Giri en Van Wely onderuit, Van Kampen klopt Timman

De ronde van vandaag begon met een vrolijke noot, toen de dames van het Nederlandse Olympiadeteam, allemaal in het oranje gekleed, de gong voor de wedstrijd in werking stelden. Deze achtste ronde zal overigens met gemengde gevoelens ontvangen zijn. In de Masters gingen zowel Anish Giri als Loek van Wely ten onder tegen respectievelijk Maxime Vachier-Lagrave en Fabiano Caruana. Bij de Challengers won Robin van Kampen het titanenduel van Jan Timman en Anne Haast versloeg op knappe wijze de sterke Valentina Gunina. Ik denk dat ze met dit resultaat (en ondanks een eventuele nul in de negende ronde) de laatst benodigde WGM-norm te pakken heeft. Erwin l’Ami kwam na een lang gevecht niet verder dan remise tegen Samuel Sevian terwijl David Klein het – ondanks taai verzet – niet wist te bolwerken tegen het Chinese talent Yi Wei.

Masters

Aan de lichaamstaal van Anish Giri tijdens de partij viel af te lezen dat het vandaag bepaald niet naar wens verliep. Hij kwam ogenschijnlijk bevredigend uit de opening tegen Vachier-Lagrave maar nog geen paar zetten later bleek er al van alles aan de hand te zijn. Zijn koningsstelling werd verminkt en na een onverwachte damezet 21. Dd2-h6! stond zijn stelling op instorten. Giri zat letterlijk met de handen in het haar, keek lange tijd vertwijfeld naar het plafond en toen hij zich leek te hervinden, bleek de stelling toch heel lastig te hanteren. Hoewel onze landgenoot op originele wijze het mat op h7 had weten te vermijden, kon hij niet voorkomen dat hij regelrecht naar een toreneindspel met een pion minder werd geleid. Enigszins verrassend gaf hij zich direct gewonnen in een stelling die voor gewone clubschakers nog niet zo simpel lijkt. Maar Giri had goed gezien dat – met goede techniek – de winst voor een 2750+-speler een peulenschilletje moet zijn.

Loek van Wely denkt daar anders over dit toernooi, want hij schaamt zich er niet voor om alles door te spelen. Tegen Caruana kwam hij heel aardig uit de opening. Via een gekke zetvolgorde had hij de Italiaan in een ‘Drierijensysteem’ weten te duwen, een stelling die Caruana niet zo vaak op het bord heeft. Maar nu bleek dat de nummer twee ook gewoon een heel goede schaker is. Met allemaal plaagstootjes vanaf de baseline wist hij Van Wely te provoceren om een pionoffer te brengen. Die deed dat ook, maar toen hij op zoek naar compensatie ergens de boot miste, ging het snel bergafwaarts. Om druk op de zwarte stelling te houden, gaf de Tilburger (zou hij aan matchfixing doen ;-?) een tweede pion, maar dat bleek toch wat te veel van het goede. Uiteindelijk ontstond er een dame-eindspel dat voor wit verloren was, maar waarin zwart heel diep moest gaan om de vis op het droge te brengen.

Wereldkampioen Magnus Carlsen lijkt ontketend, want hij won zijn vijfde opeenvolgende partij, ditmaal van Jobava. Hij is inmiddels ook koploper Ivanchuk gepasseerd op de ranglijst, want die werd in een schitterende koningsaanval onder de voet gelopen door So. Daarmee staat de voormalige Philippijn nu gedeeld tweede, een halfje achter Carlsen.

Challengers

Jan Timman en Robin van Kampen maakten er vandaag een zeer onderhoudend gevecht van. Het is duidelijk dat Timman, die vorig jaar zo’n prachtig toernooi speelde, dit jaar in de hoek zit waar de klappen vallen. Maar hij was niet van plan om zich zomaar te laten opbrengen door zijn veel jongere opponent en daartoe had hij een speciaal variantje van stal gehaald. Het leverde nauwelijks voordeel op, maar wel een stelling die hem lag. Tenminste, zo zag het er aanvankelijk naar uit. Een op d6 binnengedrongen witte toren hinderde het zwarte spel. Van Kampen toonde echter dat hij zijn klassieken kende. Want met de ‘Nimzowitschiaanse manoeuvre’ 21… Pf7-h8! wist hij de toren te verdrijven en daarmee zijn spel te bevrijden. Er volgde een scherp ‘vuistgevecht’ waarin Timman vlak voor de tijdcontrole hevig blunderde. Hij had daarna geen zin meer om een eindspel van toren plus paard tegen toren plus paard en een minuspion te verdedigen. Het was natuurlijk verloren en het zou ongetwijfeld gewonnen zijn door Van Kampen, toch had het schaakminnend publiek graag gezien hoe zo’n ‘verdraaid lastig eindspel’ naar winst gevoerd moet worden.

