Russen bovenaan in Moskou

De Russen Ian Nepomniatchi en Daniil Dubov hebben met 7 uit 9 het Aeroflottoernooi in Moskou op hun naam geschreven. Een andere Rus, Ivan Bukavshin behaalde slechts een halfje minder en werd daarmee ongedeeld derde, net voor een klein pelotonnetje van zes man. Voor de drie Nederlanders bleek het toernooi toch wat zwaar aan het eind.

Onze jonge landgenoot Jorden van Foreest, die zo geweldig aan het toernooi begon, slaagde er in de laatste drie ronden niet meer in om een partij te winnen. Hij verloor van de Chinees Lu, maar zijn andere twee partijen hield hij tegen sterke tegenstanders keurig remise. En dit resultaat leidde tot een TPR van 2635, waarmee hij de nodige Elowinst boekte. De GM-norm kwam in het geding door de automatische overwinning die hij in de vierde ronde kreeg toegewezen omdat zijn tegenstander niet kwam opdagen. Niettemin zal Jorden heel tevreden terugkijken op zijn optreden in de Russische hoofdstad.

Benjamin Bok zal gemengde gevoelens aan zijn bezoek aan deze stad hebben overgehouden. Hij wisselde goede partijen af met een paar mindere. Maar zijn overwinning in de achtste ronde op Inarkiev (2706) mocht er wezen; helaas beet hij in de slotronde toch weer in het stof tegen een ander kanon, Matlakov, waardoor zijn TPR uitkwam op iets onder zijn eigen rating.

De voormalige trainer van Van Foreest, Sipke Ernst, zal Moskou zo snel mogelijk willen vergeten. Hij zat al niet in het toernooi, maar de drie nullen in de laatste drie ronden doen vermoeden dat Ernst duidelijk niet in goede doen was.

Meer gedetailleerde informatie over de resultaten van onze landgenoten tref je aan bij de uitslagen en standen van dit toernooi.

ANALYSES

Bok, Benjamin – Inarkiev, Ernesto

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Db6 5. Pb3 Pf6 6. Pc3 e6 7. De2

Een relatief nieuwe aanpak. De gebruikelijke voortzetting is 7. Le3 Dc7 8. a3

7…Dc7 8. g4 h6 9. h4 a6 10. Lg2 g6 11. Le3

11…d6

Eigenlijk al een nieuwe zet, hoewel die er volstrekt normaal uitziet. In een partij 11…h5 12. g5 Pg4 13. Ld2 a5 Huschenbeth-Anastasian, 2007, slaagde de veel lager geklasseerde witspeler erin zijn sterkere tegenstander een vol punt te ontfutselen.

12. f4 h5 13. g5 Pg4

14. Lg1

Nu kan de loper heel geschikt terug naar deze gunstigere diagonaal.

14…b5 15. Pd4 Hier ligt 15. O-O-O meer voor de hand.

15…Pa5

Een moeilijke stelling. Waar moet wit op spelen? Doorbraken met e4-e5 of met f4-f5?

16. e5

Wellicht wat discutabel.

Hoewel wit zich niet graag verzwakt op de damevleugel is misschien 16. a3 een idee. Echter na 16…Lg7 17. O-O-O Tb8 18. Th3 lijkt het erop dat zwart vrij snel spel krijgt over de b-lijn.

Ook mogelijk is 16. O-O-O maar dan is 16…b4 voor wit heel verplichtend. Een paard naar b1 kan het niet zijn en ook 17. Pa4 is het niet. 17. Pd5 Lijkt dan consequent maar na 17…exd5 18. exd5+ Le7 19. Te1 Kf8 lijkt wits compensatie toch wat mager, hoewel zwart niet makkelijk loskomt.

16…Lb7 17. O-O-O Lxg2 18. Dxg2 Td8 19. Pf3 Pc4 20. De2

20…Lg7?! Zwart had volgens mij geen problemen gehad na 20…d5!? 21. Pd4 Tc8 22. Td3 b4 hetgeen een tikje beter is voor zwart.

21. Pe4 dxe5 22. Txd8+ Kxd8

Wat riskant gespeeld van de zwartspeler, maar het lijkt te kunnen. Ook 22…Dxd8 23. fxe5 O-O is een speelstelling.

23. b3 Pb6 24. fxe5 Pd5 25. Ld4 Pxe5 26. Td1

Een belangrijk moment. Wit heeft een penning over de lange diagonaal in de stelling gebracht, maar kan hij daar ook daadwerkelijk van profiteren?

26…Tg8?

Een ernstige fout die door Bok uitstekend wordt afgestraft.

