Janowski was de slechtste uitdager
Vandaag had ik een verslag van de dertiende partij moeten schrijven. Maar zover kwam het niet. Dan maar een beetje blundervermaak. Ian Nepomniachtchi scoorde dus 3,5 uit 11 in de voortijdig geëindigde WK-match. Hij won geen enkele partij en viel na de verloren zeeslang in de zesde ronde vooral op door het maken van opzichtige blunders. Ik bedoel: niveautje Carlsen was niet echt vereist om 21…b5 in de achtste partij, 27.c5 in de negende partij en 23.g3 in de elfde partij af te straffen. Het geeft ons allen de moed om te fantaseren dat, als we ze op zo’n slechte dag treffen, we ze ook pakken kunnen, die goeien!
Blunders in WK-matches… Ze zijn natuurlijk vaker gemaakt en op Youtube vond ik een aardig filmpje van de Duitse grootmeester Jan Gustafsson, waarin hij een top 10 van WK-blunders samenstelde. Aan het einde vraagt hij de kijker of hij zich er een beetje in kan vinden. Tja, mijn eerste gedachte was natuurlijk van wel. Allemaal schokkende blunders met op 1, met stip, het afgrijselijke 32.Lb4??
Uit de laatste partij van de match tussen Tsjigorin en Steinitz in 1892. Het ging om wie het eerst tien keer had gewonnen. De stand was (remises niet meegerekend) 9-8 voor Steinitz. Tsjigorin staat een stuk voor en laat met 32.Lb4?? zomaar mat in twee toe. Erger dan dat gaat het echt nooit meer worden. Dat er een zot stukoffer van Steinitz aan voorafging, daar hoor je niemand over.
Maar naarmate ik meer over die top 10 van Gustafsson ging nadenken ging ik toch twijfelen. Mede naar aanleiding van het filmpje dat onlangs op deze site verscheen, waarin Paul van der Sterren ingaat op de gebeurtenissen in de WK-match van 1937. Gustafsson heeft in zijn top 10 een plaatsje ingeruimd voor de petit-combinaison waarmee Aljechin tot tweemaal toe kon toeslaan:
Stelling na het niet zo handige 25…De5 van Euwe in de zestiende matchpartij. Wit kan een pion winnen met 26.Dh8+ gevolgd door Pxf7xe5. Aljechin deed het echter niet en speelde 26.Lb2 waarna Euwe hem met 26…Lc6 een herkansing bood. Aljechin zag het weer niet en de partij werd uiteindelijk remise.
Natuurlijk, zo’n geval van dubbele wederzijdse schaakblindheid is vrij uniek en staat daarom misschien wel terecht in de top 10, maar het ging hier natuurlijk maar om een halfje meer of minder. Tsjigorin gooide met zijn blunder een vol punt weg en dat is veel erger! En dat deed Max Euwe eigenlijk ook in de zesde partij van deze match. De climax kwam al vroeg…
Na de openingszetten 1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pc3 dxc4 4.e4 e5 5.Lxc4 exd4 deed Aljechin met 6.Pf3 een stuk in de aanbieding…
Had Aljechin hier iets geniaals voorbereid? Zat hij gewoon te bluffen? Vragen die Euwe achter het bord moest zien te beantwoorden. Van der Sterren legt in voornoemd filmpje uit dat Euwe gewoon dat paard had moeten slaan. Bij correcte verdediging zou hij een gewonnen stelling bereiken. Euwe produceerde echter de bok 6…b5?? Aan Aljechin kon je dat soort klussen wel overlaten en met 7.Pxb5! stond hij meteen gewonnen. De pointe is dat op cxb5 8.Ld5 volgt waarna de toren op a8 de Sjaak is.
Blunders die een vol punt kosten. Ze komen vaker voor en alleen daarvan is misschien al wel een top 10 samen te stellen. Denk bijvoorbeeld aan
35.Tc6?? Uit de elfde partij van de match Karpov – Kasparov in 1987. Wit stond tot deze blunder goed en misschien wel gewonnen, maar na deze blunder, die Kasparov met 35… Pa5 afstrafte, is het stellingsoordeel compleet omgedraaid. Dit fragment haalde Gustafssons top 10 niet. Wel een ander fragment uit die match, namelijk het mislukte torenoffer 50…Tf8-f3?? Uit de voorlaatste partij. Spectaculairder, dat zeker, maar vanuit een min of meer gelijke stelling, dus het kostte Kasparov maar een half punt.
En dat Lxh2 van Fischer dan? Een mislukte winstpoging, waarover menig grootmeester zich gebogen heeft. Was het wel verliezend? Het is natuurlijk lekker om in zo’n lijst een blunder van Fischer op te nemen, maar was 27.Dc2?? van Spassky in de vijfde partij eigenlijk niet veel erger?
