Caruana stond op de rand van de winst, Carlsen ontsnapt

Vandaag hebben de twee rivalen in hun strijd om de wereldtitel een enerverende partij gespeeld, die – je zou het bijna zeggen – hoe kan het ook anders, toch weer in remise eindigde. Het was Fabiano Caruana die voortdurend aan het roer stond in deze partij en misschien heeft hij één grote kans op een mogelijke zege laten liggen. Maar toen hij die voorbij had laten gaan, gaf de wereldkampioen geen duimbreed meer toe en wikkelde hij feilloos af naar een stelling die hij onmogelijk kon verliezen.

Opnieuw kwam het Siciliaans op het bord maar eindelijk koos de uitdager voor 3.d4, de Open Siciliaan dus. En daar hebben we alle witpartijen van Caruana tot dusver op zitten wachten. De algemene opinie was dat Caruana geen antwoord zou hebben op de Svesnikov. Daarom heb ik een klein beetje research gepleegd (met de wat beperkte middelen die tot mijn beschikking staan) en ik kwam tot het volgende: Carlsen heeft de Svesnikov in zijn jeugdjaren wel gespeeld maar hij had er wel een soort haat/liefde verhouding mee. Want zijn resultaten met deze opening waren niet bijster goed. Bij mijn weten heeft de Noor deze variant al in 2003 voor het eerst gespeeld (tegen Zelcic, Andreikin en Antal). De eerste verloor hij, de tweede en derde won hij. Daarna speelde hij het heel af en toe een keer, maar zijn resultaten waren wisselvallig. Toen hij vanaf 2007 t/m 2009 driemaal verloor en daarna t/m 2010 er nooit meer mee won, heeft hij de Svesnikov kennelijk afgezworen. Maar voor deze WK-tweekamp heeft hij het systeem van stal gehaald. Misschien dat zijn team heeft ontdekt dat Caruana een probleem heeft tegen de Svesnikov? Of geldt in het algemeen dat (top)spelers niet weten wat ze ertegen moeten doen? Collega Dimitri Reinderman kan er vast meer over zeggen, want die heeft de Svesnikov op zijn repertoire staan. Dat hoort u dan vast in één van de komende witpartijen van Caruana. Hier is het lijstje van partijen van Carlsen met de Svesnikov:

Dan nu de partij. Op de zevende zet speelde Caruana 7.Pd5. Populairder is 7.Lg5, maar de gespeelde zet is bepaald niet slecht. Er ontstaat in elk geval een stelling met een asymmetrische pionnenstructuur en dat leidt al gauw tot een aantrekkelijke strijd. Dat bleek al snel. Want terwijl wit zijn meerderheid in beweging zette, deed zwart hetzelfde aan de andere kant van het bord. Hij begon in het centrum met 14…e4 om veld e5 vrij te maken voor zijn paard en hoewel dat lukte, permitteerde Carlsen zich meteen daarna het wat opportunistische 18…g5. Ik weet op dit moment nog niet of ik die zet een !? (interessant), ?! (dubieus) of een ? (slechte zet). Daarom heb ik er maar geen waardering aan gegeven.

Spotprent op www.chess24.com (klik op plaatje voor link naar website)

Maar gezien het partijverloop kreeg Carlsen later flink spijt van deze ruwe opmars. Zijn koningsstelling lag definitief open en die kon natuurlijk niet gerepareerd worden. Dat was ook de aanleiding voor de Amerikaan om het centrum open te breken met een scherp gepointeerd pionoffer. Het hele centrum werd daardoor instabiel. En waar het hem vooral om ging was dat er een middenspelsituatie ontstond met zware stukken en ongelijke lopers. En zoals het aloude adagium luidt: “ongelijke lopers, ongelijke kansen!” Dit moeten zware momenten zijn geweest voor de wereldkampioen want hij bevond zich op de rand van verlies. De witte loper van c3 scheen als een zoeklicht de zwarte koningsstelling binnen en zwarts loper op f5 kon eigenlijk beschouwd worden als een toeschouwer aan wie het kijkspel volledig voorbij ging. Als Caruana de juiste voortzetting had gevonden, had het wel eens heel penibel voor de zwartspeler kunnen worden. Maar de uitdager speelde één slappe zet en dat was precies genoeg voor Carlsen om zijn problemen de baas te worden. Met een knappe damezet kon hij de gaten in zijn stelling dichten, bracht hij weer de harmonie tussen de eigen stukken, die zo ontbrak, tot stand en slaagde hij erin om de voornaamste gevaren te bezweren. Hij liet vrijwillig zijn eigen pionnenstelling uit elkaar slaan maar zorgde ervoor dat de dames geruild werden. Daarmee had hij de partij precies op tijd in evenwicht weten te brengen. Hij moest nog één valstrik ontwijken, maar toen was ook meteen alle muziek uit de stelling gehaald. Remise, maar wel na een zeer enerverend duel, dat iets weg had van de voetbalwedstrijd tussen Duitsland en Nederland op dezelfde avond. Waar Oranje lange tijd achter de feiten aanliep, konden de spelers op de valreep (op zijn Duits’ zullen we maar zeggen) een gelijkspel bereiken. Dat is in een notendop ook het gevoel dat ik probeer over te brengen bij het naspelen van deze achtste partij uit deze WK-tweekamp.

