Schaakrubrieken weekend 27 juni 2015

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

In de biechtstoel

Een Noorse journalist legde uit hoe het kon dat Noorse televisiezenders vechten om de uitzendrechten van alle toernooien waarin Carlsen speelt. Het kwam volgens hem doordat Noorwegen een pionier van slow tv i s. Een trein die zeven uur door een landschap rijdt, dat laten de Duitsers ook zien. Maar er waren de afgelopen jaren veel meer langzame dingen op de Noorse tv. 24 uur zalm vissen, een houtvuur dat 12 uur brandde in de nationale houtbrandnacht, een schip dat 132 uur langs de Noorse kust voer. Alles live en volledig op tv, steeds met hoge kijkcijfers.

Noorwegen was rijp voor schaaktelevisie. Die wordt wel verlevendigd met gesprekken en commentaren, en tijdens het toernooi in Stavanger was er op TV 2, de grootste commerciële zender van Noorwegen, een nieuwtje dat ze de Biechtstoel noemden. De spelers konden tijdens hun partij aan de kijkers vertellen wat ze goed of fout hadden gedaan en hoe ze hun kansen inschatten.

Magnus Carlsen had wel iets te biechten. Vorige week schreef ik dat hij een half punt uit drie partijen had. In de vierde ronde verloor hij weer, tegen Anand. Daarna won Carlsen er twee, maar in de laatste ronde verloor hij van Jon Ludvig Hammer, zijn eigen secondant, waardoor hij tenslotte op 3½ uit 9 uitkwam. Zullen de Noren schaakgek blijven na zo’n bittere teleurstelling en zal TV 2 zijn biechtstoel blijven neerzetten? Magnus Carlsen draagt de last van een hele bedrijfstak op zijn schouders. Weinig mensen zullen van tevoren gedacht hebben dat de twee mastodonten van het toernooi, de oud-wereldkampioenen Veselin Topalov (40) en Anand (45), in de laatste ronde om de toernooioverwinning zouden spelen. Topalov stond een half punt voor op Anand en had wit. Anand koos eieren voor zijn geld en stuurde snel op remise aan. De enige die Topalov versloeg bleef onze Anish Giri, die met een score van 5½ uit 9 een mooi toernooi speelde.

Anand – Magnus Carlsen, Norway Chess, Stavanger 2015

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 a6 4. La4 Pf6 5. 0-0 Le7 6. d3 d6 7. c3 0-0 8. Pbd2 Te8 9. Te1 b5 10. Lc2 Lf8 11. Pf1 g6 12. h3 Lb7 13. Pg3 Pb8 14. d4 Pbd7 15. a4 c5 16. d5 c4 17.Lg5 Een stelling met een lange geschiedenis. Meestal deed zwart 17…h6. 17…Lg7 18. Dd2 Tb8 19. Ph2 Nu was het hoog tijd voor zwart om met 19…Dc7 uit de penning te gaan. 19…Lc8 20. Pg4 Pc5 21. Ph6+ Lxh6 Het was pijnlijk om afstand te doen van deze belangrijke loper, maar 21…Kf8 zou na opening van de f-lijn ook geen pretje zijn. 22. Lxh6 bxa4 23. Ta2 a3 24. bxa3 Pfd7 25. f4

25. . . a5 Carlsen lijkt de ernst van de zaak nog niet te beseffen. Anand suggereerde na de partij een noodmaatregel, het dubieuze dame-offer 25…Dh4 26. Lg5 Dxg3 27.Tf3 Dxf4 28. Lxf4 exf4. Misschien was 25…Pb3 26. Df2 Db6 de beste kans. 26. Tf1 f6 27. f5 Pd3 28. Lxd3 cxd3 29. Dd1 Te7 30. Taf2 Tf7 31. Dxd3 Pc5 32. Df3 La6 33. Dg4 g5 34. h4 Lxf1

