Schaakhistorie

Op weg naar Univé Hoogeveen (3, slot)

De geschiedenis van Hoogeveen

Lees meer >

Op weg naar Univé Hoogeveen (2)

De geschiedenis van Hoogeveen

Lees meer >

Op weg naar Univé Hoogeveen (1)

De geschiedenis van Hoogeveen

Lees meer >

De P is van Tigran Vartanovic Petrosian

Het Schaakalfabet is een serie, geschreven door de ons helaas vroeg ontvallen Huub van Dongen, in oorsprong geschreven voor het Brabantse jeugdblad Minorpromotie, waarin alle letters van het Alfabet aan beroemde schakers, schaaktermen of andere schaakcuriositeiten worden gekoppeld.

Geen enkele wereldkampioen is zo vaak met een dier vergeleken als onze held van de letter P: Tigran Vartanovic Petrosian, (Tbilisi 1929 – Moskou 1984). Uiteraard werd hij tijger genoemd, al was het alleen maar om zijn voornaam, en dan werd erbij verteld hoe hij altijd geduldig zijn prooi besloop, wachtend, nog even wachtend, om dan plotseling toe te slaan.

Anderen hebben het over een wurgslang, een boa constrictor. Dat is een enorm vrijwel onkwetsbaar beest dat in moerassen leeft, bijna nooit hoeft te eten, maar als ie een keer trek heeft op z’n gemak een koe doodknijpt en in één hap verorbert. Zelfs krokodillen en kaaimannen heb ik horen vernoemen, ook al om hun onverslaanbaarheid en omdat je hun aanval bijna niet ziet aankomen.

Lees meer >

Geschiedenis van de schaakklok

Zo’n 150 jaar geleden hadden schakers geen last van tijdnood, om de eenvoudige reden dat er destijds bij schaakpartijen nog geen sprake was van tijdmeting. Een speler aan zet mocht net zo lang nadenken als hij wenselijk achtte. Wanneer de spelers te vermoeid raakten werd de partij afgebroken en indien mogelijk de volgende dag verder gespeeld. Sommige schakers maakten het echter wel erg bont, en de Ier Alexander McDonnell was er zo eentje.

Lees meer >

De O is van Alberic O’Kelly de Galway

Het Schaakalfabet is een serie, geschreven door de ons helaas vroeg ontvallen Huub van Dongen, in oorsprong geschreven voor het Brabantse jeugdblad Minorpromotie, waarin alle letters van het Alfabet aan beroemde schakers, schaaktermen of andere schaakcuriositeiten worden gekoppeld.

Een mooiere naam zul je niet gauw tegenkomen: Alberic O’Kelly de Galway (1911-1980). Dat was een Frans-talige Belg, met een Ierse naam: drie keer kampioen van België, schaakgrootmeester, winnaar van het Hoogovenstoernooi in 1946.

Lees meer >

De N is van Nimzowitsch

Het Schaakalfabet is een serie, geschreven door de ons helaas vroeg ontvallen Huub van Dongen, in oorsprong geschreven voor het Brabantse jeugdblad Minorpromotie, waarin alle letters van het Alfabet aan beroemde schakers, schaaktermen of andere schaakcuriositeiten worden gekoppeld.

Van sommige mensen wordt wel eens gezegd dat ze hun tijd ver vooruit zijn. Dat betekent dan zoiets als: het is volstrekt onbegrijpelijk wat hij zegt, maar ik denk dat in de toekomst wel eens kan blijken dat hij grootse inzichten naar voren brengt. Nu is in de toekomst kijken heel moeilijk. En beweren dat iemand zijn tijd vooruit is, is dan ook altijd kletskoek. Alleen achteraf, jaren later, kun je beweren dat iemand zijn tijd vooruit wás. Door zijn tijdgenoten werd hij niet begrepen. Maar nu weten we wel beter.

Lees meer >

Oude doos (25): Het Olympiadewonder van 1988

Verhalen uit de oude doos

Lees meer >

Oude doos (24): Olympiadethriller in Haifa

Verhalen uit de oude doos

Lees meer >

De M is van Morphy

Het Schaakalfabet is een serie, geschreven door de ons helaas vroeg ontvallen Huub van Dongen, in oorsprong geschreven voor het Brabantse jeugdblad Minorpromotie, waarin alle letters van het Alfabet aan beroemde schakers, schaaktermen of andere schaakcuriositeiten worden gekoppeld.

Hebben jullie de laatste tijd nog wel eens iets van Paul Morphy gehoord? Ik eerlijk gezegd niet. Ja, Kasparov schrijft over hem in My Great Predecessors (Mijn grote voorlopers) maar dat boek is veel te duur voor jeugdspelers. En bovendien in het Engels. Maar vroeger, toen ik nog jeugd was, las je in ieder schaakboek over Paul Morphy. De Stappenmethode bestond nog niet. En Hans Bouwmeester en Max Euwe, die de boekjes schreven waar mijn generatie uit leerde schaken, waren lyrisch. Het was Morphy voor en Morphy na. En toch had Morphy ook toen al zo’n 120 jaar geen potje meer gespeeld.

Lees meer >