Schaakrubrieken weekend 8 februari 2014

Schaaksite.nl is een site voor iedere geïnteresseerde in het schaken. Daarom mag aandacht voor de schaakrubrieken in de landelijke bladen niet ontbreken. Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het verschijnen van de veelal zaterdagse schaakrubrieken.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

En aan het eind wint Magnus Carlsen

Voorop het laatste nummer van het tijdschrift New in Chess staat een uitspraak van Hikaru Nakamura: „Ik denk dat ik op het moment de grootste bedreiging van Carlsen ben”. Het blad wordt gelezen door topschakers, omdat ze er zelf in schrijven en ook graag zien wat de concurrentie denkt. Toen ze de ferme woorden van Nakamura lazen, zullen Aronian en Kramnik misschien gedacht hebben: „Wel, wel, jonge man, en wij dan?”

In feite was Nakamura, die toen derde op de wereldranglijst was, niet echt onbescheiden. In het interview waaraan die uitspraak was ontleend, maakte hij duidelijk dat hij zich nu nog niet als de tweede schaker van de wereld beschouwde, en dat zijn bedreiging van Magnus Carlsen pas later zou komen.

Je moet oppassen met ferme uitspraken. Jan Timman zei eens dat het heel gezond was om een beetje op te scheppen, maar niet als er een journalist met een opschrijfboekje in de buurt was.

Afgelopen zondag speelde Nakamura in Zürich tegen Carlsen. In wat ze nu ‘klassieke partijen’ noemen, partijen met ruime bedenktijd, had hij zeven keer van Carlsen verloren en nog nooit gewonnen.

Nakamura kwam gewonnen te staan. De computer Houdini schoot uit naar +6, wat overeenkomt met een voordeel van twee stukken, tenminste, als je de goede zetten vindt. Nakamura vond ze niet en verloor die partij. Misschien had Timman gelijk en is het gevaarlijk om te veel zelfvertrouwen te vertonen met een journalist in de buurt.

In Zürich speelden vier topspelers van het Tata Steel-toernooi, aangevuld met Carlsen en Anand. Wat de gemiddelde rating betreft, was het het sterkste toernooi aller tijden, wat met maar zes spelers natuurlijk makkelijker te bereiken is dan in een groot toernooi.

Variërend op een voetbalwijsheid kun je zeggen dat schaken een spel is op een bord van 64 velden met 32 stukken, en aan het eind wint Magnus Carlsen. Zo ging het ook in Zürich.

Magnus Carlsen – Fabiano Caruana, Zürich 2014

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. d3 Lc5 5. Lxc6 dxc6 6. h3 Pd7 7. Le3 Ld6 8. Pc3 c5 9. 0-0 Pf8 10. Pd2 Pg6 11. Pc4 Le6 12. Pe2 Dd7 13. Pxd6+ cxd6 14. f4 exf4 15. Pxf4 Pxf4 16. Txf4 Zoals vaak bij Carlsen lijkt het of hij in de opening niets bijzonders ambieerde. 16…b6 Zwart had veilig 16…0-0 kunnen spelen, want een directe overval met 17. Dh5 f6 18. Th4 loopt na 18…g5 slecht voor wit af. 17. Dh5 d5 Hij opent de stelling met zijn koning nog in het midden. Hier zou 17…0-0 slecht zijn na 18. Th4 h6 19. Tf1 met sterke aanval voor wit. 18. d4 c4 19. b3 Dc6 20. Taf1 0-0-0 21. bxc4 Dxc4

