Schaakrubrieken weekend 25 maart 2017

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Prominente vreemdelingen

Na de verkiezingen las ik dat het kwartetten en het stratego konden beginnen. In de Volkskrant las ik in één artikel dat het grote pokerspel was begonnen en dat de kabinetsformatie roulette, patience en bridge tegelijk was. Ligt schaken er uit? Het is ook nooit goed bij mij. Toen het ging over het politieke schaakspel vond ik dat onnozel. Nu het over andere spellen gaat voel ik me verwaarloosd. Wacht maar tot er een patstelling dreigt te ontstaan, dan kijken ze weer naar ons. Zouden de parlementaire verslaggevers met elkaar afspreken welke spellen er in hun metaforen optreden? Ik schrijf het omdat schaakjournalisten van zulke afspraken zijn verdacht. Als ze in hun schaakrubriek dezelfde partij publiceren, dan moet dat wel afgesproken zijn om de werkdruk te verminderen. Een van hen analyseert de partij, geeft zijn bevindingen door aan zijn collega’s en een volgende keer doet een ander het. Dat was althans de verdenking. Er was zelfs een lezer die dacht de smoking gun te hebben gevonden, het onweerlegbare bewijs van een samenzwering, toen Gert Ligterink in de Volkskrant en ik in deze rubriek op dezelfde dag dezelfde partij uit de Duitse Bundesliga publiceerden. Dat kon geen toeval zijn. Het heeft dus even geduurd voor ik weer durf te schrijven over de Bundesliga, de sterkste clubcompetitie ter wereld. De sterkste club daar is OSG Baden-Baden. Stad waar in 1870 een internationaal toernooi werd georganiseerd door een comité ge – leid door Prins Mihail Sturdza van Moldavië, Baron Ignaz von Kolisch uit Wenen en de grote Russische schrijver Ivan Toergenjev. Ook nu heeft de club prominente buitenlanders als Anand, Caruana, Vachier-Lagrave en Aronian. Als het een land was, zou het de Olympiade winnen. Toch werd vorig seizoen een andere club kampioen, Solingen; vergeleken met Baden-Baden een middenstandersclub met hardwerkende Nederlanders als Anish Giri, Erwin l’Ami en Jan Smeets. Een andere steunpilaar is de Hongaar Richard Rapport, die dit seizoen een keer verstek liet gaan omdat hij in de Chinese competitie moest spelen. Het blijft een internationaal spel.

Jan Smeets-Robert Baskin, Bundesliga 2017

1. e4 e6 2. d4 d5 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 dxe4 5. Pxe4 Le7 6. Lxf6 gxf6 7. Pc3 b6 8. Df3 c6 9. 0-0-0 Lb7 10. Dh5 Dd6 Na meteen 10…Pd7 is 11. Lc4 met de dreiging 12. Lxe6 lastig voor zwart. De contouren van het thema van de partij, het inslaan op e6, dienen zich al aan. 11. Pf3 Pd7 12. g3 h6 Het was beter om met 12…f5 gevolgd door 13…Pf6 de lange rochade voor te bereiden.
13. Lc4 Kf8 14. The1 f5 15. Pe2 Pf6 16. Dh3 b5 17. Lb3 c5 Zwart stond al ongemakkelijk, maar na dit openen van het centrum wordt wits aanval tegen de zwarte koning onweerstaanbaar.
18. dxc5 Dxc5 19. Pfd4 Pd5 Met 19…Lc8 kon zwart het wat langer uithouden.

20. Pxe6+ Het offer dat al lang in de lucht hing.
20…fxe6 21. Pd4 Pc7 22. Txe6 De beste manier om op e6 te slaan; de andere twee konden ook. 22…Td8 23. Dh5 Td5 24. Lxd5 Dxd5 Ook na 24…Lxd5 25. Dxf5+ Ke8 26. Te5 wint wit. 25. Txe7 Zwart gaf op. Na 25…Kxe7 komt 26. Pxf5+.

