Recensie: Beat the Masters

Richard Vedder is voor de bezoekers van de Schaaksite geen onbekende. Al jaren publiceert Richard zodra er een KNSB wedstrijd gespeeld is door zijn club En Passant een verslag op Schaaksite. Dat zijn vaak uitgebreide verslagen, met partijen en persoonlijke voetnoten. De lezers van deze website zijn vaak verbaasd over de snelheid van zo’n publicatie. Een ontmoeting in de Meesterklasse duurt vaak tot 19:00 uur of nog wat later. Dan moeten de partijen worden verzameld, vervolgens moeten deze worden geanalyseerd, contact gezocht worden met een of meer spelers als er onduidelijkheden zijn en tot slot moet dan nog een pagina of vijf (of tien) geschreven worden. Dat doet Richard allemaal binnen een dag, soms heeft hij iets meer tijd nodig. Zo’n verslag stond dan op zondag op de Schaaksite. Soms op de maandag. Door het aanklikken van zijn naam op deze website kunt u snel een overzicht krijgen van al zijn publicaties: www.schaaksite.nl/author/richard-vedder/page/13/

Zijn eerste publicatie op Schaaksite was een verslag over de wedstrijd En Passant (zijn club) met  En Passant – Philidor 1847 Leeuwarden. Deze ontmoeting eindigde in 5-5. Om een indruk te geven over het monnikenwerk wat soms verricht werd: kijkt u hier maar eens naar.

Zie daar maar over te schrijven…..

Van alle mensen die publiceren op Schaaksite heeft Richard zonder meer zijn eigen stijl. Wat denkt u van deze alinea in dit verslag van deze ontmoeting?

De jonge Maatman kon gejonast worden. Ondanks het surplus aan ervaring en het overschot aan elopunten bleef hij zijn tegenstander in het eindspel de baas. Het werd hierdoor 5-5. Is dat een grote domper voor het zichzelf favoriet wanende En Passant? Ja en nee. Natuurlijk, we hadden een elo-overwicht op alle tien de borden. Sommigen mompelden zelfs vooraf iets over 10-0 of zoiets. Daar is niemand bij gebaat natuurlijk. Leg maar eens aan je sponsoren uit dat je veel geld nodig hebt en dan blijk je met een overkill van hier tot Tokio aan het bord te verschijnen. Nee, een kleine overwinning is dan beter natuurlijk. Maar een gelijkspel? Ach, er is nog geen man overboord, een debacle zoals destijds in Enschede is, ondanks wederom een bloedbad aan de lagere borden, uitgebleven en we hebben alles nog in eigen hand. Geen paniek in de polder!

De verslagen van Richard werden en worden altijd goed gelezen. In de tijd dat wij via Google Analytics bijhielden welke pagina’s het meest bezocht werden bleek telkens weer dat zijn verslagen goed gelezen werden.

Een van de mensen die zijn verslagen op Schaaksite las was zijn collega Tobias. Het zou me niets verbazen wanneer zij de maandagmorgen na het publiceren van een verslag dit samen  aan het lezen waren en Richard hem probeerde de kneepjes van het vak te leren. Ter gelegenheid van zijn 50e verjaardag heeft Richard besloten om een boek te schrijven over zijn schaakleven. Toen hij 6 jaar oud was werd hij al lid van schaakclub En Passant.  Dus goed beschouwd is het boek wat hij onlangs geschreven heeft een boek over zijn hele leven. Het boek heeft als titel “Beat the Masters” gekregen. In dit boek beschrijft hij zijn overwinningen op Internationaal Meesters of op Grootmeesters.

Afgelopen zaterdagmiddag werd het boek gepresenteerd bij de club En Passant en vertelde Richard over de totstandkoming van het boek. De titel “Beat the Masters” is bijvoorbeeld gekozen omdat hij er geen fraaie Nederlandse variant voor kon bedenken. Ook stond hij stil bij een boek van Yasser Seirawan over zijn duels met wereldkampioenen (Chess Duels My games with the World Champions). De opzet van dit boek sprak hem aan en heeft er dus mede toe geleid dat Beat the Masters tot stand gekomen is.

