Schaakgeschiedenis in vogelvlucht 30: Anand wereldkampioen van 2007 tot 2013

Deze rubriek is gemaakt voor schaaksite.nl en is terug te vinden onder het kopje ‘Schaakhistorie’. Omdat het schaakspel een eeuwenoud spel is, dat naar schatting al 3000 jaar oud is, lijkt het mij gepast om een serie korte artikelen te presenteren, waarin de schaakgeschiedenis voor het voetlicht wordt gebracht. Sinds we de draad weer hebben opgepakt is er het nodige gezegd over het schisma in de schaakwereld toen Kasparov en Short een eigen bond (de PCA) hadden opgericht en er ineens twee wereldkampioenen rondliepen. De vorige aflevering zagen we dat er in 2006 een zogenaamde “verzoeningsmatch” tussen Topalov (Fide-wereldkampioen) en Kramnik (PCA-wereldkampioen werd gespeeld, zodat de twee bonden weer bij elkaar gebracht werden en vanaf dit moment onder auspiciën van de Fide het WK georganiseerd ging worden. Kramnik, die de tweekamp in de barrage won, werd nu erkend als de “enige echte wereldkampioen”. De Fide had ondertussen een nieuw kandidatentoernooi uitgeschreven om de nieuwe uitdager te bepalen.

Inleiding

In de vorige aflevering hebben we al behoorlijk uitgebreid gesproken over de Indiër Viswanathan Anand, die via diverse toernooien en tweekampen steeds maar opnieuw moest bewijzen. We zoomen nog meer in op de periode dat hij zich de “officiële” wereldkampioen mocht noemen, omdat er een einde kwam aan de tweespalt in de schaakwereld.

Anand won de achtkamp in 2007 die onder auspiciën van de Fide werd gehouden waarbij de winnaar zich eindelijk weer de “enige echte” wereldkampioen mocht noemen. De wereldschaakbond had het zo georganiseerd nadat Vladimir Kramnik in 2005 de zogenaamde “verzoeningstweekamp” van Veselin Topalov had gewonnen waardoor er een einde kwam aan het schisma in de schaakwereld. We weten allemaal hoe dat was ontstaan toen Garry Kasparov en Nigel Short uit de Fide waren gestapt. U kunt dit allemaal nalezen via in de voorgaande afleveringen via onderstaand overzicht.

Kramnik (die zichzelf de klassieke wereldkampioen beschouwde) speelde mee om zijn titel te verdedigen in deze achtkamp, die dat jaar in Mexico werd gehouden. Het format, een dubbelrondige achtkamp was door de Fide al eerder gehouden in 2005. Kramnik kreeg later spijt dat hij zich had laten “onttronen”. Hij was daarbij niet de enige met de nodige scepsis. Want had Anand niet de titel veroverd in een toernooi en niet in een tweekamp, zoals dat van oudsher altijd het geval was? Ook Kramnik maakte dubbelzinnige opmerkingen over de waarde van Anands titel, maar claimde de titel toen niet zelf.

In een interview veel later (in 2015 namelijk) dateerde Kramnik het verlies van zijn wereldtitel pas toen hij in zijn match tegen Anand in 2008 ten onder was gegaan. Het leidde ertoe dat de Fide besloot om latere wereldkampioenschappen te laten beslissen in tweekampen en niet meer in een toernooi. Er zat nog een kwestie die opgehelderd moest worden, want ook de (Fide-)wereldkampioen Topalov, die als verliezer uit de strijd in 2006 kwam, werd namelijk uitgesloten van de dubbelrondige achtkamp van 2007. Die omissie moest ook verholpen worden en daarom werd hij rechtstreeks geplaatst voor de finale van de kandidatentweekampen van het wereldkampioenschap in 2010. Daarvoor moest hij eerst nog een tweekamp winnen van Gata Kamsky, hetgeen hem lukte. Toen Topalov het dan eindelijk in een tweekamp mocht opnemen tegen Anand, werd hij pas in de laatste partij verslagen, waarvan in de vorige aflevering die laatste spectaculaire partij hebben laten zien.

