Schaakrubrieken weekend 13 juni 2015

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Een leuk optrekje voor Magnus Carlsen

In de Engelse cricketwereld waren er vroeger ‘gentlemen’ en ‘players’. De gentlemen waren heren van stand die niet voor het geld speelden, maar om de eer en voor de karaktervorming. De players kregen een honorarium van hun club of van de organisatoren van een wedstrijd, de gentlemen kregen een onkostenvergoeding. Omdat het heren van stand waren met een dure levensstijl, waren die vergoedingen vaak hoger dan de honoraria van de professionals.

Tot in de jaren ’60 ging het ook zo in de Nederlandse schaakwereld. De profs die voor een Nederlands team uitkwamen kregen een bescheiden honorarium en de amateurs kregen van de bond, als ze onbetaald verlof van hun baan hadden, een loondervingsvergoeding die altijd veel hoger was. Tegenwoordig zijn er nauwelijks amateurs meer in het topschaken en met de professionals gaat het financieel uitstekend, als ze sterk genoeg zijn.

Magnus Carlsen heeft onlangs in Noorwegen een huis gekocht. Het kostte 2,2 miljoen euro en op een plaatje zag het er mooi uit. Wat een verschil met Bobby Fischer, die altijd een zwerver was. Over de zwervers kunnen natuurlijk mooiere verhalen worden geschreven. Toen Hein Donner het huis dat hij met zijn eerste vrouw deelde moest verlaten, en zijn intrek nam in het Amsterdamse hotel De Roode Leeuw, sprak hij pontificaal: „Een schaker mag niet wonen.” Toen hij hertrouwde, kwam hij daarvan terug.

De afgelopen weken was een keur van topspelers in het Franse plaatsje Grau-du-Roi bijeen voor de finale van het Franse clubkampioenschap. Anish Giri speelde voor de Elzasser club Bischwiller, Loek van Wely voor Clichy en Ivan Sokolov voor Châlons-en- Champagne. Het zijn geen dakloze zwervers, ze zijn alleen zelden thuis.

Clichy, de kampioen van de afgelopen drie jaar, was ook nu favoriet, maar deze keer won Bischwiller alle elf wedstrijden. Giri scoorde aan het eerste bord 8 uit 10, waardoor hij op de virtuele wereldranglijst Wesley So voorbij ging en daar nu negende staat.

Anish Giri – Bart Michiels, Frans teamkampioenschap 2015

1. c4 c6 2. Pf3 d5 3. e3 Pf6 4. Pc3 e6 5. Dc2 Pbd7 6. b3 Ld6 7. Lb2 0-0 8. Le2 b6 9. Tg1 Deze zet, die tegenwoordig overal opduikt, is een geliefd wapen van Giri’s teamgenoot in de Nederlandse competitie Manuel Bosboom. 9…Lb7 10. g4 e5 11. g5 Pe8 12. h4 Pc7 13. Ld3 Een uitnodiging om een stuk te winnen met 13…e4. 13…g6 Zwart ziet wijselijk van stukwinst af. Na 13…e4 14. Pxe4 dxe4 15. Lxe4 heeft wit met zijn twee formidabele lopers een geweldige koningsaanval. 14. h5 Pc5 15. Le2 e4 Nu wel deze zet, die ook hier met een stukoffer wordt beantwoord. 16. Pxe4 Pxe4 Na 16…dxe4 zou 17. Dc3 sterk zijn. 17. d3 Lb4+ Om 18. Dc3 te verhinderen. 18. Kf1 Lc8 Hierna komt wit definitief in het voordeel. Na 18…Pxf2 19. Kxf2 Te8, gevolgd door 20…Lc5, zou zwart ook zijn deel van de taart hebben. 19. dxe4 Lh3+ 20. Tg2 Pe6 21. a3 dxe4 Dit maakt het erger voor zwart. Iets beter was 21…Le7. 22. Dxe4 Lxg2+ 23. Kxg2 Pxg5 24. Df4 Pxf3 25. axb4 Pg5 26. hxg6 fxg6 27. De5 Al is hij een kwaliteit achter, wit staat gewonnen. 27…Kf7 28. f4 Pe6 29. Lg4 De7 30. Th1

De verdediging bezwijkt. Na 30…h5 is 31. f5 de hardste klap, maar 31. Lxh5 zou ook winnen. 30…Pxf4+ Een wanhoopsoffer. 31. exf4 Dxe5 32. Lxe5 h5 33. Lf3 Met twee geweldige lopers tegen een toren wint wit makkelijk. 33…Tad8 Na 33…Tac8 zou 34. Ta1 komen. 34. Lxc6 Td2+ 35. Kf3 Td3+ 36. Ke4 Txb3 37. Ta1 Txb4 38. Txa7+ Ke6 38…Kg8 39. Ld5+ maakt weinig verschil. 39. Ld5 mat.