Enige dagen voor de boekpresentatie ontving ik van Richard een exemplaar met de vraag of ik hierover een recensie wilde schrijven. Dat wilde ik natuurlijk graag doen. Richard en ik kennen elkaar ongeveer 20 jaar. Onze eerste kennismaking was rond het 1e Nederlands kampioenschap Rapid wat ik organiseerde in 2001. Sindsdien zochten we elkaar altijd even op bij een toernooi in bijvoorbeeld Hoogeveen, Wijk aan Zee, Amsterdam of Vlissingen. Even bijpraten, even kijken hoe het met het toernooi gaat. U kent het wel.

Het boek “Beat the Masters” is qua schrijfstijl vergelijkbaar met de verslagen die Richard op Schaaksite heeft gepubliceerd. Die stijl spreekt mij persoonlijk erg aan. Het begint met een partij die hij speelde tegen Manuel Bosboom (gespeeld in Wijk aan Zee in 1997) en eindigt met een overwinning op Valentina Gunina in Gibraltar in januari 2020. Wel grappig eigenlijk, hij schrijft over tweeëntwintig ontmoetingen en er zit  zo’n tweeëntwintig jaar tussen zijn eerste en laatste overwinning (dit terzijde).

In zijn boek schrijft Richard ook over het schaakleven in de omgeving van de club, de regionale bond en vertelt hij ook over zijn vele toernooien in het buitenland.

In de krantenrubrieken van vorig weekend hebben zowel Dimitri Reinderman als Bab Wilders over het boek geschreven. Zij bespreken hierbij ook enkele partijen van Richard.

Wat mij erg aanspreekt in het boek is de manier zoals Tobias, zijn collega die niet kan schaken, er is “bijgesleept”. De kunde c.q. onkunde van Tobias is gebruikt om leken de regels, de gebruiken en de cultuur uit te leggen. Dat heeft Richard erg slim gedaan. Bij mijn weten zijn er niet veel andere auteurs van schaakboeken die het op deze manier hebben gedaan.

Een paar voorbeelden (de uitleg voor Tobias staat tussen haakjes):

In de eerste plaats omdat ik na dit toernooi een officiële FIDE-rating zou krijgen. (Voor Tobias: de rating voor schakers, ook wel Elo-rating genoemd, geeft de speelsterkte aan. Vergelijk het met de ATP-ranking voor tennissers. De berekening is overigens totaal anders, dus vergeet die vergelijking maar meteen weer. Zowel de KNSB als de FIDE (wereldschaakbond) hebben een eigen ratingsysteem)

Tegenwoordig heb ik een redelijk vast repertoire, maar in die jaren speelde ik zo’n beetje alles tegen 1.d4. In deze partij dus het Konings-Indisch. (Voor Tobias: In partijen tegen 1.d4 waarin zwart zich niet klassiek verdedigt met 1…d5 spreekt men van Indische openingen, een paar uitzonderingen daargelaten.)

Toevallig was toen Mikhail Botwinnik (voor Tobias: wereldkampioen van 1948–1957, van 1958–1960 en van 1961–1963) in het land en hij bezocht het NK om het toernooi te openen met het verrichten van de openingszet

In die opening staat de dame namelijk misplaatst op e7. Die zal daar dan ook weer eens weg moeten, zo bedacht ik, waarna zwart twee tempi verprutst heeft. (Voor Tobias: als een speler in de opening teveel met hetzelfde stuk speelt en zijn tegenstander daardoor sneller zijn stukken in het spel krijgt spreken schakers van “tempoverlies”) En dus kwam de korte rokade om vervolgens met d4 en c4 mijn zelfbedachte strategie uit te voeren.

Zwart heeft nu een rare kluit stukken op de koningsvleugel. (Voor Tobias: de rechterzijde van het bord (uit het oogpunt van de witspeler) noemen wij de koningsvleugel, de linkerzijde de damevleugel. Waarom? Check de beginopstelling nog maar eens, dan zie je het antwoord.)

Conclusie:

Het boek van Richard is zonder meer aan te raden voor alle schakers in de regio (zeg maar het thuispubliek). Het is ook aan te raden voor schakers die zich afvragen of zij ook een keer een IM of een GM kunnen verslaan. Maar het is dankzij de uitleg aan Tobias ook aan te raden voor de thuisschaker en clubschakers. Voor de kosten hoeft u het niet te laten. het boek is te koop voor een bedrag van 15 Euro (inclusief verzendkosten) en is te bestellen via  bonjom@chello.nl

 

Enige foto’s van de signeersessie:

 

 

 

 

 

 


Deze foto’s zijn door Jan Willem Schoonhoven gemaakt.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.