Geblesseerde Carlsen ondanks voordeel niet verder dan remise

Ook de negende partij van de wereldkampioenschapsmatch is remise geworden. Carlsen kreeg met wit eindelijk wat voordeel, maar na het iets te haastig opspelen van zijn h-pion kon Caruana het voordeel neutraliseren, al bleef de wereldkampioen het nog lang proberen. De stand is nu 4.5-4.5.

 

Het nieuws van de dag (of eigenlijk was gisteren) was dat Carlsen een blauw oog heeft opgelopen. “The match is heating up” schreef hij op zijn Instagram, al was de oorzaak niet een mep van Caruana maar een ongelukkige botsing tijdens het voetballen.  Dit was het resultaat:

Bij het schaken had hij er naar eigen zeggen geen last van. Voor de tweede keer koos hij voor het Engels en hij waarin hij met 9.Lg5 een verbetering op de vierde partij had voorbereid. Caruana reageerde door op c3 paarden te ruilen maar wit kreeg zo wel een versterkt centrum en even later had wit twee centrumpionnen en zwart nul. Toen moest Caruana een keuze maken: een klein minnetje zonder een duidelijk plan, of een iets minder kleine min maar met ongelijke lopers en wel een duidelijk plan? Hij koos voor het laatste. Nu was het aan Carlsen iets met het voordeel te doen. Hoewel hij wel eens gezegd heeft niet in vestingen te geloven was hij toch bang voor een soort van vesting die zwart zou kunnen maken met g6, h5 en f5 en hij besloot zwart voor te zijn door snel h4 en h5 te spelen, ook al kon zwart de pion op h5 gewoon slaan. Dat deed zwart en toen was het witte voordeel weg: de pion werd op h4 teruggeofferd, na gxh4 kreeg zwart de g-lijn en wit moest het laatste stel torens ruilen om geen problemen met zijn koning te krijgen. Ook de dames werden geruild en het eindspel met ongelijke lopers was potremise.

In de persconferentie bleek Carlsen vervolgens niet in zo’n goede stemming. Maar misschien lag het ook aan het niveau van de vragen. “Was dit nou je beste partij?” Amai.

 

11 Reacties

  1. Avatar
    wimw 22 november 2018

    Weer een remise zonder veel kleur. Om in voetbaltermen te blijven: er wordt net als bij Inter Milaan catenaccio gespeeld. De grendel zit er op en als laatste man is er altijd nog de libero, die de vesting bewaakt. Inter Milaan won hiermee twee keer achter elkaar de Europa Cup en een uitslag van 1-0 was hun favoriet. Ook in Nederland speelden clubs zo, als ze tegen Ajax in de Meer uitkwamen. De hele wedstrijd lag Cruyff dan aan de ketting bij een keiharde verdediger, die geen metertje van hem week. Maar Cruyff zag door zijn briljante acties nog altijd kans om een paar keer aan zijn kwelgeest te ontsnappen en te scoren. Deze schakers hebben die acties niet in huis. Waar is de tijd van Tal, Spasski, Fischer en Kasparov, die op de aanval speelden en niet op de verdediging, zoals Carlsen en Caruana. Of ben ik nu te nostalgisch? Hun best doen ze natuurlijk wel en de verslaggeving op schaaksite is voortreffelijk.

    • Avatar
      Hendrikom 22 november 2018

      Deze schakers hebben deze acties wel degelijk in huis, maar in dit geval is de betreffende kwelgeest een maatje groter dan de kwelgeestjes waar Cruyff mee van doen had.

  2. Avatar
    wimw 22 november 2018

    Ja, Carlsen en Caruana zijn goed tegen elkaar opgewassen, dat wel. Cruyff trof ook wel eens een gemenere kwelgeest dan hij aankon, zoals in 1971 toen Theo Laseroms van Feijenoord hem de grond intrapte en Feijenoord met 3-1 van Ajax won en daardoor landskampioen werd. Maar bij het schaken gaat dat anders en er zijn nog drie partijen, dus het kan nog.