Gert Ligterink

Voor Giri is de zon weer uitbundig gaan schijnen

Maandenlang kon Anish Giri geen partij winnen tot opeens de zon weer ging schijnen. In het toernooi om het teamkampioenschap van Frankrijk in Montpellier was hij aan het eerste bord de uitblinker met een score van 8 uit 10: twee remises, een nederlaag en zevenwinstpartijen. Zijn club uit Bischwiller, een plaats in de Elzas,was vooral dankzij hem na de voorlaatste ronde al zeker van de eindzege.

Giri bevestigde nog eens wat we al wisten. Hij is een inspirerende teamspeler en hij heeft zich de laatste jaren ontwikkeld tot een expert in het kleine jongetjes meppen. Het mag hem niet zo vaak lukken een van de wereldtoppers

pootje te lichten, tegen de categorie daar net onder is hij meedogenloos. Wees niet verbaasd als hij die reputatie begin juli bevestigt in het NK-toernooi.

Voor die nationale titelstrijd wacht Giri nog een ander klusje. Vanaf dinsdag treedt hij met negen andere topspelers aan in het derde Norway Chess toernooi in Stavanger. Magnus Carlsen gaat daarin op jacht naar de enige hoofdprijs die in zijn imposante verzameling ontbreekt én naar zijn eerste overwinning op Giri in een klassieke toernooipartij. Het is niet moeilijk Giri’s mooiste partij uit Montpellier te kiezen. Tegen de Belg Bart Michiels speelde hij in de stijl van Manuel Bosboom. Menig speler heeft ondervonden hoe moeilijk het is de creatieve opvattingen van Nederlands origineelste speler met succes in de praktijk te brengen. Giri slaagde met vlag en wimpel voor het Bosboom-examen.

Giri – Michiels Montpellier 2015

1. c4 c6 2. Pf3 d5 3. e3 Pf6 4. Pc3 e6 5. Dc2 Pbd7 6. b3 Ld6 7. Lb2 0-0 8. Le2 b6 9. Tg1Ik vermoed dat Bosboom zelf deze voorbereidende zet achterwege zou hebben gelaten. Onbekommerd zou hij met 9. g4 een pion hebben geofferd.

9 … Lb7 10. g4 e5 11. g5 Pe8 12. h4 Pc7 13. Ld3 Dwingt een verzwakking van de koningsvleugel af. Zwart kan een stuk winnen met 13 … e4, maar na 14. Pxe4 dxe4 15. Lxe4 g6 16. h5 is wits aanval nog sterker dan in het vervolg van de partij. 13 … g6 14. h5 Pc5 15. Le2 e4

16. Pxe4! Een correct offer. Na 16 … dxe4 17.Dc3 f6 18. hxg6 hxg6 (of 18 … exf3 19. gxh7+ Kxh7 20. gxf6) 19. gxf6 Dxf6 20. Dxf6 Txf6 21. Lxf6 heeft wit groot voordeel. 16 … Pxe4 17. d3 Lb4+ 18. Kf1 Lc8 Met 18 … Pxf2 19. Kxf2 Te8 kan zwart de witte aanval voorlopig opvangen. Na de tekstzet wordt de verdediging te moeilijk.

19. dxe4 Lh3+ 20. Tg2 Pe6 21. a3 dxe4 Vrijwel gedwongen. Na 21 … Lc5 komt 22. exd5 cxd5 23. cxd5 Dxd5 24.Dc3.22. Dxe4 Lxg2+ 23. Kxg2 Pxg5 24.Df4 Pxf3 25. axb4 Pg5 26. hxg6 fxg6 Op den duur eveneens onvoldoende is 26 … f6 27. gxh7+ Pxh7 28. Lf3. 27. De5 Kf7 28. f4 Pe6 29. Lg4 De7 30. Th1

30 … Pxf4+ De h-pion kon niet worden verdedigd. Na 30 … h5 volgt 31. Lxh5 gxh5 32. Dxh5+ Kg8 33. Dg6+ Pg7 34. Dh7+ Kf7 35. Dxg7+ Ke8 36. Dg6+ Kd8 37. Dxc6 en wint. 31. exf4 Dxe5 32. Lxe5 h5 33. Lf3 Tad8 34. Lxc6 Td2+ 35. Kf3 Td3+ 36. Ke4 Txb3 37. Ta1 Txb4 38. Txa7+ Ke6 Ook na 38 … Kg8 39. Ld5+ loopt zwart mat. 39. Ld5 Mat.

