Karjakin is de uitdager van Magnus Carlsen!

In de laatste ronde in het Kandidatentoernooi te Moskou ging het nog maar tussen twee spelers: Sergey Karjakin en Fabiano Caruana. Zij gingen samen aan de leiding en moesten toevallig ook nog tegen elkaar. Het werd een formidabel gevecht, waarin Caruana moest winnen, maar door een fantastisch torenoffer van Karjakin in een regelrechte koningsaanval verslagen werd. Karjakin dus de winnaar van dit Kandidatentoernooi! Anish Giri kwam met wit niet verder dan een wat bloedeloze remise tegen Veselin Topalov. Ook de andere twee partijen Nakamura – Aronian en Svidler – Anand eindigden in een puntendeling.

Karjakin en Caruana aan het begin van hun beslissende partij (foto toernooisite)

Het was duidelijk wat de partij van de dag ging worden: Karjakin-Caruana.

Het reglement had bepaald dat Karjakin bij een remise de uitdager van wereldkampioen Magnus Carlsen zou worden. Alleen als hun onderlinge partij in remise zou eindigen, Viswanathan Anand met zwart van Peter Svidler zou winnen, was er wat meer ruis op de lijn. Dan zou Caruana degene zijn die het toernooi op zijn naam zou schrijven. Maar uiteraard kon Caruana er niet vanuit gaan dat Anand dat huzarenstukje even zou gaan waarmaken. Svidler zou zijn landgenoot Karjakin wel erg in de steek laten, dus moest de Amerikaan er een partij van maken waarin die op buigen of barsten zou komen te staan.

Dit gebeurt er als je het Kandidatentoernooi wint en de uitdager van de wereldkampioen wordt: Sergey Karjakin omringd door hordes journalisten. We ontwaren ook Dirk-Jan ten Geuzendam van New in Chess op de foto. (foto toernooisite)

En dat ging Caruana wonderwel af. Hij koos voor de Rauzervariant van het Siciliaans, een openingsvariant die hij al lang niet meer gespeeld had en die zijn tegenstander ongetwijfeld ook niet verwacht zou hebben.

Maar Karjakin is goed op de hoogte van zijn openingstheorie en hij koos voor een opstelling, waarin hij in elk geval de zwarte koning kon proberen te bestoken. Aanvankelijk slaagde Caruana in zijn opzet. Het werd een scherpe strijd die het uiterste zou vergen van beide spelers. En in veel varianten lonkte er voor hem een gunstig eindspel vanwege een betere pionnenstructuur. Op de 34ste zet nam de Amerikaan een moedige maar – naar later bleek – discutabele beslissing. Hij wilde graag met … d6-d5 zijn pionnencentrum naar voren spelen. Dat was enerzijds bedoeld om de activiteit van wits loper op b3 tot nul te reduceren, anderzijds ook om meer controle over pion e6 (het doelwit in deze stelling) te krijgen. Maar Caruana vond dan zijn loper op c6 niet zo goed staan. Dus hij speelde eerst zijn loper naar g2 en wilde daarna met … d6-d5 een veld op e4 creëren waar zijn loper als een vorst zou staan. Eventuele aanvalskansen voor wit zouden daarmee volkomen aan banden zijn gelegd. Dit bleek wel wat veel gevraagd van de zwarte stelling. Op zet 36 wilde Caruana dan ook nog de witte toren ruilen en dan zou zijn strategie volledig hebben gezegevierd. Maar nu culmineerde zijn aanpak in een volkomen verrassend, maar volledig correct torenoffer van Karjakin. De Rus offerde een volle toren op d5 om het zwarte pionnencentrum te slopen en dat zag er op het eerste gezicht merkwaardig uit. Kon hij na de eenvoudige dekkingszet 38… Dc7 wel genoeg aanvalskracht ontwikkelen? Dat bleek inderdaad zo, want de wonderbaarlijke en ijzersterke 39. Dd5-f5! voldeed aan alle eisen. De zwarte koning werd nu aan alle kanten bestookt en dat bleek een te zware opgave om dat droog te houden. Omdat Caruana ook varianten die eventueel in remise door herhaling van zetten zouden eindigen uit de weg ging, werd het snel duidelijk dat hij nu helemaal kopje onder zou gaan. Dat gebeurde ook. Toen Karjakin een geforceerd mat in drie op de schoen had, gaf Caruana het op. Een fantastische partij om zo een toernooi mee te eindigen en het moge duidelijk zijn dat Carlsen aan Karjakin een geduchte tegenstander gaat krijgen. Of hij in een WK-match meer moeite zou hebben gehad met Caruana zullen we dit jaar niet te weten te komen, want de Rus en de Noor gaan in november om de titel spelen.