Ondertussen kon de Nederlandse vlag toch gehesen worden, want Anne Haast versloeg in een prachtige koningsaanval de sterke Russische dame Valentino Gunina. Die was misschien wel iets teveel onder de indruk gekomen van het machtsvertoon van het gehele Nederlands dames Olympiadeteam, dat in oranje tenue Anne kwam aanmoedigen, om ook maar meteen deze ronde te openen. Na een rustig begin explodeerde de stelling toen Anne een kwaliteit offerde. Ze kreeg daar een pion voor terug en een verminkte koningsstelling bij zwart. Op zichzelf was er niet zoveel aan de hand, maar toen de Russische een paar keer niet de sterkste zet wist te vinden, ging Anne met haar stukken als een mes door de boter. Toen de rookwolken waren opgetrokken, stond ze het halve bord voor. Vermoedelijk heeft ze door dit resultaat de WGM-titel binnengehaald.

Erwin l’Ami was ondertussen aan een zeeslang bezig om Sevian omver te krijgen. Dat lukte niet; sterker nog, op een gegeven moment ging deze een zetherhaling uit de weg. Om er vervolgens achter te komen dat hij toch maar weer snel naar remise te gaan zoeken. Toen de twee kale koningen op het bord overbleven, kon in elk geval niet beweerd worden dat de spelers er niet voor gegaan waren!

David Klein had ondertussen een hele kluif aan het bijzonder talentvolle baasje uit China, Yi Wei. Die haalde met wit niet zoveel uit de opening, maar in het vroege middenspel slaagde hij er toch in om de zwarte koning te bedreigen. Toen zich nog meer donkere wolken samenpakten op die kant van het bord, wist Klein geen uitweg meer en liet hij zich pardoes matzetten.

Vandaag was er een tijdje een zeer geanimeerde commentaarsessie omdat grootmeesters Yasser Seirawan en John van der Wiel steeds lachsalvo’s de ether in stuurden…

De analyses via de viewer:

Vachier-Lagrave, Maxime – Giri, Anish

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6

Een uitnodiging tot de ‘Berlijnse muur’.

4. d3

Maar VLG heeft andere plannen.

4…Lc5

De meest populaire speelwijze. Ook het ‘binnen de keten’ houden van de koningsloper komt in aanmerking. Penningen op Pf6 zijn dan niet lastig meer. 4…d6

5. Pbd2

Is o.a. ook door Giri zelf gespeeld. 5. c3

5…Pd4

Een zeldzame voortzetting, maar ongetwijfeld had Giri geen trek om middenin de voorbereiding van zijn tegenstander te spelen. 5…d6 wordt hier doorgaans gespeeld.

6. Pxd4 Lxd4 7. c3

Vreemd genoeg is het al einde theorie! 7. Pf3 kwam voor in Kotronias-Mastrovasilis, 2011.

7…Lb6 8. Pc4 O-O 9. O-O Na 9. Pxe5 d5 krijgt zwart – die zijn koning al in veiligheid heeft gebracht – voldoende tegenspel.

9…d5 10. exd5 Dxd5 11. Pxb6 axb6

Wit heeft het loperpaar veroverd, maar dat hoeft nog niet zoveel te betekenen in deze stelling.

12. Lc4 Dd6 13. Lg5 Lg4 14. Dd2 Pd7

15. d4!?

Hij besluit wel om de stelling direct te openen.

15…exd4 16. cxd4 Pf6 Ook 16…c6 was een zet.

17. Lf4 Dd7 18. Le5

18…Le6

Dit betekent toch een forse concessie: zwart laat zijn koningsstelling verminken. Maar wat moest hij?

Nu zou 18…Pd5 falen op 19. Lxg7! met groot voordeel voor wit.

Helemaal niet aanlokkelijk is 18…De7?! 19. Dg5

19. Lxf6 gxf6 20. d5

Dit heeft Giri ongetwijfeld zien aankomen.

20…c6?!

Dit had hij gepland, maar na 20…Lf5 was er waarschijnlijk niet zoveel aan de hand geweest.

21. Dh6!

begon Giri heel ongemakkelijk op zijn stoel heen en weer te schuiven. Vervolgens sloeg hij de armen voor het gezicht, zat seconden lang naar het plafond te staren…

21…cxd5 22. Tad1

Wit ontwikkelt lekker door: hij haalt een toren bij zijn initiatief op de koningsvleugel.

22…De7 Ook 22…Ta4 brengt geen verlichting na 23. b3

23. Ld3 f5 24. Tfe1

Alle witte stukken nemen nu deel aan de strijd. De hoofddreiging is Lxf5.

24…Ta4

Om bovengenoemde matdreiging nog met … Th4 te kunnen pareren.

25. Lxf5 Th4 26. De3

Zwart heeft weliswaar de aanval neer geslagen, maar wit heeft de pion terug en de zwarte pionnenstructuur is een complete ruïne geworden.

26…Te8?!

Het gaat nu van kwaad tot erger.

Op het eerste gezicht is 26…Df6 wat hardnekkiger. 27. Dg3+! [Misschien kan zwart 27. Lxe6 fxe6 28. Dxe6+ Dxe6 29. Txe6 Tb4 dit toreneindspel nog keepen; leuk is anders. ..] 27…Kh8 28. Lxe6 fxe6 29. Txe6 Dxe6 30. Dxh4 En in deze stelling met zware stukken en een onveilige zwarte koning, zal het lot van de zwartspeler bezegeld zijn.

