Schaakrubrieken weekend 3 mei 2014

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Johan Hut Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Aan het eind wint Magnus weer

Eind vorige week had Magnus Carlsen in het Vugar Gashimov Memorial in Azerbajdzjan net twee partijen achter elkaar verloren, maar wat ik toen nog niet kon vertellen, was dat hij op de rustdag van vrijdag wel een succes had behaald. In een voetbalwedstrijd had hij zijn team naar de overwinning gevoerd door drie doelpunten te maken. Voetballen kan hij ook erg goed.

Hij is anders dan je van een schaker zou verwachten, las ik vaak in media die niet in schaken zijn gespecialiseerd, en dan vroeg ik me af hoe ze zich een schaker voorstellen. Misschien als op oude gravures uit de negentiende eeuw met statige schakers in stijve pakken. Die schakers waren niet zo stokoud als ze ons nu voorkomen, maar voetballen deden

ze niet, al was het alleen maar omdat het voetbal nog nauwelijks bestond.

Op de website van het toernooi was een interview met een vrouw van het Noorse televisiestation dat van iedere ronde live verslag deed. Bleven de Noren wel kijken, zes uur lang? Het antwoord is ja. Er was een show van gemaakt, met gesprekken met vrienden van Magnus Carlsen, andere sterke schakers en Noorse beroemdheden die ook van schaken hielden. De kijkcijfers waren zo goed dat er nu een strijd is tussen verschillende Noorse zenders om de rechten op het volgende toernooi van Magnus te krijgen.

Er werd gevraagd of die plotselinge populariteit van het schaken in Noorwegen alleen door Magnus kwam, en dat werd ontkend. De dame van de Noorse televisie zei: „Het is duidelijk dat schaken over de hele wereld steeds belangrijker wordt. Noorwegen lag achter, en nu lopen we in.”

In de tweede helft van het toernooi begon Carlsen met twee overwinningen en bij het ingaan van de laatste ronde stond hij gelijk met Fabiano Caruana. Ze moesten in die laatste ronde tegen elkaar, dat kwam goed uit.

Carlsen won een mooie partij, en daardoor het toernooi. Er werd gezegd dat hij niet in zijn beste vorm was geweest. Wat zullen we nog beleven als hij ooit in goede vorm is?

Magnus Carlsen – Fabiano Caruana, Vugar Gashimov Memorial, laatste ronde

1. d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. g3 Lg7 4. Lg2 c5 5. c3 d5 Een ambitieus pionoffer. Zwart krijgt misschien net genoeg compensatie. 6. dxc5 0-0 7. 0-0 a5 8. Le3 Pc6 9. Pa3 a4 10. Dc1 e5 11. Td1 De7 12. Pb5 Le6 13. Pg5 Lg4 14. Pd6 Om na 14…Lxe2 het sterke kwaliteitsoffer 15. Txd5 te brengen. 14…h6 15. Pf3 Kh7 16. h3 Le6 17. b4 axb3 18. axb3 Txa1 19. Dxa1 Pe4 20. Pd2 f5 Zwart had twee mogelijkheden die waarschijnlijk beter waren: 20…Pxd6 21. cxd6 Dd7 (beter dan 21…Dxd6 22. Pc4) of 20…d4. 21. P2xe4 dxe4 22. Db1 f4 23. Ld2 e3

Zwarts pionnen zien er nog vervaarlijk uit. 24. Le1 Maar nu heeft zwart toch geen goed vervolg van zijn aanval. 24…Lf5 25. Dc1 h5 26. fxe3 fxg3 27. Lxg3 Dg5 28. e4 Dxg3 29. Td3 Dh4 30. exf5 gxf5 31. e4 fxe4 32. Lxe4+ Kh8 33. De3 Tf4 34. Lg2 De7 35. De2 Dh4 36. b4 Wits plan is simpel: zijn pionnen naar dame voeren. Zwart moet iets bijzonders vinden, maar dat is er niet. 36…e4 37. Pxe4 Pe5 38. Td5 Kg8 39. b5 Tf5 40. c6 bxc6 41. bxc6 De7 42.Pd6 Tg5 43. Pb5 De6 44. Td8+ Kh7 45. De4+ Tg6 46. c7 Da6 47. c8D Da1+ Een laatste trucje. Als wit 48. Kh2 doet, zou hij na 48…Pf3+ nog mat gaan. 48. Kf2 Db2+ 49. Ke1 Zwart gaf op.

