Schaakrubrieken weekend 14 november 2020

Wekelijks publiceren of verwijzen wij naar diverse schaakrubrieken. Wij streven naar publicatie op de woensdag na het voorgaande weekend. Wij proberen de besproken partijen in een viewer te tonen.

Hans Ree Gert Ligterink Hans Böhm Bab Wilders Dimitri Reinderman Rini Kuijf Henk Prins

Hans Ree

Betoverd door liefde

Toen de 23-jarige Hongaarse schaakster Erika Sziva in 1990 van Boedapest verhuisde naar Eindhoven uit liefde voor de Nederlandse meester Johan van Mil, gaf ze veel op. Boedapest was een mooie miljoenenstad met zeker tachtig schaakclubs. Ze had als topschaakster een ‘baan’ waarvoor ze alleen een keer per maand haar salaris moest ophalen en aan de partijfunctionarissen moest vertellen hoe ze geschaakt had. Ze had een prettig appartement in het centrum van de stad en ze voelde zich een koningin.

Ze kreeg wel wat terug in Eindhoven. Een hechte kring van nieuwe schaakvrienden. Met Johan zou ze twee zonen krijgen. Hij was dol op de kinderen en de kinderen op hem. In Nederland werd ze vijf keer vrouwenkampioen en ze speelde vijf keer in een olympiade. Maar anders dan in Hongarije viel er hier voor een schaakster nauwelijks iets te verdienen.

Johan was een toonbeeld van levenslust, maar niet gezond. Hij had een niertransplantatie gehad, maar had volgens Erika de nieuwe nier door roekeloos gedrag vrijwel meteen weer verloren. Een tweede niertransplantatie gaf hem nog twintig mooie jaren. In 2008 stierf hij, 49 jaar oud, aan de complicaties na een hartoperatie.

Erika Sziva schreef het op in haar boek Betoverd, dat kort geleden uitkwam bij uitgeverij De Beste Zet, de naam van haar verzendhuis van schaakboeken. Ze beschrijft veel vreugde en veel leed op een lichte toon, onder het aan Monty Python ontleende motto Always look on the bright side of life.

De partijen die ze laat zien van haarzelf, haar Hongaarse trainer Péter Dely en van Johan van Mil hebben iets gemeen: moedig voorwaarts, recht op de koning af.

Bij de volgende partij schrijft ze: „Ik versloeg altijd graag mannen met een grote mond.” Ja, een grote mond had Erik Knoppert zeker, wat maakte dat hij vaak in conflicten terechtkwam, maar ook dat hij veel fans had die vonden dat je met hem kon lachen.

Hij was een sterke speler, maar in de databanken zie ik geen partij van hem na 2008. Waar is hij gebleven? Erika schrijft: „Mijn laatste informatie over hem is dat hij de baas was geworden in een diamantmijn in Afrika.” Zou dat waar zijn? Het kon wel iets voor Knoppert zijn.

Erika Sziva – Erik Knoppert, halve finale NK 1994

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 Pc6 6. Lc4 e6 7. Le3 Le7 8. De2 Dc7 9. 0-0-0 a6 10. Lb3 Pa5 11. g4 b5 12. g5 Pxb3+ 13. axb3 Pd7 14. h4 b4 15. Pa4 Pc5 16. h5 Ld7 17. g6

Nog steeds openingstheorie. Meestal volgde 17…Pxb3+ 18. Pxb3 Lxa4 19. h6 met een wilde strijd. Ook 17…0-0 lijkt niet slecht.

17…Lf6

Dit is minder goed.

18. gxf7+ Kxf7 19. e5 dxe5

Ook na 19…Lxe5 20. Pxc5 dxc5 21. Df3+ Lf6 22. h6 krijgt zwart het zwaar.

20. Pxc5 Dxc5 21. Pf5 Dc6 22. Pd6+ Ke7 23. h6 g6 24. Pe4

Zwart heeft geen verdediging meer.

24…Thc8 25. Lc5+ Dxc5

Hij moet de dame geven, want 25…Kf7 26. Df3 was nog erger.

26. Pxc5 Txc5 27. Dd2

Zwart kon opgeven, maar dat was niets voor Knoppert.

