Schaakrubrieken weekend 9 augustus 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Russisch wantrouwen

De Engelse grootmeester Danny King, die bij de olympiade in Tromsø iedere dag en altijd welbespraakt een paar interviews maakt, zei: „Ik weet iets van de Russische mentaliteit en vergeef me dat ik het zeg, maar die is soms nogal wantrouwig.” Zijn Russische gesprekspartner Vladimir Kramnik moest lachen en gaf hem gelijk, maar dat betekende niet dat zijn eigen wantrouwen verdween.

Kramnik had gezegd dat de landen waarvan bekend was dat ze op Garri Kasparov zullen stemmen bij de verkiezing van de volgende president van de FIDE betere hotels hadden gekregen dan de landen die voor Kirsan Ilyumzhinov waren, zoals Rusland. Hij zei ook dat op het vliegveld van Tromsø alle Russen streng gefouilleerd waren en dat ieder voorwerp in hun koffers grondig was onderzocht. „Onze band is daardoor nog hechter geworden, want nu weten we allemaal precies van elkaar wat we hebben meegenomen.”

Het is waar dat zowel de toernooidirecteur in Tromsø als de plaatsvervangend directeur een belangrijke rol speelt in de verkiezingscampagne van Kasparov. Maar konden ze regelen dat de Noorse douane de Russen extra hard aanpakte? En waarom zouden ze dat willen? Kramnik zei: „Misschien is het toeval, maar er zijn te veel vreemde dingen.”

Er staat veel op het spel voor de Russen. Ze hebben altijd de sterkste ploeg, maar in Bled in 2002 was het de laatste keer dat ze de olympiade wonnen. In Tromsø zijn de spelers een week van tevoren aangekomen in een grote groep; een masseur, twee captains, twee trainers en nog wat andere hulpverleners. Toch gaat het niet helemaal naar wens. In de vierde en vijfde ronde speelde Rusland gelijk tegen China en Bulgarije. Geen schande, maar de tijd van Russische overmacht is voorbij.

In de krant van donderdag liet ik het staartje van de partij tussen Kramnik en Veselin Topalov zien. Daarin werd Topalov, wereldkampioen van 2005 tot 2006, moeiteloos door Kramnik weggeblazen. Dat hij nog steeds mooi en sterk kan schaken, had Topalov twee dagen eerder getoond tegen de Spanjaard Francisco Vallejo Pons. Over die partij zei hij na afloop: „Een mooie partij, maar erg moeilijk was het niet.”

Veselin Topalov – Francisco Vallejo Pons, olympiade Tromsø 2014

1. d4 f5 2. c4 Pf6 3. Pc3 e6 4. a3 Een kalme zet. Hij wil 4…Lb4 verhinderen. 4…g6 5. Lf4 Lg7 6. e3 0-0 7. Pf3 d6 8. Le2 Wit heeft geen openingsvoordeel, maar zwart gaat daar nu voor zorgen. 8…h6 9. h3 g5 Van deze verzwakking van f5 zal zwart later veel last hebben. 10. Lh2 Pbd7 11. Dc2 b6 12. Td1 Kh8 13. b4 Lb7 14. d5 e5 15. Pd2 c6 Te optimistisch. Zwart geeft zichzelf ook nog een zwakte op d6. 16. dxc6 Lxc6 17. 0-0 Tc8 18. Dxf5 Dit komt op een dame-offer neer. 18…Pe4

