Canon (45): Daniel Stellwagen

Leeftijdsrecords en jeugdtitels, daarin grossierde Daniel Stellwagen. Toen hij elf jaar was, voorspelden schaakjournalisten hem een grote toekomst. Dat hij acht jaar later ‘slechts’ gedeeld vijfde werd op het wereldjeugdkampioenschap, vonden sommigen een teleurstelling. De ultieme bekroning van een voortvarende jeugdcarrière kwam er niet.

Daniel Stellwagen werd geboren op 1 maart 1987 en begon te schaken bij de Soester Schaakclub. Hij kwam voor het eerst groot in het nieuws toen hij in oktober 1998 zevende werd in het VAM-toernooi in Hoogeveen. Met een overwinning op de Fin Yrjo Rantanen was hij de jongste Nederlander die ooit van een grootmeester won.

Lees meer >

Canon (44): Illustere voorzitters

Sinds de oprichting in 1873 heeft de (K)NSB 34 voorzitters gehad. Daar zaten sterke schakers tussen, zoals de Nederlandse kampioenen Dirk en Arnold van Foreest, Johannes Esser en zelfs Max Euwe (1943-45). De meeste voorzitters waren natuurlijk meer bestuurder dan schaker. Aan Alexander Rueb is een apart venster gewijd.

Drie andere voorzitters lichten we er hier uit.

In 1948 trad het voltallige KNSB-bestuur af op verzoek van de bondsraad. Er moest een nieuw bestuur komen en als voorzitter werd Henk van Steenis gekozen. Men zei namelijk tegen elkaar dat hij ‘wat kon’, maar het was niet duidelijk wat dat was, zo schreef hoofdredacteur Slavekoorde in het bondsblad na Van Steenis’ overlijden.

Lees meer >

Canon (43): Hogeschool Zeeland Toernooi

 

Zonnen op het strand, zwemmen in de zee en ’s avond schaken, er is geen Nederlands toernooi waar het woord zomertoernooi zo letterlijk wordt opgevat als bij het Hogeschool Zeeland Toernooi in Vlissingen. Intussen is het ook een toptoernooi geworden waar wereldtoppers graag aan deelnemen.

Begin jaren negentig had Vlissingen een weekendtoernooi, dat door Paul van Rooijen in het bondsblad (september 1997) werd omschreven als ‘niet zo ambitieus’. Ambitieuzer werden de Zeeuwen volgens hem toen Hans Groffen uit Utrecht naar zijn provincie terugkwam.

Lees meer >

Grootmeesters verlaten Meesterklasse

Robin Swinkels, Daniel Stellwagen, Robin van Kampen, Sipke Ernst, Jan Werle en Daan Brandenburg, dat zijn de Nederlandse grootmeesters die komend seizoen in de Meesterklasse spelen. Niet meer. Van de 28 Nederlandse grootmeesters zijn er zes opgegeven voor de hoogste klasse, vijftien voor lagere klassen en zeven spelen bij mijn weten niet in de competitie.

Steeds meer clubs in lagere klassen slagen erin een sponsor te vinden, terwijl clubs in de Meesterklasse daar steeds meer moeite mee hebben.

Lees meer >

Canon (42): Henri Weenink

Een Nederlandse topspeler, een vrolijke schaakjournalist en een internationaal geprezen problemist, dat was Henri Weenink alledrie. Weinigen hebben Caïssa op zo’n veelzijdige wijze gediend als hij.

Henri Weenink (geboren 17 oktober 1892) had zijn kandidaatsexamen in de wiskunde al gehaald, toen hij in 1914 werd opgeroepen voor militaire dienst.

Hij werd als officier in Zeeuws-Vlaanderen gelegerd. Omdat Nederland in de Eerste Wereldoorlog neutraal was, had Weenink daar veel tijd om te schaken, wat hij op zesjarige leeftijd al had geleerd. Het schaakspel won het van de wiskunde.

Lees meer >

Canon (41): Oudste schaakverenigingen

Tot ongeveer 1800 werd in Nederland vooral geschaakt door de adel en door legerofficieren. Mede daardoor was Den Haag het schaakcentrum van Nederland. Op 15 mei 1803 werd het Haagsche Schaakgenootschap opgericht, de eerste schaakvereniging van Nederland. Niet veel later werden er ook clubjes opgericht in Alkmaar, Goes en Vlissingen, maar het is niet duidelijk of daar sprake was van echte verenigingen.

Op 19 september 1822 werd het Amsterdamse Schaakgenootschap (ASG) opgericht. Dat speelde correspondentiepartijen tegen onder andere Vermaak door Oefening, de eerste schaakclub in Rotterdam, en Palamedes uit Den Haag.

Lees meer >

Canon (40): John van der Wiel

Nummer twee van Nederland, nummer vijftien van de wereld, winnaar van vele toernooien, recordhouder bij Nederlandse kampioenschappen en in clubcompetities: John van der Wiel is een van de allergrootsten in de Nederlandse schaakgeschiedenis en blijft gewoon doorgaan.

John van der Wiel werd geboren op 9 augustus 1959 en bracht zijn schaakjeugd door bij Philidor Leiden.

In 1978 werd hij jeugdkampioen van Nederland en in Groningen Europees jeugdkampioen. Die zege leverde hem direct de titel van internationaal meester op.

Lees meer >

Altijd een zwart paard op zak

Jos Timmer had altijd een zwart paard op zak. Want stel je voor dat hij onverwachts een schaakpartijtje zou spelen en er zou… Nee wacht, laat ik eerst vertellen wie Jos Timmer was.

De lezers van de Canon hebben het al kunnen lezen. In het venster over Hans Böhm wordt Timmer genoemd als KRO-programmamaker, die van 1978 tot 1992 samen met Böhm het radioprogramma Man en Paard maakte.

Lees meer >

Canon (39): Alexander Rueb

”De schaakwereld rouwt bij het heengaan van een zijner grootste zonen, dankbaar voor de vele offers die door hem voor de goede zaak zijn gebracht en voor de monumentale resultaten, die daardoor zijn bereikt.” Dat schreef Max Euwe bij het overlijden van Alexander Rueb. Euwe mocht in in memoriams graag overdrijven, maar deed dat hier niet.

Buiten de wedstrijdarena was Rueb een van de belangrijkste mensen in de Nederlandse schaakgeschiedenis.

Alexander Rueb werd geboren op 27 december 1882. Hij was van beroep advocaat en procureur bij de Hoge Raad en vervulde vele maatschappelijke functies.

Lees meer >

Canon (38): Mister Chess, Hans Böhm

De bekendste schaker van Nederland is Jan Timman, vanwege zijn prestaties. Juist in zijn tijd gaf Hans Böhm de schaaksport bekendheid door zijn actieve optreden in de media.

Hans Böhm werd geboren op 15 januari 1950. In 1968 werd hij jeugdkampioen van Nederland. Samen met Timman reisde hij door Europa, langs open toernooien.

Zijn eerste grote successen kwamen in 1974 met een tweede plaats in Las Palmas, een derde plaats in het World Open in New York en een toernooizege in Zweden. Nog mooier werd 1975. Op het Nederlands kampioenschap scoorde Böhm zeven overwinningen en vier remises, maar werd geen kampioen omdat Timman een remise minder speelde.

Lees meer >