27…Td5 28. Dxb4+ Ke8 29. Txd5 exd5 30. Dd6 Lg5+ 31. Kb1 Lf4 32. Dxd5 Tc8 33. Te1 Lf5 34. Te2 Ke7 35. Db7+ Kf6 36. Dxh7 Lg4 37. Te4 Lf5 38. Tc4 Tb8 39. Dg7+ Kg5 40. h7

Zwart gaf op.

Partij in viewer:

Gert Ligterink

Toen schaken tegen Judit Polgar nog een blamage was

In The New York Times gaf Judit Polgar haar mening over de Netflix-serie The Queen’s Gambit. De Hongaarse (44), die in 2014 haar professionele schaakcarrière beëindigde, is deskundige bij uitstek. Net als Beth Harmon, de hoofdpersoon in de serie, vond ze als jong meisje haar weg in een door mannen gedomineerde wereld. Ze werd een topgrootmeester die in 2005 de achtste plaats op de internationale ranglijst bereikte.

The Queen’s Gambit gaf Polgar vooral in de latere afleveringen af en toe een déjà-vu-gevoel. Maar in één opzicht kon ze zich absoluut niet identificeren met Harmon: de manier waarop mannen met haar omgaan: ‘Ze zijn te aardig. In mijn jonge jaren permitteerden mannen zich regelmatig misprijzende opmerkingen of grappen die pijn deden.’

Nooit speelde Polgar tegen iemand die, zoals Sjapkin in aflevering 7 van de serie, haar een handkus gaf na zijn nederlaag: ‘Ik heb wel tegenstanders ontmoet die weigerden mij de hand te schudden en er was zelfs iemand die met zijn hoofd op het bord begon te bonken nadat hij had verloren.’

Bij die laatste opmerking vraag je je af wie dat geweest kan zijn. De Filipijn Eugenio Torre had de merkwaardige gewoonte na een verliespartij met zijn hoofd tegen de muur van zijn hotelkamer te bonken, maar hij heeft nooit tegen Polgar gespeeld. En Viktor Kortsjnoi? Nee, hoewel hij zich regelmatig heeft misdragen tegen Judit en haar zussen, beperkte hij zich tot verbale beledigingen.

In 1994, toen Polgar tegen Alexei Shirov een van de mooiste partijen uit haar carrière speelde, was de tijd van de misplaatste grappen voorbij. ‘Ze is een van ons’, placht Vishy Anand te zeggen.

Shirov – Polgar

Buenos Aires 1994

1.e4 c5 2. Pf3 e6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pc6 5. Pc3 d6 6. g4 a6 7. Le3 Pge7 8. Pb3 b5 9. f4 Lb7 10. Df3 g5

Een pionoffer om veld e5 te veroveren. Wits beste reactie is 11. 0-0-0.

11. fxg5 Pe5 12. Dg2 b4 13. Pe2

Na het sterkere 13. Pa4 speelt zwart 13 … Pd5! 14. Ld2 Tc8.

13 … h5!

Een geweldige vondst. Na 14. gxh6 ep Lxh6 15. Lxh6 Txh6 16. 0-0-0 P7g6 is de controle over de zwarte velden meer dan een pion waard. Toch zou dat beter zijn dan de volgende zet.

14. gxh5? Pf5 15. Lf2 Dxg5! 16. Pa5

Ook na 16. Dxg5 Pf3+ 17. Kd1 Pxg5 heeft zwart groot voordeel.

16 … Pe3!

Schitterend. Zwart geeft mat na 17. Dxg5 Pf3 of 17. Lxe3 Dxe3 18. Pxb7 Pf3+ 19. Kd1 Dd2. Na de volgende zet is wits materiële achterstand te groot.

17. Dg3 Dxg3 18. Pxg3 Pxc2+ 19. Kd1 Pxa1 20. Pxb7 b3 21. axb3 Pxb3 22. Kc2 Pc5 23. Pxc5 dxc5 24. Le1 Pf3 25. Lc3 Pd4+ 26. Kd3 Ld6 27. Lg2 Le5 28. Kc4 Ke7 29. Ta1 Pc6

Wit geeft op.