Anand was tussen 2007 en 2013 de allersterkste

Viswanathan Anand (foto Jos Sutmuller)

Nu alle lijken die uit de kast waren komen vallen, opzij geschoven waren, kon er weer een ‘zuivere’ WK-cyclus gehouden worden. Uiteindelijk mogen we stellen dat het Indiase supertalent, Viswanathan Anand, bij afwezigheid van Garry Kasparov, de sterkste speler was gedurende de zes jaar waarin hij zo’n beetje alles won. Het is interessant om te zien wat er gebeurde in de jaren nadat Anand Topalov in 2010 had verslagen. Want voor het daaropvolgende kampioenschap, het Kandidatentoernooi voor het WK in 2012, had de Fide korte knock-outwedstrijden uitgeschreven. In dit Kandidatentoernooi werden er twee partijen afgewerkt om bij een gelijke stand de volgende dag in tiebreaks met versneld tempo, een beslissing te forceren. De winnaar van dit toernooi mocht de wereldkampioen in een tweekamp uitdagen. Die formule bestaat nog steeds (nu de World Cup cyclus genoemd) maar wordt niet meer gehanteerd om de uitdager van de wereldkampioen aan te wijzen. Het werd toch teveel als een loterij gezien en dit formaat viel niet bij iedereen in de smaak. Zo trok de toenmalige nummer één van de ratinglijst, het nieuwe fenomeen Magnus Carlsen, zich uit protest terug.

Boris Gelfand (foto Jos Sutmuller)

Bij zijn afwezigheid werd de geboren Wit-Russische en later naar Israël geëmigreerde speler Boris Gelfand degene die het dit Kandidatentoernooi op zijn naam wist te schrijven. De daaropvolgende match tussen Anand en Gelfand werd tegen alle verwachtingen in, heel close. Gelfand kwam op voorsprong maar de partij erna maakte Anand alweer gelijk. Een nederlaag bleek blijkbaar onvermoeide krachten los te maken bij hem, want het was niet de eerste keer in een tweekamp dat hij achter kwam in de stand.

Bij beide partijen heb ik een fragment genomen en daar aantekeningen bij gemaakt.

 

Gelfand, Boris – Anand, Viswanathan (zevende matchpartij)

