Donchenko blijft aan de leiding

De 16-jarige Duitse meester Alexander Donchenko blijft het fantastisch doen in het Groninger schaakfestival. In de vijfde ronde versloeg hij met zwart onze Nederlandse GM, Benjamin Bok, om een ronde later tegen een andere GM van Nederlandse bodem, Erwin l’Ami remise overeen te komen. Daardoor blijft hij met 5½ uit 6 fier aan de leiding. Ook GM Sergey Tiviakov kwam niet dichterbij omdat hij tegen de Spaanse grootmeester Alsina Leal moest vluchten in een eeuwig schaakvariant, toen hij materiaal was achter gekomen.

Vooralsnog is L’Ami de belangrijkste landgenoot die kans maakt op de toernooizege. Hij had eerst de tot dusver verrassend voor de dag gekomen Duitse FM Koop teruggewezen. Vandaag besloot hij om geen ijzer met handen te gaan breken met zwart tegen Donchenko. Met slechts een half puntje achterstand blijft L’Ami in het spoor van de koploper. Tiviakov, die gisteren nog zo’n voortreffelijke partij had afgeleverd, laat iets teveel halfjes liggen, maar hij zal in de laatste drie ronden alles op alles gaan zetten. Ook Benjamin Bok kan misschien voor een verrassing zorgen, want na zijn nul tegen Donchenko, herstelde hij zich door vandaag zijn partij winnend af te sluiten. Van de andere Nederlandse (groot)meesters moet er veel bijzonders gebeuren, willen zij tot de kanshebbers worden gerekend op de eindzege.

In het analyseblok heb ik geprobeerd de verrichtingen van de Nederlandse toppers een beetje voor het voetlicht te brengen. De vlotte aanvalspartij van GM Jan Werle in de vijfde ronde mag dan ook niet vergeten worden!

Matches

De tweekamp tussen Dimitri Reinderman en Jorden van Foreest is na de afgelopen twee speeldagen beslist. Nadat Jorden nog zo knap gelijk had gemaakt, verloor de Groninger de vierde en de vijfde partij. Reinderman wist wel raad met het Konings-Indisch waar zijn tegenstander het tegenspel maar niet van de grond wist te krijgen en ondertussen op de damevleugel onder de voet werd gelopen. In de partij van vandaag kwam de Svesnikovvariant van het Siciliaans op het bord en daar gebeurde van alles. Wit won een pion die niet al te veel betekenis had, maar nadat Reinderman zich een foutje had gepermitteerd, had Van Foreest zomaar groot voordeel kunnen bereiken. Die kans ging voorbij en toen stelde de grootmeester orde op zaken, hoewel hij daarvoor de nodige techniek aan de dag moest leggen.

Ook de tweekamp tussen Anne Haast en Elisabeth Paehtz is over. Nadat de Brabantse al in de tweede partij in het zand had moeten bijten was het erop of eronder in de derde partij. En gezegd moet worden dat ze een heel eind kwam! Met een leuke en gecompliceerde combinatie had zij een pion buit gemaakt. Zij moest nog een probleemzet vinden, een dameoffer waarvoor zij dan een toren, een stuk en twee pionnen zou terugzien. Dat leek een kolfje naar haar hand, maar helaas liet zij een andere zet uit haar vingers komen, die onmiddellijk verloor. Paehtz was er als de kippen bij om wits 26ste zet te weerleggen. Daardoor knakte er iets in het spel van Haast, want vandaag was zij onherkenbaar. Wit kreeg geruisloos voordeel in de opening en toen de voormalige Oostduitse een wit paard in zwarts stelling had geplant, ging het zienderogen mis. Zonder enig tegenspel te kunnen genereren, ging de Tilburgse ten onder, waardoor de overwinning voor Paehtz, met nog twee partijen te gaan, al een feit is.

ANALYSES

Bok, Benjamin – Donchenko, Alexander

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Le3 e5 7. Pf3 Dc7 8. a4 Le7 9. Le2 9. a5 is gespeeld door o.a. Nakamura.

9…O-O 10. O-O b6 11. Dd3 Pbd7 12. Dc4

12…Dd8!

Lijkt me een uitstekend idee van zwart om de dames op het bord te houden; wits dame staat ook enigszins geëxponeerd. 12…Dxc4 13. Lxc4 werd in de partij Short-Gelfand, 1996 gewonnen door wit.