19. Dxf8+ Lxf8 20. Pdxe4 Een offer kun je het nauwelijks noemen. Wit heeft genoeg materiaal voor de dame. 20…Dc7 21. Td2 Kg7 22. Tfd1 Pf6 23. Pxd6 Nu d6 gevallen is, volgt later pion e5 vanzelf. 23…Lxd6 24. Txd6 De7 25. Lg3 Le8 26. Txf6 Als Topalov een kwaliteit kan offeren, doet hij het graag. De stukken die hij overhoudt werken optimaal samen. 26…Dxf6 27. Pe4 Dg6 28. Pd6 La4 29. Td5 Db1+ 30. Kh2 Tf8 31. c5 Lb3 32. Txe5 Dc2 33. Lf3 Txf3 Om een ondersteuner van wits gevaarlijke c-pion te verwijderen, maar het helpt niet. 34. gxf3 bxc5 35. bxc5 La4 36. Pf5+ Kg6 37. c6 De c-pion beslist. Na 37…Dxc6 komt 38. Pe7+ en na 37…Lxc6 komt 38. Pd4 gevolgd door 39. Te6+. 37…h5 38. Pd4 Dc4 39. h4 gxh4 40. Lxh4 a5 41. Te6+ Kf7 42. Te7+ Kg6 43. c7Zwart gaf op.

Gert Ligterink

Overwinning Topalov hoogtepunt eerste fase Oympiade

Het is natuurlijk mogelijk dat het Nederlandse olympiadeteam nog instort, maar waarschijnlijk is dat niet. Na een serie prima wedstrijden, met als hoogtepunt een 2,5-1,5 zege op de Verenigde Staten, staat de ploeg in de top van het klassement en is er alle reden tot optimisme over de afloop.

Twee teamleden waren in de eerste ronden buitengewoon op dreef. Anish Giri verdedigde het eerste bord als een vorst met een remise tegen Nakamura en drie winstpartijen, waaronder een zeer belangrijke tegen Gelfand in de wedstrijd tegen Israël. Als het hem en het team voor de wind blijft gaan, zou hij wel eens, à la Jan Timman in zijn grote tijd, alle elf ronden kunnen spelen.

Opvallend is ook het optreden aan het tweede bord van Erwin L’Ami, over wiens vorm vooraf zorgen bestonden. Tijdens het NK en het aansluitende toernooi in Dieren was hij onherkenbaar, maar in Tromsø is hij terug. De winstpartij tegen Kamsky in de wedstrijd tegen de Verenigde Staten mag hij boven zijn bed hangen. Die overwinning op Amerika kwam

een beetje uit de lucht vallen. Na een paar uur spelen stond Nederland met 1,5-0,5 achter na een korte remise tussen Nakamura en Giri en een nederlaag van Van Wely tegen Onischuk. Nadat L’Ami Kamsky had weggeschoven in een eindspel, lag een 2-2 gelijk spel voor de hand, omdat Robin van Kampen aan het vierde bord onvoldoende voordeel leek te hebben tegen Akobian. Toen gebeurde het volgende:

Van Kampen – Akobian na 63. Lf3e4+.

Na een koningszet heeft wit geen serieuze winstkansen, maar Akobian meende dat het ook anders kon:

63 … Lf5? 64. Lxb6 cxb6 65. Ke3!

Over het mogelijke pionneneindspel zal Akobian hebben nagedacht, maar dan alleen in de versie na 65. Lxf5+??

Kxf5, waarna zwart wint. Na de tekstzet is het resultaat andersom.

65 … Lxe4 66. Kxe4 Kg7

Of 66 … Kf7 67. Kf5 b5 68. b4 en wits koning dringt binnen.

67. f5!

Voordat de koning naar de damevleugel wandelt, moeten de toegangswegen naar de andere kant van het bord worden afgesloten

67 … Kf7 68. Kd4 Ke7 69. Kc4 Kd7 70. Kb5 Kc7 71. Ka6

Nu moet zwart de dekking van de b-pion opgeven. Zwart geeft op.

De indrukwekkendste partij uit de schatkamer van de eerste ronden was de overwinning van Veselin Topalov op Francisco Vallejo in de wedstrijd Bulgarije – Spanje:

Topalov – Vallejo Tromsø 2014

1. d4 f5 2. c4 Pf6 3. Pc3 e6 4. a3 g6 5. Lf4 Lg7 6. e3 0-0 7. Pf3 d6 8.Le2 h6 9. h3 g5 10. Lh2 Pbd7 11.Dc2 b6 12. Td1 Kh8 13. b4 Lb7 14. d5 e5 15. Pd2

Niet 15. Dxf5? Pxd5 16. Dc2 Pxc3 17. Dxc3 e4.