27. Lxe6

Waarschijnlijk ook genoeg voor een winststelling, maar het kon simpeler.

Waarom VLG afgezien heeft van 27. Txd5 is mij niet helemaal duidelijk. Hij moet dan wel na 27…Lxd5 28. Dg3+! spelen. [28. Dxe7 Txe7 29. Txe7 Tf4 is niet zo duidelijk.] 28…Kf8 29. Txe7 Txe7 30. f3 en wit staat op winst.

27…fxe6 28. Txd5 Ook 28. De5 Dd8 29. Txd5 Dxd5 30. Dxd5 exd5 31. Txe8+ Kf7 32. Tb8 zou een gewonnen toreneindspel opleveren.

28…exd5 29. Dxe7 Txe7 30. Txe7 Tc4 31. g3 Tc2

32. b3!

De juiste zet.

32…d4 32…Txa2 33. Txb7 is kansloos voor zwart.

33. Td7

En hier vond Giri het al genoeg. De stelling na 33. Td7 Txa2 34. Txd4 is inderdaad onspeelbaar voor zwart. Bijvoorbeeld: 34…Ta5 35. Tb4 b5 En met een dergelijke passieve toren op a5 valt er geen eer meer aan te halen.

1-0

Van Wely, Loek – Caruana, Fabiano

1. d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. Pbd2 c5 4. dxc5 Da5 5. a3 Dxc5 6. b4

Van Wely is dit toernooi heel goed geworden in het vermijden van uitgekauwde openingsvarianten. En telkens blijkt hij een zeer speelbare stelling te krijgen. Maar ook steeds tonen zijn tegenstanders ook een aardig potje te kunnen schaken.

6…Dc7 7. Lb2 Lg7 8. c4 d6 9. g3 b6 10. Lg2 Lb7 11. O-O O-O 12. e4 Pbd7 13. De2 Tac8 14. Tac1 Db8 15. Pe1 e6 16. Pd3 Tfd8

Met een bijzonder vreemd zetverloop is er een stellingstype ontstaan dat we in Nederland het ‘Drierijensysteem’ noemen, maar in het buitenland met The Hedgehog (= Egel) wordt aangeduid. In principe zet zwart veel van zijn pionnen op de zesde rij (pion a7 staat vaak ook nog op a6) en die worden gezien als de ‘stekels’ van het stekelvarken. Omdat ze (bijna) alle velden over de vijfde rij beheersen, kunnen er geen vijandelijke stukken dichterbij komen en dat is precies de verdedigingstactiek die de egel voert. Bij gevaar rolt hij zich op en hij valt nauwelijks te benaderen.

17. Tfd1 Da8 18. f3 Lc6 19. Pf1 Db8 20. Pe3 Lb7

Voorlopig doet Caruana niets. Zwart beschikt in principe over twee ‘standaardacties’ te weten: – … b6-b5 – … d6-d5. Wit moet voortdurend rekening houden met deze twee doorbraken in het centrum. Mocht het open komen, dan is de zet f2-f3 niet zo fraai, omdat de tweede rij is verzwakt.

21. Tc2 La6 22. De1 Lh6

Grappig om te zien hoe de Italiaan met zijn lopers via de zijkanten van het bord de witte stelling wenst te bestoken.

23. Pf2 Lg7

Toch maar weer terug. Met 23…Lxe3 24. Dxe3 Lxc4 kon zwart een pion winnen, maar tegen welke prijs? 25. Tcd2! d5 26. exd5 Pxd5 27. Dh6 en de zwakte van de zwarte velden laat zich nu voelen. Dit is al bijna verloren voor zwart.

24. Pd3 Te8

Zwart blijft met plaagstootjes werken. Nu de toren op de lijn van de dame staat, moet wit kijken of … d6-d5 er ineens inkomt voor zwart.

25. Dd2

De dame staat hier tactisch ook niet helemaal prettig.

25…Lh6! 26. Pf2?!

Van Wely is nog steeds bereid om de pion te geven, maar het is de vraag of hij dat had moeten doen. Na 26. f4 zou 26…e5 zijn gevolgd maar het lijkt erop dat wit met 27. Tf1 ook het nodige terugdoet.

26…Lxc4 27. f4 Lb3

Dit moest Van Wely allemaal voorzien hebben. Na 27…Lb5 28. Txc8 Txc8 29. Dxd6 wint wit de pion met rente terug.

28. Txc8 Txc8

29. Tb1?! Ook interessant was het kwaliteitsoffer met 29. Dxd6!? Lxd1 30. Dxd1 Tc7 31. e5 Pe8 en wit heeft volgens mij voldoende compensatie.

29…e5!