De kwaliteit is zwart gegund; wits aanval beslist. 35. Txf1 Dd7 36. hxg5 fxg5 37. Dh5 Ook het simpele 37. Lxg5 was goed, maar het schijnt dat Anand hier het slot van de partij al helemaal had berekend. 37…Kh8 38. f6 Tg8 39. Lg7+ Tfxg7 40. fxg7+ Dxg7 41. Pf5 Dg6 42. Dxg6 Txg6 43. Pe7

Kg7 Er was geen ontsnapping voor de zwarte toren: 43…Th6 44. Tf8+ Kg7 45. Tc8 Tf6 46. Pf5+ Kg6 47. Pxd6 en wit wint. 44. Pxg6 Kxg6 45. Tf8 a4 46. c4 h5 47. Kf2Zwart gaf op.

Gert Ligterink

Onverdiende zege kan weldadig effect hebben

‘Welke partijen geven u de grootste voldoening?’, vroegen de commentatoren van het Norway Chess toernooi in Stavanger aan Levon Aronian. ‘Onverdiende winstpartijen’, antwoordde Aronian onmiddellijk. De Armeniër houdt van prikkelende, soms amper serieus te nemen uitspraken, maar ditmaal was het duidelijk dat hij meende wat hij zei. Je hoeft het niet met Aronian eens te zijn om te erkennen dat een fortuinlijke, volkomen onverdiende overwinning een weldadig effect kan hebben. Vorige week beschreef ik in deze rubriek hoe Magnus Carlsen in de eerste ronde van het toernooi in Stavanger een gewonnen stand door tijdsoverschrijding verloor.

Tegenstander Veselin Topalov profiteerde dankbaar van de meevaller. Hij liep uit naar een score van 6 uit 7 en werd pas in de voorlaatste ronde tot de orde geroepen door Anish Giri. Topalov had de wind in de rug. Zijn enige echt goede winstpartij speelde hij tegen Aronian. Zijn andere slachtoffers sloegen de hand aan zich zelf. Vachier Lagrave verongelukte in het vroege middenspel, Grisjoek gaf een stuk weg en de Noor Hammer maakte een afzichtelijke blunder in een remisestand.

Het zou waarschijnlijk allemaal niet zijn gebeurd als Topalov zijn partij tegen Carlsen regulier had verloren. Topalovs fortuin bereikte een hoogtepunt in de volgende stelling:

Zo stond het in Hammer – Topalov na 73 … Kf7-e7. Na 74. f5 gxf5 75.Ke5 verdwijnt zwarts laatste pion en kan de vrede worden getekend. In plaats daarvan speelde Hammer 74. Kc6?? en na 74 … Ke6 gaf hij op. Als verklaring voor de blunder veronderstelde Topalov dat Hammer ervan overtuigd was geweest dat zwart 73 … Lb8 in plaats van 73 … Ke7 zou spelen. Na die loperzet is 74. Kc6 (74 … La7 75. Kd5) wel de juiste reactie. Op Carlsen had de noodlottige partij tegen Topalov een heel ander effect. Het is lang geleden dat we de wereldkampioen zo matig hebben zien spelen. Hij leed kansloze nederlagen tegen Caruana en Anand en won in de eerste acht ronden slechts twee partijen. Met medewerking van zijn tegenstanders Grisjoek en Aronian, die houdbare stellingen uit handen gaven.

Anand – Carlsen Stavanger 2015

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 a6 4.La4 Pf6 5. 0-0 Le7 6. d3 d6 7. c3 0-0 8. Pd2 Te8 9. Te1 b5 10. Lc2 Lf8 11. Pf1 g6 12. h3 Lb7 13. Pg3 Pb8 14. d4 Pbd7 15. a4 c5 16. d5 c4 17.Lg5 Lg7 Deze openingsvariant behoort niet tot Carlsens standaardrepertoire. Meestal kiest zwart voor 17 … h6 18. Le3 Pc5 19. Dd2 h5.18. Dd2 Tb8 19. Ph2 Lc8 20. Pg4 Pc5 21. Ph6+ Lxh6 22. Lxh6 bxa4 23. Ta2 a3 24. bxa3 Pfd7 25. f4 a5 De beste kans was wellicht 25 …exf4 26. Dxf4 Df6.

