Lopez blijft koploper bij Batavia

In Amsterdam wordt momenteel het Bataviatoernooi gespeeld. En na zes ronden is het nog altijd de Arubaan Jasel Lopez de trotse koploper die ongeslagen alleen aan de leiding gaat.

Jasel Lopez: trotse koploper (foto Lennart Ootes)

 

Hij heeft twee partijen gewonnen en de rest op remise gehouden en het moet gezegd worden dat hij daarmee – nu al – een ongekende prestatie heeft neergezet. Eén van zijn achtervolgers, IM Arthur Pijpers, is ook nog ongeslagen. Hij won in de vijfde ronde een mooie partij van Rick Lahaye, maar moest in de andere partijen ook in remise berusten. Met zijn 3½ punten wordt hij vergezeld van de Engelse grootmeester Simon Williams. Die heeft echter een heel ander scoreverloop. Drie overwinningen, twee nullen en slechts één remise is een heel andere opbouw van het toernooi. Williams, die bekend staat als GingerGM en talloze instructieve schaakfilmpjes op het internet produceert, heeft een aantrekkelijke stijl waarmee hij soms prachtig wint maar af en toe ook tegen een ‘zeperd’ aanloopt. Zo moest hij zijn meerdere erkennen in Rick Lahaye die hem op strakke wijze een eindspel van een loper en een paard tegen een toren tegen een pion afnam. De witte stukken bleken veel sterker te zijn dan de toren en de pion. Dit vond allemaal plaats in de vierde ronde, maar in de zesde ronde viel er nog zo’n eindspel te zien met precies dezelfde materiaalverhouding. Ditmaal bleek de zwarte toren en de pion van John van der Wiel superieur te zijn aan de twee witte lichte stukken. Het verschil kunnen we duiden aan de hand van de volgende twee diagrammen:

  Stelling 1:  Lahaye-Williams   Stelling 2: Arutinian-Van der Wiel

In stelling 1 heeft de zwarte toren niet of nauwelijks de mogelijkheid om de witte stelling binnen te komen. De zwarte pionnen worden geblokkeerd en daarmee erg kwetsbaar. Het paard heeft een mooi steunpunt en de loper heeft mooie diagonalen. Lahaye wist bijna op perfecte wijze aan te tonen hoe zoiets gewonnen moet worden.
In stelling 2 zien we dat de zwarte toren al naar binnen is gespeeld. De witte stukken werken totaal niet samen. Het paard heeft geen steunpunt en de loper kan in zijn eentje ook weinig uitrichten. Ook Van der Wiel toont aan hoe de torenpartij dit varkentje kan wassen. Zeer instructief allemaal!

Ook zeer vermeldenswaardig is de partij tussen Pijpers en Lahaye. Daar liep het nodige uit de hand voor zwart en dat verleidde de witspeler ertoe om maar eens te gaan offeren. Dat offer was correct maar hij ging misschien niet op zijn sterkst verder. Wel kwam er een gevaarlijke witte pion op d6, maar de zwarte koning verschool zich op veld d8 achter deze pion. In het eerste nummer van New in Chess Magazine schreef Judit Polgar toevallig een mooi artikel over de bescherming die de koning soms van een vijandelijke pion kan ondervinden. In dat artikel, getiteld The Pawn Umbrella, laat zij een paar mooie voorbeelden hiervan zien. Pijpers slaagde er aanvankelijk in om de koning daar weg te krijgen, maar hij zette niet helemaal goed door. Op een gegeven moment stond Ricks koning daar weer op d8, te schuilen achter een witte pion op d7. En, alsof de duvel ermee speelde, ook wits koning mocht zich verheugen op de bescherming van een zwarte pion op b4.

Aan het eind trok Arthur toch op fraaie wijze aan het langste eind toen hij er nog een kwaliteit tegenaan gooide, alleen maar om ervoor te zorgen dat die zwarte koning uit zijn hol gedreven werd. Het was óf de toren op h8 die het slachtoffer zou worden óf een stap met de koning die echter ook meteen bestraft zou worden met d7-d8D++.