22. Txf7 Over dit kwaliteitsoffer dacht Carlsen niet lang na, want hij besefte dat hij geen risico liep. 22…Lxf7 23. Txf7 Td7 24. Txd7 Kxd7 25. exd5 Met twee pionnen voor de kwaliteit en een onveilige zwarte koning staat wit duidelijk beter. 25…g6 26. Dg4+ Kc7 27. De6 Kb7 28. De7+ Dc7 29. De4 Dd7 30. d6+ Ka6 31. Lf4 Tc8 Hier en ook op de volgende zet had zwart met b6-b5 nog weerstand kunnen bieden. 32. Kh2 Tc4 33. Lg3 Tc8 34. Dd3+ Kb7 35. c4 Met zo’n pionnenblok gaat het verder bijna vanzelf. 35…Dc6 36. Db3 Ka8 37. a4 Te8 38. a5 Kb7 39. c5 Kc8 40. axb6 axb6 41. d5 Een nauwkeurig berekende slotaanval. 41…Dxc5 42. Da4 Te3 43. Da8+ Kd7 44. Db7+ Ke8 45. d7+ Kd8 46. Lh4+ Te7 47. Dc8+ Zwart gaf op.

Gert Ligterink

Rentree met ups en downs

Er wordt soms gezegd dat een nieuwe wereldkampioen pas echt laat zien dat hij voortaan de baas is als zijn eerste optreden na de gewonnen WK-match een eclatant succes is. Grote kampioenen hebben aan die voorwaarde voldaan. Karpov won in 1975 met overmacht het toernooi in Portoroz/Ljubljana en Kasparov versloeg in 1985 Timman in de KRO-match met 4-2.

Magnus Carlsen genoot ruim twee maanden van het leven na de match tegen Anand. Het Tatatoernooi liet hij voor het eerst sinds 2004 aan zich voorbij gaan. Hij gaf de voorkeur aan een fotosessie met Cristiano Ronaldo en een vluggertje tegen Bill Gates, die hij in twaalf seconden en negen zetten versloeg.

Vorige week keerde Carlsen terug voor het serieuze werk. In Zürich deed hij wat van een wereldkampioen wordt verwacht

door een vorstelijk bezette zeskamp te winnen met 4 punten uit 5 partijen. Hij versloeg Gelfand, Nakamura en Caruana en maakte remise met Aronian en Anand.

Het zou mooi zijn als hieraan kon worden toegevoegd dat Carlsen volstrekt ongenaakbaar was. Dat was hij soms, maar niet in al zijn partijen. De remise (met wit) tegen Aronian was moeizaam en de ontsnapping tegen Nakamura was een mirakel. De Amerikaan had de winst voor het grijpen, maar faalde zo jammerlijk dat hij nog verloor.

Twee winstpartijen van Carlsen waren van hoog niveau.Verbazingwekkend was zijn vernietiging van Gelfand vanuit een op het eerste gezicht onschuldige stelling en ronduit bruut was de manier waarop hij Caruana versloeg. ‘Hij pakte hem bij zijn kladden en gooide hem het raam uit’, schreef een Noorse bewonderaar.

Carlsen – Caruana Zürich 2014

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 Pf6 4. d3 Lc5 5. Lxc6 dxc6 6. h3 Pd7 7. Le3 Ld6 8. Pc3 c5 9. 0-0 Pf8 10. Pd2 Pg6 11. Pc4 Le6 12. Pe2 Dd7 13. Pxd6+ cxd6 14. f4 exf4 15. Pxf4 Pxf4 16. Txf4 b6

Als zwart kort zou willen rokeren, is dit het juiste moment. Na wits volgende zet moet zwarts koning uitwijken naar de damevleugel.

17. Dh5 d5 18. d4 c4 19. b3 Dc6 20. Taf1 0-0-0 21. bxc4 Dxc4 22. Txf7!

Carlsens commentaar: ‘Ik voelde dat dit het moment was om toe te slaan. Verliesgevaar zou er immers nauwelijks zijn. Voor de geofferde kwaliteit krijg ik een paar pionnen en het initiatief.’