 

ANALYSE ACHTSTE PARTIJ

Caruana, Fabiano – Carlsen, Magnus
1. e4 c5 2. Pf3 Pc6

3. d4!?
Daar gaan we dan! Eindelijk de Open Siciliaan. Caruana is er achter gekomen dat hij met 3. Lb5 geen voordeel kan bereiken tegen Carlsen.
3…cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 e5!
En ja hoor, wat velen al dachten: Carlsen heeft de Svesnikov op zijn repertoire gezet.
6. Pdb5 d6
Ik heb een klein beetje research gedaan. Bij mijn weten heeft de Noor deze variant al in 2003 voor het eerst gespeeld (tegen Zelcic, Andreikin en Antal). De eerste verloor hij, de tweede en derde won hij. Daarna speelde hij het heel af en toe een keer, maar zijn resultaten waren wisselvallig. Toen hij vanaf 2007 t/m 2009 driemaal verloor en daarna t/m 2010 er nooit meer mee won, heeft hij de Svesnikov kennelijk afgezworen. Maar voor deze WK-tweekamp hij het systeem van stal gehaald. Misschien dat zijn team heeft ontdekt dat Caruana een probleem heeft tegen de Svesnikov? Of geldt in het algemeen dat topspelers niet weten wat ze ertegen moeten doen? Collega Dimitri Reinderman kan er vast meer over zeggen, want die heeft de Svesnikov op zijn repertoire staan.
7. Pd5
De tweede hoofdvariant binnen de Svesnikov. 7. Lg5 is verreweg de meest gespeelde voortzetting. Maar zit er dan niet zo’n vervelend variantje in waarin zwart voor een herhaling van zetten gaat: 7…a6 8. Pa3 b5 9. Pd5 Da5+ 10. Ld2 Dd8 Als je dan toch op winst wilt spelen met wit, kun je het beste 11. Pxf6+ spelen maar na 11…Dxf6 12. Ld3 Dg6 schijnt het allemaal wel te gaan voor zwart.
7…Pxd5 8. exd5 Pb8
Er is in elk geval een asymmetrische structuur ontstaan en dat belooft een levendige strijd.
9. a4 Le7 10. Le2 O-O 11. O-O Pd7 12. Ld2
Dit heeft Team Caruana kennelijk bedacht. GM Oparin heeft het tweemaal gespeeld. Hij won er eenmaal mee van Gelfand in 2017, maar dat was een rapidpartij en dat zegt ook niet alles. 12. Kh1 is hier het meest populair.
12…f5 13. a5
Beide spelers brengen pionnen naar voren op de kant van het bord waar hun meerderheid zich bevindt.
13…a6
Zwart zit nu met het probleem dat hij zijn damevleugel moet ontwikkelen. Een ander probleem is dat ook a5-a6 lastig kan zijn voor zwart. Maar na 13…Pf6 volgt bijvoorbeeld 14. Le3 en dan gaat 14…a6 niet zo goed vanwege 15. Lb6 Dd7 16. Pc7 met grote problemen.
14. Pa3 e4
Dit is natuurlijk de manier voor Carlsen om zijn stukken te ontplooien. Het paard moet naar e5, loper naar f6 en dameloper naar d7.
15. Pc4 Pe5
16. Pb6
Het paard nestelt zich op het sterke veld. De ruil op e5 is niet geweldig voor wit. Na 16. Pxe5 dxe5 17. c4 f4!? [Ik heb ook een tijdje zit kijken naar 17…Lc5 om na 18. b4 Ld4 te kunnen spelen. Maar hier lijkt de witte pionnenmeerderheid van wit van groter belang dan die van zwart.] 18. Lg4 De8!? en een onduidelijke stelling is er ontstaan waarin de zwarte aanvalskansen bepaald niet onderschat mogen worden.
16…Tb8 17. f4
Uiteraard wil Caruana dat sterke paard op e5 aan de tand voelen.
17…exf3 18. Lxf3 g5