15 … c6 16. dxc6 Lxc6 17. 0-0 Tc8

18. Dxf5!

Maar nu neemt wit de pion wel. De zet impliceert een positioneel dameoffer

18 … Pe4 19. Dxf8+ ! Lxf8 20.Pdxe4 Dc7 21. Td2 Kg7 22. Tfd1

Nu wordt duidelijk dat wits dameoffer geheel gerechtvaardigd was. Wits stukken heersen over het bord, de zwarte centrumpionnen zijn kwetsbaar en de dame is volstrekt hulpeloos.

22 … Pf6 23. Pxd6 Lxd6 24. Txd6 De7 25. Lg3 Le8 26. Txf6

Blakend van zelfvertrouwen verhoogt Topalov de inzet. Hij laat zien dat hij zelfs met twee lichte stukken de zwarte dame de baas kan.

26 …. Dxf6 27. Pe4 Dg6 28. Pd6 La4 29. Td5 Db1+ 30. Kh2 Tf8 31. c5 Lb3 32. Txe5 Dc2 33. Lf3 Txf3

Hij had genoeg van wits twee ijzersterke lopers. Maar het zoenoffer baat hem niet.

34. gxf3 bxc5 35. bxc5 La4 36. Pf5+ Kg6 37. c6 h5 38. Pd4 Dc4 39. h4 gxh4 40. Lxh4 a5 41. Te6+ Kf7 42. Te7+ Kg6 43. c7

Zwart geeft op.

Hans Böhm

Dieren en Kopenhagen

Het Open NK in Dieren, een sterk en gezellig vakantietoernooi, zit in de lift: meer deelnemers, meer sponsors en meer nevenactiviteiten. En men heeft nog genoeg wensen: meer vrouwen en meer aanstormende jeugd die zich kan meten met de meesters en grootmeesters. Dit jaar deden de tieners Anna-Maja Kazarian en Jorden van Foreest en Thomas Beerdsen en Robin Lecomte het uitstekend maar we hebben nog meer talentvolle jeugd. Een belangrijke ontmoeting tussen talent en gerenommeerd kwam in de vierde ronde.

J. van Foreest – E. L’Ami

1.Pf3 Pf6 2.g3 b6 3.Lg2 Lb7 4.0-0 g6 5.c4 Lg7 6.Pc3 0-0 7.d4 Pe4 8.Pxe4 Lxe4 9.Te1 d5 10.Da4 Dd7 11.Dxd7 Pxd7 12.cxd5 Lxd5 13.Lf4 c5

“Ik wist niet wat ik moest spelen”, zei Jorden na afloop, dat verklaart de zeer tamme opzet. Een snelle remise lag in de lijn van de stelling maar Jorden gaat vreemd doen.

14.Pe5 Pxe5 15.dxe5??

Dat is in positioneel opzicht bijna een blunder te noemen. Waarom niet 15.Lxd5 Ta-d8 16.Lxe5 Txd5 17.e4 Td7 18.Lxg7 Kxg7 19.dxc5 bxc5 20.Ta-c1 en wit kan een remiseaanbod plaatsen dat niet geweigerd kan worden. Nu komt hij regelrecht in een eindspel met praktisch een pion minder.

15…Lxg2 16.Kxg2 Tf-d8 17.Tf-d1 Kf8 18.h4 Ke8 19.Kf3 Txd1 20.Txd1 Td8 21.Td3 Td7 22.Ke4 e6 23.b3 Lf8 24.g4 b5 25.Ld2 h5

“Ik heb het middenspel slecht gespeeld”, zei l’Ami terecht. Wit krijgt nu een target op h5. Waarom brengt zwart zijn koning niet eerst naar c6 met 25…Kd8. Dat laat wit nu niet meer toe:

26.gxh5 gxh5 27.Lg5 Le7 28.Lxe7 Kxe7

Met de loperruil is zwarts voordeel verdwenen, het ruimtevoordeel van wit is voldoende compensatie voor de dubbelpion. Opmerkelijk genoeg speelt Van Foreest deze fase beter dan zijn geroutineerde tegenstander.

