Herenteam elfde na slotnederlaag

Voor de laatste ronde van het EK landenteam maakte Nederland nog kans op de tweede plek. Dan moesten alle uitslagen goed vallen en moest het team vooral zelf winnen van het sterke Frankrijk. Dat heeft er helaas niet ingezeten: al was de 2.5-1.5 nederlaag ook niet nodig. Achteraf bleek dat L’Ami remise gaf in een (heel moeilijke) gewonnen stelling! Zo eindigde Nederland uiteindelijk net buiten de top 10.

Hoewel een elfde plek iets beneden de verwachtingen is, hebben de spelers het (op 1 uitzondering na) goed gedaan. Giri en L’Ami bleven ongeslagen op de eerste twee borden en Tiviakov en Van Wely scoorden behoorlijk tot goed op de laatste twee borden. Alleen Ivan "0 uit 3" Sokolov deed het niet goed. In cijfers uitgedrukt ziet dat er zo uit:

De laatste ronde tegen het favoriete Frankrijk was heel spannend. Het was al snel duidelijk dat er niet meer dan een gelijkspel inzat voor Oranje: witspelers Giri en Van Wely moesten snel in zetherhaling (en dus remise) berusten, terwijl Tiviakov de variant herhaalde uit de tweede matchpartij Reinderman – L. van Foreest, vorige week vrijdag gespeeld. Het gemiddelde zetaantal waarin Groningse schakers met deze variant verliezen is op 25 gekomen. Laat ik maar zeggen dat Tivi het relatief nog het beste deed.

Een 2-1 achterstand dus, terwijl het er bij Fressinet-L’Ami remiseachtig uitzag. Toch had wit daar kleine probleempjes. Na dubbele torenruil werden die probleempjes problemen, en na dameruil zag het er gunstig uit voor zwart.

Fressinet – L’Ami

Wit heeft problemen door de slechte pionnenstructuur. Vooral g4 en b3 zijn zwak.

49.b4!

De beste kans, want wit mag niet de zwarte koning op b4 toelaten.

49…axb4 50.b3 Pc5

Zwart heeft twee voordelen in dit eindspel: een pion meer en de zwakke dubbele g-pion bij wit. Vaak is zo’n dubbel voordeel genoeg voor winst, maar zwart heeft ook een groot probleem: zijn koning kan (nog) nergens naar binnen (het paard ook niet trouwens). Engines gaan doelloos heen en weer in zo’n stelling, dan weet je het wel. L’Ami weet beter en ziet dat b5 spelen de enige kans is.

51.Pf3 b5 52.cxb5 Kb6 53.Pd2 Kxb5

De koning heeft nog geen toegang, het paard echter wel: het kan via b5 naar c3. Wit zet dan echter zijn koning op d2, paard op c4 waarna zwart niet verder komt. Daarom bereidt L’Ami het pionoffer c4 voor en wel zo dat wit niet met zijn paard kan slaan.

54.Pf3 Pb7 55.Pd2 Pd6 56.Pf3 Pf7 57.Kd2 Ph6 58.Ph2 c5 59.Kc2 c4

De ideale omstandigheid om deze zet te doen zou zijn met een paard op d6 en een koning op a5, waarbij wit ook nog eens geen paard op d2 moet hebben. Helaas is dat niet af te dwingen, d2 is net zo ver van h2 als d6 van h6.

60.dxc4+ Kb6

Het plan van zwart is nu om met het paard de witte stelling binnen te dringen en de losse pionnen (e4, g4, g3) aan te vallen.

61.Kd2 Pf7 62.Pf3 Pd6 63.Kd3 Pb7 64.Pd2 Pc5+ 65.Ke2 Kc6

Deel 1 van het plan gelukt, wit is in zetdwang en moet het zwarte paard op d3 toelaten.

66.Kf3 Pd3 67.Ke2 Pc1+ 68.Kd1

68…Pd3?