22 … Lxf7 23. Txf7 Td7 24. Txd7 Kxd7 25. exd5 g6 26. Dg4+ Kc7 27. De6 Kb7 28. De7+ Dc7 29. De4 Dd7 30. d6+ Ka6 31. Lf4 Tc8 32. Kh2 Tc4 33. Lg3 Tc8

Nu krijgt wit de kans zijn c- en apionnen mee te laten doen aan de aanval. In aanmerking komt misschien 33 … b5, waarna 34. De7 Dxe7 35. dxe7 Tc8 36. Lc7Tg8 houdbaar lijkt voor zwart.

34. Dd3+ Kb7 35. c4 Dc6 36. Db3! Ka8

Niet 36 … Dxc4? 37. Dxc4 Txc4 38.d7.

37. a4 Te8 38. a5 Kb7 39. c5 Kc8 40. axb6 axb6

41. d5!

Scherp berekend.

41 … Dxc5 42. Da4 Te3 43. Da8+ Kd7 44. Db7+ Ke8 45. d7+ Kd8 46.Lh4+ Te7 47. Dc8+

Zwart geeft op.

Dit was Carlsen op zijn best. Op zijn fortuinlijkst was hij in het volgende fragment:

Nakamura – Carlsen na de36ste zet van zwart. Het is duidelijk dat wit riant staat, maar hoe moet hij

winnen? Nakamura koos na een lange denkpauze de verkeerde oplossing 37. d6?

Met 37. Df1! b5 38. Txh7! kon Nakamura zijn eerste winstpartij tegen Carlsen op schitterende wijze bekronen.

37 … Pxd6! 38. Pxd6 Td8 39. Pc4

Misschien zag Nakamura te laat dat 39. Pf5? niet gaat wegens 39 …Td1+ 40. Ka2 De6+! 41. Kb2 Db6+ en wit loopt mat.

39 … Dxe4 40. Dh5?

Van kwaad tot erger. Na 40. Pe3 Dd3 41. Pf5 zou Carlsen genoegen hebben genomen met eeuwig schaak.

40 … Td3 41. Th4 Df5 42. De2 b5 43. Pd2 Dxg5 44. Dxd3 Dxh4 45. Pe4 Kxg7

Met vijf pionnen voor het paard wint zwart gemakkelijk. Nakamura gaf op bij de 61ste zet.

Hans Böhm

De veerkracht van een kampioen

Direct na Tata Steel reisden Levon Aronian, Hikaru Nakamura, Fabiano Caruana en Boris Gelfand naar Zürich, waar wereldkampioen Magnus Carlsen en Viswanathan Anand hen opwachtten voor een van de sterkste zeskampen in de geschiedenis. Alle topspelers zijn er op gebrand de nieuwe kampioen als eerste te verslaan, zo’n overwinning gaat de wereld rond. De vraag was dan ook: hoe gaat Carlsen om met de gewijzigde omstandigheden? Zou hij zijn status consolideren of gaat hij voor het doorbreken van de 2900 Elo-grens, wat werkelijk sensationeel zou zijn. In de derde ronde werd Carlsen zwaar getest.

H. Nakamura – M. Carlsen

1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.f3

De Kmoch-variant in het Nimzo-Indisch, die Anand in de negende partij van de WK-match ook speelde en daarmee interessant spel verkreeg: 4…d5 5.a3 Lxc3+ 6.bxc3 c5 7.cxd5 exd5 8.e3 c4 9.Pe2 Pc6 10.g4 0-0 en wit kan de aanval op Kg8 gaan zoeken terwijl zwart zich op de damevleugel concentreert.

4…d5 5.a3 Le7

Carlsen wil niet in een voorbereide opening terechtkomen. Wit krijgt nu zomaar een sterk centrum.

6.e4 dxe4 7.fxe4 e5!? 8.d5!

Veel logischer dan wat er ook wel eens geprobeerd is: 8.Pf3 exd4 9.Dxd4 0-0 10.Dxd8 Lxd8 en zwart heeft niets te klagen. Na de tekstzet behoudt wit een duurzaam ruimtevoordeel.

