De Franse soap (9)

De Franse soap (9)

De zaak-Hauchard

Op het nippertje is de Franse soap tot een goed einde gebracht. Er lagen voor de Franse Schaakbond veel bananenschillen op haar weg, waardoor zij in een moeras terecht kwam. Dat het goed is afgelopen komt door, eenvoudig gezegd, de bijstand van de Presidentië raad van de FIDE en het bewijs dat werd geleverd na de Franse tuchtrechtelijke veroordeling.

Overzicht van aantekeningen

  1. Het persbericht
  2. Waar is het bewijs?
  3. De beslissingen van de Tuchtcommissies
  4. Een beroep op processuele fouten
  5. De Franse Schaakbond wendt zich tot de Ethische Commissie van de FIDE
  6. Het biechtgeheim
  7. Zelfstandige onderzoeksplicht
  8. De teamleider
  9. Niet verschijnen op de hoorzitting
  10. Waterscheiding

schaaksite.nl/een-franse-soap-over-vals-spelen-in-khanty-mansiysk

schaaksite.nl/een-franse-soap-2

– Sébastien Feller wordt veroordeeld tot vijf jaar

– Cyril Marzolo wordt veroordeeld tot vijf jaar

– Arnaud Hauchard wordt voor drie jaar geschorst en krijgt een levenslang verbod op teamleider.

Zie: schaaksite.nl/een-franse-soap-3

De opgelegde straffen zijn vreemd. Het gaat namelijk om gezamenlijk – met zijn allen – vals spelen. Iedereen speelt daarin zijn eigen rol. Maar de meest verantwoordelijke in het spel is de teamleider. Hij is de hoogst gekwalificeerde persoon, nota bene aangesteld door de Franse Schaakbond. Uitgerekend hij komt er met een absurd lichte straf vanaf. Alleen al uit hoofde van zijn functie had hij de zwaarste straf moeten krijgen.

schaaksite.nl/de-franse-soap-4

Welnu, die procedures kunnen járen duren. Het gaat dus om de bodemprocedure bij de rechtbank, eventueel hoger beroep bij het gerechtshof, (evt. naar de hoge raad) en als laatste het Hof van Arbitrage voor Sport in Lausanne. En zolang de beslissing niet definitief is mogen de spelers rustig blijven schaken.

Dan is het verder een kwestie van lange adem. Alle betrokkenen moeten dus beschikken over een flink uithoudingsvermogen. Zolang de rechters in hoogste instantie niet hebben beslist, zijn de straffen opgeschort en kunnen de spelers blijven schaken. Totdat iemand moe wordt van al die procedures, of geen geld meer heeft om zijn advocaat te betalen. Dan stopt de zaak eerder.

schaaksite.nl/de-franse-soap-5

Door zo te handelen kan de Franse Schaakbond alle lopende Franse procedures doorbreken. De bond hoopt dat door een uitspraak van de Ethische Commissie in één klap de boel van tafel is.

Echter, voor de Ethische Commissie beroepen Hauchard en Feller zich op formele gronden dat de Commissie onbevoegd is de zaak te onderzoeken, want de zaak is nog onder de Franse rechter. En in wezen hebben de spelers daarin niet geheel ongelijk. Dat geeft de Ethische Commissie ook toe: dat is een lastig te behandelen (lees: te weerleggen) verweer. Gelukkig hoeft de Ethische Commissie deze moeilijke vraag niet te beantwoorden, omdat ook de Presidentiële raad van de FIDE de Ethische Commissie heeft gevraagd de zaak te onderzoeken.

Welnu, als zou blijken dat de Commissie onbevoegd is de zaak te onderzoeken op verzoek van de Franse Schaakbond, maakt dat niets uit, omdat zij op grond van de Ethische Code in ieder geval daartoe wel bevoegd is als het gaat om een verzoek van de Presidentiële raad. Het verweer doet er dus niet toe. Zo is de Franse Schaakbond met de schrik vrij gekomen. Het laat tegelijk zien hoe belangrijk processuele verweren zijn: zo gek was het verweer van Hauchard en Feller niet.

Zie het slot van paragraaf 5 van de beslissing van de Ethische Commissie.

