Schaakhistorie (14) : De onverwoestbare Zhaoqin Peng (1997 tot heden)

Zhaoqin Peng doet niet mee aan het Nederlands kampioenschap, hoewel ze die deelname eerder wel had toegezegd. Ze vraagt zich af wat haar deelname nog zou toevoegen aan haar veertien titels. Nu vindt ze het tijd voor de jongere generatie, die ze graag wil trainen en begeleiden. Dat zei ze tien jaar geleden ook. Vorige week speelde ze haar afscheidswedstrijd voor En Passant. Dat deed ze vorig jaar ook. Maar dat geeft niet, Peng mag zo vaak afscheid nemen als ze wil, als ze maar steeds weer terugkomt. Intussen is dit een mooie aanleiding haar geschiedenis eens op een rijtje te zetten.

Alle foto’s: Harry Gielen, 2017/2018

 

Kennismaking met Nederland
Zhaoqin Peng werd geboren op 8 mei 1968 in Canton, China, nabij Hongkong. Pas op haar twaalfde leerde ze schaken, maar twee jaar later werd ze al derde bij het Chinese vrouwenkampioenschap. Ze ging naar een sportinternaat en werd drie keer kampioene van China. Op de Olympiade van 1988 behaalde ze een gouden medaille aan het derde bord.
In 1994 nam Peng in Tilburg deel aan het WK-kandidatentoernooi dat tegelijk met het Interpolis-toernooi plaatsvond. Daar maakte ze niet alleen kennis met Nederland, maar ook met een man, die in de organisatie actief was. Een jaar later reisde ze na een paar toernooien in Joegoslavië weer door naar Nederland, om met deze man te trouwen. Ze had het gevoel dat ze in China niet voldoende zelf over haar leven kon beslissen, ze wilde meer vrijheid, een nieuw leven.
In 1997 nam Peng voor het eerst deel aan het Nederlands kampioenschap voor vrouwen. Haar doel was vooral zich in het Nederlandse schaakleven op de kaart te zetten. Winnen was vanzelfsprekend, na zes zeges sloot ze af met drie remises, waarmee ze anderhalf punt voorbleef op de nummers twee. Tegen Jeroen van den Berg zei ze voor het bondsblad: “Nu ik mij in Nederland gevestigd heb, vind ik het belangrijk om de titel een keer te winnen. Dan weten de mensen tenminste dat ik hier ben. Bovendien wil ik mijn vrouwelijke collega’s graag eens ontmoeten.” Het niveau van haar tegenstanders viel haar tegen: “Het is beduidend lager dan wat ik gewend was. Ik kon het me hier zelfs ongestraft permitteren om tweemaal met 1.e2-e4 te openen, wat ik normaal nooit doe.” Na de zes zeges vond ze het moeilijk geconcentreerd te blijven.
Na dit eerste NK vond Peng het niet meer nodig om mee te doen, maar in 1999 kwam ze hierop terug. Ze was dankbaar voor alles wat de KNSB voor haar deed. Verrassend werd ze slechts derde achter Erika Sziva en Tea Lanchava. In datzelfde jaar kreeg ze een wildcard voor het algemene NK, tussen de mannen. Velen vonden het een publiciteitsstunt. Toen een jaar later computer Fritz werd uitgenodigd, schreef Gert Ligterink in de Volkskrant: “Vorig jaar een vrouw, dit jaar een computer, volgend jaar een miljonair die zich in het kampioenschap inkoopt.” Maar Peng was helemaal geen curiosum, ze stond gewoon op de zestiende plaats van de mannenranglijst. Ze won drie partijen, speelde één remise en werd tiende van de twaalf.

