Recensie: Boek van Jeroen Bosch over openingsvoorbereiding is tuin der lusten

De nieuwe van IM Jeroen Bosch, How to Out-Prepare Your Opponent (2022), zal het op de schaakboekenmarkt goed doen. Schakers zijn al eindeloos gefascineerd door de strijd om het openingsvoordeel, maar de omslag is ook een feest voor de ogen (zie onderaan). Voor de boekenworm is het dan weer fijn dat er achterin een uitgebreide index met spelersnamen en openingen is opgenomen, met een uitgebreide literatuurlijst. En had ik al gezegd dat niemand minder dan Anish Giri het voorwoord schreef?

Lees meer >

Kandidaten R9: Nepo houdt het droog in uitslagenregen

We zijn over de helft en inmiddels heeft Jan Nepomnjasjtsjii (spelling: Nederlandse Wikipedia) een punt voorsprong op de rest van het veld. De strijd om de uitdagerstitel zou vandaag hoe dan ook een noodlottige wending krijgen. Koploper Nepomnjasjtsjii moest het opnemen tegen achtervolger Fabiano Caruana, die gisteren na een lange uitputtingsslag van landgenoot Hikaru Nakamura verloor. Ondanks de mentale optater mocht Caruana wel met wit. Zoals gezegd stond er veel op het spel: zou ‘Nepo’ niet verliezen,

Lees meer >

Recensie: Het geheime ingrediënt

Als analytici zijn wij schakers ertoe geneigd onze winstkansen zuiver af te meten aan de mogelijkheden die zich op het bord presenteren – met uitzondering van die eeuwige obsessie met ratingpunten, dan. Maar als we verliezen komen allerhande factoren bovendrijven die achteraf van invloed bleken te zijn: slecht geslapen, drukke week gehad, lang niet gespeeld, maar ook: tijdnood, angst voor deze of gene variant of ‘ik wilde eens iets leuks proberen’. We kunnen die factoren natuurlijk afdoen als excuusjes, maar we kunnen ze ook zien als een resultaat van de enorme inspanning die een schaakpartij van ons vergt. Die (in)spanning zorgt ervoor dat we onszelf soms al op voorhand ondermijnen: ‘het is oké om van een sterkere speler te verliezen’, ‘tegen hem kan ik niet voorbereiden; hij speelt alles’, enzovoorts. Hoezeer we ook willen geloven dat het uiteindelijk alleen om goede zetten draait, dergelijke houdingen beletten het ons werkelijk objectief te blijven. Sterker nog, die objectiviteit is net zo’n grote illusie als al dat psychologische geneuzel dat achteraf aan de partijevaluatie toegevoegd kan worden. In de voorbereiding, in het selecteren van kandidaatzetten en bij het aanbieden, aannemen of afwijzen van een remiseaanbod spelen karakter en gemoedstoestand duidelijk een rol.

Maar wat moeten we met dat gegeven? In The Secret Ingredient to Winning at Chess legt de Slovaakse grootmeester Ján Markoš het uit. Hij begint met een paradox: doorgaans heeft de doorsnee amateur betrekkelijk veel schaakkennis; die weet wat van diens favoriete openingen, weet ook dat ‘ie niet zomaar diens pionnen moet laten isoleren en heeft thuis boekenkasten vol schaakhistorie staan. Hoe zijn die gegevens met elkaar te rijmen? Samengevat: de amateur weet zich geen raad met al die middelen. Die weet diens voorbereiding en diens houding achter het bord niet af te stemmen op de praktijk, zodanig dat diegene altijd goed partij kan geven, onafhankelijk van het aantal boeken over de Siciliaanse Najdorf die hij of zij bestudeerd heeft. Natuurlijk, op de hoogte zijn van structuren, openingsvarianten en typische eindspelen is van groot belang. Maar hier gaat het nu juist om de vraag waarom je, ondanks al die voorhanden kennis, nog stééds niet in staat bent te winnen als je weer achter de stukken zit. In het antwoord op die vraag schuilt het geheime ingrediënt dat goede schakers zo goed maakt.

