Giri en Vachier-Lagrave aan de leiding in Londen

In Londen zitten er inmiddels drie ronden op bij de Londen Classic en onze landgenoot Anish Giri staat – samen met de Fransman Maxime Vachier-Lagrave – bovenaan. Giri voegde in de ronden twee en drie twee remises toe aan zijn totaal tegen respectievelijk de Engelsman Michael Adams en de Rus Alexander Grischuk. Tegen de Brit had Giri een optisch voordeel dat echter niets bleek te zijn, tegen Grischuk zat hij zwaar in de puree, maar hij toonde zich voor de zoveelste keer een voorbeeldig verdediger van slechte stellingen.

Anish Giri (Foto Frans Peeters)

Persoonlijk leek mij tijdens de partij dat hij het deze keer niet ging redden, maar hij wist zoveel onrust te stoken in het winstplan van de tegenstander dat deze – natuurlijk ook onder druk van de klok – niet alles onder controle wist te houden. Een bijzonder knappe redding uit een ogenschijnlijk uitzichtloos eindspel. Dergelijke staaltjes van Houdini-achtige ontsnappingen kunnen Giri in zijn weg naar een mogelijke wereldtitel nog eens goed van pas komen.

Maxime Vachier-Lagrave (Foto Frans Peeters)

Nadat Giri in de eerste ronde de Bulgaar Veselin Topalov had weten te verslaan in een zinderende partij (zie hier het verslag en de analyse van Jorden van Foreest), deed Vachier-Lagrave dat vandaag (in de derde ronde) nog eens dunnetjes over. Hij klopte de Bulgaar na een forse blunder van Topalov in een reeds bedenkelijke stelling. Daarmee is hij de tweede speler die in dit loodzware gezelschap een partij weet te winnen. De rest moet het allemaal doen met remises, waaronder wereldkampioen Magnus Carlsen die zowel tegen Vachier-Lagrave, Fabiano Caruana en Viswanathan Anand niet meer dan drie halve puntjes wist te behalen. Gezegd moet worden, dat hij tegen Anand een heel eind kwam met zwart in een Berlijnse muur, maar zoals zo vaak viel die niet om.

Hikaru Nakamura (Foto Frans Peeters)

Dat Vachier-Lagrave bij de koplopers zit is in mijn ogen meer dan terecht. Na een remise tegen Carlsen in de eerste ronde, bracht hij met een mooi kwaliteitsoffer zijn tegenstander Hikaru Nakamura uit de Verenigde Staten aan het wankelen. In het zicht van de haven strandde hij echter. Maar een ronde later was het dan toch raak tegen Topalov, die nu moederziel alleen onderaan staat.

De tabel na 3 ronden:

ANALYSES UIT DE RONDEN TWEE EN DRIE

Ik heb uit de tweede en derde ronde de meest interessante partijen geanalyseerd.

Nakamura, Hikaru – Vachier-Lagrave, Maxime

1. d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. e3 Lg7

Eigenlijk dient deze zet al bekritiseerd te worden. Tenminste, op de manier waarop Nakamura te werk gaat.

4. c4 O-O 5. Le2 c5

6. d5

Zo maakt wit er alsnog een Benoni van, maar daarin heeft hij een tempo minder aangezien hij zo dadelijk e3-e4 moet spelen.

6…d6 7. Pc3 e6 8. O-O exd5 9. cxd5 Pa6

9…Te8 is de ‘normaalzet’ om e3-e4 zo lang mogelijk te verhinderen.

9…Lg4 staat op het repertoire van Kramnik, Caruana en Gelfand.

10. Pd2 Tb8 Landgenoot van Vachier-Lagrave, Fressinet, speelde hier in 2014 tegen Hamitevici 10…Pc7

11. e4 Te8

En nu hebben we een theoretische stelling, waarin wit een tempo heeft ingeleverd ten opzichte van de normale varianten.

12. f3 Ph5

Dit is in elk geval een nieuwtje.

13. f4 Pf6

Zwart heeft het tempo teruggegeven om f3-f4 uit te lokken.

14. Kh1 Pc7 15. a4 a6 16. a5 Ld7 17. Lf3 Pb5

We zitten ineens weer in bekend vaarwater. Er is een mooie partij Ufimtsev-Tal, 1967 bekend.