26. Tf1 f6 27. f5 Pd3 28. Lxd3 cxd3 29. Dd1! Maakt de weg naar de koningsvleugel vrij voor de toren op a2.

29 … Te7 30. Taf2 Tf7 31. Dxd3 Pc5 32. Df3 La6 33. Dg4 g5

34. h4! Lxf1 35. Txf1 Dd7 36. hxg5 fxg5 37. Dh5 Een praktische beslissing. Anand zag dat hij kon afwikkelen naar een gewonnen eindspel. 37 … Kh8 38. f6 Tg8 39. Lg7+ Tfxg7 40. fxg7+ Dxg7 41. Pf5 Dg6 42. Dxg6 Txg6 43. Pe7 Kg7 44.Pxg6 Kxg6 45. Tf8 a4 46. c4 h5 47. Kf2 Zwart gaf op. Na 47 … Pxe4+ 48.Ke3 Pc5 49. Td8 Pb7 50. Tb7 valt

de d-pion.

Hans Böhm

Carlsen inspireert

Nog nooit is onze wereldkampioen Magnus Carlsen zo slecht een toernooi gestart. Nota bene in zijn thuisland Noorwegen bungelde hij na de eerste vier ronden beschamend onderaan met 0,5 punt! Dat kwam vooral door het reglementaire verlies in de eerste ronde tegen de Bulgaar Veselin Topalov waarin Carlsen door zijn vlag ging in gewonnen stelling. Hij ging er van uit dat er na de 60e zet nog een kwartier bedenktijd bij zou komen om de partij af te maken, zoals gebruikelijk, maar dat geldt niet voor dit toernooi. Door die in de schoot geworpen overwinning steeg Topalov virtueel naar de tweede plek op de wereldranglijst! In de tweede ronde verloor Carlsen zonder slag of stoot van Fabiano Caruana, in de derde ronde liet hij een gewonnen stelling verzanden tegen Anish Giri en in de vierde ronde verloor hij door te optimistisch spel van ex-wereldkampioen Viswanathan Anand. Toen volgde een rustdag en in de vijfde ronde speelde Carlsen zijn eigen spel alsof er niets aan de hand was. Een klein voordeel wordt net zolang geëxploiteerd tot de tegenstander onder de constante druk bezwijkt.

M. Carlsen – A. Grichuk

1.Pf3 c5 2.e4 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.g3 e5 7.Pge2 Le7 8.Lg2 b5 9.Pd5 Pbd7 10.P2c3 Lb7 11.a4 Pxd5 12.Pxd5 Pf6 13.axb5 Pxd5 14.exd5 axb5 15.Txa8 Dxa8 16.Dd3 0-0 17.0-0 Lc8

Wit heeft alleen maar meer ruimte, veel is het niet. 18.Le3 Ld7 19.Tc1 h6 20.Dd1 Db7 21.Ta1 Ta8 22.h4 Ta6 23.b3 Ld8 24.c4 bxc4 25.bxc4 Lb6 En nadat nog wat stukken worden geruild, zal het wel snel remise worden. Zie hoe Carlsen zich niet vrijwillig neerlegt bij een puntendeling.