Gert Ligterink

De Pro Chess League is een nieuw evenement met een grote toekomst. Het is een internettoernooi, waaraan 48 teams uit alle delen van de wereld meedoen. Elk team bestaat uit vier spelers die in een ronde vier rapidpartijen spelen tegen de teamleden van de tegenstander. Na zeven ronden wordt afscheid genomen van de laagvliegers, waarna de hoogst geëindigde teams in knock-outmatches om de eindzege strijden.
Je zou misschien verwachten dat de topgrootmeesters vriendelijk bedanken voor zo’n competitie, maar niets is minder waar. Vijf spelers uit de topzeven van de wereldranglijst zijn bereid gevonden mee te doen. De sterkste twee, Magnus Carlsen en Wesley So, aanvoerders van teams uit Noorwegen en St. Louis, laten zien dat zij ook in dit bijzondere toernooiformaat uitblinken. Carlsen behaalde uit zijn eerste 24 partijen 20,5 punt. Niet slecht, maar aan So kan hij niet tippen. De winnaar van het Tata toernooi scoorde 26 uit 28.
Omdat vier partijen de nodige tijd vergen, geldt een straf speeltempo. Voor een partij krijgen de spelers vijftien minuten plus twee seconden per zet. Met zo weinig bedenktijd kan het gebeuren dat de gelegenheid om te schitteren onbenut blijft. In een partij tussen twee Canadezen miste de witspeler een gouden kans.

Charbonneau – Oussedik na de 51ste zet van zwart. Charbonneau zal op zijn neus hebben gekeken toen hem na de partij werd verteld dat wit met de formidabele zet 52. Pg6+! mat had kunnen forceren. De langste variant vergt vier zetten: 52 … fxg6 53. f7+ Te5 54, Dxe5+ Tg7 55. f8D+ Dg8 56. Dexg7 mat.
In plaats daarvan speelde wit 52. Te2 Db3+ 53. Te3 Da2 54. Pxg8 (54. Pg6+!) 54 … Txg8, waarna de partij ten slotte in remise eindigde.

Opvallend was de uitstekende prestatie van de Krakens uit Buenos Aires, die zonder hulp van topspelers doordrongen tot de kwartfinale. Daarin gingen ze tot veler verdriet ten onder tegen een door Caruana aangevoerd sterrenteam uit Montreal. In de achtste finale kreeg een van de Argentijnse spelers de gelegenheid tot een fraaie slotzet tegen Nakamura, de kopman van Miami.

Mareco – Nakamura
1. Pf3 d5 2. c4 d4 3. b4 c5 4. e3 dxe3 5. fxe3 cxb4 6. d4 Pf6 7. Ld3 g6 8. a3 bxa3 9. 0-0 Lg7 10. Lxa3 0-0 11. Pc3 Pc6 12. h3 b6 13. De2 Lb7 14. Tac1 Tc8 15. Tfd1 Pa5 16. Lb4 Pc6 17. La3 Lh6 18. Tc2 Te8 19. c5 e5 20. d5 Na een verantwoord pionoffer in de opening heeft wit wat bedeesd gespeeld. Zwart had daarvan kunnen profiteren met 20 … Pd4! 21. exd4 exd4.
30 … Pxd5 21. Pxd5 Dxd5 22. Lxg6 Db3? Ook nu is 22 … Pd4! (23. exd4 exd4 24. Lxf7+ Dxf7) sterk. 23. Td3 Da4 24. Lxf7+ Kxf7 25. Pg5+ Kg8 26. Dh5 Te7 27. Tf2 Lxg5 28. Dxg5+ Tg7 29. Df5 Pe7? Met 29 … Kh8 kan zwart zich succesvol verdedigen.

30. Dxc8+! Zwart geeft op.

De halve finales en de finale van de Pro Chess League (met onder anderen Carlsen, So en Caruana) volgen dit weekend.