18. e5 dxe5 19. fxe5 Txe5 20. Pc4 Tf5 21. Pe2

De bewuste partij, hierboven genoemd, ging verder met 21. Pe3 Tf4 waarna Tal even later een kwaliteit offerde. Zou Vachier-Lagrave op de hoogte zijn van de meeste Talpartijen? In elk geval heeft hij het thema goed begrepen!

21…Txf3!?

Een bijzonder interessant kwaliteitsoffer waarmee zwart het initiatief grijpt.

22. gxf3 Lh3 23. Te1 Dxd5 24. Pf4?! Ook na 24. Dxd5 Pxd5 25. Pf4 Pxf4 26. Lxf4 Td8 27. Tad1 Ld4 zou zwart voldoende compensatie krijgen voor de kwaliteiten tegen twee pionnen.

24…Dxd1 25. Txd1 Ld7 26. Le3 Lc6 27. Kg2

27…Te8?!

Als MVL nu 27…Pd4! had kunnen doorrekenen, was hij misschien later komen bovendrijven. 28. Lxd4 cxd4 29. Txd4 faalt namelijk op [is dan gedwongen maar na 29. Te1 Td8 30. Kg3 Pd5 krijgt zwart ook de overhand.] 29…Ph5!

28. Kf2?!

Riskant!

Nakamura vertrouwde 28. Lxc5 g5 niet maar na 29. Pd3 g4 [29…Te2+ 30. Kf1 Txh2 31. Kg1 Te2 32. Pde5! lijkt het gelijk.] 30. Pde5 gxf3+ 31. Kg1 Ld5 32. Lf2 en wit heeft niet zoveel te vrezen.

28…g5

Heel begrijpelijk, maar wit krijgt meer in de melk te brokkelen dan in de andere variant. Opnieuw had hij dat paard gewoon op d4 kunnen planten! 28…Pd4 29. Lxd4 cxd4 30. Td2 Lf8 is heel kansrijk voor zwart vanwege zijn sterke d-pion.

29. Pd3 g4 30. Pde5!

Nu laat ‘Naka’ zijn tanden zien.

30…Ld5 31. Tg1 h5 32. h3?!

Het goede idee in de verkeerde uitvoering. Eerst 32. Tae1 Pd4 met ooit h2-h3 viel erg mee voor wit.

32…Lxc4?!

Dat is jammer voor de Fransman.

Soms moet je stalen zenuwen hebben. Zwart kon brutaal op f3 nemen. 32…gxf3 33. Lh6 werkt niet vanwege 33…Pe4+ 34. Ke3 [34. Kf1 Kh7!! 35. Lxg7 Le6 en wit is gedwongen tot 36. Th1 waarna zwart met 36…Kxg7 de loper weer herovert, waarna hij maar liefst 3 pionnen voor de kwaliteit heeft gekregen. Omdat de witte stukken ook totaal niet samenwerken, staat zwart hier op winst.] 34…Kh7!! 35. Lxg7 f2 36. Tg2 Pd4 en ook nu heeft zwart – ondanks zijn toren achterstand – ruim voldoende spel. Een voorbeeld: 37. Pb6 [37. Kd3 Pe6] 37…Pc2+ 38. Ke2 f6! 39. Pxd5 Txe5 en zwart staat al op winst.

33. Pxc4 Pd5 34. fxg4 Pxe3 35. Pxe3 Lxb2 36. Tae1 Lc3 37. Te2 Ld4 38. Kf3 Pc3 39. Tee1 Pe4 40. gxh5+ Kh7 41. Tg2 Pd6 42. Tee2 Te5 43. Pc2 Txh5 44. Pxd4 cxd4 45. Tg4 Txa5 46. Txd4

Zwart heeft inmiddels de belangrijkste witte pionnen gecollecteerd, dat hij nooit meer verliesgevaar loopt. Maar winnen kan ook niet meer. Het glijdt nu af naar remise.

46…Pf5 47. Tb4 b5 48. Kf4 Ph6 49. Ke5 Ta3 50. h4 Tg3 51. Ta2 Tg6 52. Tb1 Te6+ 53. Kf4 Tf6+ 54. Ke4 Te6+ 55. Kf4 Tf6+ 56. Ke4 Te6+ 1/2-1/2

Giri, Anish – Adams, Michael

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pc3 Lb4 4. Dc2 d5 5. a3 Lxc3+ 6. Dxc3 Pe4 7. Dc2 c5 8. dxc5 Pc6 9. Pf3

9. e3

9. cxd5 zijn ook eerder gespeeld.