26.c5 Lxc5 27.Lxc5 dxc5 28.d6 Db6 29.Txa6 Dxa6 30.Ld5 Dc8 31.Db3 Le8 32.Dc3 c4 33.Lxc4 Ld7 34.Db3 De8 35.Df3 Kf8 36.h5 Kg8 37.De4 Lc6 38.Ld5 Ld7 39.Kg2 Kh8 40.f4 exf4? Een blunder zoals zal blijken. Zwart had beter 40…f6 kunnen spelen omdat wit na 41.fxe5 fxe5 er nog lang niet is. 41.Dxe8+ Lxe8 42.Lxf7 Lc6+ 43.Kf2 fxg3+ 44.Kxg3 Ld7 45.Lg6 en zwart gaf op, hij kan niets doen tegen de koningswandel naar c7. Indrukwekkend hoe Carlsen zich wist op te richten terwijl hij mentaal voor het oog van de wereld zoveel zware klappen moest incasseren. Een jonge kampioen inspireert de jeugd. In het Hilversum Open maakte Thomas Beerdsen grote indruk. Thomas heeft nog steeds het record ‘jongste speler in de Meesterklasse’ dat hij met elf jaar strak heeft neergezet. Inmiddels is hij vijf jaar ouder en hij heeft zich goed ontwikkeld. In Hilversum bleef hij ongeslagen en haalde een plusscore tegen drie grootmeesters: winst op Ikonnikov en remises tegen Guliev en Bok. Vooral in die laatste ronde moest hij vele klippen omzeilen en dat deed hij bewonderenswaardig. Geniet van zowel de aanhoudende reeks verwoede pogingen van wit als de lange verdediging van zwart.

B. Bok – T. Beerdsen

1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.h3 e5 7.Pde2 h5 8.g3 Le6 9.Lg2 Le7 10.0-0 Pbd7 11.a4 Tc8 12.b3 h4 13.g4 0-0 14.Le3 Ph7 15.Dd2 Tc6 16.f4 exf4 17.Pxf4 Pe5 18.Pce2 Dd7 19.Pd4 Tcc8 20.Tad1 Tfd8 21.Df2 Lg5 22.De1 De8 23.Kh1 Lf6 24.c4 Td7 25.Pf5 Dd8 26.Df2 g6 27.Lb6 Df8 28.Pe3 Ld8 29.Ld4 Pc6 30.La1 De8 31.Ped5 Pe5 32.Td2 Tc6 33.Tdd1 Lg5 34.Ld4 Lxd5 35.Pxd5 De6 36.Lb2 Ld8 37.La1 De8 38.Ld4 De6 39.Le3 Kg7 40.De1 Kg8 41.Lf2 g5 42.Ld4 f6 43.Df2 Tf7 44.Pe3 Pf8 45.Pf5 Kh7 46.Le3 Dd7 47.Td5 Lc7 48.Tfd1 Dd8 49.Dd2 Td7 50.Df2 Tf7 51.Lc1 Td7 52.La3 Pfg6 53.Pd4 Pf4

Het is dringen geblazen in het centrum. Wit bouwt zijn stellingsvoordeel concreet uit maar het blijft toch, verrassend, binnen de remisemarge.

54.Pxc6 bxc6 55.T5d2 c5 56.Df1 a5 57.Lc1 Te7 58.Tf2 Peg6 59.Lxf4 Pxf4 60.Txf4 gxf4 61.Dxf4 Te5 62.Df2 Kg7 63.Td5 Txd5 64.exd5 De8 65.Dxh4 De3 66.Kh2 Ld8 67.Dg3 Dxg3 68.Kxg3 f5!

Wit heeft niets aan zijn twee pionnen na 69.gxf5 Lg5 70.Kg4 Kf6 71.h4 Lc1, het blijven lopers van de andere kleur.

69.Kf4 fxg4 70.hxg4 Lf6 71.Le4 Kh6 72.Kf5 Lg5 73.Ke6 Lf4 74.Kf6 Lg5 75.Kf5 Ld2 76.Lc2 Le3 77.Ke6 Lf4 78.b4 cxb4 79.c5 dxc5 80.d6 Kg5 81.d7 Lc7 82.Ld1 c4 83.Kd5 b3 84.Kxc4 b2 85.Lc2 Kxg4 86.Kd5 Kf4 87.Kc4 Ke5 88.Kb3 Ke6

remise.