Hans Böhm

Goede doelen

Je kunt nou eenmaal niet op ieder verzoek ingaan om mee te werken aan een goed doel want dan word je op den duur zelf een goed doel. Ik hanteer drie goede doelen per jaar en dan is de eer aan een andere min of meer bekende persoon. Maar er zijn altijd uitzonderingen. “Zou je bij mij thuis willen schaken tijdens nocturnes van Chopin op de piano ter promotie van huisconcerten?”, vroeg Kees Buskes onlangs. Kees stamt uit 1954 en is gelauwerd dwarsfluitspeler. Hij had les van de ook voor niet-ingewijden bekende Jean-Pierre Rampal en trad gedurende dertig jaar op in talrijke concertzalen in heel Europa, Engeland en Amerika.
Samen met zijn levenspartner Dini organiseerde hij de jaarlijkse fluitvierdaagse met honderden fluitisten vanuit de hele wereld die concerten gaven en workshops, “we waanden ons in de fluithemel”. In 1982 studeerde hij af als ingenieur elektrotechniek aan de TH Eindhoven en startte een it-bedrijf dat 20 jaar lang ten dienste stond aan een grote klantenkring. Natuurlijk werd er tussendoor geschaakt, zijn grootste prestaties zijn jeugdkampioen van Venlo en remise in een simultaan partij tegen de Deense grootmeester Bent Larsen.

Alles kreeg een andere wending toen Dini, “mijn muze”, in 2008 te jong overleed. In 2010 maakt hij per testament op dat hun huis op Balijelaan 95 te Utrecht na zijn overlijden wordt geschonken aan de gemeenschap. Het moet een kunsthuis blijven, te midden van de wijk, waar gemusiceerd wordt en tegen een kleine vergoeding kamers te huur zijn. “Orkesten en toneelgroepen dunnen uit, de helft van de muziekscholen is de laatste zeven jaar verdwenen”, constateert Kees: “kamermuziek moet terug naar minder grote podia, naar gewone huizen”.

En dus zaten pianiste Lineke Lever en ik tussen een twintigtal buurtbewoners met kinderen te wachten op een openingstoespraakje toen plotseling burgemeester Jan van Zanen binnenstapte, compleet met ambtsketen. Hij sprak over wit en zwart, de toetsen en de stukken, over schaken op muziek, over chemie tussen publiek en artiest, zo dicht op elkaar. Klaarblijkelijk inspireert zo’n ludiek burgerinitiatief. Een klein maar hartelijk applaus ontving deze burgervader en in zijn kielzog Kees. De avond kreeg een complete afronding toen Lineke na afloop vertelde dat zij op de basisschool in Ede tegen mij simultaan had geschaakt.

A. Karpov – M. Taimanov

Mark Taimanov was zowel topgrootmeester als succesvol concertpianist, hij overleed vorig jaar op 90-jarige leeftijd. Hij trouwde vier keer. Deze partij werd gespeeld in 1977 in de periode dat Anatoli Karpov met ijzeren hand zijn wereldtitel verdedigde (1975-1985) en bijna alles won.
1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 a6 5.c4
Natuurlijk speelt Karpov de Maroczy-opstelling tegen het Siciliaans als hij de kans krijgt: dat belooft een positionele partij. Taimonov reageert in deze ouverture glashelder: je wilt d5,je krijgt d5.
5…e5 6.Pb3 Pf6 7.Pc3 Lb4 8.f3 0-0 9.Le3 d6 10.Tc1 b6 11.Ld3 Lc5 12.Dd2 Le6 13.Pxc5 bxc5 14.0-0 Pd4 15.Pd5 Pd7
Na een interessante opening kunnen beide spelers op beide vleugels de aanval inzetten. En dat doen ze ook: we krijgen quatre-mains!
16.f4 Tb8 17.f5 Lxd5 18.cxd5 Db6 19.Tf2 f6
Nog steeds kan wit kiezen voor een aanval op de koningsvleugel(g4-h4-g5) maar Karpov dirigeert zijn spel naar de damevleugel.
20.Tc4 a5 21.Ta4 Ta8 22.De1 Ta7 23.b3 Tfa8 24.Tb2 Dc7 25.Ld2

