Analyses uit Baden Baden 2

Het eerste Grenke Classic is gewonnen door wereldkampioen Anand. Het is lang geleden dat de Indiër een sterke kamp op zijn naam schreef. Naar verluidt was het 2008 dat hij zijn laatste toernooizege had geboekt, dus deze zal hij zeker koesteren. Overigens moest Anand lang wachten voordat hij de champagnefles kon ontkurken. Hij stond bij het ingaan van de laatste ronde gelijk met Caruana en beide heren namen het met zwart op tegen respectievelijk Naiditsch en Fridman.

Het feit dat Anand een paar partijen wist te winnen, heeft hem het nodige zelfvertrouwen gegeven. Want hij liet zich in deze beslissende laatste ronde in op een stelling met een ongelijke materiaalverhouding, die er tegen een aanvalskunstenaar als Naiditsch zeer gevaarlijk uitzag. Niettemin had Anand het goed getaxeerd want hij kreeg twee (centrum)pionnen voor de kwaliteit die hij geofferd had. Daar kwam bij dat hij uiteraard wist dat zijn tegenstander er niet de speler naar was om deze stelling geduldig te gaan verdedigen. Er kwam een scherp toreneindspel tevoorschijn waarin Naiditsch wellicht een kans op remise miste. Het neemt niet weg dat Anand zich superieur toonde aan zijn tegenstander want hij speelde het met vaste hand naar winst. Hij liet zien dat hij precies wist wat hij deed.

Naiditsch, Arkadij – Anand, Viswanathan

We nemen de draad op bij deze stelling. Na een geforceerde variant heeft zwart voordeel bereikt. Hij heeft een betere pionnenformatie en vooral zijn stukken staan heel actief. Wit moet iets doen aan de dreiging … Txf2.

33. Ke1?!

Volgens de wereldkampioen is dit een vreemde zet en waarschijnlijk ook de verliezende. Anand beweerde na afloop dat 33. Ke2 vermoedelijk binnen de remisemarge zou zijn.

33… Txh2

Zo creëert zwart twee vrijpionnen, een h-pion en een dubbele d-pion. Maar zijn tegenstander krijg er ook twee: de f- en de a-pion. Het verschil zit hem in de positie van de koning. Die van zwart kan via het centrum een belangrijke rol vervullen (waarbij hij er geen last van heeft om in de rug aangevallen te worden aangezien de achterste pion een goed schild hiertegen is. De witte koning is naar de onderste rij gedrongen en dat speelt wit in het vervolg parten.

34. Txg6 Th1+ 35. Kd2 h5 36. Th6 h4

Anand brengt de pion zo spoedig mogelijk naar voren.

37. a4

Wit moet nu zelf ook gaan rennen met zijn a-pion. De f-pion moet op zijn plaats blijven aangezien zwart anders een ‘standaardwending’ met een pion naar h2, gevolgd door … Ta1, wit antwoordt dan met Txh2 en Ta2+ met torenwinst in de stelling zou krijgen.

37… h3 38. a5 h2 39. a6

Naiditsch heeft voorlopig uitstekend verdedigd en de stelling lijkt toch remise.

39… Kc7!

Anand laat zijn koning met een omweggetje naar pion a6 lopen. Hij wil graag de a-pion onschadelijk zien te maken, zonder dat wit met schaak op d6 slaat.

40. Th7+ Kb8! 41. Ke2

Wat moet wit? Op 41. Th8+ Ka7 42. Th6 volgt 42… d3! en pion a6 valt, zonder dat wit daar pion d3 voor terugkrijgt.

41… d3+ 42. Kd2 Ka8

Weer een wachtzet. Dat is het mooie. De witte toren blijft gebonden aan de h-lijn en ook koning en pion op f2 blijven gebonden aan hun plaats.

43. Th5 Ka7 44. Th6 d5!

Die pion wil hij graag behouden. Tegelijk brengt hij wit in zetdwang.

45. Th8

Het is steeds duidelijk dat wits f-pion niet naar voren mag vanwege de standaardtruc 45. f4 Ta1 46. Txh2 Ta2+, het zogenaamde röntgenschaakje, waarmee wits toren verloren gaat.

