Schaakrubrieken weekend 28 februari 2015
Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar deze schaakrubrieken.
| Hans Ree | Gert Ligterink | Hans Böhm | Bab Wilders | Johan Hut | Rini Kuijf | Henk Prins |
Vloek van de Najdorf
‘Hoe deden jullie dat vroeger eigenlijk, openingsvoorbereiding zonder computers?” Nou, gewoon. Er was al elektrisch licht en ook riolering. Een maand voor een olympiade kwam de Nederlandse ploeg bij elkaar. Eerst spraken we dan af wie bij die olympiade de eindspelboeken van Chéron, de openingsboeken en de recente Joegoslavische Informators zou meenemen en daarna wilden we allerlei actuele openingsvarianten analyseren, niet op een scherm, maar met houten stukken en het eigen hoofd.
Maar dan sloeg de vloek van de Najdorf toe. Altijd was er wel iemand die iets nieuws had bedacht in de Najdorf variant van het Siciliaans. De Najdorf was onuitputtelijk en opwindend en als we er aan roken waren we verloren. Daar gingen we dan, tot diep in de nacht alleen maar verdiept in de ondoorgrondelijke complicaties van een wondermooie variant, complicaties die we in het toernooi nooit op het bord zouden krijgen.
De teamcaptain Hans Bouwmeester, die praktisch was ingesteld, werd er gek van en smeekte ons om ook wat aandacht te besteden aan al die andere openingen, waarvan de studie veel meer rendement zou brengen. Maar we bleven bij de Najdorf op zo’n avond en de week daarop weer.
B97, 11 en 12. In mijn oude Joegoslavische openingsencyclopedie van 1997 is het de code van een subvariant van de ‘vergiftigde pion variant’ van de Najdorf, de subvariant die begint met 10. e5. Er wordt daar minder dan één bladzijde aan gewijd, omdat de algemene mening toen was dat die zet niet deugde.
Een paar weken geleden verscheen het boek Grandmaster Repertoire – 1.e4 vs The Sicilian van de jonge Indiase grootmeester Parimarjan Negi. Hij besteedt 125 bladzijden aan dat subvariantje dat in 1997 achteloos naar de vuilnisbak van de openingstheorie was verwezen. Jorden van Foreest had het boek gelezen en kon daardoor vorige week vrijdag in de eerste ronde van het Bataviatoernooi in Amsterdam Nico Zwirs moeiteloos van het bord vegen. Een dag later kwam er in Tbilisi ook iets uit het boek van Negi op het bord. Of Radjabov dat boek al gelezen had weet ik niet. Waarschijnlijk was het niet nodig, want Radjabov was toch al een kenner.
Teimoer Radjabov – Alexander Grisjtsjoek, FIDE Grand Prix Tbilisi 2015
1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Lg5 e6 7. f4 Db6 8. Dd2 Dxb2 9. Tb1 Da3 10. e5Radjabov is een van de mensen die deze zet in het begin van deze eeuw hebben opgekalefaterd, maar hij had hem al jaren niet gespeeld, dus Grisjtsjoek zal niet goed voorbereid zijn geweest. 10…h6 11. Lh4 dxe5 12. fxe5 g5 13. Lg3 Ph5 14. Pe4 Pd7 Over deze zet dacht Grisjtsjoek bijna een half uur na. 15. Tb3 Dxa2 En ook zijn laatste zet kostte hem een half uur. 16. Le2
16…Pc5 Maar dit, de beslissende fout, deed Grisjtsjoek na twee minuten. Als hij deze paardzet wil doen, moet zwart beginnen met 16…Da1+. Dan is 17. Kf2 waarschijnlijk verkeerd, niet wegens 17…Dxh1 18. Pxe6, met winnende aanval voor wit, maar wegens 17…Pxg3, en op 18. Pxg3 komt dan 18…Dxd4+ 19. Dxd4 Lc5 en zwart krijgt een eindspel met twee pionnen meer. Na 16…Da1+ moet wit dus 17. Ld1 doen, en dan leidt 17…Pc5 tot een onduidelijke stelling. 17. Pc3 Pxb3 18. Pxb3 Lb4 Zwart wil het verloren stuk terugwinnen, maar zijn laatste kans was het dameoffer 18…Pxg3 19. Pxa2 Pxh1, hoewel wit dan duidelijk in het voordeel is. 19. Lxh5 Db2 20. 0-0 Dxc3 Na 20…0-0 21. Le1 wint zwart zijn stuk niet terug, maar nu krijgt hij een snel beslissende aanval over zich heen. 21. Lxf7+ Ke7 22. Df2 Kd7 23. Db6 Tf8 24. Le1 Zwart gaf op.