Over een mislukte winstpoging met Lxh2 gesproken…
Stelling na 11.Lxf3 in de partij Lasker – Marshall. De veertiende partij uit de WK-match van 1907. Bobby Fischer was niet de eerste Amerikaan die in een WK-match blunderde met Lxh2, want in deze stelling deed Frank Marshall het ook. Wat zou hem bezield hebben? Zou hij gedacht hebben een pionnetje te winnen na 12.Kxh2 Dc7+ en pas op dat moment in te zien dat wit gewoon het paard op e5 kan zetten? En dat hij daarom maar een soort van Koningsaanval opzette? Geen idee, maar potsierlijk is het wel.
In de top 10 ook een fragment uit de match Karpov-Kortchnoi uit 1978. Dat fraaie matje met die twee paarden dat Kortchnoi pardoes toeliet. Maar, het kwam ergens in de comments bij een van de artikelen over de WK-match al ter sprake, in de beroemde vijfde partij, die tot 3 december jl. de langste partij uit de WK-historie was, miste Kortchnoi een geforceerd mat!
Stelling na 54…Kd5 van Karpov. Deze partij had nooit de recordboeken gehaald als Kortchnoi hier in plaats van 55 Le4?? 55.Lf7+! had gedaan! Mat in zeven, zegt mijn computer. En met alleen maar schaakjes geven. Dat had Viktor toch niet mogen missen, temeer daar na 55… Kc6 56.De6+ Kb7 (56…Kb5 is nog sneller mat: 57.Dc4+ Ka4 58.Da6 mat) er een stuk met schaak geslagen kan worden onderweg naar het mat. Top 10 waardig zou ik denken!
De top 10 van Gustafsson is leuk, maar we kunnen er veel van vinden. Zoals dat er weinig aandacht is voor de heel oude partijen. Ja, dat Lb4 van Tsjigorin is zo overbekend, daar kon hij niet omheen. En de eindspelblunder van Bogoljubov tegen Aljechin in 1929 staat in diverse eindspelboeken. Maar Steinitz en Lasker bijvoorbeeld, hebben ook stevige blunders geproduceerd.
Het bontst echter maakte de Fransman David Janowski het. Die speelde in 1910 een match om de wereldtitel tegen Emanuel Lasker. Wie het eerst acht partijen had gewonnen was wereldkampioen en na elf potjes was het al bekeken. Toen had Lasker al acht overwinningen te pakken. Janowski scoorde drie remises en daarmee werd hij de slechtste uitdager aller tijden. Een schrale troost voor Nepo. Janowski blunderde ook en minstens zo grof als Nepo. Een snelle blik door die elf partijen leert dat er veel meer blunders gemaakt zijn dan de drie die Nepo produceerde.
Twee stuitende voorbeelden:
Stelling na 19.b4 uit de eerste partij. Janowski speelde 19…Td6?? Daarmee veronachtzaamde hij zijn onderste rij. Lasker profiteerde met 20.Txd5 en niet veel later was het 1-0.
Uit de negende partij het volgende voorbeeld:
Stelling na 31.Tad3. Wit heeft een klein plusje, maar dat werd een dikke plus nadat Janowski 31…Lh3?? uit zijn vingers liet glippen. De weerlegging 32.g4 Th6 33.Pf5 was niet heel moeilijk te vinden.
Blunders. Iedereen maakt ze, tot op WK-niveau aan toe. Met zoveel in een match van 11 potjes schaart Nepomniachtchi zich onder de oude meesters. Een schrale troost voor hem: hij was toch niet de slechtste uitdager…
Leuke tip voor u in de donkere dagen: blader die oude WK-matches eens door op zoek naar blunders. Als u een beetje van tragi-komische dingen houdt natuurlijk. Een troost voor ons allen: ook WK-gangers zijn maar gewone mensen!
Leuk om dat zo bij elkaar te lezen. Janowski was volgens Bouwmeester in het Prisma Schaakboek Topprestaties van vijftig grote meesters een fel en hartstochtelijk schaakspeler. Lasker was het daarmee eens, maar wel kritisch. During their title match, Lasker characterized Janowski in the following way: “Independently he searches for the beautiful, ingenious, deep and hidden. Sadly, he goes too far therein. He pays not the slightest attention to ordinariness. In fact, this gives his play a special appeal, at the same time it is also his weak spot.”
Spijtig dat je niet nog eens aan de bak mocht voor een verslag. Maar wel veel dank voor je verslag van partij 7!
De twee blunders van Kortchnoi in de WK-match van 1978 kostten hem ook “slechts” een half punt, en geen heel. In de 5e partij miste hij mat en werd het remise. In de 17e partij stond het remise en schoot hij een bok, waarna Karpov met twee paarden mat kon geven.
Nepomniachtchi heeft in de partijen 8, 9 en 11 middels een blunder vanuit een (min of meer) gelijke stand verloren. In geen van deze partijen heeft hij (IMHO) ergens overwegend tot gewonnen gestaan.