9…Da5+ 10. Ld2 10. Pd2 Pd4 11. Dd1 kwam voor in een oude partij Aronian-Palac, 2005 die door Aronian werd verloren.

10…Dxc5 11. e3 Pxd2 12. Pxd2 dxc4 12…d4 is ook vaker gespeeld.

13. Lxc4 O-O 14. b4 De7 15. Ld3 15. O-O was nog een partij Leitao-Mekhitarian, 2011 waarin wit uiteindelijk tot winst kwam. Maar dat had meer te maken met een tactisch valletje waar de zwartspeler intrapte.

15…h6 16. Dc3 a6 17. O-O Ld7 18. Pc4 Tab8 19. Pb6 Tfd8 20. Tac1 Le8 21. Le4 Pa7 22. a4 Dd6

Zwart heeft zich uitstekend verdedigd. En Giri vond het wel mooi zo. Hij heeft hoegenaamd niets bereikt en op winst spelen in deze stelling kan ook gelijk staan aan het doen van een verliespoging.

23. Pc4 De7 24. Pb6 Dd6 25. Pc4 De7 26. Pb6 Dd6 1/2-1/2

Grischuk, Alexander – Giri, Anish

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. O-O Pxe4 5. d4 Pd6 6. Lxc6 dxc6 7. dxe5 Pf5 8. Dxd8+ Kxd8 9. h3 Ke8 10. Pc3 h5

De meest gespeelde zet. Op een belendend bord werd 10…Le6 gespeeld in de partij Anand-Carlsen.

11. Pe2

is tweemaal door Carlsen gespeeld en door Grischuk al driemaal. 11. Lf4 is hier het meest populair.

11…b6 12. Lg5

12…c5!?

In een relatief bekende stelling komt Giri met een nieuwtje.

13. Pc3

Nu zwart veld d5 (en ook b5) heeft afgegeven, keert het paard onmiddellijk terug.

13…Lb7 14. Tad1 Giri heeft ongetwijfeld in de studeerkamer gekeken naar 14. Pb5 Lxf3 15. Pxc7+ Kd7 16. Pxa8 Lxa8 en geoordeeld dat zwart hier prima staat. De twee lichte stukken zijn in deze stelling meer waard dan de toren en een pion.

14…Lxf3 15. gxf3 c6

Nu moet het paard wel buiten de deur gehouden worden, maar zwart geeft daarmee veld d6 prijs. En zit hij vanaf nu vrijwel de hele partij tegenaan te hikken.

16. Pe4 Le7 17. f4

17…Lxg5

Daarmee wordt niet alleen de witte pionnenstructuur opgeknapt, maar ook veld d6 wordt zwakker. Tijdens de partij leek mij dat zwart hier 17…Td8 kon spelen. Een mogelijk vervolg: 18. Txd8+ Lxd8 19. Td1 Lxg5 20. fxg5 Ke7 en in elk geval is er dan een toren geruild waardoor de druk op de zwarte stelling minder is dan in de partij. Tenminste dat zou je denken.

18. fxg5 Ke7 19. Pd6

19…Ke6 Ruilen van de paarden (en daarna in principe ook alle torens) is iets dat zwart per se niet wil. Een pionneneindspel is namelijk verloren, zoals Euwe ooit al eens in een analyse van de Spaanse ruilvariant wist aan te tonen. Zwart heeft een waardeloze pionnenmeerderheid op de damevleugel, terwijl wit een potentiële vrijpion heeft op de koningsvleugel. Dat zou ongeveer zo kunnen gaan: 19…Pxd6 20. Txd6 Tac8 21. Tfd1 Thd8 22. Kg2 Txd6 23. Txd6 Td8 24. Txd8 Kxd8 25. Kf3 Ke7 26. Ke4 Ke6 27. c4 g6 28. b3 b5 29. a3 a6 30. h4 Ke7 31. f4 Ke6 32. a4 bxa4 33. bxa4 a5 (zie analysediagram)

34. f5+! gxf5+ 35. Kf4 Ke7 36. Kxf5 en wit wint.

20. f4 Tad8 21. Tfe1!

Grischuk gebruikte in deze fase zeeën van tijd (zoals altijd te doen gebruikelijk bij hem), maar hij houdt ondertussen de stelling wel in zijn greep. Zwart is gedoemd tot passiviteit.

21…g6 22. Kf2

22…Pd4!

Omdat hij toch niets kan doen, is dit een heel nuttige uitlokking van pion c2.

23. c3

Later zullen we zien dat zwart heel handig gebruik kan maken van veld d3!