De wrange humor van Alexander Grisjoek
In Wijk aan Zee wordt een oogje toegeknepen als een grootmeester na een nederlaag wegsluipt via de achterdeur, maar bij de toernooien van de wereldschaakbond FIDE zijn de organisatoren minder coulant. Ook na een teleurstellende middag zijn de spelers verplicht zich te melden voor een interviewtje met de perschef.
Veel hebben die gesprekken meestal niet om het lijf. Teksten als ‘Ik was vergeten wat ik had voorbereid’ of ‘Dat zal ik met de computer moeten controleren’ behoren tot het standaardrepertoire van de moderne topspeler, al zijn er gunstige uitzonderingen. Het is een genoegen te luisteren naar Vladimir Kramnik of Peter Svidler, die zich zelden verlagen tot clichés.
Ook leuk is de wrange humor van Alexander Grisjoek, die graag de spot drijft met al te serieuze collega’s. Nadat hij vorig jaar het rapid-kampioenschap van Moskou had gewonnen, zei hij dat de eerste ronden niet gemakkelijk waren
geweest na een onrustige nacht: ‘Voor ik naar bed ging, las ik in een interview met Sergey Karjakin dat een man die geen Facebook- of Twitter-account heeft geen professionele sportman kan zijn. U zult begrijpen dat ik de slaap
moeilijk kon vatten na de ontdekking dat ik al vijftien jaar geen professional ben.’
Niet altijd vallen Grisjoeks teksten goed. Na zijn partij tegen Anish Giri zei hij dat hij de jonge generatie niet begreep: ‘Ik speel verschrikkelijk in dit toernooi, ik blunder links en rechts en wat gebeurt er vandaag? Anish, die
toch zou moeten proberen te klimmen op de ranglijst, kiest met wit een geheid tot remise leidende openingsvariant die ik al eens eerder in een van mijn partijen ben tegengekomen.’
Giri was niet geamuseerd en reageerde korzelig: ‘Het is duidelijk dat er tijdens mijn voorbereiding iets is misgegaan. Overigens begrijp ik de spelers van de oudere generatie niet. Hun tijd tikt voort en ze zijn nog steeds niet wereldkampioen.’
Grisjoeks klacht over zijn eigen matige vorm was terecht. Hij verloor in Tbilisi al drie partijen, waaronder een miniatuur tegen de zelden ambitieuze Teimour Radjabov:
Radjabov – Grisjoek Tbilisi 2015
1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Lg5 e6 7. f4 Db6 8. Dd2 Dxb2 9. Tb1 Da3 De vergiftigde pion-variant. 10. e5 h6 De moderne aanpak. Vroeger gingen de zwartspelers verder met 10 … dxe5 11. fxe5 Pfd7.
11. Lh4 dxe5 12. fxe5 g5 13. Lg3 Ph5 14. Pe4 Pd7 15. Tb3 Dxa2 16.Le2
16 … Pc5? In zo’n scherpe stelling kan men zich geen fouten permitteren. Correct is 16 … Da1+ 17. Ld1 Pc5
18. Pxc5 Pxg3 19. hxg3 Lxc5 20.c3 Da5 21. 0-0 b5, waarna de toren op a8 in de verdediging kan assiteren met … Ta8-a7. Laat wit zich na 16 … Da1+ verleiden tot 17.Kf2 (17 … Dxh1? 18. Pxe6! fxe6 19.Lxh5+ Kd8 20. Da5+), dan volgt 17 … Pxg3! 18. Pxg3 (18. Txa1 Pxe4+) 18 … Dxd4+! 19. Dxd4 Lc5. 17. Pc3! Pxb3 18. Pxb3 Lb4 Hij kon de strijd rekken met 18 … Pxg3 19. Pxa2 Pxh1 20. Kf1 Lg7 21. Kg1 0-0.19. Lxh5 Db2 20. 0-0 Dxc3 21.Lxf7+ Ke7
22. Df2 Kd7Of 22 … Tf8 23. Df6+ Kd7 24. Le1 Dc4 25. Lxb4 Dxb4 26. Lxe6+ Ke8 27. Lf7+ Kd7 28. c3 Da3 29. Ta1
Db2 30. Dd6 mat. 23. Db6 Tf8 24. Le1 Zwart geeft op.