13. Pd5?!

Dit speelt de zwartspeler in de kaart. Had wit niet beter 13. Tfd1 Lb7 14. Pd2 kunnen spelen?

13…Lb7 14. Pxf6+ Ook mogelijk was het om het loperpaar te veroveren met 14. Pxe7+ Dxe7 15. Pd2 maar zwart heeft hier absoluut geen problemen met 15…d5

14…Pxf6 15. Db3

Wit ruilt pion e4 voor pion b6, maar dat werkt in zwarts voordeel.

15…Lxe4 16. Lxb6 Dc8 17. Tfc1 Dc6 18. a5 Pd5

Ziet er logisch uit. Na 18…Pd7! had Bok een heel moeilijke middag gehad, vermoed ik.

19. Ta4?!

Na deze onnauwkeurigheid krijgt zwart wederom groot voordeel in handen.

Beter was 19. c4 Pf4 [19…Pxb6 20. axb6 Tfb8 21. c5 is inmiddels al weer een tikje beter voor wit.] 20. Lf1 waarna de schade nog meevalt voor wit.

19…Pf4 20. Lf1 Ld5 21. Da3 Nu is 21. c4 geen goede optie omdat Ta4 volkomen buitenspel komt te staan. Na 21…Lxf3 22. gxf3 Tfb8 staat zwart heel goed.

21…Tfe8 22. Tb4

Met de loper op d5 mist zwart de actie … d6-d5.

22…Lf8 23. c4 Le4 24. De3 f6

Langzamerhand lijkt wit zijn problemen de baas te zijn geworden.

25. Pd4!

Een interessante poging het spel een andere wending te geven.

25…Pxg2 26. Pxc6 Pxe3 27. Lxe3 Lxc6 28. Tb6

Wit is een pionnetje kwijt, maar a6 staat op de nominatie te vallen en daarmee komt Bok zelfs in het voordeel.

28…Lf3 29. c5 dxc5 30. Lxa6

Een uiterst lastige stelling om te behandelen. Wit heeft een potentieel gevaarlijke a-pion, zwart daarentegen heeft een enorm overwicht over de koningsvleugel.

30…Teb8?! 31. Lc4+

Zo bevrijdt wit zijn loper met tempowinst.

31…Kh8 32. Txb8 Txb8 33. b3 Td8 34. Lf1 34. Kf1 kon ook.

34…Kg8 35. Lc4+ Kh8 36. Lf1 Kg8

37. a6 Wit kon natuurlijk ook 37. Lxc5 spelen, maar dan moest hij rekening houden met 37…Lxc5 38. Txc5 Td4 met de dreiging … Tg4+. Echter na 39. h3 Td1 lijkt wit aan het langste eind te gaan trekken na 40. a6

37…Kf7 38. a7?!

Helaas geeft wit het verworven voordeel weer terug. Het was nu hoog tijd voor 38. Lxc5

38…Ta8! 39. Ta1 Ke6 40. Ta6+ Kd7 41. Ld3 h6 42. Kf1 Kc7 43. b4 Td8 44. Le2 Lxe2+ 45. Kxe2 Kb7 46. Ta5 cxb4 47. Tb5+ Ka8

Zwart heeft de gevaarlijke a-pion onder controle en staat inmiddels twee pionnen voor.

48. Kf3 g6 49. Ke4 h5 50. h3 Le7 51. f3 Lf8 52. Lb6 Td7 53. Le3 Tb7 54. Txb7 Kxb7 55. Kd3 f5 56. Kc4 Le7 57. Lf2 g5

Het wachten is op een doorbraak.

58. Le3 f4 59. Lb6

59…e4!

En die komt dan ook! 59…Ld6

60. fxe4 g4 61. hxg4 hxg4 62. Kd3 Lf6

Wit gaf zich gewonnen. Hij kan niet alle vrijpionnen afstoppen. 62…b3 was nog simpeler.