Gert Ligterink

Nakamura dagdroomt dat hij de sterkste is

Populair op Twitter is de voorpagina van het januari-nummer van het tijdschrift New in Chess. Daarop staat een citaat uit een interview met de Amerikaan Hikaru Nakamura: ‘Ik voel dat ik op dit moment de grootste bedreiging ben van Magnus Carlsen.’ De grappenmakers weten wel raad met deze uitspraak van een man die nog nooit een (klassieke) partij van Carlsen won en deze week voor de tiende maal een nederlaag moest incasseren.

Het interview met de optimist vond plaats in december, toen de schade in de onderlinge partijen met Carlsen beperkt was tot zeven nullen. Nakamura vond dat die score een vertekend beeld gaf van de krachtsverhouding. Meestal had hij verloren door stommiteiten in de opening, nooit was hij weggespeeld in een midden- of eindspel en slechts eenmaal was hij kansloos ten onder gegaan.

In de drie partijen die hij sindsdien tegen Carlsen verloor, merkte Nakamura dat het niet alleen door lichtzinnigheden in de opening komt dat het steeds misgaat. In Zürich verprutste hij een mataanval en in het Vugar Gasjimovherdenkingstoernooi in Sjamkir verloor hij zijn eerste partij tegen Carlsen door onoplettendheid in een inferieure stand en de tweede door besluiteloosheid in een duidelijk betere positie.

Anand had gelijk toen hij opmerkte dat Carlsen telkens weer zijn tegenstanders weet te verleiden tot dwaasheden.

Enige moed kunnen Carlsens rivalen putten uit de onverwachte inzinking die de wereldkampioen trof halverwege de Gasjimov Memorial. Voor het eerst sinds lange tijd verloor hij tweemaal achtereen van Caruana en Radjabov. Maar hij herstelde zich geweldig. In de tweede toernooihelft scoorde Carlsen vier punten uit vijf partijen om ten slotte met een punt voorsprong de hoofdprijs te winnen.

In de slotronde nam Carlsen wraak voor de nederlaag die hij vorige week leed tegen Caruana.

Carlsen – Caruana Sjamkir 2014

1. d4 Pf6 2. Pf3 g6 3. g3 Lg7 4. Lg2 c5 5. c3

Deze pretentieloze zet kon Caruana onmogelijk voorspellen.Van schrik kiest hij een duister pionoffer.

5 … d5 6. dxc5 0-0 7. 0-0 a5 8. Le3

Wit is vastbesloten de gewonnen pion te behouden. Na 8 … Pg4 zou hij 9. Dc1 hebben gespeeld.

8 … Pc6 9. Pa3 a4 10. Dc1 e5 11.Td1 De7 12. Pb5 Le6 13. Pg5 Lg414. Pd6 h6 15. Pf3 Kh7 16. h3

Veel compensatie voor de pion heeft zwart niet, maar na deze volgens Carlsen wat ondoordachte verzwakking van de witte

koningsvleugel heeft hij een aanknopingspunt.

16 … Le6 17. b4 axb3 18. axb3 Txa1 19. Dxa1 Pe4 20. Pd2

20 … f5

Volgens beide spelers is dit het kritieke punt in de partij. Omdat zwart er na de tekstzet niet meer aan te pas komt, moet hij een andere weg kiezen. Na 20 … Pxd6 21. cxd6 Dxd6 22. Pc4 De7 23.Lxd5 Lxh3 24. b4 staat wit voortreffelijk, maar zeer in aanmerking komt 20 … d4! 21. Lxe4 dxe3 22. fxe3 Lxh3, waarna zwart tegenspel heeft.