  3. Avatar
    wimw 22 november 2018

    Spasski en Petrosian waren ook aan elkaar gewaagd, maar in de WK-match van 1969 won Spasski met dit briljante vuurwerk van Petrosian in de Najdorf.  Zie het matchboek van Flohr. Let goed op: in die dagen werd de witte loper door aanvalsspelers als Fischer nog naar c4 gespeeld i.p.v. afgeruild op b5. www.chessgames.com/perl/chessgame?gid=1106864

  4. Avatar
    TheBlackKnight 22 november 2018

    Beide spelers hebben denk ik het vermogen tot leuke offers, echter het niveau van deze spelers ligt te hoog en tegelijkertijd te dicht bij elkaar.

    Als Caruana of Carlsen tegen een 2600 of misschien zelfs 2700 zouden spelen dan zullen we hoogst waarschijnlijk hele andere partijen zien. Carlsen durfde zelfs tegen Anand nog agressief te spelen.

    Tot een zet of dertig is inmiddels bijna alles wel uitgestudeerd (hoofdvarianten) Wijk je af van hoofdvarianten dan is het eigenlijk per definitie slecht en verliezend.

    In de vorige tijden dat al die andere GM’s worden genoemd was de schaakkennis bij verre niet zo hoog als nu, dus ik vind het een vergelijking tussen die tijden en nu, appels met peren vergelijken.

    Als je het menselijke niveau en het computer niveau vergelijkt zit er nog een enorm niveauverschil, dus theoretisch kan de mens nog veel sterker worden, echter is dat op dit moment ook realistisch….?  Waar de gemiddelde GM op straatlengte afstand van de top 5 uit de wereld verwijderd is. Is het vanaf de zijlijn allemaal simpel te zeggen wat ze zouden moeten doen.

    De spelers kunnen hier weinig aan doen, het ligt aan de opzet van het toernooi. Als ze straks tie-breaks krijgen met versneld tempo dan zullen de games plotseling een heel ander karakter krijgen. Ik denk dat de spelers zelf ook liever hadden dat ze van elkaar zouden winnen, maar ik zou ook net als hun niet de WK-titel op spel zetten omdat het publiek de partijen te eentonig en of saai vind.

    Ik heb respect voor deze mannen die dagenlang tegenover elkaar zitten en een beetje zitten te schuiven met stukken wetende dat ze er niet veel verder mee komen.

     

  5. Avatar
    wimw 22 november 2018

    In een heleboel opzichten heb je gelijk, maar er blijft bij mij wel een nostalgisch verlangen naar de tijd, dat nog niet alles zo ver was doorberekend. Maar goed dat is 50 of 60 jaar geleden.

  6. Avatar
    Robbert van het Kaar 22 november 2018

    @ TheBlackKnight. Imo een van de beste beschouwingen over de match tot nu toe. Ik zou alleen zeggen top 4 ipv top 5 vanwege ratingkloof.

  7. Avatar
    TheBlackKnight 22 november 2018

    @wimw ik kan mij dat verlangen zeker beamen. Ik ben helaas niet van die tijd, niet direct meegemaakt. Ik moet het doen met de verhalen van die tijd, dan moet het zeker mooi en dynamisch zijn geweest. Ik heb wel enkele biografische toernooi schaak boeken en vanuit dat is mijn passie naar het schaken al groot.

  8. Avatar
    wimw 23 november 2018

    Ja, dat waren nog eens mooie tijden, zoals bij de WK-match tussen Tal en Botwinnik in 1960. Als jonge schakers reden we vanuit school in de middagpauze langs de vitrines van de ochtendkrant om de partij van de vorige dag te bekijken. In de avondkrant was het verslag van Constant Orbaan en werd de partij nagespeeld en in een plakboek bewaard. Onlangs vond ik dat allemaal nog terug. Heel leuk!

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.