29.a3 Tc7 30.Tc3 Tc8 31.Kf4 a5? 32.a4!

Zwart wilde kennelijk nog wat in plaats van met 31…f6 over te gaan naar een makkelijk houdbare stelling. Nu komt wit in het voordeel.

32…bxa4 33.bxa4 f6 34.exf6+ Kxf6 35.Ke4 Tc7 36.Tf3+ Ke7 37.Ke5 Tc6 38.e4 Tc8 39.Tg3 Tc6 40.f4 Kf7 41.Tb3 Ke7 42.Tb7+ Ke8 43.Tb3 Ke7 44.Tb7+ Ke8 45.f5!

Het juiste plan, alle stukken staan optimaal om de vesting van zwart in het centrum op te blazen. Wit speelt dit gedeelte grootmeesterlijk.

45…exf5 46.Kd5! Tc8 47.Th7! f4

“Ik zag 47…fxe4 48.Kd6! e3 49.Th8+ Kf7 50.Txc8 e2 51.Tc7+ Kf6 52.Te7 en wint. Daarom deed ik 47…f4”, legde Erwin in een analyse voor het publiek uit en Jorden maakte remise met

48.Th8+ Kd7 49.Th7+ Ke8 50.Th8+

remise. Maar beide spelers overzagen dat wit precies dezelfde winnende manoeuvre kan uitvoeren: 48.Kd6! f3 49.Th8+ Kf7 50.Txc8 f2 51.Txc5 f1D 52.Tf5+ en wint. Dat overkomt Jorden binnenkort niet meer.

Slotstand aan kop

1.Sengupta (Ind), Ikonnikov (Rus) 7 3.Pruijssers, Das (Ind) 6,5 5.o.a. Wiersma, Afek 6

In het sterk bezette Open toernooi in Kopenhagen, 313 deelnemers, 50 titelhouders, deed Jan Timman weer van zich spreken. Geniet mee met zijn vlotte overwinning op de Armeense vrouwen-grootmeester Tatev Abrahamyan.

T. Abrahamyan – J. Timman

1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pd2 h6

Een belangrijk zetje om Lg5 er voorgoed uit te halen en wit uit de vaste patronen te halen.

4.Pg-f3 Pf6 5.e5 Pf-d7 6.Ld3 c5 7.c3 Pc6 8.0-0 g5

Maakt de bedoelingen gelijk duidelijk. Vanwege de dreiging g4 moet wit iets doen met de druk op d4.

9.dxc5 Lxc5 10.Pb3 Lf8 11.Pf-d4 Pdxe5 12.f4 Pxd3 13.Dxd3 Ld7 14.Df3

Kijkt inderdaad naar f7 maar logischer lijkt de vervolging van de ontwikkeling met 14.Le3 en wit krijgt vanzelf spel op de damevleugel komt.

14…Dc7 15.Le3

Gaat niet door op de ingeslagen weg. Beter is 15.fxg5 0-0-0 16.Dh5! en nu volgt op 16…Ld6 17.gxh6 en op 16…De5 17.Pxc6 bxc6 18.Lf4 hxg5 19.Dxg5 Dxg5 20.Lxg5 f5!? met moeilijke stelling voor beide partijen.

15…0-0-0 16.Ta-c1?

Een non-zet. Nog steeds bood 16.Df2 volwaardig tegenspel. Nu gaat het snel.

16…gxf4 17.Pb5 Pe5! 18.Pxc7 Pxf3+ 19.Txf3 fxe3

en omdat Pc7 verloren gaat gaf wit op.