Een begrijpelijke actie. De loper wil zich kunnen terugtrekken naar e6 en ondertussen wordt f4 aangetast. Als de loper zich aan de aanval van Tb1 wil onttrekken met 29…La4 volgt er 30. Lxf6 Pxf6 31. b5 en opnieuw bevindt hij zich in de problemen, ditmaal op a4. Met 31…Pd7 32. Db4 Pc5 lijkt hij zich nog te redden. 33. Tc1 Dc7

30. Pfg4 Lg7 31. fxe5 dxe5 32. Lh3

Van Wely denkt met dezelfde soort manoeuvres zich tegenspel te kunnen verwerven, maar inmiddels lijkt het hem allemaal uit de vingers te lopen.

32…Td8 33. Dc3 La2 34. Td1 Pxe4

Het begint nu echt uit de hand te lopen. Dat is al nummer twee die van het bord gaat.

35. Dc6 Pg5 36. Lg2 Le6 37. h4 h5 38. hxg5 hxg4 39. Pd5 Pf8

Deze stelling is nog lastig te winnen voor zwart omdat hij zijn stukken niet zo goed kan ontplooien, maar in de praktijk kon wit de druk niet vasthouden en moest hij uiteindelijk – na heel wat geploeter – alsnog in het stof bijten.

40. Td2 Td7 41. Pf6+ Lxf6 42. Txd7 Pxd7 43. gxf6 Pxf6 44. Db5 Pd7 45. Lc6 e4 46. Kg2 Dd6 47. Lxd7 Dd2+ 48. Kh1 Dd1+ 49. Kh2 Dc2+ 50. Kg1 Db1+ 51. Df1 Dxb2 52. Lxe6 Dd4+ 53. Kh2 fxe6 54. Df4 Db2+ 55. Kg1 Db1+ 56. Kh2 Dc2+ 57. Kg1 Dd1+ 58. Kh2 De2+ 59. Kg1 Df3 60. Db8+ Kf7 61. Dxa7+ Kf6 62. Dxb6 Dxg3+ 63. Kh1 Dh3+ 64. Kg1 g3 65. Dd4+ Kf5 66. Dd2 Dh8 67. a4 Da1+ 68. Kg2 Dxa4 69. Kxg3 Db3+ 70. Kh4 e3 71. Dd4 Dc2 72. Dg4+ 72. Dxe3 Dc4+ 73. Kg3 Dg4+ 74. Kf2 Dxb4

72…Ke5 73. Dg3+ Kd4 74. Dd6+ Kc3 75. Dc5+ Kd2 76. Dd4+ Dd3 77. Db2+ Ke1 78. b5 e2 79. Dc1+ Kf2 80. Df4+ Df3 81. Dd4+ Kg2 0-1

Challengers

Timman, Jan H – Van Kampen, Robin

1. e4 c5 2. Pf3 e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pc6 5. Pc3 Dc7 6. Le3 a6

7. Df3!?

Timman gaat voor een zijvariantje dat voor zwart niet geheel van gevaar ontbloot is. In veel partijen gaat wit voor een gunstig eindspel en dat is iets wat Timman wel ligt.

7…Ld6

In de partijen die ik heb kunnen vinden, kwam veelal Df3-g3 waarna de dames werden geruild. Dat heeft Van Kampen in elk geval rigoureus weten te voorkomen!

8. O-O-O Le5 9. Pxc6 bxc6 10. Ld4 Pf6 11. Lxe5 Dxe5

Tot dusver was er slechts één partij met deze stelling bekend, namelijk tussen de voor mij onbekende grootheden Batricevic en Andrejic in 2012.

12. De3

Ambitieus gespeeld van Timman.

Daarin werd 12. Le2 gespeeld.

Het komt mij voor dat wit hier ook de dames had kunnen ruilen met 12. Dg3 hoewel zwart na 12…Dxg3 13. hxg3 d5 waarschijnlijk weinig problemen zou hebben gehad. De kansen lijken mij in evenwicht.

12…Pg4 13. De1 Dc5 14. Td2 Tb8 15. De2 Pe5

Op 15…Db4 antwoordt wit met 16. Pd1 [Vooral niet 16. Dxg4?? wegens 16…Dxb2+ 17. Kd1 Dxc3]

16. f4 Pg6 17. g3 Db4 18. Pd1 O-O 19. a3 Db6

20. Td6!?

Timman lijkt een beetje het type stelling te hebben gekregen dat hem voor ogen stond, toen hij zich op deze zijvariant inliet. Het gat op d6 is lastig voor zwart, de loper op c8 is bepaald moeders mooiste niet.

20…f6

Uitstekend gespeeld van de jonge grootmeester. Van Kampen mag natuurlijk het vastleggen met e4-e5 niet zonder slag of stoot toelaten.

21. Dd2

Mijn voorkeur gaat uit naar 21. De3 om na 21…Dc7 22. Dc5 te kunnen spelen. Om de toren op d6 te verdrijven, moet zwart zich bedienen van het originele 22…Ph8!? en dan lijken mij de kansen desondanks iets beter voor wit na 23. Pe3 Pf7 24. Td2 [Het positionele kwaliteitsoffer met 24. Pc4? zal wel te gek zijn, vooral vanwege 24…Tb5 25. Dd4 c5 26. Dd2 Pxd6 27. Pxd6 Tb6] 24…d6 25. Dc3 maar ook hier is het wit die speelt.