In deze stelling heeft wit een klein doch tastbaar voordeeltje. Hij beschikt over een pionnenmeerderheid op de damevleugel, de betere loper en belangrijke steunpunten in het centrum en op de damevleugel.
23. Dc2!
Gelfand was heel tevreden over deze zet. Hij wilde graag partijen spelen in navolging van zijn grote voorbeeld Rubinstein. Die stond bekend om zijn “ijzeren logica”. Karpov schijnt hier 23. De1! gesuggereerd te hebben. Ook die zet ziet er goed uit. De dame kan naar a5 en in de verre toekomst wordt ook pion a6 een aanvalsdoel. 23…Lb7 24. Da5±
23…g5?
Dit ziet er merkwaardig uit en is waarschijnlijk ook fout maar het is sowieso lastig om een goede voortzetting voor zwart te geven.
Op bijvoorbeeld 23…Lb7 volgt sterk 24. Pc5 Tc8 25. b4±. Het meest taai lijkt hier 23…Pdf6 maar ook dan is 24. Pc5 sterk.
24. Dc7
De dame komt binnen op de zevende rij waarna de problemen voor zwart zich verder opstapelen. Overigens waren op dit moment ook 24. Pc5 en 24. b3 zeer kansrijk.
24…Dxc7
Het is goed om na 24…Lb7 25. Lxe4 Dxc7 de tussenzet 26. Lh7+! van te voren te hebben opgemerkt. Want na 26…Kxh7 27. Txc7 Kg7 [27…Lc8 28. b3+-] 28. Txd7 Lc6 heeft wit 29. Txf7+! Kxf7 30. Pe5+ Ke8 31. Pxc6 Tc8 32. Pe5 en de paarden winnen van het van de toren. Belangrijk is dan dat na 32…Tc1+ 33. Kh2 Td1 34. Pc5 Txd4 35. Ped3+- gevolgd door f2-f4 wit alles onder controle krijgt.
25. Txc7
Wit heeft een strategisch gewonnen stelling. Het is moeilijk voor zwart om de ruil van zijn beide paarden tegen de loper en het paard van wit te vermijden. Want daarna doemt het verborgen idee in deze stelling op: het voordeel van het sterke paard tegen de slechte loper op c8.
25…f6?
Een begrijpelijke zet (om Ne5 uit de stelling te halen) maar hij raakt nu van de regen n de drup. Ook na 25…Pef6 26. Pc5 Ta8 27. b4 staat wit er riant voor. En op 25…g4 volgt 26. Pe5 Pxe5 27. dxe5 met de strategische dreiging Bxe4 hetgeen gewonnen is voor wit.
26. Lxe4! dxe4 27. Pd2 f5
Nog meer pionnen van zwart naar de verkeerde kleur…
28. Pc4 Pf6
Also bad is 28…Kf8 29. Pc5 Pxc5 30. dxc5 e5 31. c6 Le6 32. Tb7 Tc8 33. Pxe5+-
29. Pc5
Wat een geweldige witte paarden!
29…Pd5 30. Ta7 Pb4 31. Pe5?!
Na afloop was Gelfand zelf kritisch op deze zet maar het verpest weinig. Overtuigender was 31. Pd6! Pd5 [31…Pxa2 32. Tc7+-] 32. b3+- en zwart staat machteloos tegen een koningsmars naar het centrum (en later de damevleugel).
31…Pc2!
Anand ziet een kansje en grijpt dat met beide handen aan.
32. Pc6 Txb2 33. Tc7 Tb1+?
Later werd beweerd dat zwart na 33…e3 nog kansen op behoud zou hebben gehad. Dat oordeel deugt niet: 34. Txc8+ Kh7 35. Tc7+ Kg6 [Na 35…Kh8 36. Pd7 dreigt Nf6 en ondekbaar mat op h7. Dus: 36…e2 37. Pf6 e1=D+ 38. Kh2 is kansloos voor zwart.] 36. Pe5+ Kh5 37. fxe3 Pxe3 38. Pxe6 Txg2+ 39. Kh1 Txg3 (zie analysediagram)
Dit lijkt nog te gaan maar SF16 is medogenloos! 40. d5! De pion op d5 dreigt ongehinderd door te lopen en de tactiek werkt fantastisch in het voordeel van wit. Ik kan me overigens wel voorstellen dat dit voor de argeloze schaker nauwelijks te berekenen valt. 40…Pxd5 [40…Tg2 41. Tc3 Te2 42. Txe3 Txe3 43. Pg7+ Kh4 44. Pxf5+] [40…Kh4 41. d6 Pg4 42. Pxg4 Kxg4 43. d7+-] 41. Pg7+ Kh4 42. Pxf5+.
34. Kh2 e3 35. Txc8+ Kh7 36. Tc7+
Wit organiseert met toren en twee paarden een mataanval.
36…Kh8 37. Pe5
Het was geforceerd mat na 37. Pd7 Kg7 38. Pce5 met de dreiging 39.Nf6+ Kxf6 40.Rf7#. 38…Pxd4 (zie analysediagram)
39. Pf6+! Toch! 39…Kxf6 40. f4 Bijvoorbeeld: 40…Pf3+ 41. gxf3 Tb2+ 42. Kh3 g4+ 43. fxg4 fxg4+ 44. Kxg4 h5+ 45. Kf3 Tf2+ 46. Ke4 en het mat valt niet te voorkomen.
37…e2
Van deze doorgebroken pion zou je nog nerveus kunnen worden als witspeler. Maar Gelfand heeft goed gerekend! 37…exf2 38. Pxe6 Th1+ [38…f1=P+ 39. Kh3 g4+ 40. Kh4+-] 39. Kxh1 f1=D+ 40. Kh2+-.
38. Pxe6!
En opgegeven. Gelfand merkt in zijn analyse nog het volgende op: “I was pleased that in the world championship match, I managed to play a game in the style of Akiba Rubinstein, where the whole strategic thread was followed from beginning to the end”.
Een mogelijk vervolg was: 38. Pxe6 e1=Q [38…Th1+ 39. Kxh1 e1=D+ 40. Kh2+-] 39. Pg6+ Kg8 40. Tg7# (zie analysediagram)