0-1

Koop, Thorben – L’Ami, Erwin

1. Pf3 Pf6 2. g3 g6 3. Lg2 Lg7 4. O-O O-O 5. d4 d5 6. c4 c6 7. Da4 Pfd7 8. cxd5 cxd5 9. Pc3 Pb6 10. Dd1 Pc6 11. h3 Lf5 12. Lf4 Le4 13. Pe5 Pxe5 14. Pxe4 Pc6 15. Pc5 Pxd4 16. Pxb7 Dc8 17. Le3 Pxe2+ 18. Dxe2 Dxb7 19. Tac1 e6 20. Db5 Tfc8 21. b3 Lb2 22. Txc8+ Txc8 23. Tb1 Lf6 24. a4 Tb8 25. Lf4 a6 26. De2 Tc8 27. Lf1 Pxa4 28. Dxa6 Dxa6 29. Lxa6 Pc3 30. Lxc8 Pxb1

Na een harde strijd, waarin zwart een centrumpion buit heeft gemaakt, zou je even kunnen denken dat wit met zijn loperpaar voldoende compensatie voor de pion kan hebben. Een vrije b-pion kan nog wel eens gewicht in de schaal werpen. L’Ami weet wel beter: zijn machtige pionnencentrum en de mogelijkheid om af te wikkelen naar een eindspel van een licht stuk tegen een witte loper, beslist de partij in zijn voordeel. Dat doet de Nederlandse grootmeester uitstekend.

31. Ld6 Pc3 32. Kf1 Pe4 33. Lb4

33…Lc3!

Zo maakt hij het loperpaar onschadelijk en daarmee is de rest een kwestie van techniek.

34. Lxc3 Een loperzet zoals 34. Le7 kost de belangrijke b-pion. 34…Pd2+

34…Pxc3 35. Ke1 Kf8 36. Kd2 Pe4+ 37. Ke3 Ke7 38. b4 Kd6

De witte b-pion is onschuldig, het zwarte centrum geeft de doorslag.

39. g4 g5 40. f3 Pc3 41. La6 h6 42. Ld3 e5 43. Lh7 f6 44. Ld3 Pa2

Opgegeven.

0-1

Tiviakov, Sergei – Popilski, Gil

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. Lb5+ Pd7 4. d4 cxd4 5. Dxd4 a6 6. Lxd7+ Lxd7 7. O-O e5

Dit geeft veld d5 permanent uit handen en daar weet ‘Tivi’ wel raad mee.

8. Dd3 h6 9. c4 Pf6 10. Pc3 Le7 11. a4 O-O 12. Le3 b6 13. Tfe1 Dc7 14. Ph4 Tfc8 15. b3 Tab8 16. Pf5

16…Lf8

Geen pretje zo’n zet. Maar ook 16…Lxf5 17. exf5 is heel goed voor wit vanwege de heerschappij over de witte velden in het centrum.

17. Tac1 Td8 18. f3 Db7 19. Ted1 Lc6

20. Lf2!

Een sterk plan. Wit bereidt Lf2-h4 voor waarna zwarts pionnenstructuur in een ruïne verandert.

20…b5 21. Lh4 g5

Als dat moet, is het eigenlijk gedaan.

21…bxc4 22. bxc4 met behoud van beide a-pionnen is relatief beter, maar een uitkomst bood dit ook niet.

/Het probeem voor zwart was dat hij de verminking van zijn structuur niet kon verhinderen met 21…Le7? vanwege 22. cxb5 axb5 23. axb5 Le8 [23…Lxb5? 24. Pxb5 Dxb5 25. Pxe7+ Kf8 26. Dxb5 Txb5 27. Lxf6 gxf6 28. Pf5 met winst.] 24. Pxe7+ Dxe7 25. Pd5 (zie analysediagram)

en ook nu gaat de structuur van zwart naar de knoppen.

22. axb5 axb5 23. Lf2 bxc4 24. bxc4

24…Ld7

Kost een pion, maar er viel al geen eer meer te behalen voor zwart.

25. Pxd6 Da6 26. Ta1 Dxd6 27. Dxd6 Lxd6 28. Txd6 Le6 29. Txd8+ Txd8 30. Pd5

Wit heeft afgewikkeld naar een eindspel met een pion meer. Door de ongelijke lopers kan het nog lastig zijn, maar de techniek van Tiviakov is onberispelijk. Het is instructief om te zien hoe hij de pluspion tot gelding brengt.

30…Kg7 31. g4 Tc8 32. Pb6 Tc6 33. Ta4

33…Pe8

Nu het paard op een andere route komt, gaat de pion naar voren. Wit moet de aangeboden paardruil na 33…Pd7 uit de weg gaan met 34. Pd5 om dan na 34…Pc5 35. Lxc5 Txc5 verder te gaan met 36. Kf2 en een koningsmars naar de damevleugel.

