Mooie zetten en Bloopers

Gespot 40: “Remise? Pas op, als ik … f5-f4 kan spelen, krijg je geen remise meer!“

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Een belangrijke uitgangsstelling in de Leningradervariant van het Hollands ontstaat na de volgende zetten (zie diagram): 1. d4 f5 2. g3 Pf6 3. Lg2 g6 4. Pf3 Lg7 5. O-O O-O 6. c4 d6 7. Pc3 De8

Een van de specialisten voor zwart is de Oekraïner Vladimir Malaniuk (zie foto, bron onbekend). Hij beheerst de Leningrader tot in de puntjes en hij heeft er de nodige mooie aanvalspartijen mee op zijn naam staan. Over hem is een aardige anekdote bekend. Zo speelde hij in een toernooi in de laatste ronde tegen iemand die op Elo wat zwakker was dan hij. Voor de partij ging Malaniuk naar hem toen om remise voor te stellen in een paar zetten. De tegenstander antwoordde dat hij daar weinig voor voelde, waarschijnlijk ook omdat hij het Hollands nogal dubieus vond. Malaniuk reageerde met de laconieke opmerking dat deze zeker niet wist dat zwart een gevaarlijke aanval met … f5-f4 aan zijn broek zou krijgen. Hij zei er vervolgens bij: "Pas op, als ik … f4 kan spelen, krijg je geen remise meer!"

Lees meer >

Gespot 39: Rare capriolen voor het binnenhalen van een meesternorm

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Onlangs liep ik de Amsterdamse meester Leon Pliester (zie foto Dimitri Reinderman) tweemaal tegen het lijf. In de jaren tachtig en negentig zagen we elkaar regelmatig, daarna zijn we elkaar een tijd uit het oog verloren. We hebben destijds samen nog aan een boek over het Nimzo-Indisch gewerkt. Pliester was daarvoor benaderd door Uitgeverij Het Spectrum en omdat hij wist dat ik die opening met zwart speelde, benaderde hij mij om hieraan mee te werken. Door omstandigheden heb ik de bijdrage aan dat boek beperkt moeten houden. Tijdens de wedstrijden BSG-Stukkenjagers en in de gezamenlijke slotronde van de Meesterklasse in Rosmalen ontmoetten we elkaar weer eens. In Bussum schrok ik een beetje van de hernieuwde kennismaking. De traditionele snor was verdwenen en ik zag direct aan zijn verschijning dat hij met fysieke problemen kampte, hetgeen hij in een kort gesprekje dat we voerden, ook bevestigde. Het weerhield hem er niet van om een fantastische partij tegen een van de talenten in ons team, Anne Haast, te winnen.

Lees meer >

Gespot 38: Hoe leid ik mijn tegenstander af van het mat?

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


In de rubriek Een dure hangpartij kwam de naam van de Poolse grootmeester Adam Kuligowski naar voren. Over hem bestaat nog een aardige anekdote. Die had te maken met het Nederlands kampioenschap snelschaken, vermoedelijk in 1984, dat destijds in Beverwijk werd gehouden. Het systeem was dat er in twee poules voorronden werden afgewerkt. De nummers een en twee van elke poule zouden daarna in kruisfinales uitmaken wie zich tot kampioen mocht kronen. Na een uitputtende dag met voorronden wist grootmacht Volmac/Rotterdam zich te plaatsen en de vereniging kwam daarin te spelen tegen de Koningsclub van Pagel. De andere twee geplaatsten waren Desisco/Watergraafsmeer uit Amsterdam en de Eindhovense schaakvereniging.

Lees meer >

Gespot 37: Blijft de tegenstander weg of niet?

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


In een grijs verleden was ik ooit de coach van het Nederlands damesteam dat naar Manilla afreisde om daar deel te nemen aan de Olympiade. De ploeg bestond Erika Sziva (die net een jaar in Nederland woonde), Anne-Marie Benschop, Heleen de Greef en Sylvia de Vries. In die tijd werd er bij de damesteams nog op drie borden gespeeld.

De lange reis en de verandering van voedsel werkte niet bevorderlijk op de fysieke gesteldheid van de dames. Ik herinner me goed dat de eerste paar ronden vrijwel iedereen met maagklachten zat. Het was kiezen uit de minste van een paar kwaden wie er achter de borden zou gaan plaatsnemen. Behalve de openingsvoorbereiding en de bespreking van de partijen had de coach nog een andere taak: het analyseren van eventuele afgebroken partijen. In het jaar 1992 ging het er heel anders aan toe dan nu het geval is. Als een speelster na een lange zit de partij afbrak, moest de coach direct na de maaltijd aan de slag. De speelster zelf nam rust en zij zou dan op tijd gewekt worden om dan tijdens en na het ontbijt de analyse door te nemen. Een van de partijen die afgebroken werd was de volgende van Sylvia de Vries en wel in de volgende stelling:

Lees meer >

Gespot 36: Paarden met het hoofd naar achter?!

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Van sommige schakers kun je zien dat ze zitten te lijden achter het bord. Wat eigenlijk als een prettige hobby moet worden beschouwd, wordt voor sommigen een ware beproeving. Je kunt je zelfs afvragen of deze mensen niet beter iets anders kunnen gaan doen, in elk geval iets wat minder stressvol voor hen is.