Voor Giri eindigde het toernooi teleurstellend. Nadat hij alles gegeven had in de voorgaande partijen, was de accu nu een beetje leeg. Hij koos voor risicoloze voordeeltjes in de Catalaan, in de hoop dat tegenstander Topalov, die op een uitzichtloze laatste plaats zou eindigen, zichzelf zou opblazen. Dat deed de Bulgaar niet. Sterker nog: hij ruilde snel de dames en neutraliseerde de traditioneel moeilijke loper van c8 tegen de potentieel sterke Catalaanse loper op g2. Daarmee leek de muziek snel uit de stelling verdwenen en toen zich een zetherhaling aandiende, vonden beide spelers het wel best zo.

De eindstand is nu geworden:

1. Karjakin 8½

2-3. Caruana, Anand 7½

4-7. Giri, Aronian, Svidler, Nakamura 7

8. Topalov 4½

Dat er in dit Kandidatentoernooi veel remises zouden vallen, viel te verwachten. Desalniettemin hebben alle spelers zich van hun goede kant laten zien. Er werden schitterende aanvalspartijen afgewisseld met instructieve eindspelen. We zien ook zelfs dat er in een paar partijen rond de 100 of zelfs meer zetten werden gedaan. De strijdlust van de spelers heeft een prachtig toernooi laten zien van de beste spelers ter wereld. Dat we het moesten stellen zonder Kramnik, Vachier-Lagrave, So of Grischuk, was misschien jammer. Maar gelukkig hebben de wel aanwezige deelnemers hun visitekaartje afgegeven.

ANALYSES

Alle analyses via de viewer:

Karjakin Sergey (RUS) – Caruana Fabiano (USA)

Van te voren was al bekend dat Caruana moest winnen van Karjakin, wilde hij zich direct plaatsen. Aan remise had hij niets (tenzij Anand zich nog zou mengen bij de koplopers).

1. e4 c5

Dat is een opening die Caruana de laatste jaren niet zo vaak meer speelt. In zijn jeugd stond het Siciliaans wel als belangrijk onderdeel op zijn repertoire.

2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 d6 6. Lg5

Maar de Rauzer heb ik niet vaak gezien in zijn partijen. Ik kom zelfs niet verder dan 4 partijen die hij met zwart hiermee op het bord heeft gekregen. In elk geval zal Karjakin het niet verwacht hebben.

6…e6 7. Dd2 a6 8. O-O-O Ld7 9. f4 h6 10. Lh4 b5 11. Lxf6 gxf6

Dit type pionnenstructuur ontstaat vrij vaak in deze variant. Het is bekend dat 11…Dxf6?! wordt beantwoord met 12. e5 waarna zwart in de problemen is.

12. f5 12. Kb1 wordt iets vaker gespeeld en kwam onder andere voor in een partij Van Kampen-Li, 2014.

12…Db6

Een soort ijzeren wet is hier dat wit dameruil niet mag toelaten. Het zwarte loperpaar kan in het verre eindspel een belangrijke factor worden. 12…h5 was o.a. een oude partij Ivanchuk-Piket, 1996.

13. fxe6

Wit heft meteen de spanning in het centrum op met als belangrijkste idee om de zwarte koning ooit te kunnen belagen.