De kruistabel na 6 ronden ziet er nu zo uit:

Rank Name Rating 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Score
1 FM Lopez, Jasel 2390 x 1 ½ ½ ½ 1 ½ 4.0
2 IM Pijpers, Arthur 2482 x ½ ½ 1 ½ ½ ½ 3.5
3 GM Williams, Simon K 2471 0 x 0 1 1 ½ 1 3.5
4 GM Arutinian, David 2555 ½ ½ x ½ 1 ½ 0 3.0
5 IM Warmerdam, Max 2448 ½ ½ ½ x ½ 1 0 3.0
6 Lahaye, Rick 2414 0 1 0 ½ x ½ 1 3.0
7 FM Meissner, Felix 2397 ½ ½ 0 0 x 1 1 3.0
8 IM Kuipers, Stefan 2455 0 ½ 0 ½ x 1 ½ 2.5
9 IM Leenhouts, Koen 2447 ½ ½ ½ 1 0 0 x 2.5
10 GM Van der Wiel, John T.H. 2391 ½ 0 1 0 0 ½ x 2.0

Lahaye, Rick – Williams, Simon K

1. Pf3 Pf6 2. c4 g6 3. g3 Lg7 4. Lg2 O-O 5. O-O d6 6. Pc3 e5 7. d3 h6 8. Ld2 Le6 9. Db3 Pbd7 10. Dxb7 Pc5 11. Db4 e4 12. Pd4 exd3 13. Pxe6 fxe6 14. Da3 Pg4 15. exd3

15…Pxd3?!
Williams is met de van bekende houwdegenstijl aan het offeren geslagen. De toren op a8 staat al zetten lang in, maar die wil wit natuurlijk nog even niet.
15…Tb8 was nog echt noodzakelijk hoewel wit ook dan na 16. Pd1 het betere van het spel heeft.
16. Pd1!
Een sterke zet waarmee wit de coördinatie tussen de zwarte stukken danig verstoort.
16…Pdxf2?
Dit offer blijkt niet te werken, maar dat was van te voren erg lastig te zien. 16…Pc5 was relatief het beste, maar dat was natuurlijk zijn idee helemaal niet.
17. Pxf2 Ld4
18. Le1
Volkomen begrijpelijk. Met 18. Dd3 Df6 19. Lxa8 Pxf2 en nu het wel heel koelbloedige 20. De2! zou wit bakken met materiaal voor blijven. Er is geen oplossing meer voor zwart.
18…Tb8 19. Td1 Df6 20. Txd4 Dxd4 21. Dd3 Dxd3 22. Pxd3 Pe3 23. Txf8+ Kxf8 24. b3
Twee stukken voor een toren tegen een pion. Op de schaal van Euwe ongeveer gelijk, maar in dit type stelling heeft zwart vermoedelijk te weinig.
24…Pxg2
Uiteraard moet zwart het witte loperpaar onschadelijk maken.
25. Kxg2
Het probleem voor zwart is dat hij zijn toren nauwelijks kan benutten. Omdat die met geen mogelijkheid binnen kan komen, moeten de twee witte stukken hoger aangeslagen moeten worden.
25…e5
Dit geeft velden weg, hoewel de loper wel ingeperkt wordt en zwart zijn vrijpion in beweging zet.
26. La5 Tc8 27. Pb4 c6
Gedwongen want anders zou het paard naar c6 of naar d5 gespeeld kunnen worden.
28. c5!