HSG-Open, 181 deelnemers: uiteindelijk werd de Roemeen Vajda winnaar met 5,5/6, op de tweede plaats Guliev. Op de gedeelde derde plaats eindigden samen met zes andere spelers

Bok en Beerdsen

Bab Wilders

Sinds kort hebben we weer Nostalgienet en ik smelt helemaal weg, vooral als Ontdek je plekje langskomt (met die mooie muziek erbij) of als bij Een bijzonder jaar 1972 aan de beurt is. Omdat een club uit ‘020’ toen niet minder dan zes bekers e.d. in de wacht sleepte. Ook in de schaakwereld slaat nostalgie soms toe, gezien het feit dat bij Caissa Editions de heren Dale Brandeth en Robert Sherwood ervoor zorgen dat vele toernooien uit de dagen van olim met de grote schaakreuzen uit die tijd levend gehouden worden.

Twee prachtig uitgegeven voorbeelden: San Remo 1930 (0-939433-25-7) en St. Petersburg 1895/96 (0-939433-25-7). Om met de laatste te beginnen: daar waren wereldkampioen Steinitz, winnaar van het toernooi, wereldkampioen Lasker, de sterke Rus Chigorin en de Amerikaan Pillsbury, dus de hele toenmalige wereldtop. Bij San Remo was het al niet anders: behalve Lasker (was druk met filosoferen) en Capablanca (te duur) waren ze er allemaal. Winnaar: wereldkampioen Aljechin, Nimzowitsj, de geniale Rubinstein. Hij was een soort Ivanchuk – kon winnen van de top maar ook verliezen van een houtschuiver. In San Remo werd hij derde, overigens ver achter Aljechin. Bij beide toernooien waren er natuurlijk ook zwakkere spelers die het zogenoemde kanonnenvoer vormden, maar soms toch ook de partij van hun leven speelden en een grootmeester die niet al te oplettend meer was mat wisten te zetten. Bij Caissa Editions uit Yorklyn zijn nog veel meer van dit soort boeken te vinden en zo gedenken de heren Sherwood en Dale volgens het gebod hun voorgangeren.

Er zijn partijen die legendarisch zijn door de slotzet en zo is het ook met Chigorin–Steinitz uit het boek over St. Petersburg: met het toen nog zeer populaire gambiet van zeekapitein Evans: 1.e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lc4 Lc5 4.b4 je kunt zo’n gambiet natuurlijk ook weigeren, maar dat gold als ‘not done’. Dus.. Lxb4 5.c3 La5 één van de mogelijkheden 6. 0-0 d6 7. d4 exd 8. cxd Pf6 9.e5 wit moet wel doorpakken om z’n offer te rechtvaardigen dxe 10. La3 verhindert wel de rokade maar toch was 10. Db3 0-0 11.dxe sterker 10..Le6 Ruilen op e6 is beter voor zwart dus 11.Lb5 Dd5 12. Da4 Ld7 13. dxe5 a6? Hier had natuurlijk 13..Pxe5 14. Lxd7† Pfxd7 moeten gebeuren, gevolgd door 0-0-0 en wit heeft niets voor zijn pionnen 14.exf6 axb5 15.fxg Steinitz speelt slordig, dit soort stellingen ligt hem niet zo, beter Pc3 Tg8 16.Dh4 beter Db3 Txg7 17.Df6 Tg8 18.Lb2 Tg6? veel beter is Lh3 19.Pc3 natuurlijk niet 19. Dh8† Ke7 20.Dxa8 Dxf3 en zwart wint Lxc3 20.Dxc3 0-0-0 nu hard nodig 21.Tfd1 Dh5 22.Tac1 Tdg8 23.g3 Lg4 24.Td3 Th6 natuurlijk was 24.. Lxf3 25. Txf3 Th6 sterker 25.Ph4 Dxh4??? de bovengenoemde slotzet, zwart geeft op na 26. gxh4. Met 25.. b4 had zwart nog steeds goede kansen. In het onderbewustzijn van Steinitz, die zelden blunderde, had hij nog steeds twee torens op de g-lijn en dan is 25..Dxh4 goed i.v.m. 26. gxh4 Lf3† 27. Kf1 Tg1 mat. Voor zwart een anticlimax, voor wit een gestolen punt.