Hans Böhm

Holland Festival

Het Holland Festival in Amsterdam dat tot eind juni doorloopt biedt een grote variëteit aan kunstuitingen. Alle soorten van muziek, tekenen en schilderen, zang en dans, diverse lezingen en getuigenissen in woord en beeld van buitenlandse kunstenaars die om wat voor reden dan ook in Nederland wonen en fantaseren over een toekomstige ideale wereld. Dat utopisch denken krijgt nog meer dimensie door de uitleg van architect Torben Ostergaard van het super-akoestische Muziekgebouw aan het IJ. Een onderdeel van die keur aan geestelijk vermaak en inspanning was een simultaan schaken, door Jan Timman en ondergetekende in de openingsweek. Ik kreeg componisten, musici en zangers als tegenstander en aan de bizarre stellingen kon je afleiden dat men vooral uit was op artistieke figuren. Om een lid van het campagneteam ‘Red de fagot’ te inspireren na onze lachwekkende partij, legde ik hem deze stelling voor.

Wit speelt en wint. Deze studie is gecomponeerd door Paul Joitsa en kreeg een eerste prijs in 1984. De oplossing spreekt iedere kunstliefhebber aan. Omdat 1.Da1+ en 1.Dg2+ niet voldoen gaat wit voor 1.Df3+ Ka7 2.De3+ Ka8 3.Lxe6! La6+Beter dan 3…Lxe6 4.Dxe6 Dg5+ 5.Ka6 en wint. Nu niet 4.Kxa6? Dc4+ 5.Kb6 Dxc7+ 6.Kxc7 pat maar 4.Ka5! Dh5+. Het kan nog fout gaan: 5.Kxa6? De2+! 6.Ka5 Da6+! 7.Kb4 Db6+ met remise. Maar nu komt het: 5.Dg5!! Dxg5 6.Kxa6 Dg8 7.Ld5+ Dxd5 8.c8D mat. Daar wordt iedereen vrolijk van.

Waar we ineens ook vrolijk van worden is de finale van de Franse competitie met de beste 15 verenigingen waaraan vele grootheden meedoen, zoals de Nederlanders Loek van Wely en Anish Giri. Het blijft opmerkelijk dat Giri tegen de absolute wereldtop vaak niet meer bereikt dan remise, wat op zich natuurlijk een prestatie is, maar dat hij zo soepel scoort tegen alles wat daar net onder ligt. Daar ligt de basis van zijn hoge positie op de actuele wereldranglijst: tiende plaats. Zie hoe hij de Belgische grootmeester Bart Michiels omverloopt. Michiels kreeg overigens in 2009 de Benny Vansteelant-prijs uitgereikt voor het combineren van academische studies en topsport. Hij is natuurkundige en promoveerde met zijn proefschrift Parallelle snelle multipoolmethoden voor de simulatie van extreem grote elektromagnetische verstrooiingsproblemen. Dat komt alsmaar vaker voor, schakers die er eerst iets anders bij doen en dan na verloop van tijd het schaken op de tweede plaats zetten. Giri is schaker, punt.

A. Giri – B. Michiels

1.c4 c6 2.Pf3 d5 3.e3 Pf6 4.Pc3 e6 5.Dc2 Pbd7 6.b3 Ld6 7.Lb2 0-0 8.Le2 b6 9.Tg1!?

Een provocatieve zet die aan duidelijkheid niets te raden overlaat: wit gaat aanvallen met g4 en behoudt daarbij de mogelijkheid om lang te rokeren of de koning op f1 te zetten. Maar dat is van later zorg, eerst aanvallen.