8…Lc5 9.Lg5 0-0 10.Pf3 Lg4 11.h3 Lxf3 12.Dxf3 Pb-d7 13.0-0-0 Ld4

Zwart moet een opzet kiezen. In aanmerking kwam 13…Tc8 14.Kb1 c6 15.dxc6 Txc6 16.Pd5 Ld4 en beide partijen hebben spel. Nu krijgt wit een andere voortzetting:

14.Pe2! c5?!

Jan Timman was als gast aanwezig in het live-stream commentaar en vond dat zwart veld c5 moest vrijlaten voor het paard, dus 14…c6 15.Pxd4 exd4 16.Txd4 Db6 17.Td1 Te8 en de paarden zijn voorlopig sterker dan de lopers.

15.g4

Wit mag zeer tevreden zijn over de opening: zijn aanval is al ingezet terwijl zwart nog moet beginnen. Ik verwachtte iets als 15…Db6 16.Td2 h6 17.Lh4 Da5 18.Tc2 a6 en zwart gaat met b5 lijnen openen. Carlsen wil zijn toren laten meeverdedigen over de zesde rij:

15…a5 16.Kb1 Ta6 17.Pg3!

Goed beoordeeld! Punt b2 kan makkelijk verdedigd worden en wit dirigeert nog meer stukken naar Kg8. “Ik begon hier al een beetje wanhopig te worden”, zei Carlsen achteraf. De lichaamstaal ging meedoen: Carlsen schudde zijn hoofd van ’nee’, Nakamura knikte juist van ‘ja!’.

17…g6?

Dat speelt wit in de kaart vanwege de opmars van de h-pion. Maar ook na het betere 17…Tb6 18.Lc1 Pe8 19.h4 heeft wit al het spel.

18.h4 a4 19.Th2 Da5 20.Ld2 Dc7 21.g5 Pe8 22.h5 Tb6!?

Carlsen weet dat hij verloren staat en probeert zo goed mogelijk te vechten. Hij biedt de kwaliteit aan met 23.La5 Txb2+ 24.Txb2 Dxa5 en ook al staat wit gewonnen er is nog spel.

23.Lc1 Tb3 24.Dg4! Pb6 25.Le2! Pd6 26.Td-h1

Veel wint, zoals 26.hxg6 fxg6 27.Td-h1 Tf7 28.De6 Kf8 29.Pf5! en de aanval slaat door. Nakamura had hier nog een kwartiertje voor veertien zetten. Carlsen compliceert zo veel mogelijk.

26…Lxb2!? 27.Lxb2 Pbxc4 28.Lxc4 Pxc4 29.hxg6 Db6 30.g7!

Prachtige zet die allerhande matbeelden geeft.

30…Td8 31.Dh4 Txb2+ 32.Ka1 Txh2 33.Txh2 Dg6 34.Pf5 Te8 35.Dg4!

Briljant maar met de verkeerde gedachte gespeeld. Natuurlijk staat wit gewonnen maar hoe brengt hij de beslissende klap toe?

35…Db6 36.Dh3 Dg6

Wit had hier het applaus van zijn leven kunnen krijgen met 37.Df1!, dat ligt niet voor de hand, een aanvalsstuk terugtrekken. Maar het mooiste komt nog: 37…b5 38.Txh7!! Dxh7 39.Ph6+ Kxg7 40.Dxf7+ en het loopt mat. Nakamura speelt de zet die als ‘winnend’ werd beoordeeld maar die de winst weggeeft:

37.d6? Pxd6! 38.Pxd6 Td8 39.Pc4

want 39.Pf5 Td1+ wordt mat

39…Dxe4 40.Dh5?

Wit kon nog remise maken met 40.Pe3 Dd3 41.Pf5 Dd1+ 42.Kb2 Td2+ 43.Txd2 Dxd2 met eeuwig schaak. De stelling is plotseling volledig gekanteld.

