Geschiedenis van het Amsterdam Chess Open – Deel II: Het Eijgenbroodtoernooi

Door Jan Timmerman

In het weekend van 27, 28 en 29 oktober is het eerste Amsterdam Chess Open. Dit toernooi verenigt het Persoonlijk Kampioenschap van de SGA en het Eijgenbroodtoernooi dat tot en met 2019 is georganiseerd. In het eerste deel gingen wij al in op de geschiedenis van het persoonlijk kampioenschap. Voor dit deel vroegen wij drie betrokkenen uit het verleden om iets te vertellen over de geschiedenis van het Eijgenbroodtoernooi. 

Tony Lith

“De Amsterdamse schaakvereniging Caïssa heeft in het verleden 33 keer het Eijgenbroodtoernooi georganiseerd,” vertelt Tony Lith, die als bestuurder, organisator en deelnemer jarenlang actief is geweest. “Dit toernooi was vernoemd naar de in 1984 overleden Willem Eigenbrood die lange tijd een centrale plaats innam in het verenigingsleven. Met altijd een sigaar onder handbereik maakte hij de indeling voor de clubavond. Hij werd gewaardeerd voor de luchtige, ironische manier waarop hij de resultaten van ‘zijn’ schakers van commentaar voorzag. Aan die reeks toernooien kwam in 2020 een voorlopig eind vanwege de corona-epidemie. Dankzij het initiatief van een aantal Caissianen en andere SGA leden onder leiding van Jan Timmerman komt daar nu verandering in.”

“Een belangrijk verschil met het verleden is dat dit toernooi toegankelijk is voor schakers van elk niveau. Dat was vroeger anders. Toen gold er een elo-bovengrens voor de deelnemers (eerst 2150, later 2200). Een erfenis van Eigenbrood die op deze manier ‘broodschakers’ buiten de deur wilde houden. Een ander belangrijk kenmerk was het gelijke prijzengeld voor de A- en B-groep. Het belooft een mooi evenement te worden met een prachtige titel om te winnen: Kampioen van Amsterdam! Wie zou dat niet willen zijn?” 

Dennis Breuker

Dennis Breuker, het enige nog levende erelid van Caïssa, is van 2012 tot en met 2017 voorzitter geweest van het Eijgenbroodtoernooi. Hoe kijkt hij naar de opvolger van het Eijgenbroodtoernooi in het Amsterdam Chess Open? 

“Eerst even over het Eijgenbroodtoernooi. Ik heb een aantal keren meegedaan, en het was altijd een erg leuk en gezellig toernooi. Helaas liepen de deelnemersaantallen langzaam terug. Daar waar we in 1993 het maximum bereikten met 170 deelnemers, hadden we in 2011 maar 70 deelnemers en werd er verlies geleden. Met een aantal mensen (oudgedienden als Robbert van het Kaar, Lucie van der Vecht, Tony Lith en later ook Elwin Osterwald, maar ook vers bloed zoals Sander Tigelaar en later Angelo Spiler en Abe Willemsma) hebben we toen het toernooi weer nieuw leven ingeblazen. Al snel hadden we met 120 deelnemers weer een maximale bezetting. In 2017 ben ik verhuisd naar Nijmegen en daarna heb me niet meer met de organisatie bemoeid. Helaas kon het toernooi twee jaar niet doorgaan wegens Covid, en daarna was het lastig om het weer op te starten en bleek dat de laatste editie in 2019 had plaatsgevonden. Iets dat me pijn en verdriet deed.”

Erelid Dennis Breuker achter het schaakbord

Breuker vervolgt: “Maar gelukkig is er nu het Amsterdam Chess Open. Ik vind het geweldig dat er weer een weekendtoernooi in Amsterdam is. Deze stad verdient dat ook. Ik heb begrepen dat het toernooi al snel vol zat, en dat er plannen zijn om het in komende jaren nog groter te laten groeien. Fijn dat er een ambitieus team is met grootse plannen. Ik kan helaas niet meedoen aan deze veelbelovende eerste editie, maar zal in de toekomst het laatste weekend van oktober vrijhouden, net als vroeger.” 

Robbert van het Kaar

Robbert van het Kaar is ook lange tijd betrokken geweest bij het Eijgenbroodtoernooi. Hij zegt: “Ik ben vanaf het begin in 1987 betrokken geweest. Grote motor was Jeroen Hoogenboom, aangevuld met Errit Petersma, Joost van Steenis en mij, iets later gevolgd door Kees Sterrenburg. Daarnaast hebben in de loop der jaren meer Caïssanen bijgedragen aan de organisatie, maar helaas kunnen we niet iedereen hier noemen”

Vergadering Eijgenbroodtoernooi in 2018 (van links naar rechts Lucy van de Vecht, Elwin Osterwald, Abe Willemsma en Robbert van het Kaar)

“Vermeldenswaard in die periode is de schoonheidsprijs, met als jury grootmeesters Hans Ree en Paul van der Sterren. Vanaf het moment dat we in huize Lydia speelden was er ook een grote rol voor barman Driss, onvermoeibaar actief op de achtergrond én met hapjes en broodjes. Ook dit jaar zal hij de bar weer bemannen.  

Het is goed te horen dat het toernooi weer doorgaat, met een geweldig aantal deelnemers. Hulde! Ook leuk dat het weer in het klok-uur-terug weekend plaatsvindt. Scheelt weer een uur slaap (hoewel in de jaren tachtig sommige verwarde schakers de klok juist een uur vooruit draaiden…). Ik kom zeker kijken.”

 

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.