34. c5 Pc7 Zwart kan alsnog proberen om paardruil te forceren met … Pe8-f6-d7, maar na 34…Pf6 steekt wit daar een stokje voor met 35. Ta7!

35. Ta5!

Heel profylactisch: tegenspel met … Pc7-b5 en eventueel zelfs … Pd4 wordt uit de stelling gehaald.

35…h5 36. h3 Pe8

37. Lg3!

Dwingt een verzwakking van de zevende rij af.

37…f6 38. Pd5 Lf7 39. Lf2 Pc7

Zwart staat nu klaar voor … Pe6 of … Pa6.

40. Pb4!

Tijd voor actie!

40…Te6 41. Ta7 Pb5 42. Tb7 Pc3 42…Pd4 bracht ook geen verlichting: 43. Lxd4 exd4 44. c6 en de c-pion valt niet meer af te stoppen.

43. c6

Ook nu doet de vrijpion zijn werk.

43…Te8 44. c7 Tc8 45. Lb6

Nu de dreiging Tb8 niet valt te pareren, gaf zwart zich gewonnen. Essentieel is nog wel dat wit na 45. Lb6 Pb5 46. Tb8 Pd6 47. Lc5 een stuk ophaalt.

1-0

Werle, Jan – Wacker, Peter

1. d4 d5 2. c4 dxc4 3. e4 e5 4. Pf3 exd4 5. Lxc4 Lb4+ 6. Pbd2 Pc6 7. O-O Lxd2?!

Een zwakke zet: zwart levert zonder enige scrupules zijn loperpaar in. 7…Pf6 is hier de hoofdvariant.

8. Lxd2 Pge7

9. Pg5!

Werle laat er geen gras over groeien en gooit zijn stukken richting de zwarte koning.

9…Pe5 10. Lb3 h6 11. f4 Lg4

Zwart probeert zijn ontwikkeling met tempowinst te voltooien maar er gaat hierna het nodige hangen.

12. De1 hxg5 13. fxe5 O-O 14. Lxg5 Dd7

Op het eerste gezicht lijkt het nog te gaan voor zwart, maar hij heeft grotere problemen dan hij gedacht zal hebben.

15. Dg3 Wit kon het ook over een heel andere boeg gooien met 15. Db4!? Pc6 16. Dxb7 Tab8 17. Da6 maar daar was het hem niet om begonnen.

15…Tae8

16. Tf4!

Gek genoeg lijkt het voor zwart weer in orde te komen, maar schijn bedriegt.

Het profylactische 16. Tac1!? kwam in aanmerking. Hierna gaat 16…Le6 niet zo goed vanwege 17. Lxe6 Dxe6 [17…fxe6 18. Lf6!] 18. Txc7 met groot voordeel voor wit.

16…Le6 Ook 16…Lh5 helpt al niet meer: 17. Taf1 d3 18. Th4 Lg6 19. Lxe7 Dxe7 20. Dh3 en zwart moet de dame geven om niet mat te gaan.

17. Lf6 Pg6

Als de zwartspeler gedacht heeft dat het allemaal een storm in een glas water was, komt hij na wits volgende paar zetten bedrogen uit.

18. Th4 Lxb3 19. Dg5!

Prachtig gezien.

19…Txe5

20. Th8+!

Het gaat mat na 20. Th8+ Kxh8 [20…Pxh8 21. Dxg7#] 21. Dh6+ Kg8 22. Dxg7#

1-0

MATCHES

Reinderman, Dimitri – Van Foreest, Jorden

(vierde partij)

1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 Lg7 4. e4 d6 5. Pf3 O-O 6. Le2 e5 7. O-O Pc6 8. d5 Pe7 9. Pe1 Pd7 10. Le3 f5 11. f3 f4 12. Lf2 g5 13. g4

Het zogenaamde Benkö-systeem. Wits bedoeling is om de koningsvleugel te vergrendelen, waarna hij vrij spel heeft gekregen op de damevleugel. In de praktijk weten we dat zwart op die kant van het bord het op den duur altijd zal moeten afleggen, dus zal hij zijn heil moeten zoeken in het generen van tegenspel op de koningsvleugel. Omdat het zo gesloten is, valt dat niet mee en vrijwel elke zet luistert heel nauw.

13…h5 14. h3 Pg6

Niet zo gebruikelijk en misschien ook niet helemaal to the point.

Sterke spelers als Nakamura en Ding gingen hier verder met 14…Tf6 met de bedoeling om ‘iets’ over de h-lijn te kunnen doen.