40…Td3 41.Th4 Df5 42.De2 b5 43.Pd2 Dxg5 44.Dxd3 Dxh4 45.Pe4 Kxg7 46.Df3 Df4 47.Dg2+ Kf8 48.Kb2 h5 49.Pd2 h4 50.Kc2 b4 51.axb4 cxb4

en tegen zoveel pionnen kon het paard niet op. Carlsen zat doodstil, Nakamura bleef in ongeloof van ‘nee’ schudden. Hij was zo dichtbij maar een kampioen vindt ook in verloren stellingen nog ressources.

Bab Wilders

Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast, dat zie je vaak op club en toernooi waar schakers nogal voorzichtig opereren, soms “überdecken “, in een stelling waarin de grootmeester onmiddellijk de combinatie herkent. Wanneer het een opgave is ,in de zin van: “Hoe wint wit een stuk?”,zodat duidelijk is dat er iets in zit,ziet men het wel. De grootmeesters Palatnik en Alburt willen nu met de vernieuwde druk van Chess tactics for the tournament player (978-1-889323-27-5) van het Chess Information & Research Center de gemiddelde schaker meer tactisch inzicht bijbrengen via 9 lessen.

Alles wat met tactiek te maken heeft komt aan de orde variërend van het typerende loperoffer op h7 tot de psychologische problemen die zich kunnen voordoen bij zowel offeraar als slachtoffer. Een boek met ook talrijke opgaven om het geleerde te testen en de zaak goed te kunnen doorrekenen, rekening houdend met de soms fatale tussenzet dan wel het weigeren van het offer. Het is ook een leuk boek om in bus of trein mee te nemen want bord en stukken heb je er niet bij nodig. Lev Alburt heeft ook een eigen site (www.ChessWithLev.com ) waar men nog meer van dit soort leerzame boeken kan vinden. Zeer aanbevolen voor de gemiddelde clubspeler.

Er was enig gemor onder het schaakvolk dat bij Tata het allemaal wat minder moest maar als de schakers eerlijk zijn begrijpen ze ook wel dat deze maatschappij eigenlijk niet zo veel belang heeft bij deze sponsoring, alles is dus mooi meegenomen. Dit keer dus slechts twee Nederlanders in de hoofdgroep nl van Wely en Giri. Volgende keer een Tata-partij. nu iets heel anders: Ik las weer eens in het boek Los Voraces 2019 en vond daar een leuke partij met sterk wisselende kansen en vele tactische grappen en grollen waar beide spelers soms even te kort doordenken. Vilkovic met wit en Karlson. Als deze namen u niets zeggen kan dat kloppen want de partij werd in 2019 gespeeld.

1.e4 e6 Frans dus 2.d4 d5 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 Lb4 5.e5 h6 6.Ld2 Lxc3 7.bxc Pe4 8. Dg4 g6 9. Lc1 c5 10. Ld3 Pxc3 11.dxc Pd7 Hier wijkt mevrouw Karlson af van de partij die ze een week eerder speelde, toen deed ze Da5. 12.Pf3 Dc7 13. 0-0 Pxc5 (..Pxe5 14. Dd4) 14. Te1 Dd7 Hier zou Df4-Df6 wit een klein maar blijvend voordeel gegeven hebben maar na lang nadenken stort hij zich een avontuur: 15. Lxg6 Tg8 (fxg 16. Dxg6+ Kf8 17. Lxh6+) 16. Lxf7+ Kxf7 17. Dh5+ Ke7 18. Dxh6 Wit heeft vele dreigingen en eigenlijk was alleen 18..Kd8 zinvol maar zwart wil wat materiaal teruggeven met 18..Taf8 19. Lg5+ Ke8 20. Dh7 Txg5 zwart heeft weinig anders 21. Pxg5 P5e4 Wit kan natuurlijk gewoon met de h-pion gaan lopen maar weer laat hij zich verleiden tot een tactische grap maar dan moet je wel heel goed doorrekenen. 22. Pxe6 Dxe5!! opeens zijn de dreigingen van zwart bv Pe2+. Slaan op f8 gaat dus niet (23. Pxf8 Pe2+ en nu 24. Kf1 Pd2 dan wel 24. Kh1 Pxf2 of 24. Txe2 Dxa1+ enz.) Dus 23.f3 Pe2+ 24. Kf1 Lxe6 25. Dxb7 zinloos Txf3+ en 0-1 (27.gxf3 Lh3+ 28. Kxe2 Dxh2+ en mat volgt.)