Batavia-toernooi
Al voor de zevende keer wordt het Batavia-toernooi, een tienkamp, verspeeld (20 februari – 1 maart) waarin talent de kans krijgt de krachten te meten met de gevestigde orde en en passant Meester- of Grootmeesternormen te behalen. Plaats van handeling is traditiegetrouw Café Batavia 1920, tegenover CS Amsterdam. De grote talenten zijn Jorden van Foreest (15 jaar, Elo 2490) en Robby Kevlishvili (13 jaar, Elo 2350). De gevestigde orde wordt vooral vertegenwoordigd door de grootmeesters Dimitri Reinderman, Roland Schmaltz (Duitsland) en Daniel Gormally (Engeland). Zoals gebruikelijk doen er altijd enkele onverschrokken Internationale Meesters mee, die zich graag in de kijker spelen met gedurfd spel tegen wie dan ook: Lars Ootes, Etienne Goudriaan, Stef Soors (België), Andreas Heimann (Duitsland). Het tiental wordt volgemaakt door Nico Zwirs (20 jaar, Elo 2360). Al direct in de eerste ronde een mooi gevecht in de categorie dood-of-de-gladiolen.
J. van Foreest – N. Zwirs
1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Lg5 e6
7.f4 Db6 8.Dd2 Dxb2
De befaamde ‘vergiftigde-pion-variant van de Najdorf in het Siciliaans. Bobby Fischer speelde het graag en ook Gary Kasparov en in het correspondentieschaak is het populair. De complicaties rijzen al snel de pan uit. Wit krijgt altijd compensatie voor de pion, vooral ook door die overgelopen dame maar zwart heeft, als hij het overleeft, een pion meer. In de 70-er jaren werd hier vooral 9.Pb3 gespeeld met de dreiging 10.a3 en Db2 is gevangen. De theorie is niet stil blijven staan.
9.Tb1 Da3 10.e5 dxe5 11.fxe5 Pfd7 12.Pe4 h6 13.Lh4 Dxa2
Zwirs pikt nog een tweede pionnetje mee. Inmiddels was er wel een verschil in kennis waarneembaar: Jorden had zich in de voorbereiding door het laatste werk over deze tweesnijdende variant geworsteld (van de hand van de Indiase grootmeester Parimarjan Negi, uitgeverij Everyman) en Nico had heel iets anders verwacht. Al snel had wit een uur meer bedenktijd op de klok.
14.Td1 Dd5 15.De3 Dxe5
Dat is drie. De kenners zwemmen nog steeds in bekend water.
16.Le2 Lc5 17.Lg3 Dd5 18.c4 Lxd4 19.Txd4 Da5+ 20.Td2 0-0 21.Ld6 Td8 22.g4 Pc6 23.g5 hxg5 24.Tg1
Nu heeft wit vier pionnen voor zijn stellingsvoordeel geofferd. De zwarte stukken staan nog op de damevleugel en dus wordt iedere aanval op Kg8 gevaarlijk. Maar de balans is nog steeds in wankel evenwicht, dat is het mooie aan deze variant. Negi beveelt 24…f6 aan maar Zwirs doet het anders. 24…Pde5 25.Txg5 Txd6 26.Pxd6 f6 27.Th5 Pe7?
Pas hier gaat zwart, onder druk van de klok, door de knieën. Na 27…f6 28.Dh3 Pg6 houdt zwart zijn verdediging op orde omdat de dame via a1 snel kan meehelpen. 28.Dh3 Pfg6 29.Pxc8! Dat is het cruciale verschil, 29…Txc8 30.Dxe6+ verliest op slag. Jorden maakt het overtuigend af. 29…Pf4 30.Th8+ Kf7 31.Lh5+ Peg6 32.Lxg6+ Pxg6 33.Pd6+ Ke7 34.Txa8 De5+ 35.Te2 Da1+ 36.Kf2 Dd4+ 37.Kf1 Df4+ 38.Kg2 Dxd6 39.Txe6+ Dxe6 40.Te8+ Kf7 41.Dxe6 mat.