21…Ph8!

Van Kampen heeft de ‘Nimzowitischiaanse’ paardzet ook ontdekt. Herinnert u zich mijn rubriekje over deze unieke paardzet nog?

22. c4?!

Dat vergt erg veel van de stelling. Er was nog geen man overboord na 22. Lg2 Pf7 23. Td3 d5 en nu bijvoorbeeld 24. Tb3 De strijd moet hier nog beginnen, maar de witte kansen zijn zeker niet minder.

22…Pf7 23. Td3 d5!

Als Timman gedacht heeft dat hij … d7-d5 eruit had gehaald, kwam hij hier bedrogen uit. Van Kampen is best bereid om een pionnetje te geven in ruil voor aanvalskansen tegen de wat geëxponeerde witte koning. Daarbij moet wit zijn ontwikkeling nog voltooien, dus dit pionoffer is zonder meer gerechtvaardigd.

24. Dc3?!

Opnieuw een riskante zet, waarvan de gevolgen straks merkbaar zullen zijn. Ik denk dat 24. Df2 de minste van alle kwaden was. Na 24…Dc7 25. Pc3 staat wit nog.

24…dxe4 25. c5 Dc7 26. Td4

26…f5

Van Kampen kiest ervoor om pion e4 te behouden, maar nu komen de witte stukken weer tot leven. Zwart kon zijn spel bevrijden met 26…e5 27. Txe4 Le6 28. Pe3 Tfd8 en het ziet er naar uit dat zwart hier voortreffelijk spel heeft. De witte stukken staan nogal vreemd opgesteld, terwijl die van zwart op logische velden staan.

27. Lc4 De7 28. La2 e5?!

Het goede idee, maar vermoedelijk niet zo handig getimed. 28…Kh8 was ook een idee.

29. Td6!

Wit doet weer volop mee.

29…exf4 30. gxf4 Kh8 31. Txc6 Pd8 32. Td6 Le6 33. De5 Te8 34. Lxe6 Pxe6 35. Pc3 Df7

Het is materieel gezien weer in evenwicht. Zwart heeft een gedekte vrijpion op e4, maar de witte damevleugel oogt in een eventueel eindspel minstens zo sterk. Zaak is om het middenspel te overleven, want de witte koning blijft, hoe dan ook, in de tocht staan.

36. Tg1?!

Wit dreigt pardoes Txe6 en misschien wilde Timman wel ineens van deze partij af zijn. Normaal gesproken volgt hij meer de hoofdlijnen van de strategie. Zelf keek ik naar het centrale 36. Thd1 omdat er dan Td7 dreigt. Als zwart dan 36…Pf8 moet spelen, zoals de engine aangeeft, kan deze stelling toch alleen maar beter voor wit zijn na bijvoorbeeld 37. Dd5 Zwart mag onder geen beding dames ruilen en zal zijn heil moeten zoeken in wat onduidelijkheden met zoiets als 37…Dh5

36…Tbc8 37. c6 Pd8

38. Dc5?

Een lelijke fout, die zware gevolgen heeft. 38. Da5 was natuurlijk niet de planning maar na 38…Pxc6 39. Dxa6 Dc7 40. Tgd1 is het allemaal nog binnen de marge.

38…Pb7

Heeft hij deze niet gezien of wellicht de gevolgen hiervan niet goed uitgerekend?

39. Td7

Dit blijkt niet te kunnen:

39…Dxd7! 40. cxd7 Pxc5

En pardoes opgegeven. Dat verdient nog nadere toelichting. Na 40…Pxc5 zal wit een van de twee zwarte torens slaan, waarna zwart ‘slechts’ een pion meer heeft in een eindspel van toren plus paard tegen toren plus paard. Maar waarom zo snel opgegeven? Het belangrijkste argument is dat pion f4 een grote zwakte is, waar wit met handen en voeten aan gebonden moet blijven. Zwart heeft ondertussen nog altijd de gedekte vrijpion op e4 en met mogelijke acties als het naar het centrum brengen van de koning en het naar voren spelen van de koningsvleugelpionnen, zal de zwarte pionnenovermacht op de koningsvleugel zonder meer de winst opleveren. Desalniettemin hadden we graag de technische afhandeling van Van Kampen nog even willen zien.

0-1

Haast, Anne – Gunina, Valentina

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. d4

Het Schots, dat hebben we lang niet meer gezien van Haast.

3…exd4 4. Lc4

Excuus, het Schots gambiet. Heeft ze dat niet ooit gespeeld toen ze 10 of 11 was?

4…Pf6 5. O-O Pxe4 6. Te1 d5 7. Lxd5 Dxd5 8. Pc3 Da5 9. Pxe4 Le6 10. Peg5 O-O-O 11. Pxe6 fxe6 12. Txe6

12…h6

Verhindert Lg5, hetgeen in de hoofdvariant de belangrijkste zet is. 12…Ld6 is de hoofdvariant, maar Gunina had kennelijk ook geen zin in een theoretische discussie.