21. P2xe4 dxe4 22. Db1 f4

De enige kans.Als zwart niets doet, gaat wit verder met b3-b4-b5.

23. Ld2 e3 24. Le1 Lf5 25. Dc1 h5 26. fxe3 fxg3 27. Lxg3 Dg5 28. e4! Dxg3

29. Td3!

Deze tussenzet had Caruana over het hoofd gezien. Hij rekende op 29. exf5 gxf5 30. Td3 Dg6, waarna zwart nog kan vechten.

29 … Dh4 30. exf5 gxf5 31. e4!

Om na 31 … f4 verder te gaan met de controlezet 32. Dd1, waarna zwart geen goede zetten meer heeft.

31 … fxe4 32. Lxe4+ Kh8 33. De3 Tf4 34. Lg2 De7 35. De2 Dh4 36. b4 e4

Een vergeefse poging de loper op g7 mee te laten doen.

37. Pxe4 Pe5 38. Td5 Kg8 39. b5 Tf5 40. c6 bxc6 41. bxc6 De7 42. Pd6 Tg5 43. Pb5 De6 44. Td8+ Kh7 45. De4+ Tg6 46. c7 Da6 47. c8D Da1+ 48. Kf2 Db2+ 49. Ke1

Zwart geeft op.

Hans Böhm

Omgaan met verlies

De meeste spelers winnen wat en verliezen wat, that’s life, it’s all in the game. Maar er zijn ook spelers die maar 1 of 2 partijen per jaar verliezen, zoals Anatoli Karpov en Gary Kasparov in hun toptijd. En wee degene die na zo’n exceptioneel verlies als tegenstander op het programma stond: die werd verpletterd om geen enkele twijfel te laten bestaan. Zelfs Max Euwe had opmerkelijk vaak een winstpartij na een verliespartij. Ook onze regerend kampioen Magnus Carlsen verliest zelden maar tijdens het lopende Gashimov-memorial verloor hij ineens twee partijen achter elkaar, een unicum. Opmerkelijk genoeg kwamen de verliezen niet eens tot stand door blunders. Carlsen werd langzaam overmeesterd!

F. Caruana – M. Carlsen

1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 Pf6 4.0-0 Pxe4 5.d4 Pd6 6.Lxc6 dxc6 7.dxe5 Pf5 8.Dxd8+ Kxd8

De Berlijnse muur in de Spaanse opening staat sinds de WK-match Kasparov-Kramnik 2000 als oerdegelijk te boek.

9.h3 h6 10.Td1+ Ke8 11.Pc3 Ld7 12.Lf4 Td8 13.Pe4 Le7 14.g4 Ph4 15.Pxh4 Lxh4 16.Kg2 Le6 17.f3 b6 18.b3 c5 19.c4 Td7

Zal zonder twijfel ook kunnen maar waarom niet simpelweg 19…Ke7 waarmee de ontwikkeling van alle stukken is voltooid? Zwart staat een fractie minder.

20.Lg3 Le7 21.Txd7 Lxd7

Weer iets om een wenkbrauw omhoog te trekken. Natuurlijker ziet 21…Kxd7 22.Td1+ Kc6 eruit.

22.Pc3 Kd8 23.Pd5 Te8 24.Td1 Kc8?

Maar dit is echt niet goed want er gaat nu op tactische wijze een pion verloren en dus de stelling.

Met 24…c6 had zwart de schade kunnen beperken. Nu komt 25.Pxc7! Td8 26.Pd5 Te8 27.Le1 Ld8 28.Lc3 g6 29.Kg3 b5,

een soort van lichte paniek. Carlsen weet als geen ander hoe je zo’n structureel voordeel, de meerderheid op de koningsvleugel zonder enige compensatie, moet uitbouwen naar winst en daarom grijpt hij een laatste kans: meer activiteit, maar het is schijn-activiteit.