Het aardige aan de formule is dat iedereen van iedereen wil winnen. Na twee volle ronden (tien partijen) was er slechts een remise gespeeld. Van Foreest is goed op weg naar zijn eerste gm-norm.
D. Gormally – J. van Foreest
1.d4 d5 2.c4 c6 3.Pf3 Pf6 4.Pc3 dxc4 5.g3 b5 6.Pe5 Lb7 7.Lg2 a6 8.0-0 e6 9.a4 Db6 10.e4 Le7 11.Le3 0-0 12.b3 cxb3 13.Dxb3 Pbd7 14.d5 Lc5
Interessante stelling waarin beide partijen snel in de fout kunnen gaan. Een rustig 15.a5 was wellicht op zijn plaats, wit wil actie en krijgt die ook.
15.dxc6 Pxe5 16.cxb7 Tab8 17.Lf4 Ld4 18.Tad1 Pfg4 19.Td2 Txb7 20.axb5 axb5 21.h3
Wit ziet het niet meer en vraagt om verlossing. Hij, de grootmeester, is simpelweg overspeeld.
21…Pxf2 22.Lxe5 Pxh3++ 23.Kh1 Lxe5 24.Lxh3 De3
Mooie slotzet waarna wit bij gebrek aan zinnige zetten opgeeft.
Stand na 5 ronden:
1.Reinderman 4,5 2.Van Foreest, Ootes 3,5 4.Heimann 3 5.Soors, Schmaltz 2,5 7.Goudriaan 2 8.Gormally, Zwirs 1,5 10.Kevlishvili 0,5
Ivanchuk is één van de merkwaardigste spelers uit de wereldtop. Ik ben er van overtuigd dat hij een bedreiging had kunnen zijn voor elke wereldkampioen van de laatste 25 jaar wanneer hij altijd op “zijn “ niveau had gespeeld. Het is niet erg dat hij soms mat in 1 mist of een stuk weggeeft, dat overkomt mij ook wel eens, maar hij kan tijdens toernooien een prachtige partij laten volgen door een misdrijf dat de vraag oproept of zijn koningsdiploma wel terecht is uitgereikt. Ook tijdens Tata was het weer raak: staat bovenaan en dan komt dit tegen So :
Ivanchuk-So : 1.e4 e5 2. Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4. La4 Pf6 5. 0-0 Le7 6. Te1 b5 7. Lb3 0-0 8. h3 Lb7 9. d3 d5 10. exd Pxd5 11. Pbd2 het kan maar direct Pxe5 is logischer Dd7 12.Pxe5 Pxe5 13. Txe5 Pf4 14. Pf3 Pxg2! de computer raakt in de war: eerst 1.53 voordeel voor wit, even later: gelijk.
In ieder geval een zet die zenuwpees Ivanchuk van de wijs brengt. 15. Kxg2 a5 16. Txe7 waarom nou? Dxe7 17. c3? begrijpt dus niet waarom zwart a5 speelde: 17..Ta6 18.d4 Tf6 (nog sterker Tg6+ 19. Kf1 Dd7 20. Pg5 h6 21. Dg4 Dxg4 22. hxg4 hxg5) 19.d5 a4 20. Lc2 Td8 21.De1 Dd7 22. Pg5?? (wit had nog remisekansen met De4 Tg6+ 23. Kh2 Lxd5 24. Df5 Dxf5 25. Lxf5 Lxf3 26. Lxg6 hxg6) 22..h6 23. Pe4 Tg6+ 24. Kh2 f5 25. Pg3? alles beter dan dat Dxd5 26. Dg1 Df3 en wit geeft op (bv 27. Le3 Dxe3!) En dan de volgende ronde tegen Carlsen weer spelen met een gezicht van: je kan dan wel wereldkampioen zijn maar als ik tegen jou remise wil schuiven kan je daar niks tegen doen.