Het probleem van vandaag is 2535, een tweezet van Livsic. Wit: Kg7, Dh8, Ta6, Le7, Pf4, Pg5, pi d6, g3. Zwart: Ke5, Tf1, Tf6, Ld4, Pb6, Pf2, pi d7, f5.

En de sleutelzet van probleem 2533 was 1.Tb3!

Johan Hut

Denk even na, voordat je opgeeft

Het HSG Open heeft in tien jaar tijd mooie winnaars gehad. De eerste editie, in 2006, werd gewonnen door Karel van der Weide, die alle negen zijn partijen won. Een jaar later won Humpy Koneru, die inmiddels derde staat op de wereldranglijst van vrouwen. De sterkste winnaar kreeg het toernooi in 2008: Anish Giri, inmiddels een van de sterkste schakers van de wereld. In 2014 won Robin van Kampen het toernooi.

Vorige week werd de tiende editie gewonnen door Levente Vajda. Hij is de nummer zes van Roemenië, maar speelde in hotel Lapershoek in Hilversum zijn eerste toernooi in Nederland. Bij HSG hopen ze dat hij nog heel veel gaat winnen, zodat ze kunnen zeggen: het begon bij ons.

Een leuke en belangrijke partij werd gespeeld in de derde ronde. Hugo ten Hertog was twee weken eerder gedeeld winnaar van het Open kampioenschap van Utrecht. Benjamin Bok meldde zich vorige week op het laatste moment aan als deelnemer en was een belangrijke titelkandidaat. Hij werd gedeeld derde, achter Vajda en Namig Guliyev, die het toernooi in 2012 en 2013 won.

Ten Hertog-Bok

1.g3 d5 2.Lg2 Pf6 3.d3 c6 4.f4 Pbd7 5.Pf3 Dc7 6.0-0 e5 7.fxe5 Pxe5 8.Pxe5 Dxe5 9.d4 Dh5 10.Pc3 Lb4 11.Txf6

Na de lelijke zet 9.d4 staat wit niet geweldig. Zou dit kwaliteitsoffer al wanhoop zijn? Gek is het offer overigens niet.

11…gxf6 12.Df1 Lf5 13.e4 Lxc3 14.bxc3 dxe4 15.La3 Dg5 16.Tb1 0-0-0 17.Lc5 Lg4 18.Lxa7 De3+ 19.Df2 Dxf2+ 20.Kxf2 The8 21.Ke3 Td5 22.Lc5 Th5 23.h4 Tf5 24.c4

Een mooi loperpaar is soms voldoende compensatie voor de achterstand van een kwaliteit. Wits loper op g2 is echter niet geweldig. Toch is het niet heel duidelijk hoe zwart, die wat in zijn beweging is beperkt, zou moeten winnen zonder het mooie kwaliteitsoffer dat Bok hier bedenkt.

24…Tf3+ 25.Lxf3 exf3+ 26.Kf4

Achteruit gaat ook niet. Na 26.Kf2 Te2+ 27.Kg1 Txc2 moet wit alle zeilen bijzetten om de f-pion tegen te houden, terwijl zwart rustig pionnen kan gaan roven.

26…f5 27.Kg5 Te6 28.d5

Nu gaat wit eenvoudig mat. Een mooiere variant was 28.h5 f2 en zwart heeft een combinatie van promotiedreiging en mat: 29.Tf1 h6+ 30.Kh1 Te1 31.Txf2 Th1+.

28…h6+ 29.Kf4 Te4

Mat.

Een opmerkelijke gebeurtenis vond plaats in de derde ronde, aan het hoogste bord van de B-groep. Michel Auwens, die uiteindelijk tiende werd, werd volledig overspeeld door David Knight, die gedeeld toernooiwinnaar zou worden. De partij had echter anders moeten aflopen.

Auwens-Knight

Wit is overspeeld, zwart hoeft het alleen nog maar af te maken. Het beste is 21…Dc4 22.Db1 Th7 gevolgd door Thd7 en wit komt niet onder de druk op d2 uit.