Carlsen laat er geen gras over groeien om zijn bedoelingen duidelijk te maken. De pionnenmeerderheid op de koningsvleugel wil hij hoe dan ook tot gelding zien te brengen. Hier verwachtte ik 18…Lf6 maar na 19. Lc3 krijgen we een analoge stelling als in de partij.
19. c4
En Caruana denkt er hetzelfde van aan de andere kant van het bord.
19…f4
De dameloper wordt onder deze omstandigheden natuurlijk niet naar d7 ontwikkeld waar hij niets doet, maar liever naar f5.
20. Lc3
Men kan zich afvragen waarom wit niet voor het loperpaar gaat met 20. Pxc8 Dxc8 [Als zwart denkt dat hij in dit geval ook het witte loperpaar van het bord moet halen met 20…Pxf3+ 21. Dxf3 Txc8 heeft hij na 22. b3 Lf6 23. Tae1 (zie analysediagram)
duidelijk een probleem. Want de witte stukken staan veel beter dan de zwarte die ook nog met een verzwakte koningsstelling zit opgescheept.] 21. Le2 en als zwart nu brutaal de pion op c4 meeneemt, zal hij de lichte problemen die hij nog ondervindt snel overwinnen. Bijvoorbeeld: [21. b3 Lf6 22. Le2 Df5 lijkt volledig in orde voor zwart.] 21…Dc5+ 22. Kh1 Pxc4 23. Tc1 Pe3 24. Lxe3 Dxe3 25. Ld3 en wit heeft ondanks de pion achterstand (meer dan) genoeg tegenspel.
20…Lf5
Een belangrijk moment in de partij.
21. c5!?
Een knappe zet. Caruana beseft dat hij tijdelijk een pion moet geven om spel te maken. Andere mogelijkheden leveren weinig op voor wit. Zoals bijvoorbeeld: 21. Le2 Dc7 22. b4 Lf6 23. Kh1 Tbd8!? en hier is in principe niet zoveel aan de hand.
21…Pxf3+
Dit antwoord speelde Carlsen bijna à tempo. Hij moet ook wel, hoewel hij niet graag afstand doet van zijn geweldige paard op e5. Nauwelijks in aanmerking komt een zet als 21…Lf6 vanwege 22. c6 en wit heeft groot voordeel.
22. Dxf3 dxc5 23. Tad1 Ld6
Je kunt je afvragen wat precies het idee was van het pionoffer. Zwart heeft behalve de pluspion ook het loperpaar, de vrijpion is onder controle en nog altijd zijn meerderheid naar voren gekregen. Daar zit hem nu net de kneep. Omdat het centrum opengebroken is, ligt de zwarte koningsstelling ernstig open en dat komt voornamelijk door de instabiele toestand in het centrum.
24. h3?!
Een beetje slap, vooral als je net een pion hebt geofferd. Maar aangezien hij kennelijk Dh5 niet van plan was, moet hij natuurlijk nu wel de dreiging … g5-g4 uit de stelling halen. Het gekke is dat er tot dusver weinig aan te merken was op het spel van Caruana, maar hiermee geeft hij eigenlijk de enige grote kans op een eventuele zege uit handen. Maar dan had Caruana wel verder moeten gaan met 24. Dh5! waarna er van allerlei soorten dreigingen een rol gaan spelen. Een willekeurige illustratie zien we na 24…Tf7 25. Pc4 Lg6 26. Df3 Df8 27. Tfe1 en vanwege de uiterst lastige dreiging Te6 gaat zwart ten onder.
24…De8!
Carlsen ziet het gevaar en hij speelt zijn dame naar betere velden. Nog belangrijker is ook dat Tb8 eindelijk ook mee mag gaan doen.
25. Pc4
25…Dg6
Opnieuw toont de wereldkampioen zich een behendig verdediger. Dit is absoluut de enige zet om niet in het nadeel te geraken. Dat kon nog niet met 25…Td8? wegens 26. Pxd6 Txd6 27. Tfe1 Dd7 28. Te5 en wit heeft de touwtjes stevig in handen. Ook hier zien we hoe de verzwakte koningsstelling zwart voortdurend parten speelt.