Lees meer >

De nieuwe standaard voor Philidor-spelers

Recensie van The Modernized Philidor Defense(2021), geschreven door Sergio Trigo Urquijo

Rondkijkend in de publicatielijsten van de verschillende uitgeverijen van schaakboeken trof ik The Modernized Philidor Defense. Ik was op zoek naar afwisseling en de Philidor-verdediging was een voor de hand liggende keuze voor een Pirc-speler als ikzelf. Na de zetten 1.e4 d6 2.d4 Pf6 3.Pc3 zou ik dan plots kunnen kiezen tussen 3…g6 of 3…e5.

Lees meer >

Boekrecensie: Scoren met de Scandi van Thomas Willemze

“Leer nu een onvermijdbaar en makkelijk te onderhouden antwoord op 1.e4 en verbeter gelijk je schaaktechniek!”

Wie niet is afgeschrikt door de reclameslogan op het titelblad van The Scandinavian for Club Players, heeft geluk: onder de kaft zit een ware goudmijn. Internationaal Meester Thomas Willemze is erin geslaagd een onovertroffen studiehandleiding te schrijven voor de desbetreffende schaakopening: het Scandinavisch. Als een heuse master chef haalt hij alle technieken uit de kast. Zo krijgen we in elk hoofdstuk de winstmiddelen voor zwart én wit voorgeschoteld, evenals flashcards[1] en een overzichtelijke theoretische sectie. Aan het einde van elk deel, dat steeds meerdere hoofdstukken beslaat, zetten we de tanden in een set testopgaven over cruciale wendingen in de besproken varianten. Als dessert krijgen we nog een zetboom voorgezet die ons naar de relevante hoofdstukken terugverwijst. Het is nu alleen nog wachten op de Chessable-cursus zodat we de vermaarde spaced repetition-techniek aan het rijtje kunnen toevoegen. Wat met een exotisch aperitiefje begint (1.e4 d5!?), eindigt al met al in een rijk diner. Was er een schaak-‘Schijf van Vijf’ geweest, dan hadden we met Willemze makkelijk aan onze vitamines en mineralen gekomen. Zie de teaser voor een voorproefje van het eindresultaat.

Lees meer >

De zijdelingse invasie op Sicilië

Boekrecensie van Ravi Haria’s The Modernized Anti-Sicilians. Vol. 1: Rossolimo Variation

Geschiedenisstudent Ravi Haria (geb. 1999) getuigt in The Modernized Anti-Sicilians van zijn jongvolwassenheid en deelt een steekhoudend repertoire met het publiek. Daarbij ontwijkt de Britse meester handig de valkuilen die elk openingsboek voor diens schrijver opwerpt: compleetheidswaan en schrijven zonder publiek.

 

Zelfs de grootste namen in het schaken hebben zich aan de antisicilianen gewaagd. Daarbij is de loperzet 3.Lb5 zowel tegen de Klassieke als de Najdorf-variant van het Siciliaans een veelgeziene methode om zwart in zijn droom van een dynamische partij te hinderen. Als bij een agressietraining probeert de witspeler, tot frustratie van de tegenpartij, elke agressieve neiging in de kiem te smoren. Met therapeutische tact legt de witpartij middels flexibel manoeuvrerende stukken elke woedeaanval van haar patiënt lam: uitbarsting leidt tot vernedering, tamheid tot bedaren van de strijdvaardige wil. Kortom, wit heeft op de aanvallende zwartspeler psychologisch overwicht. Waar het steeds om te doen is, zegt Haria, is het ‘eindeloos stellen van praktische problemen’.