21…Lxd2 22.Dxd2

Ook dit is nog goed voor zwart. Na 22…Pe7 23.Dxd3 Txd3 wordt zijn paard (op e5) veel sterker dan de witte loper en hij houdt de d-lijn. Het is wel minder dan hij hiervoor had. Er volgt echter een drama.

22…Db1+

Tja, wie zou dit niet spelen? En wie zou niet als witspeler nu het moegebeukte hoofd in de schoot werpen en opgeven? Auwens deed dat wel, hij gaf op. Had hij nog maar 23.Ke2 gespeeld, dan zou hij na enig nadenken tot zijn stomme verbazing hebben gezien dat hij gewonnen stond! Het dreigende mat op d8 blijft ook na 23…Txd2+ 24.Txd2 bestaan, wat betekent dat de dame op b1 verloren gaat en wit een toren voor blijft.

Rini Kuijf

Voor beginners A6743

Wit aan zet speelt wat?

Voor gevorderden B6743

Wit aan zet, welke zet moet hij of zij doen?

Henk Prins

“Ladies First”

Tweezet 868 was van de vrouwelijke schaakprobleemcomponist Mrs. W.J. Baird, die leefde van 1859-1924 in Engeland. Zij componeerde ruim 2000 schaakproblemen.

De sleutelzet is 1. De2! Wit geeft het vluchtveld d5 voor de zwarte koning, maar maakt een sterke batterij met dame en paard. Zwart is in tempodwang. Op 1. …Kd5 komt 2. Pb4 mat. Na 1. …b4 speelt wit het dubbelschaakmat 2. Pf4. De zwarte zet 1. …d5 blokkeert het vluchtveld en wit hoeft niet meer veld d5 mee te dekken, dus 2. Dc2 mat. Tenslotte komt er 2. De4 mat als het zwarte paard speelt.

Ook tweezet 869 van Frank Christiaans vertoont zetdwang. De oplosser moet opgevallen zijn dat op alle zwarte zetten een mat gereed ligt voor wit, zonder dat de sleutelzet is uitgevoerd. Belangrijk is om te zien dat de twee zwarte paarden in zogenaamde halfpenning staan. Als een van de paarden weggaat uit de diagonaal a1-f6, dan staat de ander gepend. Het probleem kan opgelost zijn, als wit een zet kan doen die geen schade geeft. Helaas die is er niet. Probeert wit 1. Tb7/a7 of d7? bijvoorbeeld dan heeft zwart 1. …Pd7!, speelt hij 1. Tc5? dan weerlegt 1. …Pxg4!, dat gebeurt ook als wit 1. Tc2? probeert. 1. Tce7? wordt weerlegt door het zwarte 1. …Pg6!; 1. …Tee7? Door 1. …Pxg4! Op het eenvoudige 1. h7? komt 1. …Lg7! Als de witte koning speelt is er altijd een paard dat schaak geeft. Kortom wit moet het rigoureus gaan aanpakken. De sleutelzet is 1. Tc3! Op 1. …Pe6 komt 2. Le7 mat en op 1. …Pf5 2. g5 mat. Doordat de toren in de diagonaal a1-f6 is gaan staan werkt de halfpenning via een batterij. Zo komt erop 1. …Pxg4, 1. …Pc4 en 1. …Pb5 het mooie 2. Tf3 mat. Er zijn wat matveranderingen. Op 1. …Lg7 komt 2. Lxg7 mat.

Rectificatie partijstelling 866 van 12-6-2015

In het oplossingsverloop werd geschreven dat er geen verdediging is tegen het mat op h1. Dit klopt niet. Ik bedoelde: er is geen zinnige verdediging tegen de dreiging met mat op h1. Een zet als 2. …Tf7 houdt dit mat tegen, maar na 3. Lxf7 Dg8 (tegen de matdreiging Th1) 4. Lxg8 is de witte stelling totaal gewonnen. De opgave was een partijstelling en geen matprobleem.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.