30.Pe3 Te6 31.f4 Ta6 32.Td2 h5 33.gxh5 gxh5 34.Pf5 Tg6+ 35.Kh2 Lc6 36.Pd6+ Kb8 37.f5 Tg8 38.f6 Lb6 39.Pc4

In tijdnood kiest Caruana voor de veiligste weg, hij had direct 39.Pxf7 c4 40.h4 kunnen doen en er is geen matnet.

39…Te8 40.Pd6 Tg8 41.Pxf7 c4 42.h4 Tg4 43.e6 Le3 44.Le5+ Ka8 45.Td8+ Kb7 46.Lg3 c3 47.Tb8+ Ka6 48.Tc8 Ld5 49.Txc3 Ld4 50.Td3 Te4 Ook 50…Lxe6 51.Pd8 is kansloos.

51.Td2 Txe6 52.Pg5 en zwart gaf op. Het komt niet vaak voor dat Carlsen geen enkele tegenkans kan creëren. De volgende ronde overkwam hem bijna hetzelfde, dit keer zelfs met wit!

M. Carlsen – T. Radjabov

1.d4 Pf6 2.c4 g6 3.Pc3 Lg7 4.e4 d6 5.Pg-e2 0-0 6.Pg3 e5 7.d5 a5 8.Le2 Pa6 9.h4 h5

Kenmerkend voor het Konings-Indisch, waarin wit zomaar ruimtevoordeel krijgt. Teimour Radjabov heeft deze opening al lang op zijn repertoire staan en hij vertrouwt op de tegenkansen die later altijd komen.

10.Lg5 De8 11.Dd2 Pc5 12.0-0-0 Pg4 13.Lxg4 Lxg4 14.f3 Ld7 15.Le3 b6 16.Kb1 Kh7 17.Dc2 a4

De stelling is in evenwicht. Als wit gaat breken met b4 dan staat Kb1 niet goed, breekt hij met f4 dan komt Lg7 tot leven, dus gaat hij breken met g4. Zwart kan op het juiste moment breken met b5 en/of f5. Beide partijen zouden ook kunnen besluiten om niets te doen want alle stukken staan goed en er zijn nu nog geen zwaktes. Carlsen trekt een verkeerd plan.

18.Pg-e2 f5 19.exf5 gxf5 20.Th3 Kh8 21.f4 Pe4 22.Pxe4 fxe4 23.Tg3 Lg4 24.Txg4

De logische consequentie van de laatste zetten maar zwart staat inmiddels al beter.

24…hxg4 25.f5 Txf5 26.Pg3 Tf8 27.Dxe4 Dd7 28.a3 b5!

Zwart kan niets over de f-lijn dus opent hij de damevleugel. Wit kan zich geen enkel eindspel (lees dameruil) permitteren met die kwaliteit achter. Maar hoe houdt hij de strijd gaande?

29.c5 dxc5 30.h5

Kansrijker dan 30.Lxc5 Tf4 31.Dd3 Tc4 32.Le3 Tf8 en de torens komen binnen.

30…c4 31.h6 Lf6 32.Lc5 Tf7 33.Tf1 Te8 34.Lb4,

omdat 34.Dg6 Dxd5 35.Txf6 Dd1+ 36.Ka2 Db3+ 37.Ka1 c3 snel tot mat voert.

34…Lg5 35.Pf5 c6! 36.Ld6 Lf4 37.Pg7 Dxd6!

Radjabov speelt in lichte tijdnood zeer goed en scherp. Het eindspel dat zal ontstaan is gewonnen.