Partij in viewer:

Hans Böhm

Bezieling

Toen ik de deur opendeed stonden er twee vrolijke buurmeisjes. Ze hadden allebei een tekening gemaakt. De ene met schaakpaarden en op de andere zitten twee kinderen te schaken. Alle kleuren van de tekendoos zijn gebruikt, zo deed ik het vroeger ook. ‘We love chess’, staat her en der. Het was als dank voor het schaakboek dat ik ze had gegeven. Zij hebben nog een heel leven voor zich en je weet nog niet wat de schaaksport ze gaat bieden. Dat hoeft niet specifiek schaak-spelen te zijn.

Van kunstenaar Tjerk Zijlstra viel een paar dagen later het schaakkunstboek Bezieling in het schaken in de bus. Zijlstra volgde de Rietveld Academie en is afgestudeerd als grafisch ontwerper. Hij laat zich vaak inspireren door het schaakspel, zijn schilderijen zijn surrealistisch, liefst olieverf, hij is een fijnschilder (de 1-haar-penseel spreekt op zich al tot de verbeelding). Veel van zijn werk is te zien op tjerkzijlstra.nl.

Het boek bestaat uit tien verhalen over bijzondere schakers en partijen en mooie afbeeldingen van de bijbehorende schaakschilderijen. In het voorwoord lezen we dat soms de schrijver (Ronald Staal) de schilder inspireerde en soms andersom. Er is nog een constante: ‘Al van oudsher wordt de vlinder gezien als het symbool voor de ziel, de ziel die de verbinding vormt tussen hemel en aarde’. En dus fladdert op alle schilderijen ergens een prachtige vlinder. Die vlinders zijn heel bewust gekozen. De monarch vlinder zien we op De Apocalyps, een groot wit paard tegen een vuurrode achtergrond op een zwevend schaakbord met nog andere symbolische paarden. De passiebloemvlinder zit op de top die van de piramide is gevallen (schijnt echt gebeurd te zijn in Dahshur, Egypte), een schrijver zit in het zand met voor zich losse schaakstukken. We gaan wat dieper in op het schilderij De tovenaar van Riga. De kleine weerschijnvlinder komt naar de tovenaar ex-wereldkampioen Michael Tal toe gevlogen. Tal heeft die typische denkhouding, het hoofd rust in de goede hand, de andere hand had slechts drie grote vingers. Het is een mooi portret, Tal is beduidend ouder dan toen hij in 1960 met 23 jaar wereldkampioen werd door de onverslaanbare Botwinnik te verslaan met gedurfd, bezield spel. Boven het hoofd rijst de kop van de koning uit, als koningskroon. Alles in verschillende kleuren blauw. ‘Van zijn offers ging iets magisch uit, het leek wel of zijn tegenstander er door in trance gebracht werd. Achteraf wist iedereen het altijd beter wat hij afdeed door te zeggen, er zijn correcte offers en mijn offers, en daarna verdween hij’. Het schilderij is geïnspireerd op een partij uit 1991 die nog steeds als pareltje geldt en wordt gebruikt in boeken over aanval.

Tal – Neibult, Rusland 1991

1.e4 c5 2.d4 cxd4 3.c3

Het Morra-gambiet, dat veel gespeeld werd in de 19e eeuw. Wit krijgt lekker open spel maar later werden verbeteringen voor zwart gevonden en het gambiet raakte uit de mode. Als verrassingswapen kan het nog altijd uit de kast worden getrokken.

3…dxc3 4.Pxc3 Pc6 5.Pf3 d6 6.Lc4 e6 7.0-0 Pf6 8.De2 a6 9.Td1 Dc7 10.Lf4 Pe5 11.Lb3 Le7 12.Tac1 Db8 13.Pd4 0-0 14.Lg3 Ped7 15.f4 e5?

Dit moet fout zijn. Veld f5 komt vrij voor een gevaarlijk paard en Lb3 krijgt alle ruimte. In de vele reacties werd de zwartspeler voor gek verklaard om dit tegen een aanvalskunstenaar als Tal te spelen. Na iets als 15…Pc5 blijft zwart in het spel.