45… Kxa6 46. Th6+ Kb5 47. Th8 Kc4

48. Tc8+

Na 48. Th4+ d4 49. Th8 Ta1 50. Txh2 Ta2+ 51. Ke1 Kc3 is het beslissend niet alleen omdat er mat dreigt, maar vooral omdat de voorste zwarte d-pion ongehinderd naar dame gaat.

48… Kd4 49. Th8 Ke4

Opgegeven. De zwarte koning loopt ongehinderd naar f2, haalt de pion van het bord en wandelt vervolgens terug naar het centrum. Daarna laat hij opnieuw … Ta1 met het dodelijke röntgenschaakje op a2 volgen. Een leerzaam geheel. Een mogelijk vervolg, waarin bovenstaande ten uitvoer komt, is 49… Ke4 50. Th3 Kf4 51. Th8 Kf3 52. Tf8+ Kg2 53. Tg8+ Kxf2 54. Th8 Kg3 55. Tg8+ Kf4 56. Tf8+ Ke4 57. Te8+ Kd4 58. Th8 Ta1

0-1

(De gehele analyse van deze interessante partij valt na te spelen via de viewer.)

Het duurde wel even voordat Anand (mede) aan de leiding kwam, want Caruana speelde een evenwichtig toernooi, waarin hij ook een paar overwinningen bij elkaar sprokkelde. Hij stond lange tijd aan kop, pas in de voorlaatste ronde kwam Anand langszij. Die won dus voor de tweede maal van Naiditsch en toen de wereldkampioen al lang en breed klaar was, zat Caruana te proberen om vanuit een volkomen gelijke stelling van niets iets te maken. En zowaar, met lang duw- en trekwerk wist hij een pionnetje te winnen maar Fridman bleef zich taai verdedigen en op een gegeven moment leek het toch weer in remise te verzanden. Toch kwam Caruana nog een heel eind, met enige hulp van de tegenstander, die zich ergens vergaloppeerde. Het kritieke moment ontstond op zet 65.

Fridman, Daniel – Caruana, Fabiano

65… Ke4?

Waarschijnlijk heeft hij het afgemeten antwoord van Fridman overzien en dat kost hem de (gedeelde) toernooizege. Vermoedelijk geeft 65… f4! zwart een gewonnen stelling in handen. 66. exf4 Kxd4 67. Kf3 Kc3 en de koning wandelt de damevleugel binnen waarna de a-pion het werk zal doen.

66. d5! Kxd5

Op 66… f4 volgt 67. exf4 Kxf4 [67… Kxd5 68. Kf3] 68. d6 en zwart moet zelfs oppassen.

67. Kf3 Le1 68. Pb2! g2 69. Kxg2 Ke4 70. Pc4

en na nog wat schermutselingen wist wit remise te forceren.

½ – ½

De toernooiwinnaar had ‘slechts’ plus drie, zoals dat in vakkringen heet. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de zege van Anand voor een groot deel te danken was aan zijn minitweekamp met Naiditsch van wie hij tweemaal won. En daarmee hebben we meteen de smaakmaker van het toernooi genoemd. Want Naiditsch wisselde overwinningen en nederlagen met elkaar af omdat hij op het scherp van de snede zijn tegenstanders naar de keel vloog. Een bijzondere partij was zijn overwinning met zwart op Fridman die doorgaans zo solide is dat vrijwel niemand van hem weet te winnen. Dat was dit toernooi anders, Fridman liet zich niet van zijn beste kant zien. Dat maakt de volgende partij er niet minder leuk om:

Fridman, Daniel – Naiditsch, Arkadij

1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 Lg7 4. e4 d6 5. Pf3 O-O 6. Le2 e5 7. O-O Pc6 8. Le3 Pg4 9. Lg5 f6 10. Lh4 g5 11. Lg3 Ph6 12. dxe5 fxe5 13. h3 Kh8 14. c5 g4 15. hxg4 Lxg4 16. cxd6 cxd6

Vreemd genoeg een nieuwtje. 16… Lxf3 kwam nog voor in een partij Lehmann-Szailagyi, 1991.