Na 26…Kc8 en dan bijvoorbeeld 27. Pf2 lijkt wit iets te winnen vanwege de penning over de lange diagonaal maar zwart heeft een tegentruc! 27…Pc3! [27…Pxf3 28. Lxg7 Df4+ 29. Kb1 Td8] 28. Lxc3 Dxc3 en zwart staat vrijwel op winst.

27. Pc3!

Nu is de zet wel heel sterk!

27…Pxf3

27…Pd7 28. Pxd5 exd5 29. Lxg7 Txg7 30. Txd5 en behalve de pluspion overleeft zwart nauwelijks omdat zijn stukken zo slecht staan.

Nu faalt 27…Pxc3? op 28. Lxc3+! Pd7 29. Lxg7 Txg7 30. Pe5 en wit wint.

28. Pxd5 Hier zou 28. Lxg7 Df4+ 29. Kb2 Txg7 30. Pxd5 exd5 31. Txd5+ meteen uit zijn.

28…exd5

29. Dxf3?!

Nu laat hij de zwartspeler terug in de partij komen. Met 29. Lxg7 kon wit alsnog snel de zege grijpen. 29…Df4+ 30. Kb2 Txg7 Zwart staat een stuk voor, maar zijn koning is machteloos tegen de zware stukken van wit. 31. Txd5+ en vanwege de open koning, wint wit simpel. Bijvoorbeeld: 31…Kc7 32. De7+ Kb6 33. Td6+ Ka5 34. Dc7+ Kb4 35. a3#

29…Lxd4 30. Txd4 Te8 31. Df6+ Kc8 32. Dxa6+ Db7 33. Dxb7+ Kxb7 34. Txd5 Kc6 35. Td4

Na een lange afwikkeling heeft Bok een pionnetje meer in een toreneindspel. Maar het is nog verre van gemakkelijk om dit ook daadwerkelijk van een zo sterke speler te winnen.

35…Te1+ 36. Kd2 Tf1

Zo verhindert hij dat wit zijn toren op de f-lijn krijgt.

37. a4!

De gebruikelijke strategie: wit ruimt de lastige zwarte b-pion met zijn randpion en hij probeert dan een mooi pionnenduo over te houden. Twee verbonden vrijpionnen vormen namelijk een macht. Maar nu blijkt hoe lastig het allemaal is.

37…Kc5! 38. c3

Dit heeft als nadeel dat de pionnenstructuur verzwakt wordt. Wit wil het liefst met zijn toren op a4 kunnen terugslaan na een eventueel … bxa4. Maar dan blijkt hoe actief de zwarte toren staat na 38. Te4 Kd5 39. Tb4 bxa4 40. Txa4 Tf2+ 41. Kd3 Tf3+ 42. Ke2 Tc3 43. Kd2 Th3 Probeert wit zijn pionnenduo in beweging te zetten, zal pion h4 sneuvelen, waarna de zwarte h-pion een factor van betekenis kan worden.

38…bxa4 39. Txa4 Tf2+ 40. Ke3 Tb2 41. Tc4+

41…Kd5 Essentieel is dat 41…Kb5 wordt beantwoord met 42. Tf4 Txb3 43. Tb4+ Txb4 44. cxb4 Kxb4 45. Kd4 en wit wint het pionneneindspel.

42. Td4+ Ke5 43. b4

Zo heeft wit zijn duo behouden.

43…f5 44. gxf6 Kxf6

Wederom een belangrijk moment waarin de witspeler voor de keuze staat hoe hij progressie moet boeken.

45. Kf4

Hij kiest ervoor om te proberen de zwarte koning te verdrijven en ook het tegenspel met … g6-g5 wat te ontkrachten.

Een andere logische voortzetting is om de koning in te zetten bij het oprukken van de eigen pionnen. Maar dan blijkt zwart toch behoorlijk tegenspel te krijgen met een vrije h-pion. 45. Kd3 g5 46. Td5!? [46. hxg5+ Kxg5 lijkt al niet meer te winnen voor wit.] 46…gxh4 47. Txh5 Th2 48. b5 Kg6 en nu wordt de zwarte pion behoorlijk lastig.

Interessant is ook 45. Tc4!? om de toren naar c5 te spelen en aldus het oprukken van de vrijpionnen voor elkaar te krijgen. 45…Ke6

[45…g5 46. Tc6+]

[45…Tb1 46. Tc5!]

46. Tc5 Th2 47. b5 Kd7 en hoewel de winst dichtbij lijkt, kan zwart nog compliceren.

45…Tg2 45…Th2 46. Td6+ Ke7 47. Txg6 Txh4+ 48. Ke3 Kf7 49. Th6 Kg7 50. Tc6 En in principe winnen twee verbonden vrijpionnen van een losse (mits die niet al te ver is opgerukt).