Een vraagteken niet voor de zet (want zwart kan de stelling herhalen) maar voor het niet zien van de juiste winstmethode. Die is om het paard op e3 te krijgen. Wit speelt zijn koning naar f3. Zwart kan dan wit aan zet laten komen waarna wit of Pxg4 moet toelaten, of Pxc4. Nog mooier/effectiever is om eerst het paard naar a1 te spelen, waarna wit of Pxb3 of d3 moet toelaten, in beide gevallen met winst voor zwart. Concreet: 68…Pa2 69.Ke2 (69.Pb1 Kc5 70.Kd2 Pc3 71.Pxc3 bxc3+ 72.Kc2 Kb4 en zwart promoveert.) 69…Pc3+ 70.Kf3 Kc5 71.Kf2 Pd1+ 72.Ke2 Pe3 73.Kf3 (73.Kf3 Pxc4) Pc2 74.Ke2 Pa1! 75.Kd3

En nu een driehoekje: 75…Kc6 76.Ke2 Kd6 77.Kd3 (77.Kd1 Kc5 78.Kc1 d3 79.Kb2 Pc2 wint ook) 77…Kc5 Zetdwang 78.Ke2 Pxb3 79.Pxb3+ Kxc4

80.Pd2+ Kc3 81.Kd1 b3 82.Pb1+ Kd3 (82…Kb2 Ook 82…Kb2 wint.) 83.Kc1 Kxe4 waarna zwart een eindspel van vier verbonden vrijpionnen tegen een paard krijgt.

69.Ke2 Pc5 70.Kf3 Kb7 71.Ke2 Ka6 72.Kf3 Ka5 73.Ke2 Pb7 74.Kd3 Kb6 75.Ke2 Pc5 ½-½ Het is nog steeds gewonnen voor zwart, maar Erwin had minder dan drie minuten en zag het gewoon niet (of kon het in die korte tijd niet allemaal berekenen).

De partijen van de mannen:

4 Reacties

  1. Avatar
    wimw 23 november 2015

    De heren hebben het over het algemeen goed gedaan. Vooral Giri deed het prima en zijn overwinningen op Beljavski en Shirov, ook een voormalige wereldkampioenskandidaat, sprongen er uit. Jammer dat Nederland van Servië verloor, want in de 6e ronde won Letland van Servië met 3 1/2 tegen 1/2, terwijl wij Letland wel versloegen. En Letland won in de 5e ronde van Kroatië, waar wij tegen remiseerden. Er had dus wel een hogere klassering in gezeten, als we een beter resultaat tegen die Balkanlanden hadden behaald. Volgende keer lijkt het me wel verstandig ook een jongere grootmeester op te stellen.

  2. Avatar
    Dimitri 23 november 2015

    De jongere grootmeester was overigens wel uitgenodigd, maar hij had afgezegd i.v.m. studie.

  3. Avatar
    Hondekop 24 november 2015

    Tja, Nederland verloor te veel punten in de wedstrijden waarin Sokolov meedeed…

  4. Avatar
    wimw 24 november 2015

    Ja, het was jammer dat Sokolov uit vorm was. Hij heeft natuurlijk een uitstekende staat van dienst en werd in 2005 met Nederland Europees Kampioen, maar dit jaar speelde hij slechts 11 partijen in het Franse Team kampioenschap. Zijn resultaat was prima: 8 uit 11 en winst met zwart op Naiditsch, waar hij in IJsland van verloor. Maar tussen die wedstrijd in Frankrijk en het Europees kampioenschap zitten 5 maanden, waarin hij helemaal niet speelde. Er zijn andere sterke grootmeesters, die in 2015 toernooien hebben gewonnen, zoals b.v. het Open Nederlands Kampioenschap, en die veel meer wedstrijdervaring opdeden in 2015. Dat zou ook een overweging kunnen zijn bij het samenstellen van het Nederlandse team.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.