16.Pf5 Te8 17.Dc4 d5 18.Pxd5 Lc5+ 19.Kh1 Te6

Dit is de stelling op het schilderij. Iedere geoefende speler zal aanvoelen dat hier iets moet zijn voor wit. Alle stukken staan in de aanval en zwart heeft ook nog eens problemen op de onderste rij met zijn koning. Maar dat soort stellingen komen zo vaak voor en dan is het de kunst om niet te verslappen, niet het voordeel alleen maar vast te houden maar gevoel en calculatie en tijd te laten samenkomen. Tal kiest een kunstzinnige geforceerde winstweg:

20.Dxc5!! Pxd5

Omdat na 20…Pxc5 21.Pxf6+ zwart mat gaat.

21.Txd5 exf4 22.Pe7+ Kf8 23.Txd7 Lxd7 24.Lxe6

En zwart gaf op omdat na 24…Lxe6 25.Pc6+ de dame ook nog verloren gaat.

Voor meer kunst (mondkapjes met schaakmotieven) zie schaakkunst.nl

Partij in de viewer:

Bab Wilders

Een voltreffer, zeker voor de liefhebbers van het naspelen van partijen

Eens las ik in het boek Die Blendung van Canetti (waarin ook de ooit bekende schaker Charousek voorkomt , die zo arm was dat hij het lijvige openingsboek Bilguer ‘s Handbuch kopieerde omdat hij het niet kon kopen) dat schaken natuurlijk nooit om geld gespeeld zou worden.

Als ik het mij goed herinner werd dat gezegd door een dwerg, ook schaker, die Fischerle heette en wereldkampioen wilde worden. Het boek verscheen in 1935!! Dit alles kwam in mij op door het boek van Andrew Soltis Magnus Carlsen 60 Memorable Games ( € 19.95) Wat is dan de link? Wel, jongeheer wereldkampioen Carlsen heeft zich door wereldkampioenschappen, toernooien,reclame,kledinglijn enz verzekerd van een riant inkomen. ( hoewel nog niet te vergelijken met de krankzinnige bedragen bij het voetbal volk) Dus van het ideaal van 85 jaar terug is niet veel over. Het boek kwam uit bij Batsford (Pavilion Books) De titel refereert natuurlijk aan de nog steeds herdrukte klassieker van Bobby Fischer My 60 Memorable Games. Overigens bleek mij onlangs dat een schaak lerend jongmens geen idee had wie dat was.

Ach ja, wie kent De Zwarte Panter nog, zo gaat dat. Andrew Soltis is een gerenommeerd schaak-schrijver en heeft ook nu weer goed werk afgeleverd. Of eigenlijk natuurlijk allereerst Carlsen zelf want het zijn vaak fraaie kunststukjes. Hoe lang gaat deze geweldenaar de schaakwereld nog overheersen? Tot nu toe hebben alle uitdagers gefaald bij hun pogingen hem van de troon te stoten. Het boek volgt hem bij zijn opmars naar de titel en Soltis analyseert bij alle partijen niet alleen de achterliggende gedachten bij de zetten maar ook de psychologische kanten van de strijd tussen twee superbreinen , op schaakgebied wel te verstaan. Een voltreffer, zeker voor de liefhebbers van het naspelen van partijen. Geheel in de Batsford-traditie.

Dan nu : In een stapel oud papier die met de papiercontainer mee moest zocht ik een bepaalde krant maar weer een geval van serendipity: een prachtig dagbulletin van de tweede ronde van Sevilla 1978, de match tussen Kasparov en Karpov,dus kennelijk al meer dan 40 jaar op een verkeerde plek bewaard. In Spaans en Engels, op mooi papier, met vele prachtige foto‘s, kom daar eens om tegenwoordig,bv bij TATA. De tweede partij dus van de 24 om de wereldtitel, een titel die Kasparov behield door een zege in de laatste partij waardoor de eindstand 12-12 werd. Dan ook maar de partij in een rubriek, serendipity moet je nooit afslaan anders had Columbus nooit Amerika ontdekt.