23…Pf5 24. Kf3 Pg7 25. Td2

Grischuk bereidt een verdubbeling van de torens voor en zwart kan hem daarin niet volgen. Er zit een bijzonder venijnige tactische grap in de stelling.

25…Ke7

Giri beseft dat het alle hens aan dek is voor hem!

Stel dat zwart ook zou verdubbelen, te beginnen met 25…Td7 26. Ted1 Hier faalt 26…Thd8?? (zie analysediagram)

op 27. Pxf7! Txd2 [27…Kxf7 28. Txd7+] 28. Pxd8+! met schaak! Omdat het paard indirect gedekt wordt, wint wit beslissend materiaal.

26. Ted1 Thg8

Het is triest als dit soort zetten nodig zijn…

27. a4

Wit kan zijn stelling in alle rust versterken.

27…a6 28. Pc4

Uiteraard wil wit profiteren van de zojuist ontstane zwakte. De vraag is of hij dat nu wel of niet had moeten voorbereiden met b2-b3 (waardoor pion a4 later gedekt komt te staan.

28…Txd2 29. Txd2 b5 30. Pa5 Tc8 31. Td6 bxa4

32. Txc6

Hij wil de oogst binnenhalen. Een koningsmanoeuvre door het centrum had zwart ook een zware avond kunnen bezorgen. 32. Ke4! Pf5 33. Pxc6+ Kf8 34. Kd5

32…Td8 33. Pc4?!

Heel aantrekkelijk was ook 33. Txa6 Td2 34. Pc4 Td3+ 35. Ke4 Txh3 36. Txa4 en het moet wel heel raar lopen wil wit dit eindspel niet tot winst voeren.

33…a3!

Giri weet op het juiste moment complicaties in de stelling te vlechten.

34. bxa3?

En ja hoor, Grischuk laat zich de kaas van het brood eten. Met 34. Tc7+! Ke6 35. Pxa3 Td3+ 36. Ke4 Txh3 37. Txc5 Pf5 38. Tc6+ Ke7 39. Pc4 had wit zichzelf uitstekende winstkansen kunnen bezorgen.

34…Td3+

Hier blijkt toch het belang van veld d3.

35. Ke4 Txc3

Zwart heeft een uiterst belangrijke pion veroverd waarna het verliesgevaar geweken is.

36. Pd6 Txa3 37. Tc7+ Ke6 38. Txf7

38…Pe8!

Weer een handigheidje van Giri, die zich opnieuw een uitstekend verdediger toont. Met deze paardzet verzekert zwart zich van het halve punt. 38…Pf5? zou onmiddellijk verliezen na 39. Tf6+ Ke7 40. Pxf5+ gxf5+ 41. Kxf5 en de drie verbonden vrijpionnen, ondersteund door de eigen koning, beslissen de strijd in wits voordeel.

39. Tf8 Pxd6+ 40. exd6 Ta4+ 41. Ke3 Kxd6 42. Tf6+ Kd5 43. f5 Ook na 43. Txg6 Ta3+ 44. Kd2 Ke4 houdt zwart de balans in evenwicht.

43…Ta3+

44. Kf4 Geen winstpoging is 44. Kd2 Bijvoorbeeld: 44…gxf5 45. Txf5+ Kd6 46. h4 Ta4 en zwart heeft absoluut niets te vrezen.

44…Ta4+ 45. Ke3 Ta3+ 46. Kf4 Ta4+ 47. Ke3

Met een blauw oog ontsnapt, kun je wel zeggen.

1/2-1/2

Vachier-Lagrave, Maxime – Topalov, Veselin

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. h3 e5 7. Pde2 h5 8. g3 Pbd7 9. Lg2 b5 10. Pd5 Pxd5 11. Dxd5 Tb8 12. Le3 Le7 13. Dd2 Pf6 14. O-O O-O 15. Kh2 Lb7 16. Pc3 Tc8 17. a4 b4 18. Pd5 Pxd5 19. exd5 a5 20. De2 Lg5 20…h4

21. Lxg5 Dxg5 22. h4

22…Df6?!

Een onnauwkeurigheid. 22…De7

23. Db5! De7

Dit is kleur bekennen. Het is onduidelijk wat Topalov in zijn vooruitberekeningen gemist heeft. Misschien had hij 23…La8 gepland. Om dan in te zien dat de stelling na 24. Dxa5 Txc2 25. Dxb4 Txf2 26. Txf2 Dxf2 niet in orde is voor zwart vanwege 27. Tf1!