 

Grote overmacht
Vanaf 2000 werd ze twaalf keer op rij kampioen bij de vrouwen, bijna steeds met enorme overmacht. In 2001 scoorde ze 9 uit 10, dat was 2,5 punt voor Sziva. Ik interviewde haar voor het bondsblad en ze vertelde onder andere waaruit de steun van de KNSB bestond. De bond had voor het WK in India zowel haar vliegticket als het honorarium van haar trainer betaald. Bij dat WK werd ze uitgeschakeld in de kwartfinale en ze was tevreden over haar plaats bij de eerste acht. Ze reisde wel wat te veel, vond ze. Haar zoon Caro, een baby, kende zijn vader beter dan zijn moeder. Dat wilde Peng veranderen, zei ze tegen de Leeuwarder Courant.
Over haar partijen bij het NK zei ze dat ze weinig hoefde te bedenken. De fouten van haar tegenstandsters kwamen vanzelf.
In 2006 scoorde ze 8,5 uit 9. Ik berekende dat ze in de laatste zeven kampioenschappen 59 uit 69 had gescoord en dat de verschillende (!) nummers twee samen tot 46 punten waren gekomen. Oftewel, wie er ook tweede werd, Peng had gemiddeld iedere keer twee punten meer. Ik interviewde haar weer voor het bondsblad en ze somde op: Pauline van Nies was twee keer gevaarlijk, maar niet zozeer dat ze kon winnen. Mariska de Mie had één moment waarop ze een remisekans had en tegen Arlette van Weersel had Peng zelf een beetje gek gedaan, maar ze had wel veel compensatie. Oftewel: Peng wist precies wat de cruciale momenten waren geweest, maar ik vroeg me af of haar tegenstanders dat zelf hadden beseft.

 

Europees zilver
Als ze in Nederland geen tegenstand had, keek iedereen natuurlijk naar haar prestaties op het wereldplatform. In 1992, 1994, 1997, 2000 en 2001 was Peng kwartfinalist bij het WK, de laatste drie keer dus als Nederlandse. Haar grote succes kwam bij het Europees kampioenschap in 2004. Samen met Alexandra Kosteniuk werd ze eerste, Peng verloor de barragematch en kreeg dus de zilveren medaille.
In Schaakmagazine vatte Minze bij de Weg haar toernooi als volgt samen: “Het hele toernooi bovenaan gestaan, als enige ongeslagen gebleven, het beste schaak gespeeld, pas op de valreep achterhaald en ten slotte in de twee rapid barragepartijen tamelijk kansloos verslagen.” Peng had baat gehad bij haar trainer Adrian Michaltsjisjin. Ze had in het verleden last gehad van spoken in haar hoofd en vertelde: “Adrian heeft me geholpen de problemen uit mijn hoofd te krijgen en me niet te laten afleiden. Ik heb tijdens het toernooi alleen aan logische zetten gedacht. Daardoor heb ik geen ingewikkelde partijen gespeeld, er kwamen in mijn partijen weinig combinaties voor. Vrouwen spelen bij voorkeur tactisch, hun positioneel inzicht is minder. Toen ik met schaken begon was het ook altijd aanvallen. Tot tien jaar geleden speelde ik heel scherp, Konings-Indisch en dat soort dingen. Als je ouder wordt, wordt dat minder. De positionele dingen blijven dan beter in je hoofd zitten. Ik heb het hele toernooi simpel en logisch gespeeld. Gewoon goede zetten doen en afwachten wat er van komt.”
Het Europese zilver leverde Peng de grootmeestertitel bij de mannen op.

Peng gaat graag met de andere topschaaksters om, zoals bij de Chess Queens. Deze foto is van het NK 2017.

