Schaken in de Beeldende Kunst (2)

klik hier voor overzicht publicaties
klik hier voor verloting

Ook de Rotterdamse schilder Adriaen van der Werff (1659-1722) liet ons een drietal schaakschilderijen na, waarop telkens hetzelfde spel staat uitgebeeld.

‘De schaakpartij’, geschilderd op linnen door Adriaen van der Werff (1659-1722). Mogelijk behoort de pion (zie hieronder) bij het hier afgebeelde schaakspel.

Over dit spel merkt Niemeyer op:’… zelf verwoed schaker, heeft hij op drie werken een spel afgebeeld, dat telkens uit dezelfde figuren bestaat, en mogelijk uit zijn eigen bezit en door hem zelf gesneden was. Dit zou dan hetzelfde zijn als het ‘schaakspel met uitmuntende van palm- en ebbenhout gesnedene Figuren, door den Ridder A. van der Werff’, dat op de veiling van zijn acherkleinzoon Abraham Gevers te Rotterdam op 24 juli 1827 onder nummer 55 voor f 200,- verkocht werd. Het werd door den schilder blijkbaar bewaard in ronde spanen doos, die op alle drie schilderijen figureert.’ Sindsdien is het spel spoorloos verdwenen op een pion na, die op mysterieuze wijze in het Rijksmuseum in Amsterdam is beland.

Enig overgebleven pion uit het palmhouten schaakspel van Adriaen van der Werff (1659-1722)

Natuurlijk zijn er ook in de achttiende en negentiende eeuw een aantal schaakschilderijen gemaakt. Daarbij valt vooral een fraai product van de Italiaan Traversi (1732-1767) op, die zijn Napolitaanse stadgenoten bij het schaakspel weergeeft zoals sinds lange tijd al niet meer gebruikelijk was: vechtend.

‘Gevecht bij het schaakspel’, 129,5×181,6 cm, geschilderd op linnen (ongesigneerd) door G. Traversie (1732-1767)

Meer in overeenstemming met de tijd schilderde H.F.C. ten Kate een achttiende-eeuwse salon waarin gelezen, geconverseerd, gemusiceerd, gezongen en … geschaakt werd!

Achttiende-eeuwse salon met links op de voorgrond schaakspelers, circa 1850 geschilderd op linnen door H.F.C ten Kate (1822-1891).

We zijn dan wel ver verwijderd van de absolute stilte die Huon de Bordeaux omgaf en die we nu in de moderne speelzaal terugvinden. Toch was er in de achttiende eeuw wel degelijk ook een andere benadering van het spel. De Fransman Philidor (1726-1795) geldt hedentendage als eerste ‘moderne’ schaker, die niet alleen theoretiseerde maar ook wedstrijden speelde. Zeer zeker werd ook de schaakwedstrijd – waarbij het dus niet alleen meer ging om de aangename tijdpassering – in de achttiende eeuw gebruikelijk. Een schilderij van J.E. Hummel uit 1818 laat een moment van zo’n wedstrijd zien; al is ‘de portretkunst’ op dit schilderij nog wel aanwezig.

‘Schaakwedstrijd in Palais Voss, Berlijn’,116 x 140 cm, in 1818 geschilderd op linnen door J.E. Hummel (1767-1852). Afgebeeld zijn H.C. Genelli, A. Hirt, Graf Ingenheim, Graf Brandenburg, Fr. Bury en de schilder.

Niemeyer merkt over onze eigen tijd in zijn boekje op, dat het schaakspel in onze beeldenwereld een voortzetting vindt in de reclame (bij populaire schaaktournooien), in de caricatuur waarin de voor de leek lachwekkende kanten van het spel (de lange tijdsduur, de absolute stilte) worden verbeeld, en in de politieke cartoon waarin men de grote politici nog al eens tegen elkaar laat aantreden. In grote lijnen is dit zeker juist maar er zijn toch ook nog wel ‘echte’ kunstwerken waarbij het schaak een rol speelt. Ik wil tot besluit van dit hoofdstuk er een enkele noemen, terwijl ik voor de behandeling van het hierboven genoemde naar het hoofdstuk over de schaakcuriositeiten verwijs.

Honoré Daumier (1808-1879) schilderde met onmiskenbaar moderne toets nog schaakspelers tijdens hun spel. De hartstocht en de onverzettelijkheid die zovelen tijdens het spel bevangen, zijn op de gezichten te lezen.

‘De schaakspelers’ 24,5 x 32,5 cm, geschilderd op hout door Honoré Daumier (1808-1879)

Toch zijn zulke direct herkenbare schaakafbeeldingen niet dik gezaaid in onze tijd. De kunstenaar van nu wordt blijkbaar meer geboeid door een mysterieus lijnenspel in het schaakbord. De Nederlandse graficus M.C. Escher maakte een gravure met talrijke optische grappen – zoals we dat bij hem wel meer zien – waarbij het schaakbord als uitgangspunt gediend heeft. De gravure is zo lang, dat van afbeelding helaas geen sprake kan zijn. Ook de kunstenaar Vasardy maakte in 1964 nog een gouache, waarbij het schaakspel als punt van uitgang gediend heeft.

Schaakgouache van G. Vasardy, 1964

Deze vogelvlucht langs de schaakvoorstellingen is met zeker niet minder belangwekkende afbeeldingen uit te breiden, maar ook nu reeds kan de lezer vaststellen, dat het schaakspel door kunstenaars veelvuldig in hun werk werd betrokken.

Uit: Het schaakspel in de kunst- en cultuurhistorie van E.H. Schuyer,1968. Daar waar mogelijk zijn de zwart-wit foto’s uit het boek vervangen door kleurenfoto’s.

Voor deel 1 klik hier.

Lees ook de achtergronden bij het ontstaan van dit boek.

Eddy Schuyer is sinds december 2007 voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Schaakbond. Hij heeft verschillende politieke en bestuurlijke functies bekleed. Voor meer informatie hierover klik hier. TK

Schaaksite.nl verloot vijf exemplaren van het boek Het schaakspel in de kunst- en cultuurhistorie uit 1968. Het is een waardevol collectors item. Als je aan deze verloting wilt meedoen stuur dan een mail naar onder vermelding van ‘Schuyer’. De termijn van inzenden sluit op 30 september . De winnaars melden we daarna zo snel mogelijk op onze site en zij krijgen ook persoonlijk bericht.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.