Slotstand aan kop, 10 ronden

1.Bu (Chi) 9 2.Matlakov (Rus), Rodstein (Isr), Jones (Eng), Negi (Ind) 8 18.Jan Timman 7 91.Rein Brouwer 5,5 133.Sietske Greeuw 5 252.Bart Stam 3,5

Bab Wilders

Een heel bijzonder interessant blad voor de schaakliefhebber is KARL (www.karlonline.org), vooral wanneer men geïnteresseerd is in de culturele aspecten van het Koninklijke spel. Er komen ieder jaar 4 nummers uit (28 Euro) en ieder nummer heeft een eigen thema en dat kan zijn een beroemde grootmeester maar ook zaken als Schaken en Film, Blindschaken, Schaken en literatuur, Schaken en Politiek enz. En als het over een grootmeester gaat komen niet alleen zijn schaakprestaties aan de orde maar ook en vooral zijn achtergrond, persoonlijke leven en de cultureel-maatschappelijke situatie van zijn tijd. Een unieke formule.

Zo ook bij het nummer over de sterkste schaker die nooit wereldkampioen werd: Akiwa Rubinstein. Vele mooie partijen maar persoonlijk geniet ik nog meer van het artikel van Strouhal over jeugd en familie van Rubinstein met een ontroerend verhaal over de Joden van Stawiski , met foto’s, inde 1e en 2e Wereldoorlog. De vader van Rubinstein was daar Rabbi en de beschrijving van het leven van de schakende zoon geeft, zeker in zijn jeugdjaren, een goed beeld van de joodse cultuur in de Pools-Russische gebieden. Maar er is natuurlijk ook een verslag van één van de grootste prestaties van Rubinstein, Wenen 1922, met partijen.

Interessant is ook zijn reis in 1931 naar het Heilige Land, toen het Engelse mandaatgebied Palestina, stammend uit de tijd dat Europa nog de wereld naar believen kon verdelen al had de krankzinnige 1e Wereldoorlog, waar ook de carrière van Rubinstein door beïnvloed werd, al de naderende ondergang aangekondigd. Overigens in iedere KARL ook een overzicht van de belangrijkste feiten op schaakgebied van het kwartaal. Een tijdschrift dat iedere keer weer boeit.

Een partij die de onverbiddelijke logica in het spel van Rubinstein goed laat zien is Rubinstein–Salwe, gespeeld in Lodz in 1908.

1. d4 d5 2. Pf3 c5 3. c4 e6 4. cxd exd 5. Pc3 Pf6 6. g3 een zet die Rubinstein veel zou spelen Pc6 7. Lg2 cxd4 Het is waarschijnlijk beter de spanning nog even te handhaven 8. Pxd4 Db6 9. Pxc6 bxc 10. 0-0 Le7 Een stelling die in deze eeuw ook op het bord kan komen 11. Pa4 wit wordt eerst actief op de damevleugel Db5 12. Le3 0-0 13. Tc1 Lg4 14. f3 deze verzwakking van de witte koningsstelling is geen stumperzet maar onderdeel van een sterk logisch plan Le6 15. Lc5 Tfe8 16. Tf2! dekt ook b2Pd7 17. Lxe7 Txe7 18. Dd4 Tee8 19. Lf1!

Nog steeds is de blik van Rubinstein gericht op de damevleugel waar hij het voordeel denkt binnen te slepen, typerend ,waar velen in die tijd vooral op de vijandelijke koning uit waren. Tec8 20. e3 Db7 21. Pc5 Pxc5 22. Txc5 Tc7 23. Tfc2 Db6 24. b4 a6 Let even op het verschil tussen de witte en de zwarte loper 25. Ta5 Tb8 niet het sterkste 26. b3 even b4 dekken Ta7 Nu wint wit de beslissende pion 27. Txc6! Dxc6 (Dxd4 gewoon exd4 en ook a6 valt) 28. Dxa7 en na nog enig gespartel gaf Salwe op.