En dat is het nadeel van zwarts opzet. De pionnenstructuur wordt uit elkaar geslagen.
28…Ke7
Na 28…d5 volgt 29. Pd3 Te8 [29…e4 gaat mis vanwege 30. Pf4 g5 31. Pe2 gevolgd door Lc3 en wit heeft een prachtige blokkade op de zwarte velden in handen. De toren staat in principe machteloos.] 30. Lc7 e4 31. Ld6+ Kg7 32. Pb4 en ook nu worden de pionnen geblokkeerd.
29. Pd3!
Rick speelt deze fase uitstekend. Er viel ook wat te zeggen voor 29. cxd6+ Kxd6 30. Pc2 en hoewel wit ook hier de touwtje in handen heeft, valt het toch niet mee om verder te komen na 30…Tf8
29…e4 30. cxd6+ Kxd6 31. Pb2
Zo komt het paard op een mooi steunpunt.
31…Tf8 32. Ld2
Gedwongen.
32…h5
Je zou toch zeggen dat de loper beter ingeperkt moet worden met 32…g5 maar ook dan zou wit met 33. Le3 a6 34. Pc4+ goede winstkansen krijgen.
33. Le3
Wit had nu met 33. Lf4+ Ke6 34. h4 zijn koning in elk geval naar het centrum kunnen krijgen.
33…a6 34. Pc4+ Ke6 35. Lf4 Kd5 36. h4
Het bovengenoemde plan volgt nu ook.
36…Kd4 37. Kf2 Tf5
Zwart kan niet verder met de koning met 37…Kd3 op straffe van pionverlies: 38. Pe5+
38. Ke2 Kc3 39. Ke3 Kc2 40. Kxe4
De eerste buit is binnen voor wit.
40…Kb1 41. a4 Ka2
42. b4
Ook met 42. Pd6 Tf8 43. b4 Kb3 44. b5 axb5 45. axb5 cxb5 46. Pxb5 zou wit een technische winst afdwingen.
42…Kb3 43. Pd6 Txf4+
Dit vereenvoudigt wits taak. Maar hij had ongetwijfeld ook gezien dat 43…Tf8 44. b5 wit ook op winst staat.
44. gxf4 Kxa4
44…Kxb4 45. Ke5
45. Pf7 Kxb4 46. Pe5 c5 47. Pxg6 a5 48. Pe5
48…c4
Lastiger voor wit is 48…a4 maar er valt uit te rekenen dat wit in het resterende dame-eindspel na 49. f5 a3 50. Pd3+ Kc3 51. Pc1 Kb2 52. f6 Kxc1 53. f7 a2 54. f8=D a1=D 55. Dxc5+ Kd2 (zie analysediagram)
geforceerd de dames op een gunstige manier kan ruilen. En dat nieuwe pionneneindspel is dan wel heel simpel… 56. Df2+! Die moet je dan wel zien! [Vooral niet 56. Dd4+?? Dxd4+ 57. Kxd4 Kc2! en zwart maakt remise! Bijvoorbeeld: 58. Ke4 Kc3 59. Kf5 Kd4 60. Kg5 Ke5 61. Kxh5 Kf6 62. Kh6 Kf7 63. Kh7 en er valt niets te halen hier.] 56…Kc1 57. De1+ Kb2 58. Dxa1+ Kxa1 59. Kf5
49. f5 c3 50. f6
Wit haalt dame met schaak en c1D dadelijk valt in het water vanwege de paardvork op d3.
1-0