 

Wie dacht dat je met het mijden van het Open Siciliaans voorbereidingstijd zou besparen, komt van een koude kermis thuis. De loper uitspelen en met de armen over elkaar onderuitzakken, denkende dat de tegenpartij zich nu wel beduusd zal voelen, is niet aan te raden. Om de zwartpartij te temmen, hen steeds een stap voor te zijn, moet men zich de meest subtiele voortzettingen eigen maken. De circusartiest die haar tijger voor een moment van diens natuurlijke dominantie laat ruiken, wordt verscheurd en verslonden. Men behoede zich dan ook te vervallen in de ‘logica van de eenvoud’. De flexibiliteit, verkregen door van de gebaande paden af te wijken, zal niet afdoende zijn om zonder voorbereiding een leuke partij te spelen.

Volgens Ravi Haria duikelt men hier nietsvermoedend in de ‘luiheidsval’. We leven in een tijd waarin supercomputers een zekere weg naar voordeel voorkauwen, waarbij databases het bestaan van deze of gene variant uitwijzen en het gemakkelijk maken om goed voorbereid aan de toernooitafel te verschijnen. Het zal met onze tegenstanders, de Siciliaan-exponenten, niet anders zijn.

Lees meer >

De leegte van volledigheid. Een recensie van ‘The Réti’ (2020)

Vaak moet je iets anders leren zien voordat je het waarderen kunt. Zo is het met exotische maaltijden, moderne kunst en The Réti (2020) van Sam Collins. Een recensie door Daniël Zevenhuizen.

Genoeg is genoeg. Die gedachte bekroop me toen ik voor het eerst begon te bladeren in The Réti van de IM uit Ierland, Sam Collins.

Lees meer >

Van ruilen komt huilen? Afwikkelen voor professionals met Joel Benjamin

Boekrecensie van Liquidation on the Chess Board (NIC, 2019) door Daniël Zevenhuizen

 

‘To trade or not to trade’ – that is the question …

‒Benjamin 2019, 11.

 

Mijn eerste ervaring met Joel Benjamin, Amerikaanse grootmeester, was tijdens het bestuderen van het boekje in de Dangerous Weapons-serie over de Pirc en Moderne Openingen,

Lees meer >

Boekrecensie: Schaakles en kampvuurverhalen van Viktor Moskalenko

Schaakles en kampvuurverhalen van ‘Moska’

Recensie van Viktor Moskalenko’s Training with Moska (2017) door Daniël Zevenhuizen

Toen ik recent op zoek ging naar trainingsmateriaal, viel mijn oog onmiddellijk op Training with Moska. Bewust of onbewust keer ik steeds terug naar het schrijven van Viktor Moskalenko, wiens The Perfect Pirc-Modern ook het onderwerp was van mijn eerste recensie in deze rubriek. Hoewel ik over het boek zeer te spreken was, had ik er ook het nodige op aan te merken. Desondanks kan ik me niet herinneren dat ik de heer Moskalenko ooit eerder in de toernooihal ben tegengekomen. Heeft een collega – of een huurling, misschien? – dan toch een verleidende substantie in mijn koffie gedaan, zodat ik me, ondanks de terughoudendheid, toch tot het werk van de befaamde schaaktrainer aangetrokken voel? Wie zal het zeggen. Maar hier zit ik dan, met Training with Moska voor me uitgespreid. Heb ik onterecht aan de verlokkingen toegegeven?

Lees meer >

Boekrecensie: Kijkje in de moderne keuken van Daniel Hausrath

Kijkje in de moderne keuken

Recensie van Daniel Hausraths Double Fianchetto (2020) door Daniël Zevenhuizen

De Duitse grootmeester Daniel Hausrath, niet onbekend in de Nederlandse en internationale schaakwereld, schreef recent zijn eerste boek: Double Fianchetto (verschenen 2020). Dat mag natuurlijk niet onopgemerkt blijven. Vandaar deze recensie van een naamgenoot én medeliefhebber van alles wat zich op het schaakbord over de flank beweegt.

Lees meer >