voorschotelen dan het Stappenplan. Uiteraard produceert Russell Enterprises Inc. ook andere schaakboeken bv dat van Daniel Lowinger over de 3..Dd8 Scandinavian, simple and strong (978-1-936490-76-9) De auteur breekt een lans voor deze variant die al gespeeld werd in de 15e eeuw maar in de moderne toernooipraktijk werd verdrongen door 3..Da5 dan wel 3..Dd6 en inderdaad zullen velen na 1. e4 d5 2. exd Dxd5 3. Pc3 de zet 3..Dd8 als tempoverlies beschouwen maar Lowinger toont aan dat de zet wel degelijk speelbaar is, zeker als wit denkt dat hij in het voordeel is gekomen en snel toe wil slaan. Zwart moet de varianten natuurlijk wel goed kennen, zo toonde Fischer aan dat variant met 4..g6 niet goed is: Fischer-Robatsch 1. e4 d5 2.exd Dxd5 3.Pc3 Dd8 4.d4 g6 tot dan toe vaak gespeeld 5. Lf4 Lg7 6. Dd2 Pf6 7. 0-0-0 c6 8. Lh6 0-0 9. h4 Fischer: open de h-lijn en tik-tik-mat. Da5 10.h5 gxh 11. Ld3 op tijd gespeeld Pbd7 12. Pge2 Td8 13. g4 Pf8 14. gxh Pe6 15. Tdg1 Kh8 16. Lxg7+ Pxg7 17. Dh6 Tg8 18. Tg5 Dd8 19. Thg1 Pf5 20. Lxf5 1-0 . Dat werd dus niet meer gespeeld maar aan de hand van meer dan 100 partijen wordt aangetoond dat 3..Dd8 speelbaar is.

Een mooi van zo’n gevecht: Ponomariov (ooit wereldkampioen) – Garcia 1.e4 d5 2.exd Dxd5 3. Pc3 Dd8 4.d4 Pf6 5. Pf3 c6 6. Lc4 Lf5 7. Pe5 e6 8.g4 Lg6 9.h4 Lb4 10. Th3 Pbd7 11. De2 Pb6 12.h4 Le4 13. Lf4 Dxd4!? Zwart is niet bang om in een stelling te verzeilen met gigantisch veel gereken (13..Pxc4, 13..Ld5) 14. Td1 uiteraard Ld3 15. Thxd3 Dxf4 16. Td4 Dh2 17. Pxf7! 0-0 18. Lxe6 Pbd5 19. De5! Dg2! Beide spelers compliceren de zaak extreem 20. Txb4 Pxb4 21. Td8 Pxc2+ de computer geeft ondanks de haaruitval dreigende stelling nog steeds gelijk aan 22. Ke2 Dg1? Een fout en dat is fataal in zo’n stelling, nodig was 22..Taxd8. 23. Dd6 De1+ (Taxd8 24. Pxd8+ Kh8 25. Dxf8+ Pg8 26. Dxg8 mat) 24. Kd3 Te8 25. Txa8 Pb4+ 26. Kc4 b5+ 27. Kb3 1-0. Zo staan er vele boeiende partijen in dit boek met alle mogelijke uitslagen, zwart komt regelmatig als overwinnaar uit de strijd tevoorschijn . Wie dus genoeg heeft van altijd maar 3..Da5 of 3..Dd6 vindt in dit boek het benodigde materiaal voor 3..Dd8. De andere zetten blijven uiteraard speelbaar…

Probleem 2481 is een 2-zet van Avner:

De oplossing van probleem 2479 was en is 1. Pe4 !

Johan Hut

Jeugd opeens heel goed in Maastricht

Het Pinkstertoernooi in Bussum bleek goed bestand tegen de (tijdelijke?) inkrimping. Het toernooi ging terug van vier dagen naar één en de hoofdprijs van twaalfhonderd naar tweehonderd euro. Toch kwamen er vier grootmeesters op af, van wie Vladimir Episjin op de eerste plaats eindigde. De andere grootmeesters Roeland Pruijssers, Georgiu Castaneda en Harmen Jonkman eindigden keurig op een rijtje daarachter.