1-0

Anand, Viswanathan – Gelfand, Boris (achtste matchpartij)

In deze stelling, afkomstig uit een soort Benoni, speelt Anand de meest principiële mogelijkheid:
12. g4! Te8+?!
Dit blijkt achteraf gezien niet de sterkste voortzetting te zijn. Waarschijnlijk heeft Gelfand zich verlaten op de zet die hij later speelt maar die tactisch gezien niet blijkt te deugen. Direct 12…Lxb1 viel te prefereren boven de tekstzet. 13. Txb1 Pg7 [13…Pf6 14. h4↑] 14. h4 Pd7= Dit beschouwt SF16 beter dan het door Anand gegeven alternatief. [14…h5 15. Kd1 Pd7 16. Kc2 Pe5 17. Le2⩲ (Anand) maar SF16 taxeert deze stelling als groot voordeel voor wit. Het probleem zit hem vooral in de positionele dreiging 18.gxh5! Pxh5 19.f4 en de koningsstelling van zwart wordt opengetrokken.] Het tussenschaakje met 12…Dh4+!? lijkt mogelijk hoewel wit na 13. Kd1 Lxb1 in dezelfde stelling als in de andere variant gegeven, terecht komt. 14. Txb1.
13. Kd1±
De koning moest toch naar c2 en door het schaakje wordt wit alleen maar een handje geholpen.
13…Lxb1 14. Txb1
14…Df6?
Het is deze zet van Gelfand met catastrofale gevolgen. Hij dacht dat wit f3 moest dekken en dan zou het paard mooi naar f4 kunnen springen. Na 14…Pf6 15. Kc2↑ kan wit weer een aanval met h2-h4 opzetten. [15. h4→] Een ook na 14…Pg7 15. h4↑ o 15…h5 16. Kc2 Pd7 krijgen we een stelling die we al eerder onderzocht hebben.
15. gxh5!
Zeer sterk en ook de weerlegging van zwarts idee.
15…Dxf3+ 16. Kc2 Dxh1 17. Df2!
Direct opgegeven waarna de stand weer in evenwicht was gebracht. Hij moet de laatste witte zet gemist hebben: de dame op h1 is ingesloten en na een loperzet (naar d3 of h3) gaat de dame verloren. 17. Df2 Pc6 helpt de dame te ontsnappen maar het overgebleven middenspel is ook een drama na 18. dxc6□ [Vooral niet 18. Ld3?? Pd4+ 19. Kd2 Df3] 18…Dxc6 19. Ld3 Te6 20. Tf1 Tf8 21. Pd5 en de lichte witte stukken domineren het halve bord.
1-0

 

Ook in de tiebreaks bleek Gelfand een geduchte tegenstander. De beslissing viel uiteindelijk in de tweede rapidpartij (van vier) waarbij de stelling theoretisch remise was maar Gelfand grote ruzie met de klok had. In een zeer uitgedund eindspel wist Anand toch het volle punt naar zich toe te trekken en de overige twee partijen remise te houden.

 

Anand, Viswanathan – Gelfand, Boris (Tiebreak, partij 2)