Probleem 2489 is een tweezet van Dombrowskis:

En de sleutelzet van 2487 was 1. Ph6. En over problemen gesproken, volgende week aandacht voor een ander nummer van Karl waarin ook schaakproblemen aan de orde komen.

Johan Hut

Peter Sowray rekent niet, maar voelt

Het open kampioenschap van Nederland in Dieren is eindelijk gewonnen door Vyacheslav Ikonnikov, een Rus die veel in Nederland speelt. Hoe vaak hij had meegedaan, wist hij niet meer. Minstens tien keer, dacht hij. Hij eindigde gelijk met Deep Sengupta uit India, ook bekend in Nederland, maar bleef hem op basis van weerstandspunten (sterkere tegenstand) nipt voor. Ikonnikov na afloop: “Vervelend voor hem. Ik heb dit keer een beetje geluk gehad, maar goed, in andere toernooien heb ik hier ook wel eens pech gehad. Twee jaar geleden bijvoorbeeld, toen ik de laatste twee partijen verloor." Inderdaad, na tien toernooien mag je als sterke grootmeester ook wel eens de eerste prijs winnen.

Grootste verliezer was Erwin l’Ami, die na een start van drie overwinningen uit de laatste zes partijen nog slechts vijf remises haalde en verloor van Daniel Hausrath. L’Ami verloor er een sloot ratingpunten mee en is weer ver weg van de top honderd van de wereld, waar hij even in stond.

Leukste partij was een overwinning van Roeland Pruijssers op Peter Sowray. Pruijssers werd met een derde plaats de beste Nederlander, maar de Brit was hoofdverantwoordelijk voor het amusementsgehalte van de partij. “Ik heb geprobeerd het voor jullie een beetje leuk te maken”, zei hij na afloop tegen de toernooileiding. Dat is zacht uitgedrukt: het werd een krankzinnige partij.

Sowray-Pruijssers

1.d4 f5 2.Pc3 Pf6 3.Lg5 d5 4.f3 c5 5.e4 fxe4 6.fxe4 Lg4 7.Le2 cxd4 8.Dxd4 Pc6 9.Da4 d4 10.0-0-0 Ld7 11.Pb5 Pxe4 12.Lh4 Db6 13.Pxd4

De spelers zijn allang op onbekend terrein. Pruijssers beval hier 13.Pf3 aan, een gezonde ontwikkelingszet.

13…g6 14.Lb5 0-0-0 15.Pgf3 a6 16.The1

Een stukoffer. Op gevoel, want Sowray beweert altijd dat hij niet zo veel rekent. “Na Da8 zal er een keertje Lg3 volgen”, was zijn verklaring achteraf. Vanaf nu wordt het nog onoverzichtelijker dan het al was.

16…Lh6+ 17.Kb1 axb5 18.Pxb5 Lf5 19.Da8+ Pb8 20.Pfd4 Txd4 21.Pa7+

Na 21.Pxd4 Pc3+ blijft zwart te veel materiaal voor, maar waarschijnlijk keek Sowray daar ook helemaal niet naar.

21…Kc7 22.Txd4 Pc3+ 23.Ka1 Dxd4 24.Lg3+

24…Kb6

Waarom niet gewoon Lf4? De koning blijkt op b6 echter veilig te staan.

25.Le5

Ai, die had Pruijssers over het hoofd gezien. Maar hij kan zich redden.

25…Pc6 26.Lxh8 Da4 27.bxc3

Wit wil zijn toren naar de b-lijn spelen. Na 27.Lxc3 Dxa7 28.Dg8 Da4 heeft wit geen tegenspel meer en houdt zwart twee stukken voor een toren en een pion, wat trouwens nog niet zomaar gewonnen is.

27…Dxa7 28.Tb1+ Ka6 29.Dg8 e6 30.Dxh7 Ld2 31.Dh4 Dc5 32.Da4+ Pa5 33.c4

Nu gaat het mis. Beter was 33.Dd4 Dxd4 34.Lxd4 Pc6 35.Tb6+ Ka5 36.Txb7 en zwart wint dit eindspel niet zo makkelijk, als hij al wint.