13…fxe6 14. Pxc6

Volgens mijn gegevens is deze zet al een nieuwtje. 14. Pce2 was een andere poging.

14…Dxc6 15. Ld3 h5 16. Kb1 b4 17. Pe2 Dc5 18. Thf1 Lh6 19. De1

Hier lijken de witte stukken niet zo actief te staan; vooral het gemis van de zwartveldige loper doet zich voelen.

19…a5 20. b3

Deze pionzet oogt lelijk. Wit verzwakte nog meer zwarte velden en gooit zelfs de lange diagonaal open. Je kunt je voorstellen dat een batterij met dame plus loper op a1-h8 samen heel lastige dreigingen kunnen creëren tegen de witte koning. Daar komt nog bij dat pion b3 een aanknopingspunt geven aan zwart om de a-lijn te openen, dus in alle opzichten lijkt de zet twijfelachtig. Toch valt er een belangrijk argument te bedenken voor wit om toch hiertoe over te gaan. Zijn loper op d3 is slecht en vanaf c4 kan hij de kwetsbare pion op e6 (meestal het aanvalsdoel voor wit in deze stellingen) gaan belagen. Want dat is precies waar het hier om gaat. Wit moet het hebben van spel tegen de zwarte koning. Die kan namelijk alleen in het centrum schuilen. Zowel op de konings- als op de damevleugel kan zijn monarch zich niet meer ophouden. Dat betekent dus dat hij vermoedelijk op e7 zal komen te staan, waar hij vooralsnog redelijk veilig lijkt te staan. Dan zit er voor wit weinig anders op dan zijn hoogheid via het centrum te gaan bestoken. Vandaar dus de 20ste zet van Karjakin.

Het nemen van pion f6 geeft zwart wel een heel geweldige loper na 20. Txf6 Lg7 21. Tf3 [21. Tg6 De5 en wit kan snel in de problemen raken.] 21…h4 en zwart heeft de touwtjes stevig in handen.

20…Tg8 21. g3 Ke7 22. Lc4 Le3

Caruana wil graag Pd4 verhinderen. Ook voor de hand ligt. 22…a4 hoewel wit dan met 23. Pd4 een beetje krijgt wat hij wil. Soms komen er offers in de stelling.

23. Tf3

Ik zag echter ook niet zoveel bezwaar tegen 23. Pf4!? Na bijvoorbeeld 23…Ld4 24. Pxh5 [24. De2 a4 25. Df3] 24…Lc3 25. De2 zijn de witte kansen tegen de witte koning ook niet te onderschatten.

23…Tg4 24. Df1 Tf8 25. Pf4

25…Lxf4

Een concessie: zwart geeft zijn mooie loper voor het witte paard. Maar het was hard nodig. Na bijvoorbeeld het zorgeloze 25…a4? slaat wit dwars door het centrum heen met 26. Pd3 Db6 (zie analysediagram)

27. e5! dxe5 faalt dan op 28. Pxe5 en wit wint.

26. Txf4 a4 27. bxa4 Lxa4 28. Dd3 Lc6 29. Lb3

De witte loper heeft zich genesteld op b3. De pionnenstructuur van wit is er niet beter op geworden, maar zijn aanvalsmogelijkheden wel.

29…Tg5

Zo probeert zwart de mooie zwarte velden goed onder controle te krijgen, maar hij heeft buiten de waard gerekend. Na een zet als 29…Tfg8 wordt de zwarte koning ernstig bestookt met 30. e5! Dxe5 31. Txg4 hxg4 32. Dh7+ Kf8 33. Dc7 en wit heeft gevaarlijke kansen.

30. e5!?

Heel moedig van Karjakin om zo op het scherp van de snede te gaan spelen. Maar misschien was het ook wel de enig juiste optie om hiervoor te gaan.

30…Txe5 31. Tc4 Td5 32. De2 Met 32. Dxd5 Dxd5 33. Txd5 Lxd5 34. Txb4 kon wit zijn pion terugwinnen, maar dit blijft een eindspel dat nog alle kanten op kan gaan. Het machtige zwarte pionnencentrum wordt op den duur een factor van belang.