Bekend is ook nog 14…Kf7 gespeeld door Nunn in een partij tegen Korchnoi in 1994.

15. Pd3 Tf6 16. c5

16…Lf8

Op zichzelf een logische zet (om de zwakte d6 extra dekking te geven) maar de timing is misschien wat ongelukkig. Eigenlijk had zwart veld f6 vrij moeten houden voor zijn paard.

17. c6 Pb6

Het paard staat hier in principe niet goed, maar wit moet er rekening mee houden dat zwart met … Pb6-c4-e3 graag een pion wil geven om die witte zwartveldige loper te pakken te krijgen.

18. Pb4

Reinderman steekt daar een stokje voor.

18…De7

19. Kg2!

De juiste aanpak. Voor het geval de h-lijn open komt, kan wit opponeren met een eventueel Th1. Mijn engine komt hier met 19. gxh5 Ph4 20. cxb7 Lxb7 21. La6 maar ik denk dat Reinderman hier geen moment naar gekeken heeft!

19…Df7 20. cxb7 Lxb7 21. Tc1 a5?

Vermoedelijk heeft hij het sterke witte antwoord overzien. Iets voorzichtiger was 21…a6 maar de stelling is nu ook bepaald geen pretje na bijvoorbeeld 22. a4

22. Pb5! Tc8 22…axb4 faalt op 23. Txc7 Pd7 24. Txb7 en zwart zal het moeten afleggen.

23. Pc6 Lxc6 24. Txc6

Wit heeft nu alle strategische troeven in handen.

24…Ph4+ 25. Lxh4 gxh4 26. Dc2 Pa8

Met een slechte loper op f8 en een afschuwelijk paard op a8 is duidelijk dat zwart geen tegenspel zal kunnen genereren.

27. Dc3 hxg4 28. fxg4 f3+

Al doet Van Foreest nog wel zijn best om iets open te gooien…

29. Txf3 Tf4 30. Dxa5 Le7 31. De1 Txf3 32. Lxf3 Tf8 33. Tc3

Wit heeft alle tegenspel uit de stelling gehaald en daarom waagt zwart in zijn nood een uitbraak die gedoemd is te mislukken.

33…Df4 34. a4 c6 35. dxc6 d5

36. Td3

Hij doet het veilig. Zelfs na 36. exd5 e4 37. Lxe4 Lb4 38. d6 zou zwart geen spoor van tegenspel hebben gekregen.

36…Pb6 37. Pc3 Lb4 38. exd5 Pc4

Een ding kun je de zwartspeler niet ontzeggen: hij heeft wel al zijn stukken weten te activeren. Het heeft echter teveel materiaal gekost.

39. Le4 Pxb2 40. Tf3 Pd3 1-0

Van Foreest, Jorden – Reinderman, Dimitri

(vijfde partij)

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 e5 6. Pdb5 d6 7. Lg5 a6 8. Pa3 b5 9. Pd5 Le7 10. Lxf6 Lxf6 11. c3 Pe7 12. Pxf6+ gxf6 13. Pc2 Lb7 14. Ld3 d5 15. exd5 Dxd5 16. Pe3 De6 17. a4 Td8 18. Dc2 e4 19. Le2 O-O 19…f5 is nog bekend uit een partij Stefansson-Mamedyarov, 2004.

20. axb5 axb5 21. Lxb5 f5

22. De2

Een nieuwe zet. 22. g3

22…Pg6 Op 22…f4 kan wit de dames ruilen met 23. Dg4+ en dat wit zwart natuurlijk niet.

23. g3 Kh8 24. Dc4 Db6 25. Db4 f4 26. gxf4 Pxf4 27. Tg1 f5 28. Td1 Df6 29. Txd8 Txd8 30. Dc5

30…Lc8?

Een missertje vermoedelijk. Als ik de engine moet geloven dient hier 30…Ld5 gespeeld te worden. Maar dat is natuurlijk niet zo aantrekkelijk na 31. Pxd5 Txd5 32. Dc6!

31. Dc7?

Ook niet de meest adequate, hoewel dat lastig te voorzien was.

Na 31. Lc4! met de bedoeling om … Pe6 uit de stelling te halen, had zwart wat problemen gehad. Bijvoorbeeld: 31…Pd3+ [31…Pg6 32. Dc7 f4 33. Pd5 met grote moeilijkheden.] 32. Lxd3 exd3 33. Kd2 Le6 34. f4 en wit dreigt een gewonnen eindspel in te gaan.