38.Pxe8 Dxd5 39.Dxd5 cxd5 40.g3 Kh7 41.gxf4 exf4 42.Pd6 Tf6 43.Pxb5 f3 44.Pd4 Kxh6 45.Kc2 Kg5 46.Kd2 f2 47.Pe2 Tf3 48.Kc2 Kh4 49.Th1+ Th3 50.Tf1 g3 51.Kd2 Kg4

en wit gaf op.

Eindstand na 10 ronden

1.Carlsen 6,5 2.Caruana 5,5

3.Radjabov, Karjakin, Nakamura 5 6.Mamedyarov 3

Bab Wilders

De voortreffelijke openingsboeken van New In Chess (www.newinchess.com) zijn altijd zowel voor de speler met de witte stukken als voor zijn tegenstander interessant. Dat geldt zeker ook voor het boek A cutting Edge Gambit against the Queen’s Indian van de heren Hera (Hongaarse grootmeester) en Tuncer (Turkse meester) waarin het pionoffer 6. d5 tegen de Dame –Indische variant met 4..La6 wordt behandeld.

Van hoog (bv Leko) tot laag wordt dit gespeeld, vooral door spelers die wel houden van een beetje agressie. Grondige analyses voor zowel wit als zwart toegelicht aan de hand van partijen en partijfragmenten , vanaf de vondst van deze zet tot en met de nieuwste ontwikkelingen, en dat alles op een zeer leesbare manier aangeboden. Natuurlijk een onmisbare aanwinst voor een ieder die deze opening speelt dan wel tegen krijgt maar ook best bruikbaar voor andere openingen vanwege de algemene ideeën.

Wit komt goed beslagen ten ijs en zwart hoeft niet meer bang te zijn dat hij dit gambiet per se moet vermijden (978-90-5691-497-4). En men moet vooral ook niet denken dat dit en diergelijke boeken alleen geschikt zijn voor topschakers. Ook de gemiddelde clubschaker (zoals ik) kan alles volgen en er veel van opsteken.

Dit geldt overigens ook voor de jaarboeken en het prachtige blad New In Chess. Het is altijd leuk wanneer je in oude boeken zit te snuffelen, één van mijn favoriete bezigheden, om er bv een knipsel in aan te treffen over wat dan ook met een soms nog interessantere achterkant. Het Ezelsoor in Amersfoort heeft zelfs eens een tentoonstelling gehad met vondsten. Men zou overigens versteld staan van wat er in kan zitten.

Zo vond ik een keer 1000 Mark, helaas uit 1923 en een verzoekbrief om een kunstgebit te komen ophalen. In een oud Argentijns boek over dictator Peron zat een artikel over zijn vrouw, de beroemde Evita, zeer geliefd bij Prins Bernhard, met op de achterkant een oude schaakpartij, “jugada en Holanda “ met een dameoffer zo fraai dat ik me afvraag of Bobby Fischer deze partij ook heeft gekend toen hij zijn legendarische offer bracht tegen Byrne. Zie hier:

Theo de Jong- G.Rogmann

1.e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 d6 6. Le2 g6 7. 0-0 Lg7 8. Le3 0-0 9. f4 misschien wat voorbarig Db6 10. Dd3 Pg4 Nu staat Pd4 3 keer aangevallen en wit denkt dit op te lossen met 11. Pd5 maar nu: (Fischer!) Lxd4!! offert de dame voor 3 stukken 12. Pxb6 Lxe3+ 13. Dxe3 wit offert terug in de hoop de zaak zo te nivelleren, dat moet je ook overwegen bij zo’n offer. 13..Pxe3 14. Pxc8 Pxf1 15. Lxf1 f5! zo bereikt zwart toch voordeel 16. Lc4+ Kg7 17. Pc7 het paard moet wel weg fxe belangrijke pion 18. g3 anders valt die pion ook nog Lf5 19. Pe6+ Lxe6 20. Lxe6 Pd4 21. Ld5 e3 22. c3 (dit versnelt de toch al waarschijnlijke winst van zwart, beter was Te1 Pxc2 23. Te2 e6 (24. Lxe6 Pd4 25. Txe3 Te8) 24. Lxb7 Tb8 25. Le4 Pd4 26. Txe3 d5 27. Ld3 Txb2 en wit kan nog vechten ) Nu komt 22..Pc2 23. Tc1 e2 en wit gaf op.