32…Db6

33. Th4

Hij blijft de zwarte koningspositie aan alle kanten benaderen.

33…Te5 Ik kan me voorstellen dat Caruana de afwikkeling na 33…Txd1+ 34. Dxd1 De3 35. Txb4 ook niet zo zag zitten, hoewel dit vermoedelijk nog wel meevalt.

34. Dd3

34…Lg2

Op het oog een rare zet, maar er zit een mooie gedachte achter. Zwart wil graag … d6-d5 spelen en dan zou het mooi zijn als hij zijn loper dan buiten de pionnenstructuur op e4 zou kunnen ‘nestelen’. Maar misschien vergt Caruana nu iets te veel van zijn stelling. Wilde hij al tegen Carlsen zeggen: ‘pas op wereldkampioen, ik weet wat ik doe!’ Echter na 34…d5 is ook wits loper tot een toeschouwer veroordeeld en kan Lc6 ook helpen in de verdediging. Dit was vermoedelijk wat veiliger en vormde ook een manier om op winst te kunnen spelen. De loper zou ooit via e8 naar g6 toch ook naar e4 omgespeeld kunnen worden.

35. Td4 d5 36. Dd2 Te4?

Dat was het idee: nog even een torentje ruilen om pion b4 gedekt te houden en onder de druk uit te komen, lopertje op e4 en zwart heeft sowieso niets meer te vrezen en kan dan proberen zijn strategische voordelen verder uit te bouwen. Maar nu heeft hij de kansen van zijn tegenstander schromelijk onderschat. Na 36…Lf3 37. Txb4 Dc7 38. Tc1 Te2 39. Dh6 Txh2 40. Dg7+ Tf7 41. Dh8 is een volkomen ondoorzichtige stelling ontstaan die zomaar in remise zou kunnen eindigen met 41…Tf8 42. Dh7+ Tf7 43. Dh8 Tf8 44. Dh7+ Tf7 45. Dh8 Maar dat was een uitslag waar Caruana niets aan had.

37. Txd5!!

Een formidabel torenoffer. En dat op zo’n moment. In de World Cup, die door Karjakin is gewonnen vorig jaar, weten we dat de Rus over stalen zenuwen beschikt. Maar dat hij hier een speculatief torenoffer durft te spelen, siert hem. Gezien het grote aantal varianten dat er kan ontstaan, lijkt het me duidelijk dat hij niet alles heeft kunnen berekenen, maar dat hij wel correct heeft ingeschat dat hij genoeg compensatie voor de toren heeft. Er is natuurlijk ook een gelukkige omstandigheid waardoor het voor hem aanlokkelijk was om de toren te offeren. In een aantal varianten doemt er een herhaling van zetten op, een uitslag die goed is voor hem.

37…exd5 38. Dxd5

Er dreigt zomaar mat op d7 en dat is vrij lastig te voorkomen.

38…Dc7

Je zou kunnen denken: wat heeft wit nu?

Objectief gezien was 38…Td4 de enige manier om de nu volgende koningsaanval te voorkomen, maar dat zou na 39. Dxd4 Dxd4 40. Txd4 een eindspel opleveren dat wit alleen maar kan winnen. Deze variant zal Caruana snel weggegooid hebben.

38…f5 om een vluchtveld voor de koning te creëren, werkt niet vanwege 39. Dd7+ Kf6 en 40. Td6+ kost de dame.

38…Te8?? is ook meteen mat met 39. Df7#

39. Df5!

Deze prachtige zet moet Karjakin nog wel berekend hebben. Er dreigt domweg Dh7+ met damewinst en gek genoeg valt daar heel weinig tegen te beginnen.

39…Tf7

Zo denkt zwart de strijd nog te kunnen voortzetten.