17. Pd2 Lc8

Naiditsch wil onder geen beding de witveldige lopers ruilen, want dan zou wit een tastbaar voordeel krijgen. Niettemin oogt de tekstzet uiterst merkwaardig. 17… Le6 18. Lc4.

18. Pc4

Sterk in aanmerking komt 18. Tc1 om bijvoorbeeld 18… Pd4 met 19. Pb5 te beantwoorden.

18… Pd4 19. Pe3

Wit heeft veld d5, zwart veld d4, welk veld is belangrijker?

19… Pf7

20. Pc2

Als die witveldige lopers zo belangrijk zijn, waarom speelde wit dan geen 20. Lg4 ? Het lijkt mij dat Fridman hier een goede kans op voordeel laat liggen.

20… Pg5 21. Ld3

Dit zal hij achter flink bezuren.

21… Pdf3+!?

Die had hij ongetwijfeld niet verwacht. Of het overigens objectief juist is, waag ik betwijfelen. Feit is wel dat Naiditsch zijn strategisch ingestelde tegenstander meeneemt in ondoorzichtige tactische schermutselingen waarin hij als een vis in het water is.

22. gxf3 Dd7

Heel knap gezien van Naiditsch: de strijd om de witte velden kan zo gevoerd worden. 22… Pxf3+ 23. Kg2 Ph4+ lijkt te prefereren: zwart heeft gewoon genoeg compensatie voor het geofferde stuk.

23. Le2 Tf6 24. Pd5 Th6 25. f4

Wit moet lucht maken om verdedigers bij zijn koning te krijgen.

25… Ph3+

25… Dh3 wordt nu beantwoord met 26. Lf3.

26. Kg2 exf4 27. Lh2

Misschien had wit beter het stuk kunnen retourneren met 27. Pd4 want na 27… fxg3 28. fxg3 heeft hij meer greep op de stelling.

27… f3+!

Naiditsch blijft er een ‘zooitje’ van maken! Maar hij heeft goed gezien dat pion f4 hem in de weg staat. Voor de hand lag 27… Le5 en dat ziet er ook heel behoorlijk uit voor zwart.

28. Lxf3 Pg5 29. Pf4

Er dreigde … Dh3+.

29… Txh2+!

Weer prachtig gespeeld.

30. Kxh2 Le5

Zwart wint een stuk terug en kan dan met hernieuwde kracht aan de aanval verder gaan.

31. Kg2

31… Lxf4

Iets te hebberig. Er was een verrassende maar veel sterkere zet voor handen. Na 31… Df7! kan het paard met de dame geslagen worden want na een zet als 32. Pd3 verliest wit het halve bord: 32… Lh3+ 33. Kh1 Pxf3.

32. Th1

Zo lijkt wit controle te hebben.

32… Dg7 33. Kf1 Le6

34. Pd4?!

Fridman had duidelijk zijn dag niet. Zo raakt hij opnieuw de grip op de stelling kwijt. De juiste verdediging was nu 34. Lg4 Lc4+ 35. Le2 Pxe4 36. Dd4 Pd2+ 37. Ke1 waarna in elk geval de dames geruild worden.

34… Lc4+ 35. Le2 Pxe4! 36. Lxc4?

Het gaat nu van kwaad tot erger. 36. Tg1!

36… Pd2+ 37. Ke2

37… d5!

Allemaal even krachtig gespeeld van de zwartspeler die hiermee toont een geweldig aanvalsspeler te zijn. Hij was een parel voor dit toernooi, hoewel hij een paar keer flink in het zand moest bijten.

38. Dc2 Te8+ 39. Kd1

39… Pxc4

Mijn engine beschouwt 39… Pe4! als nog sterker, maar er is niets mis met deze voortzetting.

40. Dc3 Te4 41. Pf5 Pxb2+ 42. Kc2 Te2+ 43. Kb3 Dxc3+ 44. Kxc3 Le5+ 45. Pd4

Ook na 45. Kb3 Pc4 46. Kb4 Lxa1 47. Txa1 Txf2 is het voorbij.

45… Te4

En hier vond Fridman het welletjes worden.

0-1

Hier treft u deze partijen inclusief analyses aan via de viewer:

Tot slot de eindstand:

Zie ook Analyses uit Baden Baden 1.

(De foto is van Eric van Reem)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.