Probleem 2475 is een tweezet van heer Pribyl:

En de oplossing van probleem 2473 begint met de sleutelzet 1. Db8!

Johan Hut

Hoe versla je de kampioen?

Het verhaal gaat dat de Franse schaker (van Russische herkomst) Eugene Znosko-Borovsky eens een boek wilde schrijven met de verliespartijen van José Raoul Capablanca, die in zijn leven maar 36 serieuze partijen verloor. De Cubaanse wereldkampioen werd door een journalist om commentaar gevraagd en zei: “Ik werk aan het boek ‘Goede partijen van Znosko-Borovsky’, maar ben nog niet verder dan de titel.”

Of het verhaal klopt weet ik niet. Ik heb wel een boek met Capablanca’s verliespartijen, maar dat werd negen jaar na zijn dood geschreven door ene Fritz Görschen. Ook zijn er de boeken ‘How to beat Bobby Fischer’ (door Edmar Mednis) en ‘How to beat Gary Kasparov’(door Raymond Keene). Wat bezielt een schrijver om iemands verliespartijen te boekstaven? Een handleiding is het niet, zoals de titels suggereren. Er zit geen structuur in de nederlagen.

Magnus Carlsen won afgelopen weken een supersterk toernooi in Azerbeidzjan, maar vooralsnog ging de meeste aandacht uit naar zijn twee nederlagen in twee dagen. Tegen Fabiano Caruana gaf hij een pion weg en tegen Teimour Radjabov beoordeelde hij een kwaliteitsoffer verkeerd. Hoe versla je de wereldkampioen? Misschien toch een structuur: door te wachten totdat hij een grote fout maakt. Nou, veel succes!

Bobby Fischer verloor een trainingspartij van Max Euwe toen hij veertien jaar was. Die staat niet in het boek met zijn verliespartijen. De enige Nederlander die hem in een wedstrijdpartij versloeg was Hein Donner, tijdens de Olympiade van 1962. Aanvankelijk leek het erop dat Donner na een stukoffer van Fischer werd overspeeld, maar de Amerikaan maakte de aanval niet goed af en bleef een stuk achter. Zo versla je een grote schaker. Schlemielig.

Fischer-Donner

1.e4 c6 2.d4 d5 3.Pc3 dxe4 4.Pxe4 Lf5 5.Pg3 Lg6 6.h4 h6 7.Pf3 Pd7 8.Ld3 Lxd3 9.Dxd3 e6 10.Lf4 Da5+ 11.Ld2 Dc7 12.c4 Pgf6 13.Lc3 a5 14.0-0 Ld6 15.Pe4 Pxe4 16.Dxe4 0-0 17.d5

Vooral bedoeld om de loper een mooi uitzicht te geven.

17…Tfe8 18.dxc6 bxc6 19.Tad1 Lf8 20.Pd4 Ta6

Na 20…Tac8 21.Dxc6 Dxc6 22.Pxc6 Txc6 23.Txd7 Txc4 24.g3 heeft wit een wat beter eindspel, maar op a6 staat de toren ongelukkig.

21.Pf5 Pc5 22.De3 Pa4 23.Le5 Da7

24.Pxh6+

Mednis: “Eigenlijk een intuïtief offer à la Tal en niet een strategisch logisch offer à la Fischer.”

24…gxh6 25.Td4

De beste voortzetting was 25.Dg3+ Kh7 26.h5 om f5 met Dg6 (mat) te beantwoorden. Wit heeft goede kansen op de koningsvleugel, terwijl zwart drie stukken op het verkeerde been heeft staan.