Dus : Kasparov – Karpov 14-10-1987

1.c4 nog nooit had Kasparov met deze zet geopend 1..Pf6 2.Pc3 e5 3.Pf3 Pc6 4.g3 Lb4 5.Lg2 0-0 6.0-0 e4 7.Pg5 Lxc3 8.bxc Te8 9.f3 e3! Ook deze zet was nog nooit gespeeld, altijd exf. En dus verzonk wit in een soort retraite van 80 minuten en speelde 10.d3 11.Db3 Pa5 12.Da3 c6 13 cxd cxd 14.f4 Pc6 15.Tb1 Dc7 16.Lb2 Lg4 17.c4!? nu was het de beurt aan Karpov om lang te denken en hij koos 17..dxc!? 18.Lxf6 gxf6 19.Pe4 Kg7 20.dxc Tad8 21.Tb3 ( beter Pc3 ) Pd4 beide spelers in tijdnood, Kasparov had nog 5 minuten, de tegenstander 10. 22.Txe3 Dxc4 23.Kh1 Pf5 zwart heeft initiatief, zeker belangrijk bij tijdnood. 24.Td3 Lxe2 25.Txd8 Txd8 26.Te1 incident: Kasparov vergat de klok in te drukken 26..Te8 27.Da5 b5 (wellicht was 27..Txe4 28.Dxf5 Lf3 sterker) 28.Pd2 Dd3 29.Pd3 zinloze zet 29..Lf3 beslist de partij 30.Lxf3 Dxf3+ 31. Kg1 Txe1+ 32.Dxe1 Pe3 0-1.

Zo nam Karpov een 1-0 voorsprong en die had hij ook nog na de 23e partij maar uiteindelijk kwam Kasparov nog langszij. En bij een gelijke stand behoudt de wereldkampioen de titel.

Partij in viewer:

Dimitri Reinderman

De waarheid of een goed verhaal

In de periode dat ik voor Het Witte Paard Zaandijk speelde (1987-1993) schreef ik voor het clubblad met de leuke naam Haver vaak uitgebreide verslagen over mijn avonturen in binnen- en buitenlandse toernooien (wat overigens voor de redacteur die de vele handgeschreven pagina’s mocht uittypen geen onverdeeld genoegen was). In mijn stukjes was ik niet vies van inside jokes. Zo maakte ik een keer een oninteressante winstpartij uit het toernooi van Györ iets interessanter door mijn tegenstander te veranderen in “Bent Larsen (GM, 2570)”, met een verwijzing naar een identieke grap van een clubgenoot in een eerder clubblad. Schaakjournalist Klaas Steijn las het verslag ook en dacht (ondanks dat ik verdacht weinig opschepte over de overwinning) “Dat is leuk voor mijn rubriek in het Haarlems Dagblad!” (een inmiddels herkenbare gedachte). Hij schreef bij de partij dat het een mooie scalp was voor het jonge talent Reinderman, al speelde Larsen wel zwak, hij leek zichzelf niet die dag. Hij kon er niet om lachen toen iemand hem uitlegde waarom.

Het was toeval dat ik Larsen koos, maar zelf was hij ook niet vies van wat mystificatie. “Tegen Ivkov speelde ik één van mijn beste partijen ooit” schrijft hij in Bent Larsen’s Best Games. Nadat hij een mooi positioneel kwaliteitsoffer heeft gepleegd volgt een serie sterke zetten van beide zijden totdat de Joegoslaaf onder druk blundert. Althans, als we de analyse in hetzelfde boek mogen geloven. De dit jaar overleden Alexander Munninghof deed dat en noemde het de beste partij uit 60 jaar Hoogovenstoernooien. De waarheid is anders, zo laat Jan Timman in het magazine van New In Chess zien. Het op zich correcte offer werd gevolgd door de ene fout na de andere van beide zijden en op vlak voor de blunder stond Larsen verloren. Toch is Timman wel positief over de partij: “Ik denk nog steeds dat het kwaliteitsoffer van Larsen mijn schaakbegrip verdiepte.”

Ivkov-Larsen (Beverwijk 1964)

1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 g6 5.Pc3 Lg7 6.Le3 Pf6 7.Lc4 d6 8.f3 Pd7 9.Lb3 Pb6 10.Dd2 Pa5 11.Dd3 0–0 12.0–0–0 Pxb3+ 13.axb3 a5 14.Pa4 Pxa4 15.bxa4 Ld7 16.Pb5 Tc8 17.h4 Lxb5 18.Dxb5 Tc6 19.c4?

Dit verzwakt de lange diagonaal. Een opstelling met Kb1, c3 en Td3 had wit voordeel gegeven.

19…Dc7 20.b3

20…Tc5!