39…Dc6 De enige normale zet om het dameverlies te voorkomen en veld d7 gedekt te houden. Maar nu heeft wit 40. Dh7+ Ke8 41. Dxh5+ en al minstens remise door herhaling van zetten. Misschien heeft Karjakin dit ook nog gezien en toen besloten om op het torenoffer in te gaan. Bij nadere beschouwing blijkt wit nog fraai te kunnen met 41…Ke7 42. Dh7+ Ke8 43. Da7 en de dreiging La4 valt niet te pareren.

39…Tc4? om de dame te dekken faalt nu op 40. Lxc4 Dxc4 41. Dd7#

En na 39…Tc8? 40. Dh7+ Ke8 41. Dg8+ Ke7 42. Df7# is ook weer mat.

40. Lxf7 De5

En nu mag Karjakin zelfs voor het mat gaan. Dat mat vindt hij ook: 40…Kxf7 Dit kost natuurlijk weer de dame na 41. Dh7+

41. Td7+! Kf8 42. Td8+!

Na 42. Td8+! Kxf7

[42…Ke7 43. Dd7#] [42…Kg7 43. Dg6#]

43. Dh7+ Ke6 44. Dd7# wordt zwart op kunstige wijze mat gezet.

1-0

Giri, Anish – Topalov, Veselin

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. g3 d5 4. Lg2 Le7 5. Pf3 O-O 6. Pc3 dxc4 7. Pe5 c5 8. dxc5

8…Dxd1+

Dat is meteen het nadeel van deze variant: de dames worden in een vroeg stadium geruild. Maar misschien vond Giri dat allemaal niet zo erg. Had hij Topalov niet ooit een prachtig eindspel afgenomen?

9. Pxd1 Lxc5 10. Pc3 Andere toppers, waaronder Grischuk en Gelfand, kiezen hier voor 10. Pe3

10…Pc6 11. Pxc4 Td8

Een redelijk recente zet o. a. gespeeld in een partij Hracek-Raznikov, 2015. Daarin behaalde de zwartspeler (met substantieel Elo minder) op comfortabele wijze een gelijke stelling, die hij overigens nog lang moest verdedigen tot het remise werd. 11…Ld7 werd gespeeld in Wang-Laznicka, 2014. Een partij waarin de witspeler zijn tegenstander langzaam onder druk kreeg en mooi tot winst wist te voeren.

12. Le3 Lxe3 13. Pxe3 Tb8

14. f4

Misschien heeft Giri gedacht dat dit de manier moest zijn. De koning kan dan naar f2 (waar hij redelijk in het centrum staat) en de zwarte velden blijven onder controle. Als hij zijn torens snel op de centrale lijnen krijgt, heeft hij wel iets om op te spelen. Maar Topalov is er de man niet naar om passief te blijven afwachten.

Ik vroeg me tijdens de partij af of 14. Lxc6 een goede ruil zou zijn geweest. Zwart komt dan met een slechte pionnenstructuur te zitten en de witte paarden zijn wat beter dan het zwarte paard en de wat slechte loper op dit moment. Dit zou een kolfje naar de hand van Ulf Andersson kunnen zijn. Waarschijnlijk vond Giri het veel te mager en ik heb inderdaad ook geen voortzetting kunnen vinden waarin hij concreet iets zou hebben. 14…bxc6 Meteen 15. Pa4 om op veld c5 te spelen (dat zou eigenlijk wel moeten, anders heeft wit ook niet al te veel) valt na

[15. b3 is niet goed getimed vanwege 15…Pd5! en nu zou wit na 16. Tc1 (16. O-O-O La6) 16…Pxe3 ook een dubbelpion moeten toelaten. Ik vermoed dat het eindspel na 17. fxe3 e5 gewoon te houden is voor zwart, hoewel wit het wel een tijdje kan gaan proberen na 18. Pa4]

15…Pd5 ook nauwelijks waar te maken. De zwarte torens staan domweg te actief.

14…e5!

Hij probeert zich te bevrijden.