9…Lb7 10.g4 e5 11.g5 Pe8 12.h4 Pc7 13.Ld3!? g6 Omdat 13…e4 14.Pxe4 dxe4 15.Lxe4 de aanval pas echt op gang laat komen. 14.h5 Pc5 15.Le2 e4?! Dat geeft Lb2 ruim baan. Na een rustig 15…De7 laat zwart nog even in het ongewisse hoe hij in het centrum wil voortzetten. Nu volgt het logische schijnoffer 16.Pxe4! Pxe4 17.d3 Lb4+ 18.Kf1 Lc8 Met de bedoeling een kwaliteit te winnen (Lh3+) maar het tegenoffer 18…Pxf2 19.Kxf2 De7 geeft ook zwart aanval (op e3). 19.dxe4 Lh3+ 20.Tg2 Pe6

Een boeiende stelling waarbij van alles hangt en dreigt. Maar bovenal is de diagonaal a1-h8 in witte handen en dat beslist. 21.a3! dxe4 22.Dxe4 Lxg2+ 23.Kxg2 Pxg5 24.Df4 Pxf3 25.axb4 Pg5 26.hxg6 fxg6 27.De5 De bekroning op al het voorwerk, zwart is verloren. 27…Kf7 28.f4 Pe6 29.Lg4 De7 30.Th1 Pxf4+ 31.exf4 Dxe5 32.Lxe5 h5 33.Lf3 Tad8 34.Lxc6 Td2+ 35.Kf3 Td3+ 36.Ke4 Txb3 37.Ta1 Txb4 38.Txa7+ Ke6 39.Ld5+ mat.

Het wordt interessant om te zien hoe Giri gaat huishouden bij het komende NK, 4-12 juli te Amsterdam.

Bab Wilders

We beginnen deze rubriek met het wekelijkse probleem. dit om de mensen die tegen me zeggen dat ze alleen de tekst lezen in verwarring te brengen. Het is nr 2533, een tweezet van Sedei:

En de oplossing van 2531: 1. Da1!

Men hoeft niet per se wereldkampioen geweest te zijn om tot de groten uit de schaakgeschiedenis gerekend te worden. Dat geldt bv voor de briljante Rubinstein maar zeker ook voor Savielly Tartakower (1887 -1956) over wie nu bij www.russell-enterprises.com een 21e eeuwse editie is verschenen van My Best Games of Chess 1905-1954(isbn 978-1-936490-89-9). Voor iedereen die graag partijen naspeelt een heerlijkheid, 200 stuks met commentaar van Gregorivich zelf en dat is los van de vaak spectaculaire partijen al een genot op zich vanwege de vaak humoristische one-liners en opmerkingen tussendoor over zijn tegenstanders.

Hij besteedde in navolging van wereldkampioen Lasker ook grote aandacht aan de psychologische factoren in de strijd om de overwinning want Tartakower was behept met “Siegeswille”, zelfs als in een slotpartij van een toernooi voor de eerste plaats remise voldoende was streed hij voor de zege. Ook het leven van Tartakower was nogal chaotisch, geboren uit Joods-Russische ouders in Rostov aan de Don vertrok hij als 14-jarige naar Wenen om daar te studeren en dat werd eigenlijk meer schaken, want Wenen was toen de schaakhoofdstad van de wereld. Maar daardoor moest hij ook vechten in de 1e Wereldoorlog. In 1924 vertrok hij naar Parijs en diende later nog onder De Gaulle! Hij behaalde aansprekende resultaten die in dit mooi door Russell Enterprises uitgegeven boek breed worden uitgemeten. Zo wist hij op 60-jarige leeftijd nog het Hoogoventoernooi, nu TATA, te winnen.

Dan nu een voorbeeld van de aanvalsdrift van de grootmeester: Maroczy–Tartakower uit 1922: 1.d4 e6 2. c4 f5 3.Pc3 Pf6 4.a3 Tegen Lb4 maae kost een tempo Le7 5.e3 0-0 6. Ld3 d5 7. Pf3 c6 8.0-0 Pe4 9. Dc2 Ld6 10.b3 Pd7 11. Lb2 Tf6 wit zet alles keurig neer maar zwart slijpt reeds het mes 12.Tfe1 Th6 13.g3 Df6 14.Lf1 g5 zwart maakt geen geheim van zijn bedoeling: op de witte koning af! 15.Tad1 (beter Lg2) g4 16. Pxe4 dit speelt zwart in de kaart: fxe4 17. Pd2 Tartakower aarzelt geen moment: 17.. Txh2! 18. Kxh2 (toon het maar aan, maar veel anders is er ook niet bv 18. Pxe4 Dh6) 18..Dxf2+ 19.Kh1 Pf6 de ruiterij komt er bij 20. Te2 Dxg3 21. Pb1 Ph5 22. Dd2 (het gaat allemaal te langzaam en Lb2 wordt node gemist) Ld7 23. Tf2 (tegen Tf8) Dh4+ 24.Kg1 Lg3 25. Lc3 (het beste was nog Th2) Lxf2+ 26. Dxf2 g3 27. Dg2 Tf8 28. Le1 (wit hoopt op 28.. Dh2+ 29 Dxh2 gxh2+ 30. Kxh2 Txf1 en wit kan nog spelen) 28..Txf1! 29. Kxf1 e5 30. Kg1 Lg4 31. Lxg3 Pxg3 32. Te1 Pf5 33.Df2 Dg5 34. dxe een zinloze wanhoopszet Lf3+ 35. Kf1 Pg3+ en wit geeft op voordat het mat kan worden uitgevoerd.