Van een schaakkennis weet ik dat hij van de dokter geen officiële partijen mag spelen. De huisarts had gezegd dat het niet goed voor zijn hart was en dat zijn acute maagklachten direct te maken hadden met het feit dat hij schaakte. Toen ging hij maar snelschaakavondjes organiseren bij hem thuis waarbij tot diep in de nacht – met de nodige alcoholische versnaperingen erbij – hele toernooien werden afgewerkt. Noem dat maar een gezond alternatief…

Lees meer >

Gespot 35: Teamleider wordt Teamlijder…

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Stel: je vereniging heeft een eerste tiental dat in een hoge klasse van de KNSB-competitie meespeelt. Voor de club is het belangrijk dat meerdere teams aansluiting vinden bij het eerste team. Het tweede speelt een klasse lager, maar is in degradatiegevaar. Maar in de laatste ronde kan het vege lijf gered worden met een mager gelijkspelletje. Bij een nederlaag valt het doek. De wedstrijd verloopt niet helemaal voorspoedig, maar gelukkig voor de club vallen er wat gunstige uitslagen te noteren en bij een stand van 3½ – 3½ is het alleen de teamleider van het tweede team die nog aan zijn bord gekluisterd zit. Hij heeft van te voren zijn teamgenoten nog zo gewaarschuwd om geen onnodige risico’s te nemen en nu mag hij het halve punt binnentikken, waardoor het lijfsbehoud weer voor een heel seizoen wordt gegarandeerd. De toekomst ziet er dan zonnig uit, want er zijn wellicht wat sterke spelers die aansluiting willen krijgen en misschien kan het jaar erop met een vernieuwd team meegedraaid worden in de top van de competitie in plaats van wat nu het geval was, aan de staart van de ranglijst.

Lees meer >

Gespot 34: Afscheid van pure schoonheid

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Veel clubschakers worstelen met openingen. De vraag welke varianten je moet spelen, zonder al te veel tijd te hebben om die thuis tot in zijn finesses te kunnen bestuderen, blijft bij veel spelers centraal staan. Vandaar dat de SOS-openingsboeken van Jeroen Bosch ook zo populair zijn. Zonder al te veel te hoeven te weten, kun je met een originele zet afwijken van de gangbare theorie en als we Bosch mogen geloven, leveren al die leuke zetten ook nog speelbare stellingen op.

Lees meer >

Gespot 33: Fischer’s ongeëvenaarde serie overwinningen

 

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.

 


Wellicht heeft u deze week het prachtige artikel van Huub van Dongen over Fischer gelezen.

Dat Bobby Fischer (zie foto, bron onbekend)een fenomeen was, zal vrijwel iedereen beamen. Waarschijnlijk ook zelfs degenen die vinden dat hij van zijn voetstuk was gevallen toen hij inliet op het geld van de dubieuze Servische miljonair.

Lees meer >

Gespot 32: QUIZ: Koningsaanval

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


Een zeer aimabel mens is de Britse grootmeester Keith Arkell (zie foto, bron Wikipedia). Tenminste voor zover het oppervlakkige contact, dat ik een paar keer met hem had, gaat.

Hij speelde onlangs mee in het Bataviatoernooi in Amsterdam waar hij geen bijster goed resultaat haalde. Ooit maakte hij furore in het Brits Kampioenschap door in 2001 gedeeld eerste te worden. Zijn huidige rating is inmiddels niet meer van een sterke grootmeester. Toevallig kreeg ik een paar jaar geleden met hem te maken toen ik werd benaderd door de Engelse meester (ook al een ex-kampioen Robert Bellin) of ik zijn schaakteam wilde komen versterken. Versterken is misschien niet het juiste woord. Ik bak er zelf al een paar jaar niets meer van dus ik antwoordde dat ik best voor de fun een paar keer naar Engeland wilde komen, omdat het me wel eens leuk leek om te zien hoe de Engelse clubcompetitie wordt gespeeld. Daar speelt heel Groot-Brittanië een aantal ronden in een paar grote zalen die daarvoor afgehuurd zijn. Zelfs mensen uit Schotland, Wales en Ierland geven acte de présence. In ons team bleek Keith Arkell onze kopman te zijn. Bij het diner na afloop van de eerste ronde herinnerde hij mij eraan dat wij ooit een krankzinnige partij hadden gespeeld.

Lees meer >

Gespot 31: Koffiehuisschaker Suba (2)

Bij het grasduinen in schaakboeken, het doorbladeren van schaaktijdschriften, het surfen op het internet, het bekijken van schaakfilmpjes valt het oog wel eens op interessante stellingen, bijzondere voorvallen, geniale zetten en grappige blunders. In deze rubriek wil ik u die graag voorleggen.

Bent u ook iets tegengekomen? Laat het ons weten.


In het vorige rubriekje repte ik over de schaker Mihai Suba (zie foto, bron onbekend).

Deze Roemeense grootmeester, inmiddels aardig op leeftijd, had niet alleen een aantrekkelijke speelstijl, hij gaf ervan blijk ook over de nodige humor te beschikken in de boeken die hij het daglicht heeft laten zien. Ik noemde zijn boek Dynamic Chess Strategy, maar ook niet onvermeld mag zijn boek The Hedgehog blijven.

Deze opening, in het Nederlands de Egel of ook wel het Drierijensysteem genoemd, is een vreemde eend in de bijt. Zeker in de tijd dat Suba het systeem praktiseerde, had het niet zo’n geweldige reputatie. Het is ook niet zo goed te verklaren dat een speler zich terugtrekt op de onderste drie rijen, stukkenruil vermijdt en toch hiermee een scherpe strijd aangaat.

Lees meer >