 

Een partij tussen Pijpers en Lahaye (foto Lennart Ootes)

Pijpers, Arthur – Lahaye, Rick

1. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 Pf6 5. Pc3 a6 6. Lg5 Pbd7 7. Lc4 Da5 8. Dd2 e6 9. O-O-O Le7 10. Kb1 h6 11. Le3

11…Pe5?!
Een nieuwtje, maar het is de vraag of het voor herhaling vatbaar is. In een partij Romero Rodriguez-Canamas Soler, 2013 werd het logische 11…Pg4 gespeeld om wits belangrijkste aanvalsloper onschadelijk te maken. Maar dat bleek na 12. f4 Pxe3 13. Dxe3 Dc5 14. De2 Pb6 15. Lb3 Ld7 16. f5 toch niet zo’n probleem te zijn. 11…Pc5 komt wellicht meer in aanmerking.
12. Lb3 b5
Ook 12…Dc7 lijkt al niet meer een oplossing te zijn. Na 13. De2! b5 14. f4 Pc4 doemen er grote problemen op voor zwart: 15. Pcxb5! axb5 16. Pxb5 Db8 17. Lxc4.
13. f4 b4 14. Pa4 Pxe4 15. De2
15…Ld7
Rick moet gedacht hebben dat hij zich kon redden met deze zet maar in werkelijkheid verliest het. Hier ging Pijpers lang in de denktank en hij kwam met een interessant concept. Gek genoeg is 15…Pd7! de enige zet om in de partij te blijven, maar die zal een normaal mens nooit spelen.
16. fxe5 Lxa4
17. Pxe6!?
Een typisch Siciliaans offer dat allerlei voordelen biedt om tegen de zwarte koning te kunnen ageren. Met 17. Lxa4+ Dxa4 18. Dg4! viel echter meer te behalen. Want na 18…d5 19. Dxg7 Tf8 20. Thf1 heeft zwart grote problemen zonder dat hij daar veel tegenover kan zetten. Pion h6 hangt en f7 is een gevoelige zwakte.
17…fxe6 18. Dh5+
Hij jaagt de koning naar het midden, normaal gesproken een goede tactiek. maar misschien valt het hierna toch tegen. Tijdens de partij (die ik live zat te volgen) dacht ik dat hij 18. Lb6!? van plan was. Dat zou na 18…Dxe5 19. Lxa4+ Kf7 20. Df3+ Lf6 21. Ld4 Df5 22. Lc6 ook tot erg grote problemen voor zwart hebben geleid.
18…Kd8 19. Lxa4 Dxa4 20. exd6 Lf6
Heeft u het artikel van Judit Polgar (The Pawn Umbrella) in het laatste New in Chess Magazine gelezen? Daar laat Judit zien dat de vijandelijke koning zich soms uitstekend kan verdedigen achter een vijandelijke pion. Het lijkt erop dat de zwarte koning zich hier voorlopig ook even een schuilplaats heeft verschaft, maar dat blijkt misschien nog niet helemaal het geval omdat de monarch weer naar onveiligere oorden moet..
21. Lb6+ Kc8 22. The1 Dc6
23. Dg4
Wit staat nog steeds een stuk achter maar het is duidelijk dat hij genoeg compensatie heeft. Maar vermoedelijk ook niet meer dan dat. Het was nu wel de hoogste tijd om de pion met 23. d7+! nog even naar voren te stuwen. 23…Kb7 24. Lg1
23…Pc3+?
Heel begrijpelijk om het paard dat toch verloren gaat even te offeren. Daarmee wordt de witte structuur uit elkaar getrokken, maar schijn bedriegt. Simpel 23…Dxb6 24. Txe4 is nog geen winst voor wit maar hij behoudt voldoende spel. [24. Dxe6+? Kb8 25. Txe4 Ta7! zou een gewonnen stelling opleveren voor zwart.] 24. bxc3 Dxb6 25. d7+ Kd8
De paraplu, zou je zeggen! Nee hoor, het gaat helemaal mis nu.
26. Txe6 Db5 27. c4!
Natuurlijk houdt hij (met tempo!) de lijnen tegen zijn eigen koning gesloten! Een witte paraplu zullen we maar zeggen want door de zwarte pion op b4, krijgt zwart geen aanval!
27…Db7
Nu heeft Arthur een geweldige apotheose van deze interessante partij in gedachten. Relatief beter is 27…Dc5 maar daarmee zou zwart de partij niet hebben kunnen redden. 28. Te8+! Want wit ontdoet zich van zijn eigen paraplu! 28…Txe8 [28…Kc7 29. Dg3+ Kb7 30. Df3+ Dc6 (zie analysediagram)
en nu het schitterende 31. d8=P+ Txd8 32. Dxc6+ Kxc6 33. Tdxd8 Lxd8 34. Txh8] 29. dxe8=D+ Kxe8 30. De4+ en de toren op a8 valt. Belangrijk is nog wel dat zwart geen tegenaanval kan opzetten over de lange diagonaal na 30…Kf7 31. Dxa8 De5 wegens dameruil: 32. Dd5+.
28. Txf6 b3
Niets helpt.
29. axb3 gxf6 30. Dg7
En opgegeven. De toren heeft geen velden en de koning mag toch echt niet van het blokkadeveld d8 af. Want na 30. Dg7 Kc7 volgt 31. d8=D+ met dubbelschaak!
1-0

 

‘Good old’ Van der Wiel liet vandaag zijn tanden zien… (foto Lennart Ootes)

Arutinian, David – Van Der Wiel, John

1. Pf3 d5 2. e3 Pf6 3. c4 e6 4. b3 c5 5. Lb2 Pc6 6. cxd5 exd5 7. Pc3 d4 8. Pa4 Ld7 9. Tc1 dxe3 10. dxe3 b6 11. Lb5 Le7 12. O-O O-O 13. De2 Pb4 14. Tfd1 Lxb5 15. Dxb5 De8 16. Dxe8 Tfxe8 17. a3 Pbd5 18. e4 Pf4 19. e5?!