25…f5

Nu komt wit niet verder met zijn aanval en kan zwart langzaam maar zeker zijn stukken hergroeperen.

26.Tfd1 Pc5 27.Td8 Df7 28.Txe8 Dxe8 29.Ld4 Pe4 30.f3 e5 31.fxe4 exd4 32.Dg3+ Lg7 33.exf5 De3+

In tijdnood wil Donner graag dames ruilen, maar 33…c5 was logischer geweest.

34.Dxe3 dxe3 35.Td8+ Kf7 36.Td7+ Kf6 37.g4 Lf8 38.Kg2 Lc5 39.Th7 Ke5 40.Kf3 Kd4 41.Txh6 Tb6 42.b3 a4 43.Te6 axb3 44.axb3 Kd3 45.g5

Hier werd de partij afgebroken en een dag later door Fischer opgegeven. Tijdens de partij zou dat onlogisch zijn, maar het Amerikaanse team vond tijdens de analyse overtuigende varianten als 45…Txb3 46.g6 Tb1 47.g7 Tf1+ 48.Kg2 e2 49.f6 Le3 50.Txe3+ Kxe3 51.g8D e1D 52.De6+ Kd2 en wit heeft geen eeuwig schaak.

Rini Kuijf

Voor beginners A6392

Wit aan zet slaat toe met?

Voor gevorderden B6392

Wit aan zet wint met?

Henk Prins

De sleutelzetten van de zes schaakproblemen uit het puzzelblad dat in december bij de krant verscheen, zijn in de voorgaande schaakrubrieken nader toegelicht. Deze sleutelzetten worden nu op een leeg bord geplaatst.

De zwarte koning dient op e4 te komen. De gemaakte stelling is een tweezet van Vasily Dyachuk uit de Oekraïne.

De sleutelzet van de tweezet is 1. Pd8! Dit is dus tevens de oplossing van de schaakpuzzel.

De tweezet is een modern schemaprobleem in miniatuur. De auteur maakte twee verleidingen.

Als wit 1. Pfe5? probeert als sleutel dan dreigt hij 2. Dd3 en 2. Df3 mat. Zwart weerlegt dit met 1. …Kd5! De tweede verleiding is 1. Pde5? met dezelfde dubbele dreiging 2. Dd3 en 2. Df3 mat. Deze verleiding faalt op 1. …Kd5! Na oplossing 1. Pd8! kan zwart 1. …Kd5 spelen, waarna 2. Dd3 mat volgt en 1. …Kf5, waarna 2. Df3 mat is. Vasily Dyachuk maakte van dit probleem nog een drieling-versie.

Het tweede deel is de pion van h5 te verplaatsen naar c5. De oplossing is dan 1. Pfe5! met de dubbeldreiging 2. Dd3 en 2. Df3 mat. Na 1. …Kd5 is voorzien in 2. Dc4 mat, en na 1. …Kf5 is het mat door 2. Dg4. Het derde onderdeel is het paard van f7 te verplaatsen naar d1. In de nieuwe stelling is de oplossing 1. Da6! Zwart is in tempodwang. Op 1. …Kd5 komt 2. Pc3 mat en op 1. …Kf5 2. Dg6 mat. Op de zwarte zetten 1. …Kd5 en 1. …Kf5 komen drie keer nieuwe matzetten, dat heet Zagurujko. Het thema met de dreigingen en de weerleggingen heten een samensmelting van drie thema’s: Dombrovkis, Hannelius en Rudenko-thema.

Van de goede inzendingen zijn drie prijzen in de vorm van schaakboeken verloot. De gelukkige prijswinnaars zijn: Martien Boerefijn, Bertus Eijkelenboom en Jacob Reiffers. Gefeliciteerd!

Een miniatuur is een probleem met maximaal zeven stukken. De schaakpuzzel voldoet aan deze eis. Miniatuur 888 is een tweezet om op te lossen. Over twee weken volgt de oplossing.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.