Wit heeft alles onder controle. Die harmonie van andante (langzaam en rustig voortgaand), wordt plotseling doorbroken met vier dissonanten:
25…Pb6!? 26.Txa5 c4!? 27.Lf1 Txa5!? 28.Lxa5 Dc5!?
Na dit allegro (snel, levendig en vrolijk) dreigt een climax op g1.
29.Lxb6 Dxb6 30.Kh1 cxb3 31.axb3 g6 32.fxg6 hxg6 33.b4 Kg7 34.b5 f5 35.exf5 Pxf5 36.Tb3 Dd4
De verleiding is te groot, het einde nadert en het zal crescendo gaan
37.b6? Ta1! 38.Tb1 Pg3+!!
Wat een slotakkoord! Wit geeft volkomen van de wijs gebracht op. Hij had dit einde totaal niet verwacht anders had hij wel 37.Tb1 gedaan. Een mooi kunststuk.
Er bestaan voorzichtige plannen om in de zomer op het Dom-plein een simultaan te houden tijdens de indringende klanken van het carillon van De Dom bespeeld door beiaardier Margosia Fiebig. Die kan voor verrassingen zorgen want na het overlijden van David Bowie beierde ze een vertolking van Space Oddity, het enige nummer dat als videoclip in de ruimte is opgenomen in het Internationale Ruimte Station ISS. De sterke combinatie schaken en muziek krijgt hoe en waar dan ook een vervolg.

Bab Wilders

Niet minder dan tien foto’s van wereldkampioenen sieren de voorkant van het boek, zij het in rare volgorde: van Aljechin via bijvoorbeeld Tal en Fischer tot Kasparov. De auteur van het boek had er graag tussen gestaan: Jan Timman. Hij schreef Timman’s Titans, My World Chess Champions, van New in Chess (€ 26,95). Timman was jarenlang The Best of the West, een term met enige Koude Oorloglading. Hij kwam ver op het smalle pad naar de wereldtitel. Het waren tijden waarin flink werd meegeleefd door mensen die nog geen paard van een loper konden onderscheiden (om Donner te citeren maar die zei dat van medegrootmeester Prins).
Eenmaal bereikte Jan Timman de finale. Uiteindelijk moest hij toch zijn meerdere erkennen in sluwe vos Karpov, die met een topteam van USSR-grootmeesters de zwaktes van Timman had uitgeplozen, zoals het te optimistisch inschatten van de stelling. Aljechin is de enige wereldkampioen die Timman nooit heeft gekend (wie is nu het onderwerp in deze zin?), en hij schrijft over hem een mooi verhaal, een thriller haast, vooral over diens levenseinde. Verder heeft Timman hen allemaal ontmoet en deels ook bestreden, met wisselend resultaat. Behalve schitterend schaak afleveren, heeft Timman een enorme reputatie opgebouwd als schrijver van artikelen en boeken. Dit boek is zeker niet zijn minste. Door zijn persoonlijke band met het onderwerp kan hij tot in detail niet alleen de mensen maar ook het tijdperk rond de eeuwwisseling beschrijven aan de hand van vele anekdotes. Deze zullen voor vele lezers nieuwe inzichten brengen. Partijen en partijfragmenten, ook van Timman zelf, met grondige analyses maken het boek tot een klassieker. Het ligt voor de hand dat de auteur in veel van die partijen het onderspit delft. We laten toch een winstpartij zien, en wel omdat het herinneringen bij mij oproept aan de KRO-matches en de lekkere hapjes na afloop. Ook Timman vindt het ‘a very good attacking game’, met wit tegen Spassky, 1983 in Hilversum. 1.c4 b6 2.d4 Lb7 3.d5 e6 4.a3 g6 5.e4 Lg7 6.Pf3 Pa6 7.Pc3 Pc5 8.Dc2 exd 9.cxd Pf6 10.Lc4 wit is beter uit de opening gekomen 0-0 11.0-0 c6 12. d6 direct initiatief en ruimtevoordeel Pe6 13.e5 Pd5 14.Pe4 a5 15.Te1 Te8 16.h4 b5 17.La2 c5 18.Lg5 Db6 19.Tad1 c4 Terwijl zwart zich sterk maakt op de damevleugel bouwt wit aan de andere kant een aanval op 20.Dc1 Pc5 zwak want het paard op e6 was een goede verdediger 21.Pxc5 Dxc5 22.h5 Te6 23.Lh6 Lh8 24.Lb1 Tae8 25.Lf5 gxf 26.Dg5† Tg6 27.hxg6 te snel gespeeld,beter was 27.e6 Txg5 28.exf7† Kxf7 29.Pxg5† Kf6 30.Pxh7† Kf7 31.Pg5† Kf6 32.Txe8. Nu de partij verder: 27..hxg 28.e6 Dxd6 29.exf7† Kxf7 30.Dh4 nu kan het paard naar g5 30..Lf6 31.Pg5† Lxg5 32.Lxg5 Txe1† 33.Txe1 Df8 de rest is techniek: 34.Dd4 Kg8 35.Te5 Df7 36.Da7 Lc6 37.Dxa5 Kh7 38.Dd8 f4 39.Te8 Dg7 40.Tf8 c3 41.bxc 1-0 tussen grootmeesters is het wel bekeken, amateurs spelen nog even door.