Trots waren ze bij BSG dat gelijktijdig met het toptoernooi een even groot toernooi voor basisscholieren werd gespeeld. Topschaak kan niet zonder basis.

In het Pinksterweekend ging in Nederland meer aandacht uit naar Maastricht, waar het achtste Limburg Open nu toch echt belangrijker geworden is dan Bussum. Erwin l’Ami was er oppermachtig en er waren meer grootmeesters aanwezig, maar het waren een paar jeugdspelers die alle aandacht opeisten. Jorden van Foreest werd gedeeld tweede. Hij versloeg grootmeester Emanuel Berg en speelde remise tegen l’Ami en Sipke Ernst. Van Foreest, telg uit een oud schaakgeslacht en ook lid van een groot schaakgezin, werd vorig jaar Europees kampioen tot en met veertien jaar. Sindsdien, ook nu in Maastricht, laat hij zien dat hij na de nu negentienjarige Robin van Kampen (en uiteraard diens leeftijdgenoot Anish Giri) de volgende jonge Nederlander is die het in zich heeft de tophonderd van de wereld te bereiken.

Gert Ligterink gaf zijn jonge ploeggenoot (beiden spelen bij Sissa in Groningen) in de Volkskrant onlangs een ‘tussenrapport’. “Openingen: heel behoorlijk. Eindspel: opmerkelijk goed. Rekenen: buitengewoon, zonder meer zijn sterkste punt. Strategisch inzicht: steeds beter, maar nog lang niet volleerd. Zelfvertrouwen: jaloersmakend groot.”

Voor Neerlands hoop bleef het in Maastricht niet bij Van Foreest. Zijn leeftijdsgenoten Tycho Dijkhuis, Thomas Beerdsen en Max Warmerdam eindigden tussen de grootmeesters op de gedeelde zesde plaats. Utrechter Dijkhuis won van grootmeester Alexandr Fier en speelde tegen Adrian Tugui een bijzonder originele partij. Dat hij kort duurde kwam niet zozeer doordat Tugui vroeg de fout in ging, maar doordat de spelers (door een ongebruikelijke openingskeuze) al vroeg zelf moesten nadenken. Dat is ook wel eens leuk.

Dijkhuis-Tugui

1.e4 c5 2.Pf3 a6 3.c4 d6 4.d4 Lg4 5.dxc5 Lxf3 6.gxf3 Da5+ 7.Pc3 Dxc5 8.Pd5

Dreigt Le3 en Pb6. Het beste voor zwart is nu 8…Pd7 9.Le3 Dc6 10.b4 e6 en hij houdt het witte geweld wel tegen.

8…Dc6 9.b4

Maar nu heeft wit een tempo meer, omdat hij Le3 in zijn plan niet nodig heeft. Als zwart nu 9…Pd7 speelt staat hij na 10.b5 Dc8 11.b6 heel beroerd.

9…b6 10.b5 axb5

11.c5!

Prachtig. Wit dreigt nu 12.Lxb5 Dxb5 13.Pc7+ met damewinst en zwart weet daar niets beters op te bedenken dan zijn koning dichter bij het strijdveld te brengen, waar hij straks niet prettig blijkt te staan.

11…Kd8 12.cxb6 Pf6 13.Pc7

13…Pxe4

Materieel verantwoord, maar toch al een wanhoopsactie. Wit dreigde Le3, Tc1, Db3 en zwart zou volkomen worden overspeeld.

14.fxe4 Dxe4+ 15.Le3 Dxh1 16.Pxa8 Dxa8 17.Dc2

Dreigt Dc7 en Dc8 mat (17…Db7 18.Lg2) terwijl in veel varianten de b-pion zal beslissen.

17…Pa6 18.Lxb5 Pc5 19.Lxc5 Da5+ 20.Kd1

Nu loopt na 20…Dxb5 21.Tb1 Df1+ 22.Kd2 de b-pion door.

20…e6 21.b7

Zwart geeft het op.

Rini Kuijf

Voor beginners A6426

Zwart aan zet, wat te doen?