Carlsen was “not amused “zoals zo fraai live te volgen was op de site van het toernooi. Opvallend daarbij dat computer Stockfish nogal eens snel van mening veranderd . Wel leuk zo alles te volgen . Het februarinummer van CHESS (www.chess.co.uk) heeft een nagelbijtende Anand op de voorpagina, dit ter gelegenheid van zijn zege in de London Classic, overigens gelijk met Giri en Kramnik. Giri werd ook 2e in het Rapid-gedeelte, achter Nakamura. En dan ook nog een kort interview met Giri, het kan niet op. Veel interessante informatie in dit nummer, bv dat in de maand december 2014 1. Pf3 de meest gespeelde openingszet was en de partij van Daniel King in de rubriek How good is your Chess begint er dan ook mee.
Verder in dit nummer van CHESS weer gebruikelijke rubrieken zoals de partijstellingen met als thema Find the Winning Moves, oplopend in moeilijkheid. Voor de moeilijkste is het maar goed dat ook de oplossingen worden gegeven. Natuurlijk ook veel Brits nieuws maar ook toernooien buiten het eilandenrijk komen aan de orde, dat zal dus ook wel met Tata gebeuren. Fraai zijn ook de beste aanvalspartijen van vorig jaar waarin Wei Yi nog eens demonstreert dat hij als veertienjarige een grote belofte is voor de toekomst en het Chinese schaak dat volgens kenners de suprematie van Rusland gaat overnemen. Met de boekbesprekingen en interessante problemen weer een bijzonder goed nummer van CHESS en wie op de site kijkt loopt als schaakliefhebber het water in het lekbakje. Het probleem van vandaag is een3-zet van Le Grand:
Probleem 2516: 1.Ta8!
Kazarian hakt er stevig op in
Vorige week liet ik een mooie partij zien tussen twee van de sterkste spelers in het Noteboomtoernooi in Leiden. De mooiste partij werd echter gespeeld op een iets lager niveau, wel in dezelfde groep. De schoonheidsprijs ging volkomen terecht naar de vijftienjarige Anna-Maja Kazarian uit Heerenveen, die de Haagse heer Frans Hoynck van Papendrecht met een serie prachtige offers van het bord zette.
De Friezin heeft als kind al een geweldige schaakcarrière achter de rug. Op haar website is te lezen dat ze 23 keer Nederlands kampioen was. Vijftien keer bij de meisjes en acht keer in de categorie ‘algemeen’, vaak ‘jongens’ genoemd. Uiteraard zijn het titels in diverse categorieën, zoals klassiek schaak, rapidschaak, snelschaak enzovoort. Kinderen krijgen niet alleen bekers als ze kampioen worden, Kazarian meldt dat ze 215 bekers heeft. Dat was althans de tussenscore op het moment dat ik dit schrijf, vier dagen geleden.
Vorig jaar werd Kazarian laatste bij het Nederlands kampioenschap voor vrouwen. Dat mag, als je pas veertien bent. Of ze een grote toekomst tegemoet gaat, dat is onvoorspelbaar. Dat heeft er onder andere mee te maken hoe ze wordt begeleid. We zullen zien. Beter gezegd: hopelijk zullen we nog vaak van dit soort fantastische partijen zien.
Kazarian-Hoynck van Papendrecht
1.e4 Pf6 2.e5 Pd5 3.c4 Pb6 4.d4 d6 5.Pf3 Lg4 6.exd6 exd6 7.h3 Lh5 8.Le3 Le7 9.Pbd2 0-0 10.Ld3 Lg6 11.Lxg6 hxg6 12.Db3 P8d7 13.h4 Pf6 14.0-0-0
De witspeelster is duidelijk over haar bedoelingen. Zwart gaat dan ook maar met zijn a-pion lopen, maar voorlopig ziet dat er niet dreigend uit.
14…a5 15.Pg5 a4 16.Dd3 Pg4 17.f3 Pxe3 18.Dxe3 a3 19.b3 Te8 20.Df4 Lf6 21.Th2 c5 22.Tdh1
Wit maakt haast. Je zou 22.d5 verwachten om de damevleugel dicht te gooien, maar de witte koning kan dan onder omstandigheden toch erg tochtig komen te staan.
22…Pd7
23.h5!