13. De2 Ld6 14. Ld2

Was Anne nog op de hoogte? Of was ze al aan het improviseren geslagen. In elk geval volgt zij nog steeds de theorie die nu verder gaat met een van de drie damezetten … Dh5, … Df5 of . .. Dd5. Het nieuwtje volgt nu.

14…Lb4?!

Of we moeten een partij Radeva (1767) – Busuioc (1556), 2012 als theoretisch belangwekkend beschouwen.

15. Lf4 Na de loperruil 15. Lxb4 Dxb4 moet wit 16. Tb1 spelen en dat doe je natuurlijk ook liever niet.

15…g5?!

Zwart zet de zaak op scherp. Tijdens de partij keek ik naar 15…Thf8 en dat lijkt me ook wat logischer, op zijn minst veiliger!

16. Lg3

Iets te ‘automatisch’ gespeeld wellicht.

Hier was volgens mij 16. Le5! erg sterk. De loper moet min of meer genomen worden met 16…Pxe5

[16…Th7 gaat niet vanwege 17. Lf6! en de zwarte toren op d8 kan niet weg op straffe van een matbeeld.]

[16…Thg8 17. Lf6! kost min of meer een pion. 17…Tdf8 18. Pxd4]

17. Pxe5 en dan is het gecentraliseerde witte paard superieur aan de wat kreupele zwarte loper.

16…d3?!

Zou Gunina nu werkelijk denken dat Anne deze niet heeft zien aankomen? 16…Dd5 was nu de aangewezen zet, waarna de kansen totaal in evenwicht zijn, denk ik.

17. cxd3 g4

Dan heeft ze duidelijk buiten de waard gerekend. Want uiteraard gooit wit er een kwalletje tegenaan. Daar doet Anne nooit moeilijk over!

18. Txc6! bxc6 De tussenzet 18…gxf3?? wordt beantwoord met 19. Txc7+ Dxc7 20. De6+ Dd7 21. Tc1+ en mat.

19. Pe5 The8 20. Dxg4+ Kb7

Misschien heeft de Russische dit ook allemaal voorzien en gedacht dat ze dit varkentje wel even zou gaan wassen. Herinneren we ons de opmerking van Carlsen in zijn laatste WK-partij tegen Anand nog? Die offerde ook een kwaliteit, waarna Carlsen zich achteraf liet ontvallen dat hij het meestal prettig vond om materiaal te kunnen grijpen, de pot dicht te gooien om vervolgens zijn materiële plus om te zetten in winst. In de onderhavige stelling heeft de zwartspeelster de nodige problemen op te lossen voor het zover zou kunnen zijn.

21. Tc1 Ld6

Vooralsnog goed gezien.

22. b4!?

22. Pxc6?? zou een vreselijke bok zijn omdat zwart zojuist de diagonaal a5-e1 geruimd heeft met haar loper: 22…De1+ 23. Txe1 Txe1#

Mijn engine vond 22. d4 beter maar de tekstzet lijkt mij ook uitstekend speelbaar.

22…Dd5

Een typische computervariant is nu: 22…Da3 23. Dc4 Txe5 [23…Lxe5? 24. Lxe5 Dxc1+ 25. Dxc1 Txe5 moet beter voor wit zijn.] 24. Lxe5 Lxe5 25. Dxc6+ Kc8 26. Tc5 Tja, die moet je ook maar zien… en het is remise.

23. Pc4 Lxb4 24. Pe3 De penning gaat het niet worden: 24. Tb1 Te1+ 25. Txe1 Lxe1

24…Db5 25. Tb1 c5

Een wat riskante zet: ze gooit haar eigen koning wat meer open. Meer voor de hand ligt 25…a5 Wit kan opnieuw niet profiteren van de penning na 26. a3 vanwege 26…Dxd3

26. Df3+

26…Ka6?

Ze had klaarblijkelijk geen zin in een eindspel, maar deze zet verliest min of meer onmiddellijk. Na 26…Dc6 27. a3 Dxf3 28. gxf3 a5 29. axb4 cxb4 ontstaat een boeiend eindspel waarin wit met twee stukken voor de toren lichte winstkansen heeft. Maar het kan zo omslaan omdat de twee verbonden vrijpionnen op de damevleugel natuurlijk een factor van belang kunnen worden.

27. a3!

Niet alleen wint wit een stuk (terug), de zwarte koning staat nu volkomen hulpeloos.

27…Txd3

Helpt niet, maar wat dan wel? Een jacht op de witte dame zet ook geen zoden aan de dijk: 27…Tf8 28. De4 Tfe8 29. Dg6+ Kb7 30. axb4 cxb4 31. Pc4 en dit gaat zwart niet lang bolwerken.

28. axb4 cxb4 29. Lxc7

Alle resten van wat eens een koningsstelling was, worden nu gesloopt.

29…Dc5

Na 29…Dd7 30. Lg3 b3 moet wit eerst nog even aan de eigen koning denken met 31. h4 om zich daarna met al haar stukken op de zwarte te storten.

