Een NK met meer grandeur
Een chique Amsterdams hotel, een relatief onbekende toernooidirecteur en kunstenaars die de publiekscommentatoren onderbreken: er kan wat worden gezegd over het Nederlands kampioenschap, waarvan zaterdag de opening en zondag de eerste ronde plaatsvindt. Voor een uitgebreide uitleg belde ik met Paul Rump.
Je zou kunnen zeggen dat Paul Rump uit een vertrouwd nest komt: de Gooise vriendenkring waaruit dertig jaar geleden al bordenjongens voor de grote toernooien werden gerekruteerd en waaruit ook Jeroen van den Berg en Tom Bottema voortkwamen, tegenwoordig directeur en perschef bij diverse toernooien, waaronder Tata Steel. De vrienden zijn ook bekend van Sopsweps’29. Toch verrassend dat Rump opeens op zo’n belangrijke plek terechtkomt.
Paul Rump toernooidirecteur van het NK, dat mag je me uitleggen.
“Tom Bottema en ik wilden de grandeur van het Nederlands kampioenschap terug. We vonden The Manor Hotel als sponsor. Ik woon daar in de buurt en de mensen van het hotel vonden het wel prettig een vertrouwd gezicht als toernooidirecteur te zien. Jan Stomphorst (KNSB-bestuurlid Topschaak) had daar geen bezwaar tegen.”
Is het hotel de hoofdsponsor?
“Ja, met het aanbieden van zijn faciliteiten. De KNSB draagt geld bij aan het toernooi. Bovendien hebben we de actie ‘Word vriend van het NK’. Dat leverde ongeveer op wat we ervan verwacht hadden en voegt een substantieel deel toe aan het budget.”
Op wat voor manier kwamen jullie tot dit deelnemersveld?
“We begonnen met de nummers een tot en met drie van vorig jaar: Dimitri Reinderman, Wouter Spoelman en Robin van Kampen. Daarna de open kampioen uit Dieren, Erwin l’Ami. Vervolgens zijn we de ranglijst af gegaan: Anish Giri, Loek van Wely en Ivan Sokolov. Tot slot hadden we een wildcard.”
Ik begreep dat Dimitri niet meteen was uitgenodigd, hij stond niet meteen op de deelnemerslijst op de toernooisite.
“Jawel, hij was wel meteen uitgenodigd, maar we hadden nog geen overeenstemming. Giri, Sokolov en Van Wely zegden wel snel toe, maar de eerste twee onder voorbehoud.”
Bianca Mühren was nog nooit Nederlands kampioen bij de vrouwen, maar is nu een belangrijke kanshebster. Ze heeft net een huwelijksreis achter de rug naar een vakantieoord waar ze helemaal niets hoefde te doen, zo verklaart ze vol verwachting op de toernooisite.
Was het dan wel verstandig die namen meteen op de toernooisite te zetten?
“Het verbaasde mij dat die site zo snel in de openbaarheid kwam, dat hadden we zelf niet gedaan. We hadden het webadres aangevraagd en waren begonnen de site in te vullen, maar hebben er zelf geen reclame voor gemaakt. (Iemand ontdekte de site en zette hem op Utrechtschaak – JH.) Toch zou ik het de volgende keer weer zo doen. Giri zei: ‘Ja ik doe mee, als ik geen uitnodiging voor een wereldtoptoernooi krijg’. Dan zet ik zijn naam dus op de site en we schreven dat alle namen onder voorbehoud waren. Maar hij kreeg een uitnodiging voor Biel, dat een dag na het NK begint. Ik heb alle begrip voor zijn afzegging. Sokolov wilde ook echt meespelen, maar hij zit tijdens het NK in Dubai, waar hij coach is van het Olympiadeteam van de Verenigde Arabische Emiraten. Toen hebben we Sergei Tiviakov uitgenodigd, onze eerste reserve.”
Op de toernooisite was te lezen dat er een kwalificatietoernooi met rapidpartijen zou komen. Maar opeens was daar geen sprake meer van.
“Klopt. We hebben nog lange tijd gehoopt dat het NK een tienkamp zou worden. Toen bleek dat het toch een achtkamp moest worden, moesten we dat kwalificatietoernooi schrappen. We wilden het nog even houden om de wildcard aan te wijzen, maar daarvan zei het KNSB-bestuur: dat noemen wij geen wildcard. Die is toen naar Sipke Ernst gegaan.”
De door Dimitri Reinderman bedachte popquiz is een van de leuke nevenevenementen.
Op de toernooisite zijn nogal wat nevenevenementen te zien. Welke vind je de leukste?
“Daar ga ik natuurlijk geen volgorde in aanbrengen. Ik ben vooral blij met de breedte en kwaliteit van het aanbod. Van de theatervoorstelling van Porgy Franssen verwacht ik veel. Over de popquiz van Dimitri Reinderman heb ik al een avond met hem gepraat, die vind ik ook heel leuk. De commentaarsessies willen we wat toegankelijker maken voor de minder sterke schakers.”
Dat is toch altijd voor een breed publiek?
“Ja, maar wij willen het niveau nog iets lager. Meer uitleg over algemene uitgangspunten en strategieën.”
Bijzonderheid: het commentaar begint om half twee en wordt om drie uur onderbroken voor een cultureel intermezzo van drie kwartier. Ik kan me voorstellen dat de schakers dan hunkerend zitten te wachten op de volgende zetten.
“Dat zou zo zijn als je bijvoorbeeld een algemeen literair verhaal houdt. Maar de kunstenaars leggen een relatie met het schaken.”
Daar wil ik iets meer over weten. Ik zie bijvoorbeeld dat de Amsterdamse dichter Hans Kloos iets doet samen met Hans Ree.
“Ja, ik zie overeenkomsten tussen Hans Kloos en Marcel Duchamp. Hans Ree gaat iets vertellen over Duchamp, die ook een sterke schaker was. Hij was een van de belangrijkste kunstenaars van de twintigste eeuw. Zo heeft hij het snorretje op de Mona Lisa getekend. Ook maakte hij een onaf kunstwerk dat hij ‘Definitief niet af’ noemde. Hij was een meester in de ‘ready made arts’, kunst maken uit iets wat al bestaat. Hij zocht de grenzen van de kunst op.”
De Amsterdamse dichter Hans Kloos. (archieffoto)
Zoekt Hans Kloos de grenzen van de poëzie op?
“Nou, een overeenkomst is dat hij onder andere een flarfdichter is. Een flarfdichter gebruikt zinnen van andere mensen en maakt daar een eigen gedicht van. Dus ook kunst uit iets wat al bestaat.”
Je kondigt het toernooi aan als het sterkste NK uit de geschiedenis. Volgend jaar zeker nog sterker?
“Dat zou best kunnen. We hebben nu al zo veel spelers boven de 2600 en volgend jaar zit Benjamin Bok daar misschien ook wel boven. Een compleet deelnemersveld boven de 2600, dat zou inderdaad het NK van 2015 kunnen worden.”
O ja, dat vergat ik nog te schrijven bij de groepsfoto: Hans Kloos, bovenste rij, derde van links. De schrijver van dit artikel: onderste rij, derde van rechts. Diagonaal gespiegeld dus.