7. Zelfstandige onderzoeksplicht” name=”tekst7″>7. Zelfstandige onderzoeksplicht

De Ethische Commissie heeft een zelfstandige, onafhankelijke onderzoeksplicht. Zij heeft niets te maken met allerlei formele of processuele bijzondere regels van een land. Vandaar dat processuele fouten die de Franse Schaakbond mogelijk heeft gemaakt, geen rol spelen. De Commissie onderzoekt de zaak zelf. En mag zij ook rekening houden met nieuwe feiten na de Franse tuchtzaken.

schaaksite.nl/voor-wiens-rekening-komt-het-onbehoorlijke-gedrag-van-de-teamleider

In die zaak behandelt Gijssen een teamleider alsof hij een gewone omstander is. En – anders dan de competitieleider van de KNSB – denkt ook de commissie van beroep van de KNSB daar zo erover, vgl. Het Witte Paard (HWP(Z)) – ASG, Klasse 1B 1998-1999, 19 september 1998, beslissing competitieleider van 25 september 1998, beslissing commissie van beroep van 7 december 1998, Zaaknummer: 9899-1.

Dergelijke opvattingen bepalen de gedachten nu eenmaal. Als men dit begrijpt, kan men beter begrijpen waarom de Franse tuchtrechters de teamleider zo’n absurd lage straf hebben opgelegd.

Een teamleider op een kwalificatie voor een Europees Kampioenschap of een Olympiade is geen teamleider te vergelijken met die in een regionale competitie. Het gaat vaak om iemand die een goed betaalde baan heeft. Indien zo iemand betrokken is bij een fraude geval mag men hem dat het zwaarste aanrekenen van iedereen. Hij hoort de hoogste straf te ontvangen.

Daarom is het voortaan beter niet te spreken van ‘de zaak-Feller’, maar: de zaak-Hauchard.

10. Waterscheiding” name=”tekst10″>10. Waterscheiding

Ik denk dat de zaak-Hauchard een groot keerpunt markeert in de schaakrechtgeschiedenis. Bedacht moet worden dat Marzolo ook bekende dat dit soort vormen van vals spelen vaker voorkomt (en dan doelt hij niet op Parijs en Biel).

Met allerlei razendsnelle technische ontwikkelingen (over vijf jaar zijn de bestaande mogelijkheden nog meer veranderd) rijst de vraag hoe de schaakwereld daarop moet reageren. In feite gooide de president van de FIDE vorig jaar de handdoek al in de ring: het klassieke schaak heeft zijn langste tijd gehad. Rapid- en snelschaak hebben de toekomst.

In 2009 schreef ik een artikel over Tiviakov en Mamediarov die hun tegenstanders van vals spel beschuldigden.

Ik schreef dat sommigen menen dat als er maar ‘duidelijke’ regels komen met liefst zeer strenge straffen het probleem vanzelf is opgelost. Dat vond ik een misverstand. Met nieuwe regels worden de problemen alleen nog groter. De bestaande, ruim geformuleerde regels zijn al voldoende, te weten artikel 12.1 van de FIDE-regels en de Ethische Code van de FIDE, zo schreef ik. Het gaat dan ook om de toepassing van de bestaande regels.

‘De kern van het probleem is, hoe kan een speler bewijzen dat zijn tegenstander vals speelt? En wat doet een scheidsrechter met zo’n beschuldiging indien een speler zijn tussenkomst inroept? Vreemd genoeg wordt daarover niet geschreven. Ook op een groot congres in New York worden die vragen niet eens gesteld! Hoe de regels ook zijn geformuleerd, in het leven draait het altijd om het bewijs. Geen bewijs, geen veroordeling.’

Ik denk dan ook dat de bonden goed moeten kijken naar hun reglementen als zij met zo’n geval te maken krijgen. Daarbij moet worden bedacht dat elk geval weer anders is. De Franse soap is een heerlijke les waarin veel aspecten aan de orde komen. Het is dan ook goed wanneer wedstrijdleiders en besturen aan die zaak veel aandacht te besteden.

Zie voorts de volgende artikelen:

– Het (vermeend) vals spelen m.b.v. een computer, deel 1.

pijpersh.home.xs4all.nl/index.html?page=http://pijpersh.home.xs4all.nl/nl/schaakrecht/pdg/schaakrecht_pieter_96.html

– Het (vermeend) vals spelen m.b.v. een computer, deel 2.

pijpersh.home.xs4all.nl/index.html?page=http://pijpersh.home.xs4all.nl/nl/schaakrecht/pdg/schaakrecht_pieter_101.html

– De beschuldigingen van Tiviakov en Mamediarov

pijpersh.home.xs4all.nl/index.html?page=http://pijpersh.home.xs4all.nl/nl/schaakrecht/pdg/schaakrecht_pieter_119.html

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.