Nieuwe generatie
In 1998 vertegenwoordigde ze ons land voor het eerst bij de Olympiade. Ze won meteen een individuele bronzen medaille aan het eerste bord. Vanaf dat moment speelde ze alle Olympiades en Europese teamkampioenschappen, bijna altijd aan het topbord. Bij het EK van 2007 won ze een individuele gouden medaille.
Na haar elfde nationale titel, in 2009, zei ze tegen het Algemeen Dagblad: “Ik zou er een kick van krijgen als de jongere generatie het van me kan overnemen. Dan kan ik misschien gaan begeleiden, mijn kennis op het mentale vlak overdragen. Een soort managersrol trekt me ook wel.”
Nog twee keer werd ze kampioene, daarna werd ze gepasseerd. In 2012 door Tea Lanchava, in 2013 door Lisa Schut, daarna vier keer door Anne Haast. In 2013 scoorde Peng zelfs maar vijftig procent, in 2017 nog een halfje minder.
Al vele jaren trekken de sterkste schaakvrouwen van Nederland met elkaar op als Chess Queens. Voor allerlei promotionele activiteiten zijn ze inzetbaar. Op hun website schrijft Peng over haar persoonlijke ambities: “Gericht op coaching van jeugdtalenten en het stimuleren van meisjesschaken. Het vrouwenschaak in Nederland promoten/activeren. Actief zijn in technische zaken van de FIDE.” Ze is sinds kort lid van de Technische Commissie van de FIDE. Ook schrijft ze: “Ik ben internationaal schaaktrainer en heb meerdere keren jonge spelers begeleid op mondiale en Europese jeugdkampioenschappen. Behalve schaken werk ik ook af en toe voor een toernooiorganisatie. Mijn taken waren het maken van foto’s en het begeleiden van gasten en jonge talenten. Van tijd tot tijd begeleid ik ook ondernemers die China willen bezoeken, daar zaken willen doen en dan graag een echte Chinakenner willen meenemen.” Tot slot meldt ze beschikbaar te zijn voor simultaans, trainingen, snelschaakdemonstraties en het organiseren van schaakactiviteiten.

 

Toch weer kampioen
Het is duidelijk, Zhaoqin Peng hoeft niet meer zelf achter het schaakbord te zitten voor topwedstrijden. Dat zei ze tien jaar geleden en dat zegt ze nu weer. Maar na haar zeer zwakke NK van 2017, werd ze in 2018 opeens weer kampioen van Nederland, met vijf overwinningen en twee remises. Ze versloeg Tea Lanchava en Anne Haast. Vorig jaar nam ze afscheid van En Passant, waarvoor ze altijd goed scoorde. Dit seizoen speelde ze voor die club toch de laatste partij mee, ze won van Lars Ootes. Zhaoqin Peng is niet stuk te krijgen. Je kunt zeggen dat ze daarmee met opgeheven hoofd heeft afscheid genomen van de wedstrijdsport. Je kunt je ook afvragen of het dan niet blijft kriebelen. Was dit echt haar laatste afscheid?

 

Eerdere afleveringen van Schaakhistorie:
1. Fritz $$$ op het NK (2000)
2. Titelgekte (1963)
3: Roy Dieks kon zijn belofte niet inlossen
4: Het WK-jeugd in Den Haag (1961)
5: De snelle entree van Genna Sosonko (1972-73)
6: De eeuwige breuk met Lodewijk Prins
7: Zonetoernooi Nijmegen: sport en politiek (1960)
8. Bert Enklaar dacht altijd na over de zin van alles
9. De vroege jaren van Schaakbulletin (1968 en verder)
10. VAS en de Europacup van 1956
11. Polgar-manie in Nederland (1989-1992)
12. Prof.dr. M. Euwe: “Kunnen computers denken?” (1964)
13. Vijf keer Loek van Wely in Leeuwarden (2001-2005)

3 Reacties

  1. Avatar
    coenj 19 mei 2019

    Mooi artikel. Er zit 1 kleine omissie in, degene die de hegemonie van Peng doorbrak was Tea Lanchava in 2012. Een jaar eerder dan het kampioenschap van Lisa.

  2. Avatar
    Johan Hut 19 mei 2019

    Ja. Vreemd, want ik heb ze hier op een rijtje staan. De naam Tea Lanchava is precies net zo lang als de naam Zhaoqin Peng, daardoor heb ik er kennelijk letterlijk overheen gekeken.

    Ik heb het aangepast, maar deze reacties laat ik staan.

  3. Avatar
    Johan Hut 19 mei 2019

    Nog een aanvulling. Onder andere door haar kwartfinaleplaatsen bij het WK kreeg Peng een tijdje de A-status van NOC-NSF. Die leverde haar een financiële toelage op, die in principe bedoeld was om bijvoorbeeld haar trainer te betalen. Daarnaast werd ze vanaf 2006 enige tijd gesponsord door Kees Schrijvers. Als tegenprestatie speelde ze voor het team van Spijkenisse, dat net was gepromoveerd naar de eerste klasse, en waar haar zoontje lid was. Ook gaf ze jeugdtraining bij Spijkenisse en Rotterdam.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.