Hein Donner: The Biography
Het was een vreemd toeval: afgelopen weken schreef ik in mijn krantenrubriek twee keer een verhaal naar aanleiding van de vertaling van de biografie van Hein Donner, geschreven door Alexander Münninghoff. Een dag nadat ik de tweede naar de krant stuurde, overleed Münninghoff. Toeval, ik wist niet dat hij ziek was.
De biografie verscheen in 1994 bij uitgeverij Scheffers, onder de titel ‘Hein Donner, 1927-1988’ met als ondertitel ‘Een biografische schets’. Met die ondertitel doet Münninghoff zichzelf tekort, het is een doorwrocht boek, waarvoor hij vele familieleden en vrienden moet hebben gesproken van Donner, die zelf niet meer leefde. Ook maakte hij gebruik van materiaal dat Maarten de Zeeuw had verzameld. Münninghoff verbaasde zich over diens medewerking: “De hoeveelheid gegevens de hij reeds had verzameld, was indrukwekkend en ik heb er schaamteloos gebruik van gemaakt.” De Zeeuw, een meesterklasseschaker bij Rotterdam, stelde ook het schaaktechnische deel samen aan het eind van het boek. Dat deel is relatief kort, het boek is vooral een biografie. Peter Boel vertaalde het nu voor New in Chess in het Engels.
Geleerden
Het boek is geen weergave van Donners toernooiresultaten. Daarvan bestaat een leuk boekje dat Evert-Jan Straat in 1993 schreef, ook bij New in Chess, en waar ook veel meer partijen in staan dat in de biografie. Natuurlijk noemt Münninghoff tal van schaakprestaties, maar hij probeert vooral te vertellen wat voor man Donner was. Een man uit een familie van geleerden. Opa Johannes Hendricus (zoals Hein ook heette) was dominee, lid van de Tweede Kamer, en in die hoedanigheid de man die na de troonrede voor het eerst ‘Leve de koningin’ riep. Dat had hij zomaar bedacht en in de volgende jaren mocht hij dat als nestor van de Kamer ieder jaar roepen. Vader Jan was minister van Justitie en later president van de Hoge Raad. Diens broer was wethouder van Rotterdam. Heins oudere broer André werd rechter bij het Europese Hof van Justitie. Diens zoon Piet Hein was minister van Justitie, later Sociale Zaken en Werkgelegenheid en nog later Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties. Daarna werd hij vicepresident van de Raad van State. Deze opsomming staat overigens niet in het boek, maar is een toevoeging van mij, uiteraard via Google bij elkaar gezocht.
Schoolcarrière
In mijn herinnering (ik ben geboren in 1961) was Hein Donner een forse, oude man. Oud was hij echter niet, hij werd slechts 61 jaar (dus twee jaar ouder dan ik nu ben) en verdween op 56-jarige leeftijd van het strijdtoneel na een hersenbloeding. Nog vijf jaar leefde hij in een verpleeghuis. Fors was hij aanvankelijk ook niet, wel lang, een lange slungel.
Lees meer >
Vader Erwin en zoon Max hebben een YouTube-kanaal gemaakt over schaken. Hierin spelen ze met een groepje kinderen schaakbeelden na op bijvoorbeeld de vloer van de huiskamer. Vervolgens laten ze het met normale stukken op een schaakbord zien. De lessen zijn bedoeld voor kinderen die net kunnen schaken. Ze leren bijvoorbeeld matzetten met twee torens, wat eerst wordt gedemonstreerd door in de voortuin het gras te maaien. En warempel, dat gaat inderdaad ongeveer op dezelfde manier. Matzetten met koning en dame wordt de ‘Kus des doods’ genoemd. Het herdersmat wordt door de kinderen op een vloerkleed ook enthousiast voorgespeeld. Behalve het geven van les willen Erwin en Max ook laten zien hoe leuk schaken is. Ze proberen elke twee weken een nieuwe video online te zetten. De filmpjes duren ongeveer twee minuten.
De KNSB-competitie begon in het seizoen 1920-21 met vijf teams in de hoogste klasse, zo schreven we eerder in deze serie. Ook toen er andere teams bij kwamen, werden tot en met 1965 bijna alleen deze teams kampioen. VAS (Amsterdam) 23 keer, ASC (Amsterdam) tien keer, DD (Den Haag) zes keer en NRSV (Rotterdam) en Utrecht elk één keer. Daarmee kom je op 41 kampioenen in 45 jaar. Drie keer werd de competitie niet gespeeld, vanwege reismoeilijkheden in de oorlog. Eén keer was er een kampioen die buiten de oorspronkelijke ‘grote vijf’ viel: in 1951 werd Max Euwe uit Amsterdam kampioen. Wat weten we van deze club en waarom werd het team in 1955 door het bondsbestuur plotseling uit de competitie gezet? Aan dat laatste zou een contributieverhoging van 5 cent ten grondslag liggen.
De KNSB-competitie is voorbij, na zes van de negen ronden. Volgend seizoen beginnen de ploegen opnieuw, met dezelfde indeling. Er vindt geen promotie en degradatie plaats. Paul Keres is een van de grootste slachtoffers, Blerick is door een toevallige omstandigheid gered en promoveert toch naar de eerste klasse. Terecht, maar andere ploegen hadden het ook verdiend.
Hans Böhm heeft aan Anish Giri zijn excuses aangeboden over zijn opmerking over Giri’s privéleven. “Ik had jouw privéleven niet moeten koppelen aan een evenement in coronatijd.” Dat schrijft Böhm in een persoonlijke reactie aan De Gooi- en Eemlander, waar Wim van der Wijk onderstaand bericht van maakte. Het bericht stond vandaag ook in het Noord-Hollands Dagblad, Haarlems Dagblad, IJmuider Courant en Leidsch Dagblad.