De tweezet van Holladay is probleem 2463:

En de sleutelzet van probleem 2461: 1.Td6.

Johan Hut

Anish Giri niet agressief, wel degelijk

Anish Giri werd gedeeld tweede in het Tata Steel Chess Tournament in Wijk aan Zee. Het beste resultaat van een Nederlander sinds de toernooizege van Jan Timman in 1985, schreef ik vorige week. Dat is wel waar, maar Jeroen Piket werd in 1997 ook tweede. Die had echter niet de loodzware tegenstand die Giri nu had. De negentienjarige Rijswijker won twee partijen, speelde negen remises en bleef daarmee als enige ongeslagen.

In het slotweekend was Gari Kasparov een dag op bezoek. Hij sprak vooral over politiek, maar had ook een mening over Giri. Gert Ligterink citeerde hem in de Volkskrant als volgt: “Soms schiet zijn slagvaardigheid tekort. Het verbaasde mij dat hij een opgelegde winstkans tegen Gelfand niet benutte. In een vluggertje zou de winnende zet zonder nadenken uit zijn vingers zijn gekomen.”

Andere journalisten schreven dat Kasparov Giri niet agressief genoeg vond, wat je ook zou kunnen aflezen aan zijn score van negen remises. Giri daar zelf over, geciteerd in het Algemeen Dagblad: “Ik heb goed gespeeld, degelijk, maar ik had hier en daar wat meer risico’s kunnen nemen.” Aronian nam Giri echter in bescherming. Marcel Kosters citeerde hem in deze krant als volgt: “Giri speelt heel goed, ik wens hem succes. Kasparov zegt dat hij misschien te degelijk speelt, maar ik denk dat iedere speler zijn eigen stijl moet vinden. Als Giri in zijn spelopvatting gelooft, zal hij slagen.”

Giri steeg door dit prachtige resultaat op de wereldranglijst van negentien naar vijftien. Daar stond hij in oktober ook al. Voor de top tien is nog wel een flinke sprong nodig. Maar wat wil je, een notering in de top tien zou voor een Nederlander een sensatie zijn.

Een van de leukste partijen werd gespeeld in de B-groep door Benjamin Bok, die dankzij zijn mooie zesde plaats grootmeester werd.

Bok-Yu

1.e4 c5 2.Pf3 e6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 a6 5.Ld3 Pf6 6.0-0 d6 7.c4 Le7 8.Pc3 b6 9.f4 Lb7 10.De2 0-0 11.Kh1 Pbd7 12.Ld2 Dc7 13.Tae1 Tad8 14.Pf3 g6

Bij dit zogenaamde drierijensysteem wil zwart zich een keer met d5 bevrijden. Wit is in deze partij eerder met het doorbreken van de impasse.

15.f5 Tfe8 16.fxe6 fxe6 17.Pg5 Lf8 18.De3 h6 19.e5

Bedoeling: Ld3 ruimte geven en het veld e4 vrijmaken voor een paard. Duidelijke varianten had Bok misschien nog niet in gedachten.

19…Pg4 20.Dg3 Pdxe5 21.Pf7

Een eerste onverwachte inslag.

21…Td7 22.Pxe5 Pxe5 23.Txe5

Tweede verrassing, al wat moeilijker.

23…dxe5

24.Lxh6

Na 24.Dxg6+ Tg7 25.Dxe8 Lxg2+ verliest wit de dame, maar na deze zet komt Dxg6 er wel in te zitten.

