In één ruk uitgelezen…

Eergisteren verscheen er ineens een bericht van Erika Sziva op Facebook. Ze heeft een boek geschreven en dat is te koop bij, waar anders, De Beste Zet! In een vlaag van brutaliteit en meligheid reageerde ik: “ruilen?” Ik dacht nog, de verkoopprijs van het boek van Erika is dan wel wat hoger, maar de mijne bevat meer pagina’s!  En beroepsgedeformeerd bedacht ik ook nog dat ze over dit exemplaar dan in ieder geval geen winstbelasting hoeft te betalen, dus dat nivelleert het prijsverschil ook nog. En warempel, Erika ging ermee akkoord!

Toen ik vanmorgen terugkeerde van een bezoek aan de warme bakker bleek de postbode al langs te zijn geweest. “Betoverd” lag op de deurmat en ik voelde me een beetje opgelaten. Hardcover, veel foto’s, veel spectaculaire partijen (vooral korte! Heerlijk!), een leuk leeslintje erin en natuurlijk het schaakleven van Erika en twee mannen die een belangrijke rol in haar leven gespeeld hebben. Was ik werkelijk zo brutaal om mijn boek (een slag kleiner, softcover, geen foto’s, geen leeslintje) uit te ruilen tegen zoiets moois? Ik kreeg spontaan de behoefte om een tegenprestatie te verrichten en besloot dit stukje te gaan schrijven…

“Dit boek is niet het diepgaande trainingsboek vol schaaktechnische adviezen (…)” lees ik in het voorwoord. Gelukkig maar, denk ik dan, want diepgaande trainingsboeken vol schaaktechische adviezen waren eigenlijk de reden dat ik destijds met het recenseren van boeken gestopt ben. Maar voor boeken waarin een boeiend levensverhaal beschreven wordt maak ik graag een uitzondering.

Na een korte inleiding gaat het eerste grote verhaal over haar eerste trainer: Péter Dely. Die naam deed een klein belletje bij me rinkelen. Deed hij niet mee ergens in de jaren 70 aan een IBM-toernooi waarvan ik een toernooiboek in de kast had staan? Vast wel, alleen kan ik dat boek niet meer vinden. Van alle sterke Hongaarse schakers uit het verleden is hij bij lange na niet de bekendste, maar in Hongarije was hij een grootheid, met successen in internationale toernooien en landenwedstrijden. En Donner verloor eens een korte partij van hem. Met groot respect schrijft Erika over haar voormalige trainer en ze analyseert een aantal geweldige aanvalspartijen van hem. Bijzonder is dat hij ook de bedenker was van het pionoffer 8…d5 in het Siciliaans. Herinner u die beroemde 16e partij Karpov – Kasparov  uit 1985 met dat verschrikkelijke paard op d3. Dat pionoffer speelde Dely al in 1965, hoewel Kasparov meende dat het zijn nieuwtje was.

Na een kort hoofdstuk over haar leven als professioneel schaakster in Hongarije komt er een lang hoofdstuk over Johan van Mil, haar echtgenoot die in 2008 overleed. Ik herinner me nog de openhartigheid waarmee Erika destijds het ziekteproces beschreef op haar website. Het hoofdstuk in “Betoverd” is soms ontroerend, soms grappig. Het is vooral een geweldig eerbetoon aan de sympathieke Internationaal Meester, die we uiteraard ook hebben leren kennen als boekverkoper, want hij en Erika startten in 1995 met “De Beste Zet”. Ook van Johan vele partijen, waaronder eentje met deze pionnenstructuur:

Van Mil – Van den Doel, Wijk aan Zee 1995. Stelling na de twintigste zet van wit. Dat wit ruime compensatie heeft voor zijn stuk behoeft geen betoog. Dat Johan een kans miste om een nog fraaiere pionnenstructuur te creëren en daardoor pas na 80 zetten won wordt door Erika uitgelegd.

Erika zelf komt uiteraard ook aan de beurt en ze begint haar verhaal over hoe ze moest wennen aan Nederland. Het was me nogal een opoffering om Hongarije, waar haar familie woont, waar ze een rijk leven had als topsporter (meerdere keren dameskampioen), achter zich te laten om zich in Nederland te vestigen. De liefde achterna. Hoe ze zich hier aangepast heeft, hoe anderen op haar reageerden. De sneer die ze uitdeelt naar haar teamgenoten op de Olympiade van 1992 is kort, maar spreekt boekdelen.

De jongere lezer kent Erika wellicht alleen als boekenverkoopster, maar ze werd in de jaren ’90 vijf keer dameskampioen van Nederland. Met Johan van Mil als haar coach. Die schaakcarrière kon echter niet meer gecombineerd worden met het grootbrengen van twee zoons en het werken voor De Beste Zet. “Ik wilde iets goed doen of helemaal niet.” De tijd om schaak te studeren ontbrak en daarom stopte ze ermee, kort nadat ze damesgrootmeester was geworden.

Overigens, over die Olympiade van 1992 gesproken, daar speelde ze een mooie partij. Tegenstander Susan Lalic was wellicht iets van slag na een opmerking vooraf over haar door de zon verbrande huid. Dat maakt de combinatie niet minder mooi…

Stelling na 18.bxa6. Erika heeft haar damevleugel in de aanbieding gedaan en nu staat de loper op b7 ook nog eens aangevallen. Maar het past allemaal in het grote plan. Er volgde 18…Ph5!! 19.Pe4 Pg3+! 20.Pxg3 hxg3 21.Lxd4 Txh2 22.Kg1 Dxd4+ en opgegeven.

“De meest sappige verhalen presenteer ik u uiteraard niet in dit boek, ik heb u tenslotte vermaak beloofd en geen dubbele hartaanval.” Om dan te vervolgen met “Nachten lang stripschaken, vrijpartijen in een kloof of nog meer ondeugende avonturen(…)”

Ik heb me heerlijk vermaakt met het boek en heb het in één ruk uitgelezen. Dan ga ik nu bord en stukken pakken om eens aan die 54 partijen te beginnen. Maar beginnen met Dely – Donner, denk ik.

4 Reacties

  1. Avatar
    Hendrikom 10 oktober 2020

    Staat Johans meesterklassedebuut tegen Van Dijk(en)(?) er ook in? Die heeft hij wel een keer of tien laten zien! Was ook een bijzonder potje.

  2. Avatar
    Peter Huisman 12 oktober 2020

    @Richard: Péter Dely speelde in de meestergroep van het IBM-toernooi van 1974. Inderdaad nog de tijd van de mooie toernooiboeken, in dit geval van Moussault uit Baarn.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.