33…Dxc4

Nu is na dameruil (34.Dxc4 Pxc4) gevolgd door het oprukken van de e-pion het eindspel veel makkelijker gewonnen voor zwart.

34.Da3 b6

35.Dd6

Met tegendreiging, maar het is een blunder.

35…Lc3+ 36.Lxc3 Dxc3+

Wit geeft het op, vanwege 37.Tb2 Dxb2+ 38.Kxb2 Pc4+ en zwart blijft twee stukken voor.

Rini Kuijf

Voor beginners A6474

Zwart aan zet, wat moet hij spelen?

Voor gevorderden B6474

Wit aan zet beukt er doorheen met?

Henk Prins

Het is de tijd van de zomertoernooien. Grootmeesters zijn dan ook actief. In Dortmund werd de Sparkassen Chess Meeting gehouden. Naast een groot open toernooi had een gesloten toernooi met acht topgrootmeesters plaats. De Italiaanse jonge grootmeester Caruana won het toernooi. De volgende partij speelde Caruana tegen de Duitse Meier, die op de tweede plaats eindigde.

1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Pf6 4.e5 Pfd7 5.f4 c5 6.Pf3 Pc6 7.Le3 cxd4 8.Pxd4 Lc5 9.Dd2 0-0 10.0-0-0 a6 11.Df2 Lxd4 12.Lxd4 b5 (Meier is aan de winnende hand en ontketent een aanval op de damevleugel.) 13.Le3 Da5 14.Kb1 b4 15.Pe2 Dc7 16.Pd4 Pxd4 17.Lxd4 a5 18.Lb5 La6 19.Lxd7 (Wit schakelt een verdedigend stuk uit op de koningsvleugel en geeft daarmee te kennen dat hij een koningsaanval gaat starten.) 19. … Dxd7 20.g4 (Het bewijs.) 20. … a4 (Zwart moet door blijven zetten op de andere kant.) 21.b3 Dc6 22.f5 Lb5 23.Td2 (Het lijkt erop dat zwarts doorbraak eerder komt dan die van wit, ook de computer geeft zwart meer kansen.) 23. … axb3 24.cxb3 Ta3 25.Te1 Tfa8 26.Te3 (Caruana speelt wat te voorzichtig. Hier was het tijd voor 26. f6.)26. …Tc8 (Meier blijft doorvechten en het ziet er best gevaarlijk uit. Hij gaat de beide torens naar de c-lijn verhuizen.) 27. De1 Tc7 28.Dd1 Ta8 29.Te1 (Deze toren is weer nodig voor de verdediging van de onderste lijn.) 29. …Tac8 30.Df3 Da6 31.Ted1 Da3 32.Lb2 (Na deze zet komt de partij in de remisezone, daarvoor had zwart wat overwicht.) 32. … Da6 33.De3? (Caruana blijft te lang treuzelen, hier is 33. f6! Beter.) 33. … Kh8 34.f6

(Daar is de zet eindelijk. Caruana claimt dat deze zet winst voor wit is. Mijn computer geeft echter een gelijke beoordeling voor wit als zwart.) 34. … gxf6? (Dit is niet de beste, een zetje als 34. …h6 doet het beter.) 35. exf6 Tg8 36.g5 h6? 37.Tg1 Tcc8?? (Een blunder door het snel moeten spelen in tijdnood. Absoluut noodzaak was 37. …Tg6 om de volgende zet van wit tegen te houden. Ook na 37. …Tg6 is het wit die voldoende winstpotentieel heeft.) 38.g6 en opgegeven door Meier, hij loopt spoedig mat.

In het zelfde toernooi en met Caruana weer met de witte stukken kwam de stand van diagram 891 op het bord. Caruana speelde de zet 39. Te7!! Zwart met nemen. Wat speelt wit na 39. …Dxe7? De oplossing volgt over drie weken.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.