Een ongelofelijk stukoffer. Zwart mag niet alleen op g5 slaan, het gaat ook nog met tempowinst, namelijk met aanval op de dame. Toch zag Hoynck van Papendrecht dat dit niet goed kon aflopen. Na 23…Lxg5 24.hxg6 mag zwart uiteraard de dame niet slaan vanwege mat op h8. Ook duidelijk is 24…Lh6 25.Dxf7+ Kh8 26.Txh6+ gevolgd door mat. Wel moet je serieus kijken naar 24…Te1+. Na 25.Txe1 Lxf4 kan wit opgeven, maar na 25.Kc2 blijven de dreigingen Dxf7 en Th8 intact.
23…Pf8 24.Pde4 Da5
Begrijpelijk. Wit betrekt al haar stukken bij de koningsaanval en zwart kan niet al zijn stukken bij de verdediging betrekken. Dan kun je gaan rekenen, maar Hoynck van Papendrecht denkt kennelijk: ik tel mijn knopen en ga voor mijn laatste kans. Als Pe4 wijkt val ik op c3 binnen. Wit gaat er nu natuurlijk doorheen slaan, maar het is wel heel knap hoe ze dat doet.
25.hxg6 Pxg6 26.Th8+!
Baf! Ja, je hebt niet voor niets twee torens op de h-lijn gezet.
26…Pxh8 27.Txh8+ Kxh8 28.Dh2+
Dit is zo mooi, dat het eigenlijk jammer is dat de computer je later vertelt dat Dh4+ ook tot mat leidt en dat het dus niet uitmaakt. Maar Kazarian is geen computer en heeft dit alles bedacht met als pointe dat de dame naar d6 moet.
28…Kg8 29.Pxf6+ Kf8 30.Dxd6+
Dus.
30…Te7 31.Pgh7
Mat. Een prachtig slotplaatje met twee sierlijke paarden.
|
Voor beginners A6644 Wit aan zet heeft echt maar 1 goede zet, welke?
|
Voor gevorderden B6644 Hoe wint wit aan zet?
|
893 H. en P. le Grand, driezet.
Driezet 893 is enkele weken geleden geplaatst om op te lossen. Het probleem is van de bekende tweelingbroers Henk en Piet le Grand. De driezet is er een uit de serie Rösselsprung, een genre waar de gebroeders experts in zijn.
De sleutelzet van driezet 893 is 1. Pc2! Wit dreigt 2. De1 schaak, Te3 en 3. Dxe3 mat. Zwart kan de dreiging tegenhouden met 1. …La5. Deze zet zorgt ervoor dat door lijnopening veld e5 extra is verdedigd. Wit kan nu de toren-paard-batterij gebruiken voor de Rösselsprung. Wit speelt na 1. …La5 2. Pd7 schaak, Pe6 3. Pxf6 mat. Deze laatste zet is mogelijk omdat veld e5 extra was gedekt door loper b8.
Het lijkt erop dat wit ook kan mat zetten met na 1. …La5 met 2. Pg4 schaak, Pe6 3. Pxf6 mat, echter zwart speelt geen 2. …Pe6 maar 2. Txe7 schaak en wit is uitgepraat.
Een andere variant is 1. …f4. Ook nu weer zorgt zwart door lijnopening dat veld e5 extra is gedekt. De toren van h5 neemt die taak voor zijn rekening. Evenals de vorige variant betekent dit dat wit weer de toren-paard-batterij voor de Rösselsprung kan inzetten. Na 1. …f4 werkt 2. Pg4 schaak, Pe6 3. Pxf6 nu wel. Met 2. Pg4 wordt de loper van h3 afgesloten, dit moet wel want anders geeft zwart met 2. …Le6 de witte koning schaak en gaat het feest voor wit niet door. Verkeerd is daarom de matvoering 1. …f4 2. Pd7 schaak, Pe6 3. Pxf6 mat, wegens 2. …Le6 schaak.
In beide varianten zien we dus eerst een lijnopening door zwart, dan een lijnsluiting, door tussenplaatsing op e6 dekt toren e7 niet meer e5, gevolgd door de witte matzet door het Rösselpaard op f6. Na de verdedigingen moet wit zo spelen dat hij niet met een schaak van zwart gestoord wordt. Dit heet dualvermijding
Partijstand Hoi – Gulko.
Vorige week werd opgave 894 geplaatst om op te lossen. De snelste manier om deze partij te winnen voor wit, is een dameoffer. Oplossing is 1. Dh7 schaak, Pxh7 2. Tg6 mat
