Top-40 Nederlandse schakers. 13: Friso Nijboer

Slechte Nederlandse kampioenschappen gevolgd door goede zomertoernooien, dat is het imago dat kleeft aan Friso Nijboer. Een opsomming van zijn toernooiresultaten is echter buitengewoon indrukwekkend.

Friso Nijboer in 2016. Foto: Harry Gielen.

Friso Nijboer (geboren 26 mei 1965) werd rond zijn zeventiende verjaardag jeugdkampioen van Nederland en een jaar later nog een keer. Een doorbraak bij de volwassenen kwam er niet direct, waarschijnlijk doordat hij eerst informatica ging studeren. In 1989 plaatste hij zich voor het eerst voor het NK, wat de eerste deelname werd van een indrukwekkende serie van 23 op rij. Dat hij daarop altijd slecht presteerde, is een fabeltje. Hij had slechte resultaten, maar scoorde ook vaak vijftig procent of een halfje meer. In 1993 werd Nijboer gedeeld tweede, hij werd drie keer gedeeld derde en in 2009 nog ongedeeld tweede achter Anish Giri. Dat het veel beter had gemoeten, dat is waar.

Van 1996 tot en met 2006 nam Nijboer alle zes keren deel aan de Olympiade. Bijzondere scores haalde hij niet, ook daar niet.

 

Toernooizeges

De compensatie in andere toernooiresultaten is echter gigantisch. Dat begon laat, je zou Nijboer een laatbloeier kunnen noemen. In 1995 won hij het Sonnevancktoernooi in Wijk aan Zee twee keer. Het werd niet altijd in dezelfde maand gehouden en toevallig twee keer in dat jaar. Twee jaar later won hij de B-groep van het Hoogovenstoernooi samen met Paul van der Sterren.

Zijn zomertoernooien waren fameus. Nijboer won Vlissingen in 2000, 2001, 2002 en 2005. Het Open kampioenschap van Nederland in Dieren won hij in 2003 en 2006. Zijn grootste individuele succes was het Amsterdam Chess Tournament in 2004. Dat won hij met 7 uit 9, voor Van Wely, Timman, Nikolic, Sokolov, Tregubov en Krasenkov. Het leverde hem de titel ‘Nederlands schaker van het jaar’ op. Twee jaar later won hij het toernooi nog een keer, dit keer gedeeld.

Ook buiten de zomer won Nijboer toernooien. Groningen (Kerst) in 2002, 2003 en 2004. Hoogeveen in 2008 en 2012. BDO (Haarlem) in 2014. Batavia (Amsterdam) in 2016.

Buiten Nederland won Nijboer toernooien in Porto San Giorgio (2004), Nancy (2005) en Barcelona (2007).

Nijboer haalde successen in de KNSB-competitie, vooral met HSG. Hier zit hij in 1996 naast zijn teamgenoot Joris Brenninkmeijer. Foto: Johan Hut.

Teamprestaties

Amsterdam 2004 was zijn grootste individuele succes, maar Nijboer zet zelf een teamprestatie bovenaan. In 2001 werd hij met het Nederlandse team Europees kampioen. Een paar dagen voor het toernooi meldde hij zich ziek, maar teamleider Genna Sosonko nam hem toch mee. Vanaf de vijfde ronde viel hij in en won hij drie keer op rij, terwijl zijn teamgenoten acht van de negen partijen remise speelden. Drie keer op rij tikte Nijboer tegen sterke tegenstanders de matchpunten binnen. Sosonko noemde in een evaluatie Nijboers overwinning op de Fransman Fressinet de sleutelpartij op weg naar de Europese titel. Net als zijn teamgenoten werd Nijboer vanwege deze titel benoemd tot Lid van Verdienste van de KNSB.

Ook in de KNSB-competitie heeft hij een bijzondere staat van dienst. Nijboer werd met HSG kampioen van Nederland in 2008, 2009, 2010 en 2011 en met En Passant in 2013, 2014 en 2016. Ook daaraan leverde hij een belangrijke bijdrage. Na 294 partijen voor SMB, HSG en En Passant staat hij op de topscorerslijst aller tijden in de hoogste klasse op de derde plaats achter Bruno Carlier en Rini Kuijf.

 

Geen prof meer

Friso Nijboer heeft een aanvallende speelstijl en staat ook bekend om een slechte indeling van zijn bedenktijd. Al vanaf de twintigste zet kon hij in tijdnood raken. De laatste jaren gaat dat beter. Inmiddels is hij geen profschaker meer. Vlak voor zijn vijftigste vond hij een baan in de automatisering.

Ik zet Friso Nijboer op 13. Vanwege 23 jaar aanwezigheid aan de Nederlandse top, met talloze toernooizeges en zijn belangrijke bijdrage aan de Europese titel. Alleen het ontbreken van de Nederlandse titel houdt hem uit de top tien.

11 …

12 …

13 Friso Nijboer

14 Lodewijk Prins

15 Erwin l’Ami

16 Theo van Scheltinga

17 Dimitri Reinderman

18 Salo Landau

19 Jan Smeets

20 Nico Cortlever

21 Hans Bouwmeester

22 Coen Zuidema

23 Frans Kuijpers

24 Dirk van Foreest

25 Gert Ligterink

26 Erik van den Doel

27 Jorden van Foreest

28 Kick Langeweg

29 Daniel Stellwagen

30 Eddie Scholl

31 Henri Weenink

32 Robin van Kampen

33 Hans Böhm

34 Rini Kuijf

35 Hoan Liong Tan

36 Haije Kramer

37 Daniël Noteboom

38 Norman van Lennep

39 Rudy Douven

40 Rob Hartoch

 

Als u linksboven in het scherm klikt op ‘top 40’, kunt u langs alle voorgaande afleveringen scrollen.

 

De top-40 is niet gebaseerd op ratings en titels, maar op de positie en prestaties van Nederlandse schakers ten opzichte van hun tijdgenoten, nationaal en internationaal.

 

2 Reacties

  1. Avatar
    wimw 10 december 2017

    Ik vroeg me af waarom Nijboer boven L’Ami uitkomt. De hoogste rating van L’ Ami is 2651 en van Nijboer 2641. Maar bij het NK schaken won Nijboer 5 keer van L’Ami, daarvan vier keer met zwart. Dus vanuit dat criterium klopt het dan wel.

     

  2. Avatar
    Johan Hut 10 december 2017

    Het is ook de tijd aan de Nederlandse top (23 NK’s tegenover 13) en het aantal toernooizeges. Ik kan ze niet op dezelfde plaats zetten. Erwin was verrast met z’n 15e plaats. Friso zei dat hij boven Van der Sterren en Ree wilde staan, maar dat was in een vrolijk gesprek (bij En Passant) waaruit ik niet heel serieus mag citeren. Dat schrijf ik er dus bij.

    Bij En Passant zijn er ook mensen die Smeets boven l’Ami wilden omdat hij meer talent heeft. Dat kan ik niet beoordelen, ik kijk naar de resultaten. Ook over Van der Sterren, Ree, Sosonko en Tiviakov, die natuurlijk nog komen, liepen de meningen ver uiteen.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.