Het is vooral deze zet waardoor de partij zoveel lof kreeg. Wit moet het offer aannemen waarna zwart heer en meester op de zwarte velden is.

21.Lxc5 dxc5 22.Td5?! e6?

Meteen 22…Dg3! had zwart een winnende aanval gegeven, b.v. 23.Dxc5 Dxg2 24.Te1 Lb2+ 25.Kb1 Lc3

23.Dxc5 Dg3 24.Tg5 Df4+ 25.Kc2 f5?! 26.exf5 exf5 27.Td1?! b6?

27…Lf6 wint de kwaliteit terug met speelbare stelling.

28.De7?

Na 28.Dd6! De3 29.Dd2 De7 30.f4 Da3 31.Tb1 heeft zwart niet genoeg voor het geofferde materiaal.

28…Dxh4

29.Td7??

Na 29.Td8 had zwart nog steeds moeite moeten doen om remise te maken. In de partij krijgt hij een winnende aanval.

29…Lf6 30.De6+ Kh8 31.Dd6 Df2+! 32.Kd1 Df1+ 33.Kc2 De2+ 34.Kc1 Db2+ 35.Kd1 Db1+ 36.Ke2 Te8+ 37.Kf2 De1 mat

Partij in viewer:

Rini Kuijf

Voor beginners A8400

Welke sterke zet doet wit?

Voor gevorderden B8400

Wat is de juiste zet voor zwart?

Henk Prins

In de schaakproblematiek is de enpassantslag een inspiratiebron voor het componeren van mooie schaakproblemen. Deze afwijkende spelregel in het schaakspel fascineert mensen blijkbaar. Veelal, vooral bij tweezetten, speelt de enpassantslag een rol door eerst te kunnen bewijzen dat zwart met zijn laatste zet het tweezetten-opspelen van de pion, die via enpassantslag geslagen wordt, moet hebben gespeeld. Zoals de lezer dit twee weken geleden heeft gezien in deze rubriek is dit een belangrijk onderdeel van de enpassant-problemen. Bij driezetten, als het niet de sleutelzet betreft, speelt dit niet. Zoals bekend mag uitsluitend direct na het tweezetten-opspelen van een pion, de andere partij direct daarna de enpassantslag doen, dit mag dus niet later.

In de driezet 973 van de Russische toptalenten Valentin Rudenko en Viktor Chepizhy – zie diagram –
zien we veel enpassantslagen. De sleutelzet is

De twee Russische grootmeesters in schaakcompostie laten een bijzonder mooie combinatie zien van schitterend batterijspel en de enpassantslag. De driezet behaalde een vierde prijs in het Russische tijdschrift 64. Vooral de luchtige en ongedwongen opstelling van de stukken in dit probleem zal meegewerkt hebben aan deze hoge onderscheiding.

 

Over Redactie

Schaaksite.nl is eind 2009 opgericht. Schaaksite.nl is een onafhankelijke en niet-commerciële Nederlandse website. Ons motto is: Schaaksite.nl is er vóór en dóór schaakliefhebbers. Iedereen die iets te melden heeft kan het (laten) publiceren op onze site.

1 Reactie

  1. Avatar
    Henk Smout 18 november 2020

    Mystificatie in een andere historische draak 365chess.com/game.php?gid=2519217 is de opmerking van Bronstein: “Zwart ziet af van 20… De3, dat had kunnen leiden tot de zetherhaling 21.Dc1 Dc3. Zwart heeft geen voordeel, en na dameruil wordt zijn stelling zelfs ietwat slechter.” Misschien voelt iemand zich geroepen om te tellen hoe groot het aantal betere zetten dan 20… De3 is, waarop Wit met 21.Dxb4 of 21.hxg6 hxg6 eerst en dan 22.Dxb4 gewonnen staat.

    In plaats van de partijzet 20… Tc8 is 20… Pxf3 met gelijkspel en twee zetten eerder 18… Pxf3 met voordeel voor Zwart mogelijk, twee zetten die ook in de door Taylor Kingston als aanvulling op zijn Engelse vertaling van het toernooiboek door Najdorf samengestelde ‘Zurich 1953 Computer-Assisted Supplement‘ zijn overgeslagen, zie russell-enterprises.com/excerptsdownloads/

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.