24…Tg7 25.Lxg6

De sterkste. Het gaat niet om materiaal graaien.

25…Tee7 26.Dh3 Dxc4 27.Lh7+

Weer zo’n krachtzet. Er volgt een klopjacht op de zwarte koning.

27…Kxh7 28.Lxg7+ Kxg7 29.Dg3+ Kh7 30.Txf8 Tg7 31.Dh3+ Kg6 32.Dg3+ Kh7 33.Dh3+ Kg6

34.b3

Nu laat zwart e6 los, maar na 34…Dc6 35.Dg4+ Kh6 36.Dh4+ Kg6 37.Tf6 staat hij ook mat.

34…Dd4 35.Dxe6+ Kh5 36.Df5+

Rini Kuijf

Voor beginners A6321

Wit aan zet wint met?

Voor gevorderden B6321

Wit aan zet wint alleen met?

Henk Prins

In schaakpartijen gebeurd het nogal eens dat een winstcombinatie wordt gezien, maar dat zetten daarna door de op winst spelende partij worden verwisseld. Daardoor werkt de winstcombinatie niet , of is het effect veel minder. In sommige gevallen kan het resultaat zelfs tegenovergesteld zijn. In de partijuitleg van vorige week overkwam deze onnauwkeurigheid toptalent grootmeester Giri bijvoorbeeld op zijn twintigste zet en daarvoor moest hij langer vechten om de winst binnen te halen op grootmeester Naiditsch.

In de schaakproblematiek moet vooral in de drie- en meerzetten gelet worden op de juiste volgorde van de zetten voor de matvoering. Zo zijn de witte zetten op de tweede en de derde zet in een driezet heel belangrijk. In het probleem van Visbeen van twee weken terug traden de tweede en de derde zet van wit wisselend op. Een thema dat talloze malen is bewerkt.

De driezet die twee weken geleden ter oplossing werd geplaatst (zie diagram) heeft ook iets met de tweede en de derde zetten van wit. In dit probleem van Martin Wessels moet ook nauwkeurig gelet worden op de volgorde van de witte zetten. De sleutelzet van driezet 884 is 1. De1! Wit dreigt nu 2. Db1 schaak, Kd5 en 3. Tc5 mat. Zwart kan deze dreiging tegenhouden door 1. …Kd5 eerst te spelen. Het mooie is dan dat wit begint met de matzet van de dreiging, namelijk 2. Tc5 schaak, Ke4 en zwart mat zet met 3. Pd2. Een andere parade tegen de dreiging is 1. …Df8, de dame dekt veld c5, waardoor de toren niet meer op c5 kan mat geven. Wits matvoering na 1. …Df8 is 2. Pd2 schaak, dus juist weer de matzet van de vorige variant. Zwart vervolgt met 2. ….Kd5, waarna 3. Pf6 mat is.

De volgende variant is 1. …Dxb8, zwart maakt veld d6 vrij voor zijn koning, wat betekent dat de dreiging met 3. Tc5 niet meer gaat. Na 1. …Dxb8 komt 2. Pf6 schaak, de derde zet van de laatste variant. Zwart speelt dan 2. …Kd3 en wit geeft mat met 3. Pa5. Op 1. …Kd3 komt 2. Pa5 schaak, Ke4 3. Dh1 mat. De laatste variant 1. …bxc4 of 1. …Lxc4 waarop 2. Dh1 schaak, Kd3 en 3. Db1 mat volgt.

Dit laatste mat is de eerste zet van de dreiging, wat dus betekent dat de cirkel rond is. Geven we de tweede zet van wit en de derde zet een “letter” mee, dan wordt de volgende cyclus gezien: AB-BC-CD-DE-EF-FA.

Voor de helderheid: A= Db1, B=Tc5, C=Pd2, D=Pf6, E=Pa5 en F=Dh1.

Martin Wessels behaalde met deze driezet een derde prijs in het S. Brehmer memorial toernooi.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.