15. f5

15. fxe5?! Pxe5 komt niet in aanmerking. Wit heet een zwakke e-lijn gekregen.

Op 15. Lxc6?! zou zwart zelfs 15…exf4! kunnen antwoorden waarna hij geen enkel probleem heeft.

15…Pd4 16. g4 b6 17. Tc1 Lb7

Het is zwart gelukt om zijn dameloper te ruilen tegen die mooie Catalaanse loper. In de regel heeft hij daarmee ook zijn problemen opgelost. Zo ook hier, hoewel wit het natuurlijk nog even probeert.

18. Lxb7 Txb7 19. Kf2 h6 20. h4 g5!

Topalov antwoordt steeds zeer adequaat. Hij legt de witte expansiedrang gedecideerd aan banden.

21. fxg6

21. hxg5 hxg5 22. Th6 Kg7 23. Tch1 levert niets op. Zwart heeft hier zelfs 23…Pc2! bij de hand. 24. Txf6 De enige zet zelfs…

[24. Pxc2? Pxg4+] [24. Pcd1? verliest ook na 24…Txd1!]

24…Pxe3 25. Txf7+ Txf7 26. Kxe3 en met een pion voor de kwaliteit is er maar een die op winst speelt: dat is zwart.

21…fxg6 22. Thg1 Pe6 22…Tf7 lijkt me ook helemaal niet gek.

23. g5 hxg5 24. hxg5 Ph7 25. Pe4 Kg7

Haalt bij voorbaat alle grappen uit de stelling.

Beide spelers hadden ongetwijfeld berekend dat op 25…Tf7+ 26. Ke1 Tf4 27. Pf6+ zou volgen: 27…Pxf6 28. gxf6 Kf7 [28…Txf6?! 29. Tc6! en nou heeft wit eindelijk iets…] 29. Pg4 met een wat onduidelijke stelling die overigens ook volkomen in evenwicht lijkt.

26. Tc6 Pd4 27. Tc3 Pe6 28. Tc6 Pd4 29. Tc3 Pe6

En toen gingen de stukken weer in de doos terug. Voor Giri een teleurstellend resultaat na een uitstekend gespeeld toernooi.

1/2-1/2

Nakamura, Hikaru – Aronian, Levon

1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pf3 d5 4. Pc3 Lb4 5. Da4+ Pc6 6. e3 O-O 7. Dc2 Te8 8. Ld2 a6 9. a3 Ld6 10. h3 h6 11. Td1 dxc4 12. Lxc4 e5 13. O-O Ld7 14. dxe5 Pxe5 15. Pxe5 Txe5 16. f4 Lf5 17. Db3 Te7 18. Dxb7 Lc2 19. Tc1 Tb8 20. Dxa6 Txb2 21. Pd1 Tb6 22. Da5 Lb3 23. Pf2 Db8 24. Lxb3 Txb3 25. a4 Db7 26. Df5 Lb4 27. Lxb4 Dxb4 28. e4 Pxe4 29. Pxe4 Dxe4 30. Dxe4 Txe4 31. Txc7 Txa4 32. Kh2 Tb2 1/2-1/2

Svidler Peter (RUS) – Anand Viswanathan (IND)

1. c4 e5 2. Pc3 Pf6 3. Pf3 Pc6 4. g3 Lb4 5. Lg2 O-O 6. O-O Te8 7. Pe1 d6 8. Pc2 Lc5 9. Tb1 a5 10. a3 Le6 11. d3 d5 12. cxd5 Pxd5 13. Pe3 Pce7 14. Pcxd5 Pxd5 15. Pc4 Ld6 16. d4 exd4 17. Pxd6 Dxd6 18. Dxd4 De7 19. e4 c5 20. Dd1 Pc7 21. Le3 b6 22. f4 Tad8 23. Dc2 Ld5 24. Tbe1 Lxe4 25. Lxc5 Lxc2 26. Lxe7 Td7 27. Lh4 Txe1 28. Txe1 f6 29. g4 Pd5 30. Lg3 f5 31. gxf5 Pf6 32. Lf2 Td6 33. Te6 Td1+ 34. Te1 Td6 35. Te6 1/2-1/2

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

11 Reacties

  1. Avatar
    pieterpriems 28 maart 2016

    Mooie partij van Karjakin! Spannend ook. Een goede en terechte winnaar.