30. Df6+?!

Misschien niet de meest adequate oplossing. De penning was ook onaangenaam voor zwart: 30. De2 Db5 31. Txb4 Dxb4 32. Dxd3+ Kb7 33. Lg3 maar dan heeft zwart 33…De1+ 34. Pf1 en moet weer haar best doen om los te komen. Niet dat zwart dit gaat redden trouwens…

30…Kb7?!

Een koningszet met schijnveiligheid. Omdat de koning toch al in de tocht stond, kon hij beter meteen naar voren. Dan moet wit nog het een en ander bewijzen. 30…Kb5!? De strijd duurt voort met 31. Lf4 a5 32. Dxh6 en wit heeft een voordelige stelling maar makkelijk is het niet.

31. Lf4!

Prima gespeeld. Haalt alle tactiek op e3 uit de stelling en de loper kan ooit iets anders betekenen op dit veld.

31…a5 32. h4 h5 33. Pf5 Ted8 34. Kh2 Dxf2?

Dit verliest on the spot. Zwart had hoe dan ook een eindspel moeten proberen met 34…Dc6 Na 35. Dg5 T3d5 36. Dxh5 Df6 37. g4 is het toch spannend gebleven, hoewel wit ook tot winst moet kunnen komen hier.

35. De5!

Mooie centralisatie, de menselijke oplossing voor het stellingsprobleem. Dat de engine hier 35. Le3 beter acht, zal Anne en mij worst wezen.

35…Db6 36. Tc1

Zo heeft wit alle stukken in aanvalsposities gemanoeuvreerd.

36…Tc3 36…Ka6 37. Pe7 is ook dodelijk.

37. Txc3 bxc3 38. Pd6+ Met 38. Dxc3! is ook alle hoop voor zwart vervlogen.

38…Kc6 De afwikkeling met 38…Dxd6 39. Dxd6 Txd6 40. Lxd6 Kc6 41. Lf8 levert wit een gewonnen eindspel op. De witte vrijpion(nen) lopen snel, terwijl die van zwart tegen gehouden worden.

39. Dxc3+

Zwarts laatste troef verdwijnt van het bord, zodat er alleen nog maar een klopjacht op de koning overblijft. Dat is Anne wel toevertrouwd.

39…Kd7 40. Dg7+ Kc6 41. Df6 Kd7 42. Df7+ Kc6 43. De6 Gaat u me niet vertellen dat u ook een engine aan hebt staan die u vertelt dat wit 43. Dc4+ Kd7 44. Dd5 moet spelen. De gespeelde voortzetting is heel ruim voldoende voor de winst.

43…Db4 44. Pf7+ Kb5 45. De5+

De loper wordt met schaak gedekt en vervolgens vliegt Td8 van het bord. Een uitstekende partij tegen een goede tegenstander.

1-0

(De foto’s zijn van snapshots van de livestream genomen)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

13 Reacties

  1. Avatar
    HermanGrooten 19 januari 2015

    Arno Eliëns laat weten dat de norm voor Anne niet zomaar binnen is. "Haar TPR zal hoog genoeg zijn maar voor een norm is een score van minimaal 35% nodig. Dus Anne moet nog een halfje scoren in ronde 9 of 10." Dus het is duidelijk Anne: volle bak vandaag en morgen!

  2. Avatar
    brabo 19 januari 2015

    Een variantje dat ik mis in de analyses van de partij Haast – Gunina is 15. Txc6 want na bxc6 16.De6+ Kb7 kan 17.Db3.

  3. Avatar
    HermanGrooten 19 januari 2015

    Dat klopt, mijn engine geeft de zet ook en het levert inderdaad groot voordeel voor wit op na 15… Lxd2 16. Tg6. Maar ik wil niet op elke slak zout leggen.

  4. Avatar
    Lucas 19 januari 2015

    Bij de partij tussen MVL – Giri zou ik wat meer uitleg verwachten! Het is verbazend dat een speler van dit kaliber zo snel en zo geruisloos kan verliezen.

    Wat zijn bijvoorbeeld de gedachten achter de (voor mij mysterieuze) zetten 5. Pbd2 en 5…Pd4? En waarom geeft zwart vrijwillig zijn loperpaar op? Voor mij als huis-tuin-en-keuken-schaker moeilijk te begrijpen.

  5. Avatar
    Dimitri 19 januari 2015

    Pd4 is een zet die vaak gedaan wordt in zulke stellingen. De loper staat daarna op b5 uit de neus te eten. Maar waarom hij het loperpaar opgaf zou je aan Giri zelf moeten vragen…

  6. Avatar
    Johan Hut 19 januari 2015

    De opening van Anne Haast mag je wel Schots noemen, maar is vooral bekend uit het Italiaans. Dus 3.Lc4 Pf6 4.d4 exd4 5.0-0 Pxe4.

