Een bijzondere dag in de schaakgeschiedenis: 23 mei 1962

Wereldkampioenen, aanstaande en ex-wereldkampioenen verliezen slechts zelden. En als dat gebeurt, dan vermoedelijk minder met wit maar meer met zwart. En het is nog zeldzamer wanneer dat twee van hen op eenzelfde dag overkomt, met wit nog wel. Dat was het geval in het kandidatentoernooi van 1962 in Curacao: in de 13e ronde verloor Fischer met wit van Petrosian; Tal verloor met wit van Geller.

Tal en Fischer met wit op dezelfde dag elk een punt ingeleverd, het is vermoedelijk een unieke gebeurtenis. Dat kandidatentoernooi was überhaupt behoorlijk uniek, een kraamkamer van wereldkampioenen: Tal, Fischer en Petrosian bereikten ieder het allerhoogste, terwijl Kortsjnoj er welgeteld één winstpartijtje vanaf zat (Baguio 1978). Dat is de helft van het deelnemersveld! En vlak de andere helft niet uit: Keres, Geller, Benkö en Filip. Pal Benkö leeft als enige nog en is inmiddels bijna 90 jaar oud.

Met zoveel wereldkampioensmateriaal aan tafel kan zoiets uitzonderlijks natuurlijk gebeuren, zou je zeggen. Zeker, maar zo niet in het kandidatentoernooi van 1959, toch met dezelfde drie als hierboven genoemd, nota bene aangevuld met de ex-wereldkampioen Smyslov. Ik ben benieuwd hoeveel andere dagen getraceerd kunnen worden, waarop twee van dit soort jongens met wit hebben verloren.

De meest bizarre zet?

Een van de meest bizarre zetten ooit op dit niveau vertoond, althans voor mij, zag op die dag het levenslicht, namelijk in de partij Fischer – Petrosjan.

Fischer speelde hier 8. Lc3-a5. Naar verluidt had Petrosian nog nooit eerder de Franse McCutcheon variant uit de kast gehaald, dus er is wat voor te zeggen om de verrasser te verrassen. Kennelijk was deze zet door een zekere Kopajev gesuggereerd. Top.

Petrosjan reageerde koeltjes met 8. – 0-0 9. Ld3 Pc6 10. Lc3 Pxc3 11. bxc3, en na 11. – f6 stond wit goed voor paal: de helft van zijn eerste 10 zetten met de zwartveldige loper, wie verzint dat? Als je niet weet wie de witspeler is zou je aan een vooropgezette vernedering kunnen denken: “Alsjeblieft, ik geef je twee zetten cadeau, sukkel” :-). Petrosjan moest in elk geval hard werken voor zijn punt…

De slechtste goede loper en de beste slechte loper ooit?
Maar dan zijn we er nog niet. De volgende stelling uit de partij Tal – Geller is een plaatje:

Zwart heeft zojuist 32. – f5 gespeeld, daarmee wits perfect goede loper tot dood hout reducerend. Zwarts perfect slechte loper op f7, als spek geboren, wordt een biefstuk als wit niet oppast. De opties lijken bij zwart te liggen, maar zit er meer dan een half punt in? Dat is moeilijk voorstelbaar. De tovenaar wilde zich kennelijk met zijn kop door de muur persen, want op zet 34 liet hij pion h6 varen en op zet 36 volgde een kamikaze-actie met e3-e4. Daarna was het snel voorbij. Waarbij aangetekend dat Tal pas acht ronden later (onvrijwillig) werd teruggetrokken – Averbach beschrijft dit in zijn memoires (“centre-stage and behind the scenes“).

23 mei 1962 was dus een bijzondere dag in de schaakgeschiedenis. Extra opmerkelijk: in deze 13e ronde verloren álle witspelers, dus ook Benkö van Keres en Filip van Kortsjnoj. Ben ik een maniakale recordzoeker? Nee hoor – bakerpraatjes. Er is een andere reden waarom mijn aandacht op deze dag geworpen werd.

14 Reacties

  1. Avatar
    Richard Vedder 19 mei 2018

    Ah! De auteur deelt zijn verjaardag met een wereldkampioen. Ik ook trouwens, maar dan een andere…

  2. Avatar
    Johan Hut 19 mei 2018

    Wel gek eigenlijk, maar toen ik de kop boven dit artikel zag, dacht ik direct: dat is vast jouw geboortedag. Ook omdat ik wel wist dat het 1962 of 1963 was. Ik ben zelf van 1961, dus dan weet je het ongeveer.