31…Pe6! 32. Db6 f4

33. Pg4?

Een stap in de verkeerde richting. De voorkeur verdiende 33. Pc4 e3 34. Pd6 met onduidelijke stelling.

33…Dg7

Het goede idee in een verkeerd jasje. Door het paard te pennen en tegelijkertijd een oogje op Lb5 te nemen had wit vrijwel meteen kunnen opgeven. 33…Dg5! Bijvoorbeeld: 34. h4 Dd5! en er valt niets te bedenken tegen de dreigingen … Dd1# of … Dd2+.

34. Lc4!

Wit vindt de enige zet om in de partij te blijven.

34…Dd7! 35. Dxd8+ Dxd8 36. Ph6 Df8 37. Tg8+ Dxg8 38. Pxg8 Kxg8

Zwart is een stuk voorgekomen, maar de technische afhandeling is nog verre van triviaal.

39. Ld5 Kg7 40. Lxe4 h6 41. Kd2 Kf6 42. b4 Ke5 43. Lc6 Kd6 44. Le4 Pg5 45. Lg2

45…La6!

Zo zijn wits vrijpionnen geblokkeerd en kan zwart zijn voordeel verder proberen uit te bouwen.

46. h4 Pf7 47. Kc2 Pe5 48. Kb3

Dit bespoedigt de ondergang maar er was niets beters. Afwachten met 48. Kd2 heeft ook weinig zin na 48…Pg6 49. h5 Pe5 50. Le4 Lc4 51. Lg2 Lf7 en pion h5 valt.

48…Le2 48…Lc4+ 49. Ka4 Pg4 50. f3 Pe5 gevolgd door … Le2 had aan alles ook meteen een einde gemaakt.

49. Le4 Pg4 50. c4 Pxf2 51. c5+ Ke5 52. Lb7 f3 53. b5

53…Pe4!

En na deze ‘onderbreek’ is het definitief gedaan.

53…Pe4 54. Lxe4 [54. Kb4 f2] 54…Kxe4 55. c6 f2 56. c7 Lg4 is gemakkelijk.

0-1

Haast, Anne – Paehtz, Elisabeth

(derde partij)

1. e4 e6 2. Pf3 d5 3. Pc3 Pf6 4. e5 Pfd7 5. d4 c5 6. dxc5 Pc6 7. Lf4 Lxc5 8. Ld3 f6

Het is duidelijk dat Paehtz het systeem dat Anne in haar vorige witpartij had geïntroduceerd inmiddels heeft nagekeken.

9. exf6 Dxf6 9…Pxf6 is de wat oudere voortzetting, maar wit lijkt hier toch optisch beter te staan.

10. Lg3 In een partij Morozevich-Bareev, 1999 was 10. Lg5 Df7 gevolgd, waarna zwart niet slechter bleek te staan.

10…O-O 11. O-O a6

12. Te1

Bij mijn weten een nieuwtje. In meerdere partijen ging het spel verder met 12. De2 hetgeen mij ook logischer voorkomt. Wit verbindt de torens waardoor ze al haar stukken zo snel mogelijk in het spel kan brengen. In de partij blijkt dat enigszins problematisch omdat het punt f2 steeds hulpbehoevend blijkt te zijn.

12…Pd4! 13. Pe5 Pf5?!

Beter lijkt mij 13…Pxe5 en dan moet wit 14. Lxe5!? vinden. Na [Slecht is 14. Txe5 Pc6 15. Te2 Ld7 en zwart kan snel tot actie overgaan.] 14…Dxf2+ 15. Kh1 Dh4 16. Pa4 La7 17. g3 Dh6 18. Lxd4 Lxd4 19. Lxh7+ Dxh7 20. Dxd4 lijkt wit beter te staan vanwege de slechte zwarte loper.

14. Lxf5

Gek genoeg is de ruil van de mooie witte loper niet zo gek.