Misschien moet er wel even op gewezen worden dat Maroczy niet zomaar een toevallige koffiehuisbezoeker was maar rond 1900 tot de drie sterkste schakers van de wereld werd gerekend. In dit verband nog de bijzondere anekdote dat Korchnoi via een medium rond 1990 een partij tegen Maroczy gespeeld zou hebben… .

Johan Hut

Droom van Rosmüller komt uit

Dromen, dat moet je altijd blijven doen. Ook in de schaaksport. Juist in deze sport is er geen leeftijd waarop je een droom zou moeten vergeten. Vandaag een week geleden won de 68-jarige Anton Rosmüller voor het eerst in zijn leven van een grootmeester.

Rosmüller ging pas op zijn achttiende naar een schaakclub, in Driehuis, waar hij het seminarie volgde. Hij wilde priester worden. Die studie verruilde hij voor een studie psychologie in Utrecht, waar hij bij Utstud ging schaken, de club die zich later omdoopte tot Paul Keres. In 1975 emigreerde hij naar Ibiza, waar hij zich met eenvoudige baantjes in leven hield. Na vijf jaar keerde hij terug naar Nederland, waarna hij nooit meer betaald werk verrichte. Hij ontving een uitkering van de gemeente Utrecht, die hem de rest van zijn leven met rust liet. Rosmüller vulde zijn dagen, zoals hij zelf zegt, als schaker, dichter, zanger en filosoof. Hij bracht dichtbundels en cd’s uit. Toen ik hem in 2002 interviewde en na afloop zijn telefoonnummer vroeg, zei hij: “Ik heb geen telefoon, maar hier heb je het nummer van mijn stamkroeg, daar ben ik altijd bereikbaar.”

In 1976 won Rosmüller het open kampioenschap van Utrecht (OKU), het weekendtoernooi van Paul Keres. Dat werd toen voor de derde keer gehouden. Inmiddels mag hij zich ‘mister OKU’ noemen, hij was er sindsdien waarschijnlijk altijd bij. Bij dat toernooi, maar ook bij het zomertoernooi in Vlissingen waaraan hij vaak deelneemt, heeft hij relatief vaak van meesters gewonnen. Maar, zo luidde een weerkerende klacht: “Ik win nooit van een grootmeester.”

Vorige week, in het 42e OKU, misschien wel Rosmüllers veertigste, gebeurde het dan eindelijk. Roeland Pruijssers, de nummer twintig van Nederland en volgende maand deelnemer aan het Nederlands kampioenschap, werd hardhandig verslagen. Gewoon in een goede partij van mister OKU.

Rosmüller-Pruijssers

1.d4 f5 2.Pf3 Pf6 3.g3 g6 4.Lg2 Lg7 5.0-0 0-0 6.c4 d6 7.Pc3 De8 8.d5 a5 9.Le3 Pa6 10.Dd2 c6 11.Lh6 Ld7 12.Lxg7 Kxg7 13.e4 fxe4 14.Pg5 Pc5 15.Pgxe4 Pfxe4 16.Pxe4 Pxe4 17.Lxe4 Wie van de twee zal hier tevreden zijn geweest? Zwart heeft wel zo’n beetje wat in deze variant van het Hollands de bedoeling is. Een open f-lijn en de zwarte loper lijkt iets nuttiger dan de witte. De achtergebleven e-pion moet hij op de koop toenemen, daar heeft hij vrijwillig voor gekozen. 17…Lh3 18.Tfe1 c5 19.Te3 Dd7 20.Tae1 Tf7 21.Lg2