Na een zet als 19. Pc3 staat zwart zeker niet slechter, maar is er in principe weinig aan de hand.
19…Pe2+!
Van der Wiel heeft uitstekend getaxeerd dat het eindspel dat zo ontstaat waarin wit twee stukken tegen een toren en twee pionnen krijgt, heel goed is voor hem.
20. Kf1 Pxc1 21. exf6 Pxb3 22. fxe7 Txe7 23. Pc3 Tee8 24. Pb5 Tad8!
Weer zeer goed gezien van de Nederlandse grootmeester. Hoe meer er geruild wordt, hoe meer dat in zijn voordeel is. Belangrijker is echter ook dat hij een toren geactiveerd krijgt.
25. Txd8 Txd8 26. Pxa7 Pd2+
Dat is het idee!
27. Pxd2 Txd2
Een toren en een pion tegen twee lichte stukken, waar hebben we dat eerder gezien? 🙂 In dit geval is de toren superieur. Dat heeft alles te maken met de activiteit die de toren heeft. De twee witte stukken werken totaal niet samen, terwijl de toren min of meer vrij spel heeft.
28. Le5
Er zijn vanaf dit moment vele wegen die naar Rome leiden. Het komt er kort gezegd op neer dat zwart heel graag pion a3 wil hebben, maar dat hij niet kan voorkomen dat hij daarvoor pion b6 moet inleveren.
28…f6 29. Lc7 Tb2 30. a4 Tb4 31. Ke2 Kf7
Uiteraard brengt zwart eerst de koning naar het centrum.
32. Pc8
Hij moet snelheid maken om pion b6 aan te vallen.
32…Txa4 33. Pxb6 Td4
Het bewuste eindspel staat op het bord. Het is Van der Wiel toevertrouwd om dit af te knagen.
34. Lg3 Ke6
35. Pa8 Kd5 36. f3 Kc6 37. Pc7 Td7 38. Pa6

De witspeler kiest eieren voor zijn geld, maar dat mag hem niet baten. De c-pion is natuurlijk een geduchte factor en daarom besluit hij maar om meteen het paard te offeren.
38…Kb6 39. Pxc5 Kxc5 40. h4 Kc4 41. Lf4 Td4 42. g3 Td7 43. g4 Kc3 44. h5 Te7+ 45. Le3 g6 46. hxg6 hxg6 47. Kf2 Kd3 48. Lc5 Te6 49. La7 Tc6 50. Kf1 Tc1+ 51. Kf2 Tc2+ 52. Kf1 Tc1+ 53. Kf2 Tc2+ 54. Kf1 f5!
Ondanks het uitgedunde materiaal moet zwart natuurlijk verder komen. En dat doet hij door op het juiste moment zijn pion naar f4 te spelen.
55. gxf5 gxf5
56. Lb6
De loper blijft het beste op deze diagonaal, maar daarmee kan wit … f5-f4 niet voorkomen. 56. Lb8 Ke3 57. f4 gaat meteen mis na 57…Tf2+ 58. Kg1 [58. Ke1 Tb2] 58…Kf3 59. Le5 Td2 60. Lc7 Tg2+ 61. Kh1 Tg4 gevolgd door … Txf4 en het resterende pionneneindspel wint voor zwart.
56…f4! 57. La7 Tb2 58. Lc5 Tb5 59. La7 Ta5 60. Lb6 Ta6 61. Lc5 Kc4
Zo wordt de loper verdreven van de diagonaal a7-g1. En dat is precies waar het zwart om te doen is want hij wil heel graag veld e3 voor zijn koning toegankelijk maken.
62. Lf2
De enige manier om de diagonaal te behouden, maar daar heeft Van der Wiel iets leuks op klaarliggen.
62. Le7 Kd4 63. Kf2 Ta2+ 64. Kf1 Ke3 levert de winst van pion f3 op. Overigens is er hierna nog één klip die zwart moet omzeilen. 65. Lc5+ Kxf3 66. Kg1 Kg3 67. Kf1 (zie analysediagram)
en dat is als hij nu 67…f3?! zou spelen. Van deze stelling wordt in sommige boeken beweerd dat die remise zou zijn! [Zwart wint simpel met 67…Kf3! 68. Kg1 Tg2+ 69. Kh1 (69. Kf1 Tc2 met de dubbele dreiging … Txc5 en …Tc1#.) 69…Kg3 en nu is het niet moeilijk meer.] 68. Ld6+ Kg4 69. Lc5 En hoe zou zwart hier vorderingen moeten maken? Op 69…f2? volgt dan 70. Kg2! met remise.
62…Ta1+ 63. Ke2
63…Ta2+ 64. Ke1