Probleem 2623 is een grappige tweezet van Higgie.

Johan Hut

Beloofde land gaat open voor iedereen

In de bondsraad van juni zal een plan worden besproken om de KNSB-competitie te splitsen van de regionale competities. De KNSB-competitie kan in het plan zo groot worden als men maar wil. Ieder team dat wil deelnemen, mag dat. Regionale competities komen er los van te staan. Promotie en degradatie tussen landelijk en regionaal verdwijnt. Spelers zullen zowel landelijk als regionaal mogen spelen, wat nu in veel regionale bonden verboden is.
Het komende nummer van het bondsblad Schaakmagazine zal voor een groot deel worden gewijd aan de competitie. Daarin ook een geschiedenisverhaal van mijn kant, waarover ik hier dus nog niet veel vertel. Wel kort iets over de ontstaansgeschiedenis, in 1920. De eerste nationale competitie werd gespeeld tussen VAS en ASC uit Amsterdam, NRSV uit Rotterdam, DD uit Den Haag en Utrecht. De vijf clubs waren goed vertegenwoordigd in het bondsbestuur en besloten (!) dat het niet nodig was dat clubs uit ‘de provincie’ hun krachten met hen zouden meten. Pas in 1930 werd voor het eerst promotie uit de regio’s toegestaan, wat BSG (Bussum) als eerste nieuwe hoofdklasser opleverde. De vijf hadden in het bondsbestuur voor elkaar gekregen dat bij iedere promotie, van geval tot geval, zou worden besloten of die gepaard zou gaan met degradatie van de nummer laatst. Het eerste potentiële slachtoffer was Utrecht, maar de vijf (onder wie Utrecht) streken de hand over het hart: Utrecht mocht blijven en de nationale competitie groeide tot zes ploegen. De weg naar promotie werd in het bondsblad omschreven als ‘de lange weg naar het beloofde land’. Anno 2017 bestaat het beloofde land uit 150 ploegen en daar mogen er volgens het plan naar hartenlust vele bijkomen.
In de wedstrijd van Het Witte Paard (Sas van Gent) tegen En Passant (Bunschoten-Spakenburg) werd twee weken geleden dit leuke partijtje gespeeld.

Piceu-Peng
1.d4 e6 2.Pf3 Pf6 3.e3 b6 4.Ld3 c5 5.0-0 Lb7 6.Pbd2 Pc6 7.c3 Le7 8.Te1 Dc7 9.a3 d5
Wit heeft een soort onneembare vesting ingenomen, maar dat is natuurlijk niet de bedoeling van een witspeler. Daarom breekt hij de stelling nu open. Een vreemde strategie, want zwarts stukken staan veel beter.
10.dxc5 bxc5 11.e4 0-0 12.De2 Tae8 13.b4 h6 14.bxc5 Lxc5 15.Pb3 dxe4 16.Pxc5 exd3 17.Dxd3 Td8 18.De2 La8