    Giri gaf als reden voor het missen van zijn kansen dat hij te veel tijd investeerde in de openingen. Dat zou best kunnen, hij miste op het eind de scherpte en dat is jammer van zijn goede spel vooraf. Misschien moet ie (nog) maar eens alle winstpartijen van Fischer naspelen. Die bleef messcherp.

    Bedankt voor je snelle, duidelijke en leerzame analyses.

  2. Avatar
    Zuid Limburg 28 maart 2016

    Herman en Dimitri, bedankt voor jullie analyses! Het was iedere ronde opnieuw weer iets om naar uit te kijken.

  3. Avatar
    Aard 28 maart 2016

    Het zou mooi zijn wanneer de oude regel weer wordt ingevoerd dat bij een gelijke eindstand de wereldkampioen zijn titel behoudt. Zodat de a.s. match niet ontsierd wordt door rapidpartijen of vluggertjes aan het eind.

  4. Avatar
    wimw 29 maart 2016

    Het zou goed zijn als Giri meer risico’s durfde te nemen, zoals Michael Tal dat in zijn jonge jaren deed. Hij won het kandidatentoernooi van Bled, kort voor zijn 23e verjaardag, ondanks drie nederlagen tegen Keres en één tegen Smyslov. Verliezen is niet zo erg, als je maar meer partijen wint. In 2013 won Carlsen het kandidatentoernooi ondanks twee nederlagen.

    Slechts vier schakers wisten eerder een kandidatentoernooi ongeslagen te beëindigen. Boleslavski in 1950 medewinnaar met Bronstein, Petrosian winnaar in 1962 en Anand winnaar in 2014. Ik ga er van uit dat het met Giri er bij de volgende keer veel spannender voor Nederland wordt en dat de analyses op schaaksite hetzelfde hoge niveau zullen halen. Daarvoor nogmaals veel dank.

  5. Avatar
    wimw 29 maart 2016

    Correctie: Er waren eerder drie schakers die in een kandidatentoernooi ongeslagen bleven. Giri was de vierde.

  6. Avatar
    HermanGrooten 29 maart 2016

    Ook namens collega Dimitri Reinderman van harte bedankt voor alle lof! We hebben het graag gedaan.

  7. Avatar
    Hendrikom 29 maart 2016

    Met 3. kan ik het maar moeilijk eens zijn. Rapid vind ik geen ontsiering en het feit dat de wk zijn titel behoudt bij een gelijke stelling vind ik ook een onterecht zware beloning.

    Met 2. ben ik het wel eens!

  8. Avatar
    HermanGrooten 30 maart 2016

    Of Giri zou een van de wijsheden van Cruijff moeten meenemen in zijn spel. Die had het eens over ‘gecontroleerd aanvallen’. Balbezit houden, niet teveel mensen voor de bal en wachten totdat het gaatje komt. Als verwoed zaalvoetballer denk ik dat dit ook op het schaakspel van toepassing zou kunnen zijn.

  9. Avatar
    pieterpriems 30 maart 2016

    :-). Misschien kan ie dat oefenen tegen Karjakin, die kan wel een sparringspartner gebruiken die zo speelt. Want Carlsen doet dat ook vaak.

  10. Avatar
    Hendrikom 30 maart 2016

    Interessant, Herman, ik heb juist het idee dat Anish gecontroleerd aanvalt! Op balbezit speelt!

    Een verwoed zaalvoetballer in ruste :)

  11. Avatar
    HermanGrooten 30 maart 2016

    Dat klopt, maar dat moet wel met meer elan in de toekomst, zou ik zeggen. Om in voetbaltermen te blijven: er moet meer op doel geschoten worden!

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.