46. b5 Ke6 47. b6

Ineens zet wit zijn kaarten op zijn voorste vrijpion. Vanwege de ‘brug’ op veld b4 kan de zwarte toren er niet achter komen.

47…g5+

Wat moet hij anders? Op 47…Tf2+ volgt 48. Kg5 met winst.

48. Kf3

Een slimme manier om af te wikkelen.

Natuurlijk won 48. hxg5 ook. Maar dan moest wit het nodige vooruitzien. 48…Tg4+ 49. Kf3 Txg5 en nu moet wit 50. c4! zien te vinden. Het dekt veld b5 zodat de zwarte toren er niet achter kan. Na [Niet het thematische 50. Tb4? want dat geeft de winst weg. Wellicht heeft Bok deze variant berekend, maar zag hij dat het niets was voor wit. 50…Tg8 51. b7 Tb8 met remise!] 50…Tg1 51. c5 Tb1 52. Ke4 h4 53. Td6+ Ke7 54. Kd5 staat wit op winst.

48…Tc2 49. Tb4

De witspeler pakt het nu wel weer het basisthema op: de toren moet achter de eigen vrijpion.

49…Txc3+ 50. Ke2 Tc2+ 51. Kd3 Tc8 52. b7 Tb8 53. hxg5

Wit heeft nu de ideale opstelling voor zijn eigen toren, die van zwart is tot volledige passiviteit gedoemd. De rest is eenvoudig.

53…Kf5 54. Tb5+ Kg4 55. Ke2

Er waren vele wegen die naar Rome leidden. Ook met 55. g6 h4 56. g7 h3 57. Tb6 Kg5 58. Tb2 viel het punt binnen te halen.

55…h4 56. Kf2

Nu komt de witte koning voor de zwarte vrijpion en wordt zwart uitgetempeerd.

56…Kh5

57. Kg2!

Het tempospelletje is begonnen.

57…Kg6 58. Kh2 h3 58…Kh5 59. Kh3 kwam op hetzelfde neer.

59. Kxh3 Kh5 60. Kg3 Kg6 61. Kf4 Kh5 62. Tb6

En eindelijk opgegeven.

1-0

Lu, Shanglei – Van Foreest, Jorden

1. e4 c5 2. Pf3 e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pc6 5. Pc3 Dc7 6. g3 a6 7. Lg2 Pf6 8. O-O

8…h5

Een populaire strijdwijze, die in mijn ogen de zwartspeler niet belooft wat hij graag zou willen. Hij droomt van een aanval tegen de witte koning die in veel gevallen niet van de grond komt. Een bekende speelwijze is 8…Le7 9. Te1 d6 met een overgang naar een variant uit de Scheveninger. Wit kan dan voortvarend verder gaan met 10. Pxc6 bxc6 11. e5 dxe5 12. Txe5

9. Te1 Pxd4 10. Dxd4 Lc5 11. Lf4 d6 12. Dd2 Pg4

13. Te2

Heel timide gespeeld van de witspeler. 13. Pd1 was nog bekend uit een partij Nouro-Nyysti, 2012.

13…e5

Laat meteen Pd5 toe, maar het blijkt allemaal te kunnen voor zwart.

14. Pd5 Dd8 15. Lg5 f6 16. Le3 Pxe3

Hier was het zwart allemaal om begonnen. Wit raakt zijn belangrijkste loper kwijt en dan moet zwart wel gelijkspel hebben.

17. Pxe3 Le6 18. Pf5 Dc7

Dit kost een pion, maar dat heeft Van Foreest voorzien.

19. b4 Lb6 Moeilijk te zeggen of 19…La7 ietsje beter was.

20. Dxd6 Dxd6 21. Pxd6+

21…Ke7

Begrijpelijk. Een lastig moment. Waar moet de koning naartoe? Met 21…Kf8 lijkt zwart zich staande te kunnen houden. Ik heb 22. Pxb7 onderzocht en ik kom tot 22…Ke7 23. c4 Ta7 24. Pa5 Tc8 25. Tc2 Lxa5 26. bxa5 Txc4 waarin wit een ‘half’ pionnetje meer heeft. Het lijkt me evenwel te houden voor zwart.

22. Pf5+ Kf7

Wederom logisch, maar het laat wel een tactisch grapje toe, waardoor zwart in grote moeilijkheden komt. 22…Lxf5 23. exf5 en nu is het verre van simpel voor zwart om in de partij te blijven.

23. c4!

Gebaseerd op een grapje.