64…Txf2!
Dat was natuurlijk het idee. Het resterende pionneneindspel wint voor zwart.
65. Kxf2 Kd3
Bijvoorbeeld: 65…Kd3 66. Kf1 Ke3 67. Kg2 Ke2 68. Kg1 Kxf3 69. Kf1 Kg3 70. Kg1 f3 71. Kf1 f2 72. Ke2 Kg2
0-1

Tot slot heb ik ook nog de volgende aardige aanvalspartij voor u geanalyseerd:

Leenhouts, Koen – Warmerdam, Max

1. d4 Pf6 2. c4 g6 3. Pc3 Lg7 4. e4 d6 5. f3 O-O 6. Le3 c5 7. Pge2 b6 8. Dd2 La6 9. b3 e6 10. Td1 Pc6 11. d5 exd5 12. cxd5 Pe5 13. Pg3 Lxf1 14. Kxf1 a6 15. Lh6 Lxh6 16. Dxh6 Kh8 17. Pce2 Pg8 18. Dd2 Dh4 19. f4 Pd7 20. Pg1 Df6 21. Pf3 a5 22. Kf2 a4 23. The1 axb3 24. axb3 Tfe8 25. Kg1 Dg7 26. h3 Ta5 27. Kh2 Tb5

Wit heeft logische gezonde zetten gespeeld en mede daarom staan zijn stukken nu mooi opgesteld. Tijd voor een actie in het centrum.
28. e5 Txb3
Zwart had het gemunt op deze pion, maar die zou pas in het eindspel van betekenis worden. Hij moet eerst het middenspel overleven.
29. e6 Pdf6
29…fxe6 30. dxe6 Pdf6 31. Dxd6
30. Pg5
Natuurlijk moet wit nu wel agressieve zetten blijven spelen.
30…fxe6 31. dxe6
Dreigt zomaar Pf7+, een soort stikmat dat zwart de dame zou kosten.
31…Pe7 32. Pf7+ Kg8 33. Pxd6
Wit heeft de pion alweer terug en zijn initiatief is nog altijd heel sterk.
33…Td8
34. Df2
Met 34. Da2!? kon wit misschien gebruik maken van de onveilige positie van de zwarte toren op b3: 34…Tb4 35. Pgf5! gxf5 36. Pxf5 Txd1 37. Txd1 Df8 38. Td7 en wit wint.
34…Ta8 35. Pf7 Pfd5
Er is geen redden meer aan voor zwart.
36. Te5
Bijna elke normale zet die wit speelt, is goed. IJzersterk zou nu 36. f5 zijn geweest.
36…Df6 37. Tdxd5
Hij neemt gewoon materiaal van het bord. Ook nu kwam 37. f5! sterk in aanmerking.
37…Pxd5 38. Txd5 Dxe6 39. Ph6+ Kg7 40. Te5 Dd7
Tijdcontrole, dus nu kan wit op zijn gemak de winst uitzoeken.
41. De2
Hij doet het heel voorzichtig. Heel overtuigend was 41. Pgf5+ gxf5 42. Dh4! en dan moet je zien dat 42…Te8 domweg faalt op 43. Dg5+ Kh8 44. Txe8+ Dxe8 45. Df6#.
41…Ta7 42. Pg4
Maar hier is natuurlijk ook niets op tegen. Na 42. Pg4 valt er weinig te beginnen tegen Tg5 gevolgd door De5 en mat.
1-0

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.