24. Dxa5 Txc2 25. Tac1 Txb2 26. Tb1 Ta2 27. Dxb4 La6 28. Db3

28…Lxf1?

Dit lijkt mij opnieuw een inschattingsfout. Hij had de toren sowieso op de tweede rij moeten houden, want na een zet als 28…Td2 29. Tbd1 Txd1 30. Txd1 Da7 lijkt het erop dat hij meer tegenspel heeft dan in de partij. Het grote verschil is dat de zwarte loper de a-pion af kan stoppen en dat wits loper op g2 moeilijk aan de strijd kan deelnemen.

29. Dxa2 Lxg2 30. Kxg2

In een eindspel met louter zware stukken is de speler met een vrijpion meestal fors in het voordeel.

30…Ta8?!

Dit speelde Topalov vrij snel, maar ik denk dat hij hiermee de moeilijkheden alleen maar vergroot voor zichzelf. Tijdens de partij dacht ik dat hij meteen 30…e4 moest spelen om de toren op de f-lijn te houden. Na een zet als 31. Tb3 f5 krijgt zwart snel tegenspel met de actie … f5-f4.

31. a5

Deze pion moet het werk doen!

31…e4 Zwart kon op een rare manier tegenspel ontwikkelen, namelijk met 31…Da7 32. a6 Dd4 33. Tc1 en dan nu va banque: 33…g5 34. hxg5 h4 en dan hopen dat wit nerveus raakt…

32. Tb3!

Vachier-Lagrave speelt het uitstekend. Hij verhindert … e4-e3 en legt daarmee het belangrijkste tegenspel aan banden.

32…f5

Hier moest het inderdaad van komen, maar dan liefst met een toren op f8. Dat is nu niet het geval.

33. Dd2

Hier is 33. a6 heel aantrekkelijk. Ik denk echter dat zwart na 33…f4 34. Tb7 Df6 35. a7 fxg3 36. fxg3 [36. Tb8+ Kh7 37. Txa8 Df3+ 38. Kg1 Dd1+ 39. Kg2 Df3+ is remise.] 36…Df3+ 37. Kh2 Kh7! 38. Db2 Dg4 nog net in de partij kan blijven.

33…Dc7 34. Db2

Vachier-Lagrave laat de pion in de steek en probeer met de nodige dreigingen te werken. De dreiging met Tb7 begint actueel te worden.

34…Txa5 Alleen een speler met stalen zenuwen zou hier 34…Dxa5 spelen. Je moet dan 35. Tb7 Da1 36. Txg7+ Kf8 gezien hebben en ook dat wit nu geen Df6 of iets dergelijks heeft…

35. Tb7 Ta2!

Goed gespeeld.

36. Db5

Een cruciaal moment in de partij.

36…Txf2+??

Hij wordt ineens gek.

Wit heeft plotseling een fikse aanval tegen de zwarte koning maar alleen met 36…Dc1! kon zwart zich verdedigen. Een mogelijk vervolg is dan 37. De8+ Kh7 38. Dxh5+ Dh6 [38…Kg8?? 39. Tb8+] 39. Dxf5+ Dg6 (zie analysediagram)

40. Df4 [Het eindspel na 40. Dxg6+ Kxg6 41. Tb6 e3 42. Txd6+ Kf5 43. Kf3 exf2 44. Kg2 Td2 is remise.] 40…De8 41. Dg4 Dg6 en hoewel wit de beste kansen heeft, kan zwart het hem nog heel lastig maken.

37. Kxf2 Dc2+ 38. De2

Er is geen sprake van eeuwig schaak of zoiets.

1-0

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

2 Reacties

  1. Avatar
    Hendrikom 07 december 2015

    Hallo Herman, ik lees dat Carlsen ver kwam tegen Anand, maar dat de Berlijnse muur niet omviel. Op zich logisch, maar Carlsen had zwart, terwijl het niet omvallen van de Berlijnse muur op de met wit spelende Anand betrekking zou moeten hebben :)

  2. Avatar
    HermanGrooten 07 december 2015

    Dat klopt, ik had het wel gezien en misschien is de formulering inderdaad ongelukkig. Maar ik meende dat de Muur ook in twee richtingen kon omvallen…

    P.S. Oorspronkelijk stond Carlsen ook vrij slecht, dus wat dat betreft is de Muur inderdaad niet omgevallen.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.