Voor gevorderden B6426

Zwart aan zet, wat is sterk?

Henk Prins

In het Noorse Stavanger heeft een zwaar bezet grootmeestertoernooi plaats. De top 4 van de wereld speelt mee, aangevuld met enkele spelers uit de top 15, onder wie de Nederlander Anish Giri, en de Noor Simen Agdestein.

De eerste twee ronden werden gewonnen door de Italiaan Fabiano Caruana gewonnen; hij gaat na zeven ronden aan kop met drie andere grootmeesters Carlsen, Kramnik en Karjakin. Het verschil met de vier spelers die gezamenlijk onderaan staan is maar één punt. Na de nog te spelen twee laatste ronden kan de volgorde dus helemaal anders zijn.

Caruana – Svidler

1. e4 c5 2. Pf3 e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pc6 5. Pc3 Dc7 6. Le3 a6 7. Dd2 Pf6 8. 0-0-0 Le7 Het Paulsensysteem in de Siciliaan is populair. 9. f3 b5 10. Kb1 Caruana pakt het voorzichtig aan. In deze stelling is ook goed speelbaar 10. g4. 10…Pe5 11. g4 b4 12. Pa4 h6 13. Tg1 Caruana geeft blijk van zijn agressie. Hij geeft zijn invloed in het centrum op en ontketent een actie met het doorbreken van de koningsvleugel. 13…d5 Zwart richt zicht op het centrum. 14. Lf4 dxe4 15. g5! Wit volgt zijn plan, zwart heeft wel tegenkansen. 15. … hxg5 16. Txg5 Pfd7 16. …e3? is geen alternatief wegens 17. Dg2. 17. Txg7 exf3 Mijns inziens is beter 17. …Da5. 18. Pxe6! Zie diagram.

Dit moet Caruana vooraf met zijn computer hebben voorbereid. Het stukoffer ziet er gevaarlijk uit. 18… fxe6 19. Ld3 Vooral dit zetje geeft aan dat er een voorbereiding moet zijn geweest. Het was al eerder duidelijk waarom wit zo vroeg Kb1 speelde. Nu blijkt dit voordeel. 19…Lf6 Mijn computer geeft als beste aan 19. …Tb8. Na het verwachte 20. Lg6+ Kd8 21. Lg5 Pxg6 22. Lxe7+ Pxe7 23. Dg5 Te8 24. Txe7 Txe7 25. Dg8+ is de stelling remise door eeuwig schaak. Welke speler vindt zo’n zet? 20. Lg6+ Pxg6 De consequentie van Svidlers vorige zet. Zeer moedig om in deze stelling je dame aan te bieden. De materiaalverhouding is niet slecht want feitelijk heeft Svidler voor zijn dame een toren, paard en loper. Svidlers probeem is echter dat zijn stukken niet samenwerken. 21. Lxc7 Lxg7 22. Dd3 Pge5 23. Lxe5 Lxe5 24. De4 Ta7! Knap gezien. 24. …Tb8 gaat niet goed voor zwart: 25. Pc5 Kc7 26. Pxd7 Lxd7 27. Dxe5 en de dreiging 28. Dxg7+ is desastreus. 25. Pc5 Ke7 26. Tf1 Het stuk winst nu nemen is te riskant, wegens de zwarte f-pion. De zet van Caruana is veiliger en beter. 26. … Tf8 27. Pxd7 Txd7 28. Dxe5 Wit heeft een stuk gewonnen. Zwarts hoop op een kans is zijn f-pion. 28…Td5 29. De3 Tdf5 30. Df2 Nauwkeuriger plan voor wit is: 30. Da7+ Ld7 31. Td1 Td8 32. Df2! 30…a5 31. b3 Ld7 32. Tg1 Lc6 33. Kb2 T8f7 34. Tg8 Tf8 35. Tg4 T8f7 36. a3 bxa3+ 37. Kxa3 Kd6 38. Tc4 Ld5 39. Tc8 Zwart geeft op. Er komt c2-c4 aan en daarna maken wits toren en dame het werk af.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.