14…Dxf5 15. Pd3 La7

Tijd om even de balans op te maken. Zwart heeft het loperpaar, maar heeft moeite om de ontwikkeling te voltooien. De ‘groepjesregel’ kan hier van toepassing worden. Die regel zegt namelijk dat de speler met de minste groepjes pionnen positioneel beter staat omdat er minder zwaktes zijn. Het is duidelijk dat zwart strategische zwaktes heeft op de zwarte velden, met in het bijzonder veld e5. Daarbij kan ook pion e6 zwak worden. De compensatie voor de slechtere pionnenstructuur moet zwart zoeken in actief stukkenspel waarbij vooral de f-lijn een factor is. Daarom had wit wellicht beter de toren op f1 kunnen laten. Niettemin kan zwart pas tot volwaardig stukkenspel komen als het paard van d7 is weggezet zodat ook Lc8 kan spelen. Maar juist daar kleven wat bezwaren aan, want veld e5 komt dan stevig is wits handen terecht. Al met al, lijkt het erop dat de witte perspectieven iets hoger dienen te worden aangeslagen al is de praktijk heel weerbarstig.

16. a4

Wit wil … b7-b5 uit de stelling halen, maar het lijkt me dat ze beter op het centrum had kunnen spelen. Ik verwachtte hier 16. De2 dat na 16…Tf6 17. Pd1!? met het idee Pd1-e3-g4-e5 tot een goede stelling voor wit zou kunnen leiden.

16…Pf6 17. Te5 Dg6 18. Dd2!?

Een interessante gedachte. Eventueel zit er Te5-g5 in de stelling. Hier had ik gedacht dat 18. Te2 de bedoeling was om na 18…Pg4 19. Dd2 de actie h2-h3 en een eventueel Pd3-e5 voor te bereiden.

18…Df7

19. Tae1?! Maar het was nu de hoogste tijd om veld e5 voor een ander stuk vrij te maken. 19. Te2

19…Ld7 De stelling na 19…Ph5 20. Tg5 Pxg3 21. Txg3 is moeilijk in te schatten. Wit heeft de velden in het centrum, zwart twee lopers tegen twee paarden. Ik denk dat de kansen ongeveer in evenwicht zijn.

20. T5e2 De7

Zwart heeft wat ongemak. De dame staat hier tactisch niet handig.

Een logische zet als 20…Tae8? faalt op 21. Ld6

Ook na 20…Tad8 21. Lc7! Tc8 22. Ld6 Tfd8 23. Pe5 De8 heeft wit de touwtjes in handen: 24. Pxd7 Dxd7 25. Txe6 met pionwinst.

21. Pf4 Df7

Het is duidelijk dat het haar niet bevalt allemaal.

22. Pcxd5!

Een kleine combinatie, die goed doorgerekend moest worden. Misschien had Anne haar tegenstander even voor het blok moet zetten met 22. Pd3

22…Pxd5 23. Pxd5 Tad8?!

Een begrijpelijke zet die echter een weerlegging kent. Na 23…exd5 24. Te7 Df5 25. T1e5 heeft Anne gezien dat zwart het stuk weer moet inleveren. Dat kan zij het beste doen met 25…Lxf2+ 26. Lxf2 Df6 27. Dxd5+ Kh8 waarna zwart compensatie voor de pion krijgt. 28. Dd4 Lc6

24. Lh4 Lc6 25. Pe7+ Kh8

26. Db4??

Een afschuwelijke rekenfout die onmiddellijk tragische gevolgen kent.

En hier was 26. Dxd8! normaal gesproken een kolfje naar de hand van Anne. Het geforceerde gevolg is dan 26…Txd8 27. Pxc6 Te8 [27…Ta8 28. Pxa7 Txa7 29. Txe6 h6 heel goed voor wit: 30. Lf6!! (zie analysediagram)

30…b5 31. Ld4 Td7 32. c3 en met een toren, een loper en twee pionnen voor de dame heeft wit uitstekende winstkansen. Het is waarschijnlijk niet te houden voor zwart omdat elke vorm van tegenspel ontbreekt.] 28. Pxa7 Df4 29. Lg3 Dd4 30. h3 Kg8 31. Txe6 Txe6 32. Txe6 Dxa7 33. Te7 en ook hier heeft wit winstkansen, hoewel die beduidende minder zijn dan in de andere variant.

26…Td4

Die heeft ze vast nog wel gezien, maar na

27. Pxc6 Txb4 28. Pxb4 Df4 29. Te4

misschien

29…Lxf2+

gemist.

30. Kh1 Lxe1

en omdat er teveel blijft hangen bij wit en er ook nog een vervelende matdreiging in de stelling zit op f1, moest wit hier capituleren.

0-1

Alle fragmenten via de viewer:

(De foto’s zijn gemaakt door Zhaoqin Peng)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.