Ja, die loper moet op het bord blijven. Wat is er nu aan de hand? Niet zoveel. Wit heeft niets. Hij kan met Tb1 de b-lijn innemen, maar daar heeft hij niets aan. Zwart heeft ook nog niets, maar haar stukken staan wel zo goed, dat als wit een fout maakt, zwart meteen toeslaat. Opmerkelijk genoeg gebeurt dat direct.
19.c4?
Waarom deze zet? Waarschijnlijk om de loper op b2 ruimte te geven. Richard Vedder noemt de zet in zijn verslag op Schaaksite een blunder. Dat is sterk uitgedrukt, want bij een blunder moet iedereen direct de afstraffing kunnen zien. Maar zwart duikt nu wel direct in het gaat waar zij een zet eerder nog niet in kon duiken.
19…Pd4 20.Pxd4 Txd4 21.Pd3 Pg4 22.g3
Dat laat een snel einde toe, maar na 22.f4 Dxc4 staat zwart een gezonde pion voor en staat de witte koning nog steeds op de tocht.
22…Pxh2 Mogelijk vanwege 23.Kxh2 Th4+ 24.Kg1 Th1 mat. 23.Lf4 Dc6 Vreselijk. Als wit er nu vanaf komt met een kwaliteit en drie pionnen achterstand, komt hij nog goed weg. Hij gaf het dus maar op.

Rini Kuijf

Voor beginners A7281

Welke sterke zet doet zwart?

Voor gevorderden B7281

Wat moet wit doen?


Henk Prins

Meerzetten

Schaakproblemen heb je in soorten en maten. In deze rubriek komen regelmatig twee- en driezetten aan bod. Voor de jaarlijkse puzzelbijlage in december – maar ook regelmatig tussen door – worden mooie mat-in-twee- en mat-in-drieproblemen aangeboden aan de liefhebbers. De bespreking van deze problemen accentueert de rijke inhoud en geeft uitleg aan de thema’s.
Soms komt de eindspelstudie ook aan de beurt. Ook in die categorie is er veel moois gemaakt. Op de probleemliniaal tussen de twee- en driezetters en de eindspelstudies zit de meerzet. Met een meerzet wordt een probleem bedoeld waarbij de zwarte koning in vier of meer zetten mat gezet moet worden. Het is gebruikelijk dat het aantal zetten mat aangegeven wordt. In deze rubriek twee prachtige meerzetten. Eerst een zeszet en daarna een negenzet.

Zeszet

In de zeszet van M. Marandjuk slaagt het plan 1. Lc4+, Kxe4 2. d3+ nog niet, omdat de zwarte vorst weg kan komen via f5. Oplossing is 1. Tc4!, dreigt direct 2. Tc5 mat, dus moet zwart 1. …Ta5 spelen. Wit vervolgt met 2. Tc6, dreigt 3. Td6 mat, dus 2. …Le5 3. Te6 Lc7 4. Te4 Pf5 Nu moet inderdaad zwart besluiten om vluchtveld f5 te blokkeren en dus kan wit grijpen naar zijn eerste plan: 5. Lc4+ Kxe4 6. d3 mat. De witte toren maakt een schitterend rondje. Waarom kan het rondje niet andersom? 1. Te6? wordt weerlegt door 1. …Pf5! 2. Tc6 Tc2!

Negenzet

In de negenzet van H.P. Rehm is een plan te zien van 1. Dd3, 2. Dd4+ Kb5 3. Db4 mat, als de loper van f2 niet d4 meer dekt. De sleutelzet is 1. Pd8!, dreigt 2. Pe6 mat, dus 1. …Kd4 2. Pe6+ Ke5. Nu zet wit voort met 3. Df3!, met dreiging 4. Df4+, 5. Pxc7+ en 6. Db4+ of 4. g4, 5. Df4+, 6. Dd4 mat. Daarom speelt zwart 3. …Lb6! Nu spelen wit en zwart weer terug: 4. Pd8 Kd4 5. Pc6+ Kc4 6. Db3+ Kc5. En nu de loper van f2 dus achter de vorst staat en veld d4 niet meer dekt, kan nu wel 7. Dd3!. Het oorspronkelijke plan 8. Dd4+ Kb5 9. Db4 mat dreigt nu. Zwart heeft nog 7. …a5 8. a4 Pc3 en 9. Dd4 mat.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.