26. Pxd6 Dxd6
Dit type stelling moet de uitdager voor ogen hebben gehad. Ondanks de pion achterstand is wit degene met de kansen. Dat komt voornamelijk door de beer van een loper die hij heeft op c3. Die schijnt angstvallig gevaarlijk bij de zwarte koning naar binnen. De loper van zwart helpt niet mee in de verdediging dus in feite moet zwart het zien te rooien met de overige stukken. Maar juist met zo’n open koningsstelling blijft het levensgevaarlijk omdat hij geen opponent heeft ten opzichte van die reus op c3.
27. h4!
Natuurlijk begint wit met het aantasten.
27…gxh4!
Weer de enige zet om niet in het nadeel te geraken. Normaal gesproken zou je je pionnenstructuur in tact willen laten met 27…h6 maar na 28. hxg5 hxg5 29. Dh5 Dg6 is zelfs het resterende eindspel erg link voor zwart: 30. Dxg6+ Lxg6 31. d6! en wit heeft alle kansen aan zijn zijde.
28. Dxf4
Een idee, om de dames erop te houden, met 28. Tde1 wordt keurig beantwoord met 28…Tbe8
28…Dxf4 29. Txf4
Dames zijn eraf, dat moet een opluchting zijn geweest voor de zwartspeler.
29…h5 30. Te1 Lg4
Hij kon ook 30…Ld7 spelen om na 31. Txh4 Lg4 te spelen.
31. Tf6!
Een goede zet omdat anders zwart op zijn beurt het wel zou kunnen gaan proberen.
31…Txf6 32. Lxf6 Kf7
Uiteraard, zou ik bijna zeggen. De engine vindt 32…Kf8 de beste zet om na 33. Le7+ verder te gaan met 33…Kg8 34. Lxh4 Tja, wat moeten we daar nou weer van vinden…
33. Lxh4 Te8
Het eindspel zonder torens, met ongelijke lopers is potremise.
34. Tf1+
Dit is misschien het probleem van die engines. Ze zien een pionwinst en gaan ervoor. Maar de mens weet in dit geval feilloos dat wit geen enkele reële winstkansen heeft. 34. Txe8 Kxe8
34…Kg8 35. Tf6 Te2
Zwart speelt actief tegen. De toren kan niet alleen achter de gevaarlijke witte d-pion, hij dreigt ook het nodige via de tweede rij te doen.
36. Tg6+ Kf8 37. d6
Even oppassen voor zwart…
37…Td2!
Natuurlijk mag zwart zich niet vergrijpen aan de witte b-pion: 37…Txb2 38. Txg4! hxg4 39. d7 en wit wint.
38. Tg5
En nu trokken beide spelers de stekker eruit. Het is weer remise, maar we mogen stellen dat het hoe dan ook een enerverende partij is geweest.
½ – ½

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

2 Reacties

  1. Avatar
    arjo1982 20 november 2018

    Anish Giri uitte op twitter het vermoeden dat 18… g5 een gevalletje van het door elkaar halen van de voorbereiding was:

     

    Probably Team Carlsen file says something like 18…f4 19.Ra4 g5. 18…g5 is a red one. That’s modern chess for you.

  2. Avatar
    Zuid Limburg 20 november 2018

    Op chess.com was een poos Nakamura te gast. Opmerkelijk was zijn spontane verbaasde frons na 24. h3.  Op chess.com herhaalden ze later deze opmerkelijke grimas een aantal keer, zal nog wel ergens terug te vinden zijn…  Toch verbazingwekkend dat Caruana na lang nadenken met deze zet op de proppen kwam, dat Nakamura die wat uit de losse pols voor de kijkers had geanalyseerd, deze zet meteen met afgrijzen afkeurde.

     

     

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.