23…Thd8 23…Lxc4 faalt uiteraard op 24. Pd6+

24. c5

Ineens heeft wit zijn pionnenmeerderheid naar voren gekregen.

24…Lc7 25. Tc2 g6 26. Pe3 Td4 27. Pd5

27…Ld8

De beste verdediging. Als zwart denkt een pion terug te winnen met 27…Lxd5 28. exd5 Txb4 komt hij bedrogen uit na 29. d6 Ld8 30. Ld5+ Kf8 31. Lc4 en de problemen zijn bepaald niet de wereld uit voor zwart. Bijvoorbeeld: 31…Ta7 32. a3 Ta4 33. Tb1 waarna wit pion b7 probeert te veroveren hetgeen hem twee verbonden vrijpionnen oplevert.

28. a3 Ld7 28…f5 verloopt ook niet helemaal wat zwart graag wil: 29. Pb6!

29. Tb1 Lb5 30. Tc3 a5

Jorden heeft weinig zin om lijdzaam te blijven afwachten en hij gaat actief verder. Het was ook bijzonder lastig te voorzien dat wit met zijn volgende verrassende actie het heft stevig in handen neemt.

31. bxa5 Txa5 32. Tcb3 Lc6

33. Txb7+!

Tja, als je dat van te voren had geweten, had je het misschien anders gedaan.

33…Lxb7 34. Txb7+ Ke8 35. c6 Td1+ 36. Lf1 Tc5 37. c7?! Sterker was 37. Kg2! Txf1 38. Kxf1 Txc6 39. Tg7 en het resterende eindspel lijkt vrijwel onspeelbaar voor zwart.

37…Tdxd5!

Opnieuw uitstekend gezien.

38. c8=D!

Maar die ook. 38. exd5 Lxc7 is weinig bijzonders voor wit.

38…Txc8 39. exd5 Le7 40. a4

Het verschil zit hem in de opstelling van de witte stukken. Die komen op optimale velden.

40…Tc2

Zwart hoopt op tegenspel, maar ook deze zet blijkt een groot nadeel te hebben. 40…Ta8 Want passief verdedigen met 41. Lb5+ Kf8 is heel onaantrekkelijk na een zet zoals 42. Tb6 met de bedoeling d5-d6.

41. Ld3 Td2 42. Lxg6+ Kd8 43. Tb5 Ta2 44. a5

44…Kd7 Ook 44…h4 45. gxh4 zal hem niet helpen.

45. Lxh5 Ld8 46. Tb7+ Kd6 47. Ta7 Lxa5 Een betere vechtkans lijkt mij 47…Txa5 hoewel zwart het na 48. Tf7 Txd5 49. Lg4 ook heel zwaar zal krijgen. Ondanks het uitgedunde materiaal, behoudt wit riante winstkansen.

48. Lf7 e4

Jorden zwicht onder de druk. Wellicht kon zwart met 48…Ta1+ 49. Kg2 Lc3 50. Tb7 Ta2 het zijn tegenstander nog heel lastig maken.

49. Ta6+ Ke7 50. Lg6 e3 51. fxe3

En met drie pionnen minder zag hij het hopeloze van de situatie in.

1-0

(De foto is van Harry Gielen)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

3 Reacties

  1. Avatar
    HermanGrooten 06 april 2015

    @Titos: Ook Michel Abeln maakte mij erop attent; hij heeft het zelfs geverifieerd bij Koos Stolk op het bondsbureau van de KNSB. Zijn antwoord luidt: "Als de andere 8 partijen voldoende zijn voor een norm dan mag je een norm over acht halen. De negende partij heb je reglementair gewonnen’. Kortom: de vlag kan uit in huize Van Foreest, want hij heeft toch een GM-norm behaald. Ik ga ervan uit dat Jorden er zelf wat over zal schrijven.

  2. Avatar
    Johan Hut 06 april 2015

    Er wordt vaak ten onrechte gezegd dat je drie normen moet halen. Je wordt grootmeester als je minstens twee normen haalt over een totaal van minimaal 27 partijen. (En aan de ratinggrens voldoet.) Dus een norm van 8 partijen en twee van 9 partijen is niet voldoende, dan moet je er een vierde bij halen. Maar bijvoorbeeld bij Tata kun je een norm over 13 partijen halen.

    Sipke Ernst had een norm over 7 partijen (Europacup), dat leek nutteloos maar was het niet. Want hij werd grootmeester met normen over 7, 9 en 13 partijen. Samen 29, dus genoeg.

    Lang verhaal, maar mijn conclusie is duidelijk: na deze norm over 8 partijen moet Jorden nu ook een norm halen in Wijk aan Zee :)

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.