Ratingwinnende en -verliezende landen op het WK Jeugd en Kadetten en de oorzaak
Lezer Robert Leenes ging na (welke landen het dit jaar goed en niet goed deden op het WK Jeugd en Kadetten (de categorieën t/m 18, 16, 14, 12 en 10 jaar). Zie deze excelsheet: Rating verschillen nav de 2024 Jeugd WK’s. De grootste winnaars zijn Oezbekistan, India en Vietnam; de grootste verliezers Nederland, Kroatië en Zwitserland (met de aantekening dat het bij Nederland om het gemiddelde van maar om drie spelers gaat). Zoiets is al eerder gedaan voor de jaren 2012-2019: en.chessbase.com/post/why-do-some-countries-always-gain-and-other-always-lose-rating-points . Ook toen was de conclusie dat Aziatische landen het goed doen, Europese landen vaak (relatief) matig.
Een recent artikel laat de waarschijnlijk voornaamste oorzaak zien: de gemiddelde rating van nieuwe spelers (of om precies te zijn: mensen die voor het eerst een rating krijgen). Wat blijkt: die is het hoogst in Nederland! Gemiddeld zo’n driehonderd punten meer dan nieuwe spelers in Sri Lanka en India. Het werkelijke verschil in speelsterkte zal ongetwijfeld veel minder hoog zijn dan die driehonderd punten. Wat krijg je dan als jeugdspelers uit Nederland en India elkaar ontmoeten? De Nederlanders verliezen punten, de Indiërs winnen ze. Evengoed vervelend om 77 of 140 punten te verliezen, maar een kleine troost is wellicht dat het gedeeltelijk een natuurlijk iets is.
lichess.org/@/Vlad_G92/blog/fide-rating-changes-are-they-working-so-far/oJPRC8KP (en dan 3. Geographical disparities).
Dit artikel van Vlad Ghita biedt ook inzicht in dit verschijnsel. Nederland blijkt volgens de data een aantrekkelijke bestemming te zijn voor ELO-farming. Een belangrijke indicator om te bepalen of een land geschikt is voor farming, is volgens het artikel het percentage jeugdspelers.
Interessante linkjes, dank! Het Lichess blogartikel wil duidelijk een (nieuw, mij hiervoor niet bekend) ratingsysteem promoten (URS), dat pretendeert veel beter te zijn dan de FIDE methode; klinkt nogal reclame achtig.
Dat de Nederlandse jeugd op internationale toernooien veel slechter presteert dan op grond van ratings te verwachten zou zijn, is al heel lang praktijk. Niet alleen bij WK’s (ken iemand die er ooit 170 punten verloor), maar ook bij EK’s (betrouwbaarder want Nederlands delegaties zijn dan veel groter).
Dat de hogere gemiddelde beginratings van Europese (in het bijzonder Nederlandse) spelers een verklaring hiervan is (‘voornaamste oorzaak’) lijkt mij niet, dat is immers alleen maar een illustratie van het fenomeen (oftewel dezelfde kant van de medaille).
Ik ben geen expert, maar heb zelf altijd het gevoel dat de ratingsverschillen te wijten zijn aan grote ongelijkheden van de populaties waarin gemeten wordt. Nederlandse jeugdspelers verdienen (‘farmen’) wellicht veel puntjes tegen “oudjes”. Staat Nederland niet bekend om zijn grote organisatie graad? Oudere spelers die maar lid blijven en zo nu en dan een toernooitje spelen: een dankbaar object voor jeugdspelertjes.
Zet 10 precies even talentvolle kindschakertjes met allen een rating van exact 1000 een jaar bij elkaar, laat ze elke dag trainen en onderwijzen, en elk weekend een onderling toernooi spelen. Na dat jaar zijn ze enorm vooruitgegaan, maar hun rating is nog steeds 1000!
Je ziet dat b.v. bij de Nederlandse (KNSB) jeugdrating. Zodra ze voor een (klassieke) KNSB-rating gaan spelen, gaat hun rating gemiddeld (aantoonbaar) met grote sprongen vooruit. Oorzaak kan er volgens mij maar één zijn: de jeugdrating is puur gebaseerd op onderlinge partijen, de spelertjes worden allemaal snel beter, maar snoepen evenzeer puntjes van elkaar af dan ze ze die winnen; wat dus niet opschiet. Als ze dan tegen volwassen spelen blijken ze enorm underrated te zijn: althans voor Nederlands begrippen, op een EK of WK blijkt dat dan weer zwaar tegen te vallen. Plus dat misschien partijen meer worden doorgegeven aan de FIDE dan in ander landen het geval is? Etc, etc. Er zijn zoveel factoren.
Wie weet hechten ze in landen als India, Vietnam, China meer waarde aan doodgewoon echt beter worden dan in Nederland, waar we – cijferfetisjisten als we zijn – rating belangrijker vinden. Slimmer dus eigenlijk van die Aziaten, nog een reden waarom ze beter zijn in schaken…? Logisch, toch, haha 🙂