56…Tg3
Deze stelling is een theoretische remisestelling maar Gelfand ws hier aangewezen op slechts de 5 seconden increment per zet. Wit kan natuurlijk doen wat hij wil zonder enig risico te lopen. Slim was hier 56…La4!? omdat de pion dan voorlopig niet kan oprukken.
57. Pd5 Tg5
57…Ld3=.
58. b5 Lf5
58…Ld3! 59. b6 Lg6 gevolgd door …Bf7 is direct remise.
59. Th6
59…Lg4
Met meer tijd zul je zetten als 59…Ld3!?= sneller vinden. De stelling is dan simpel te houden.
60. Tf6 Tf5 61. Tb6+ Ka7 62. Tg6 Lf3 63. Tg7+ Kb8 64. Pc3 Lb7 65. Kc4 Lf3 66. Kb4 Ld5 67. Pa4
Langzaam maar zeker kruipen de witte koning en het paard in de nabijheid van de zwarte koning.
67…Tf7 68. Tg5 Lf3
Omdat een loper op afstand werkt, was 68…Lh1 69. Pc5 Tf1 70. b6 Tb1+ 71. Ka5 Ta1+= goed voor remise.
69. Pc5 Kc7 70. Tg6
70…Kd8?!
Zwart loopt met de koning weg van het promotieveld van de pion omdat hij eventuele matdreigingen vreest. Toch is dat in principe niet de juiste strategie. Na 70…Lb7!? 71. b6+ Kb8 72. Tg8+ Lc8 krijgt wit het maximum wat hij kan bereiken maar de stelling is en blijft remise: 73. b7 Txb7+= 74. Pxb7 Kxb7 75. Kc5 Lh3 76. Tg7+ Ka6 en er valt niets te halen bij goed spel.
71. Ka5
71. b6!? was ook een idee.
71…Tf5??
En dan gebeurt er wat meestal het geval is als de seconden telkens wegtikken na elke zet. De toren komt hier in een soort paardvork te zitten, waarna wit het paard tegend de loper mag ruilen. Het gaat dan om het resterende toreneindspel maar omdat de zwarte koning zich al vrijwillig had verwijderd van het promotieveld blijkt dat hierna verloren te zijn. De loper op afstand te laten werken met 71…Lh1⩲ was een verstandige keuze geweest.
72. Pe6+ Kc8 73. Pd4! Tf8 74. Pxf3 Txf3 75. Kb6+-
Hier zal Gelfand hebben beseft wat hij heeft uitgericht. De witte toren staat ideaal op de zesde rij en de koning kan niet naar het promotieveld.
75…Tb3
Passieve verdediging mag ook niet meer baten: 75…Tf8 met het idee …Kc8-b8 met remise! Maar wit verhindert dat natuurlijk met 76. Ka7! Tf7+ 77. Ka8 Tf1 Dreigt …Ta1+ met remise. 78. Ta6 [Ook 78. Tc6+ won en misschien zelfs iets simpeler. 78…Kd7 79. Kb7+- gevolgd door b5-b6 en het “bruggetje bouwen”.] 78…Tb1 79. b6 Tb2 80. Ka7+- (zie analysediagram)
De koning dekt de pion een keertje extra zodat wit zijn toren kan bevrijden om de zwarte koning weg te jagen. Een mogelijke winstvoering ziet er dan zo uit: 80…Tb1 81. Ta4 Tb2 82. Tc4+ Kd7 83. b7 Ta2+ 84. Kb8 Ta1 85. Td4+ Ke7 86. Kc7 Tc1+ 87. Kb6 Tb1+ 88. Kc6 Tc1+ 89. Kb5 Tb1+ 90. Tb4+-.
76. Tg8+ Kd7 77. Tb8
En Gelfand geloofde het verder wel. De stelling is wederom een theoretische winststelling.
Dat kon dan zo gaan: 77. Tb8 Tb1 78. Ka7 Ta1+ 79. Kb7 Tb1 80. b6 Ta1 81. Ta8 Tb1 82. Ta6 Tb2 83. Kb8 Tb1 84. b7 Tb2 85. Ka8 Kc7 86. Ta7 en tegen b7-b8=Q valt niets te beginnen.
1-0

Uiteindelijk behield Anand dus toch de titel, inmiddels de vierde achtereenvolgende overwinning in een match om het wereldkampioenschap!

Anand Gelfand
Partij 1 ½ ½
Partij 2 ½ ½
Partij 3 ½ ½
Partij 4 ½ ½
Partij 5 ½ ½
Partij 6 ½ ½
Partij 7 0 1
Partij 8 1 0
Partij 9 ½ ½
Partij 10 ½ ½
Partij 11 ½ ½
Partij 12 ½ ½
6 6
Tie break 13 ½ ½
Tie break 14 1 0
Tie break 15 ½ ½
Tie break 16 ½ ½

 

(volgende keer meer)

Over Herman Grooten

Herman is ruim 40 jaar schaaktrainer. Hij verzorgde lange tijd de schaakrubrieken in Trouw en het ED. Daarnaast was hij Topsportcoördinator bij de KNSB en is hij auteur van diverse schaakboeken en werkt hij voor Schaaksite. Klik hier voor series die hij op Schaaksite heeft gezet.

Alleen geregistreerde gebruikers kunnen een reactie achterlaten.