In snel tempo heeft wit van de e-pion toch een zwart probleem gemaakt. Als zwart lopers ruilt en wit zet zijn toren op e6, zal zwart nooit meer winnen.21…Lf5 22.f3 h5 23.T1e2 b6 24.Dc3+ Kh7 25.De1 Te8 26.g4 hxg4 27.Dh4+ Kg7 28.fxg4

Wat zal Rosmüller hierbij allemaal gezien hebben? Na slaan volgt in elk geval 28…Lxg4 29.Lh3 Lf5 30.Te6. Zwart heeft dan twee mogelijkheden. Na 30…Th8 31.Lxf5 Txh4 32.Txg6+ Kh7 33.Lxd7 Kxg6 34.Le8 Kg7 35.Lxf7 Kxf7 36.b3 staat wit heel goed, maar die stelling is misschien houdbaar voor zwart en beter dan de alternatieven. Na 30…Lxh3 31.Dxh3 Tf6 32.T2e4 Txe6 33.Txe6(dreigt Txg6+ met damewinst maar ook Dg5) staat zwart verloren. 28…Th8 29.De1Zwart geeft het op. Dat was dus in elk geval niet de oplossing. Zwart moet nu zijn loper redden en wit slaat op e7 in. Het OKU werd gewonnen door Csaba Horvath, Zhaoqin Peng, Hugo ten Hertog en Vadim Malakhatko. Van die vier was Peng de opvallendste, zij behoorde vorig jaar ook al tot de gedeelde winnaars. Anton Rosmüller eindigde op plaats twintig. Dat feit zal hij als volstrekt oninteressant beschouwen.

Rini Kuijf

Voor beginners A6731

Wit aan zet wint met?

Voor gevorderden B6731

Wit aan zet, veel hout achter, maar hoe loopt het af?

Henk Prins

In partijstelling 866 is de opdracht : hoe wint wit? Zwarts paard kan door de witte dame genomen worden: 1. Dxg6! Wit dreigt met 2. Dxg7 mat en zwart moet de dame slaan: 1. …hxg6. Nu speelt wit zijn toren om naar de open h-lijn met 2. Ta1. Tegen 3. Th1 mat is geen verdediging meer. Ook na 1. …Tg8 speelt wit 2. Ta1 en wint.

Driezet 867 van Henk le Grand heeft als sleutelzet 1. Da8! Wit dreigt met 2. c7+ Lc6 en 3. Dxc6 mat. Zwar t kan de dreiging tegenhouden met 1. …Dxa2 , waarop wit 2. Pe3 speelt. Wit dreigt dan 3. Tf4 mat omdat de toren op f2 door het paard ontpend is. Deze dreiging kan zwart pareren met 2. …e5, maar dan ontpend zwart juist de andere toren, en kan wit met 3. Tg4 mat zetten. Op 2. …Lxf2 komt 3. Pxf2 mat en op 2. …Txg5+ 3. Pxg5 mat. Een andere zwarte verdediging is 1. …Th8. Dan speelt wit 2. Pe5 en dreigt door de ontpenning met 3. Tg4 mat. Na 2. …Pe3, om het dreigende mat tegen te houden, komt door ontpenning de dreiging van de eerste variant weer terug: 3. Tf4 mat. De matzet 3. Tg4 was hier dreiging en in de eerste variant de matzet na de zwarte parade 2. …e5. Het omdraai-effect van dreigmat en matzet na een zwarte parade heet Pseudo-le Grand-thema. Als de zwarte parade in de twee varianten dezelfde is, heet dit thema het Le-Grand-thema. Interessant is om te bestuderen waarom wit na 1. …Dxa2 juist mat moet dreigen met de toren van f2. Dit is omdat de zwarte dame dit mat niet kan dwarsbomen met 2. …Df1. Evenzo als zwart in de tweede variant 1. …Th8 speelt, kan hij de dreiging 2. Tg4 niet meer pareren met 2. …Txg6. Genoemde zwarte verzwakkingen op de eerste zet geven dus wit de mogelijkheid om prachtige ontpenningen te tonen. Mooi is dat zo het pseudo-le Grand-thema, dat bekend was uit de tweezet, in een driezet wordt overgezet. In de laatste variant komt op 2. …Lxf2+ 3. Pxf2 mat en op 2. …Txg5 3. Pxg5 mat. Het probleem behaalde een eerste prijs in 1988 in Probleemblad.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.