    Tot en met Txe6 is het vrij geforceerd en bekend. Natuurlijk maakt de volgorde van de eerste zetten geen verschil, maar als je in een boek zou willen zoeken, kun je beter een boek over het Italiaans nemen dan een boek over het Schots. Kijk je in een database, dan maakt het na zes of zeven zetten geen verschil meer.

  7. Avatar
    Johan Hut 19 januari 2015

    Ik kom erop omdat ik het op Facebook Italiaans noemde omdat ik de stelling na Txe6 direct herkende en vervolgens niet zag dat ze het via het Schots had bereikt.

  8. Avatar
    Lucas 19 januari 2015

    In alle oude (en ook de meeste moderne) literatuur wordt de stelling na 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. d4 exd4 4. Lc4 aangeduid als "Schots gambiet" – de naam die Grooten in zijn verslag ook gebruikt.

    De variant van Hut wordt meestal "Tweepaardenspel in de Nahand" genoemd, of ook wel de "Pruisische Partij". De naam "Italiaans" werd en wordt meestal pas gebruikt als zwart 3… Lc5 speelt.

    Maar er zijn ook uitzonderingen. Van der Sterren noemt in zijn "De wereld van de schaakopening" (2006) de stelling na 3. Lc4 direct al Italiaans ook als zwart dit niet met 3…Lc5 maar met 3…Pf6 beantwoordt. In het laatste geval is de door Hut genoemde overgang naar het "Schots gambiet" mogelijk.

    Ik weet niet of Van der Sterren dit zelf heeft bedacht, maar in elk geval "verontschuldigt" hij zich in het boek wel min of meer voor deze door hem zo genoemde "geschiedvervalsing".

    Tenslotte is het uiteraard zo dat wanneer wit graag het Schots gambiet wíl spelen, hij beter kiest voor de partijvolgorde, dus via het Schots, en niet via de door Hut aangegeven volgorde, omdat immers na 3…Lc5 het Schots gambiet niet meer mogelijk is.

    Om die laatste reden vind ik het logischer om het Schots gambiet te zien als een zijtak van het Schots en niet als een zijtak van het Italiaans. De naam "Schots gambiet" lijkt mij dan ook terecht.

  9. Avatar
    wimw 19 januari 2015

    Opvallend is dat zowel Giri als Ivanchuk na hun marathonpartij tegenstanders troffen die een vrij onbekende, scherpe variant van het Spaans speelden. In de partij Ivanchuk-So bracht zwart in de Marshall-aanval zijn toren via a6 naar de koningsvleugel, waar Ivanchuk achter het bord geen goed antwoord op had. Giri had ook zijn toren via a6 naar zijn koningsvleugel kunnen brengen om bij de verdediging te assisteren, maar dat was eveneens moeilijk te vinden. De engine geeft i.p.v. 18..Le6 de volgende zetten: 18..b5 19 Lb3, c5 20 Lc2 en dan Ta6. Het geeft in ieder geval actiever spel voor zwart.

  10. Avatar
    HermanGrooten 20 januari 2015

    Die spraakverwarring over de opening bij Haast-Gunina wordt nog groter. Bij het naspelen van de zetten in Chessbase geeft het programma linksonder in het scherm de volgende naam na het uitvoeren van de zet 4. Lc4: Code C56, Tweepaardenspel in de nahand. Maar als ik in plaats van 4. Lc4 de zet 4. c3 invoer (dat volgens mij bekend staat als het Göringgambiet) geeft Chessbase als output: C44 Ponziani Opening en Schots Gambiet. Ra, ra, hoe zit het nu?

  11. Avatar
    Lucas 20 januari 2015

    Ik ben bang dat databases, zoals Chessbase, hun eigen logica gebruiken om automatisch openingen te classificeren. Deze logica strookt echter niet met de wijze waarop menselijke schakers de afgelopen ca. 150 jaar openingen hebben geclassificeerd.

    Na 1. e4 e5 zijn er uiteraard, net als in veel andere openingen, allerlei transposities mogelijk. Ter illustratie hiervan twee varianten:

    A) 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. d4 ("Schots") exd4 4. c3 ("Göring-gambiet") Pf6

    B) 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. c3 ("Ponziani") Pf6 ("Jänisch tegengambiet") 4. d4 exd4

    Zoals is te zien leveren A) en B) hier na vier zetten dezelfde stelling op.

    Ik stel daarom voor deze variant het Schots-Ponziani-Göring-Jänisch-systeem te noemen. :D

  12. Avatar
    Johan Hut 20 januari 2015

    Mijn variant heet inderdaad Tweepaardenspel in de nahand. En dat noem ik een variant van het Italiaans. Net zoals ik het Evangsgambiet ook een variant van het Italiaans noem. Zo ben ik opgegroeid, in 1977 (toen was ik zestien) kocht ik het boek ‘The Italian Game’ van Harding en Botterill, dat alles behandelt na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4. Voor in het boek staat: ‘Giuco Piano, Evans Gambit, Two Knights Defence, Hungarian Defence’. Ook heb ik aparte boeken over het Evans Gambiet en het Tweepaardenspel.

    Maar belangrijk is het niet. Als je maar het juiste boek weet te vinden.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.