  3. Avatar
    wimw 19 mei 2018

    Mooi die herinneringen aan kandidatentoernooien uit het verleden. In Bled 1959 verloor Tal in de eerste ronde van de onttroonde wereldkampioen Smyslov en Fischer won van Keres. maar Tal won wel het toernooi en Keres werd tweede. Daar speelde Benkö ook al mee, evenals Frederik Olafsson, die nu in de tachtig is. Van het kandidatentoernooi in Amsterdam van 1956, dat door Smyslov gewonnen werd, zijn de tachtigers Spassky en Panno nog over. Dat toernooi werd in het Minerva-paviljoen aan de Amstel gespeeld, vlakbij bij mijn huidige huis. Ik had er bij kunnen zijn, maar woonde toen nog in Eindhoven en volgde het in de krant. Koploper is Averbach, die in 1953 nog in het kandidatentoernooi van Zürich speelde, waar ook Euwe aan deelnam, maar die is als oudste grootmeester dan ook al 96.

  4. Avatar
    Jasper Geurink 20 mei 2018

    Op zich is de zet 8.La5 nog helemaal niet zo bizar. Het ziet er bizar uit, maar waarschijnlijk is de zet helemaal niet zo slecht. Het punt is dat Fischer in een McCutcheon niet met de pion maar met de loper op c3 heeft genomen. 8.La5 (8.Pe2!?) is bedoeld om …b6 uit te lokken en dan pas 9.Lb4 c5 10.La3 te spelen, zodat zwart geen …Da5+ heeft. Staat volgens mij ook in ‘My 60 memorable games’. Petrosjan blijft echter flexibel en bereidt met 8…0-0! …Pc6 en …f6 voor. Een poging om 8.La5 te redden moet worden ondernomen met 10.Lxe4! i.p.v 10.Lc3? naar mijn mening: A.10…dxe4 11.Lc3 f6 12.Ph3 of B. 10…Pxa5 11. Ld3 c5 12.dxc5! . Er kunnen fouten in zitten, ik gebruik nu even de losse pols. Maar het echte bizarre is 10.Lc3?…

  5. Avatar
    wimw 21 mei 2018

    Ik was iets te voortvarend ten aanzien van  het kandidatentoernooi van 1956 in Amsterdam. Het Minervapaviljoen was wel de meest gebruikte speellocatie, maar dat ligt bij het Noorder Amstelkanaal in de buurt van het Olympiaplein en niet aan de Amstel. Daar ligt het Mirandapaviljoen, dat echter sinds vorig jaar het Amsterdam Boathouse heet. Zoiets wordt wel een contaminatie genoemd.

    Ik was verder benieuwd naar die wereldkampioen en dat bleek Anatoli Karpov te zijn, geboren in 1951. Is er ook een dag waarop Karpov en Kasparov allebei met wit verloren? Ik denk het niet.

  6. Avatar
    wimw 22 mei 2018

    Ja, het Minervapaviljoen is er al lang niet meer, zie ik ook nu op Internet. Tijdens het kandidatentoernooi van 1956 was het volgens het toernooiboek eigenlijk veel te krap bemeten voor de schakers en die waren blij met de veel ruimere locatie in Groningen, waar ze een paar dagen verbleven.

  7. Avatar
    wimw 22 mei 2018

    Vreselijk die fout. Ik had toch even het toernooiboek van Euwe en Mühring moeten raadplegen, waarin de Friese organisatoren de hoogste waardering krijgen voor de manier, waarop ze de grootmeesters en alle andere mensen ontvangen hebben. Dat was echt geweldig.

  8. Avatar
    wimw 24 mei 2018

    Om op de oorspronkelijke vraag terug te komen. Er is geen andere dag dat Tal en Fischer allebei met wit hebben verloren. Tal en Fischer hebben maar in een paar toernooien samen gespeeld. In het kandidatentoernooi van Bled in 1959 won Tal alle vier partijen van Fischer. In een toernooi in Bled van 1961 nam Fischer daarvoor revanche door van Tal te winnen en dat herhaalde hij op Curacao in 1962 in het kandidatentoernooi. Maar er is ook een toernooi in Zürich geweest in 1959, waar ze beiden aan meededen. Daar verloor Tal in de 13e ronde met wit van Gligoric en Fischer in de 14e ronde met wit van de Zwitserse kampioen Keller. Dichter bij kun je niet komen, als Tal in de oneven ronden met wit speelt en Fischer in de even ronden. Voor de eindstand en een kort verslag. www.chessgames.com/perl/chess.pl?tid=80179

     

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.